H5, par. 5 en 6 - Marnix College

Download Report

Transcript H5, par. 5 en 6 - Marnix College

Hoofdstuk 5. par 5
•
Help! De wereld krimpt!
•
Maar niet letterlijk natuurlijk…
•
Door ontwikkeling transport- en
communicatietechnologie wordt relatieve afstand
tussen gebieden kleiner. -> tijd-ruimte compressie
•
Ook de relatieve ligging van gebieden verandert.
•
•
Gebied aan belangrijke corridor?
Gebied is niet populair meer?
Hoofdstuk 5. par 5
•
De groei van de transportsector heeft grote invloed
op de globalisering:
•
•
•
Vervoer gaat sneller en wordt goedkoper
Infrastructuur rond transport is sterk verbeterd
Door het verdrag van Schengen kunnen goederen
zonder belemmeringen van de ene EU-lidstaat naar
de andere worden getransporteerd.
Hoofdstuk 5. par 5
•
Echter….
•
Uitwisseling van goederen of mensen komt pas op
gang als voldaan is aan drie voorwaarden uit het
interactiemodel van Ullman:
•
Complementariteit tussen gebieden: gebieden moeten
elkaar op een bepaald vlak aanvullen
Transporteerbaarheid: de mensen of goederen
moeten tegen redelijke prijs vervoerd kunnen worden
Afwezigheid van tussenliggende mogelijkheden
•
•
Hoofdstuk 5. par 5
•
Informatietechnologie?
•
Goede contacten van noodzaak: informatieuitwisseling tussen de landen van de triade, maar ook
steeds meer met landen uit de semi-periferie.
•
Vaak neemt de intensiteit van het contact af, naar
mate de afstand tot een land verder toeneemt.
•
•
Iemand een idee waarom? (Waarom zijn contacten lastiger te
leggen als een land ver weg van je eigen land ligt?)
Heeft dit mogelijk ook verband met culturele aspecten?
Hoofdstuk 5. par 5
•
Informatietechnologie?
•
In 2008 heeft 85% van de NL huishoudens een snelle
internetverbinding
•
•
Hierdoor is duidelijk te zien dat ‘we’ een onderdeel uitmaken
van een enorme vlecht waarin we allerlei gegevens kunnen
uitwisselen: we leven in de Fast World.
In de Slow World (periferie) is het aantal internetaansluitingen
echter véél kleiner.
•
Leidt dit nu ook tot verbrokkeling en vermindering van globalisering?
Hoofdstuk 5. par 5
Hoofdstuk 5. par 6
•
Hoezo, globalisering???
•
Globalisering is Mondiaal, maar beïnvloed de
regionale en lokale schalen verschillend.
•
•
Effecten van globalisering in Afrika kunnen zowel positief als
negatief zijn. Maar hoe komt dat??
Backwash- en Spread-effecten
•
•
Stel dat een perifeer gebied z’n werknemers en grondstoffen
kwijt raakt aan export. Wat is het resultaat?
Stel dat ditzelfde perifeer gebied door deze export voorzien
wordt van hulp, geld en kennis – wat is dan het resultaat?
Hoofdstuk 5. par 6
•
Effecten van globalisering op Afrika beneden de
Sahara
•
Sub-Sahara is rijk aan grondstoffen, dus je zou
zeggen dat ze hierdoor behoorlijk rijk zouden kunnen
zijn. Waarom zijn ze dat niet?
•
•
Positie in de Wereldeconomie?
Importeur China stelt geen eisen aan het bestuur of
mensen rechten: ze willen alleen de grondstoffen.
•
•
Landen hebben vaak bestuurlijke problemen, al sinds
herverdeling na koloniale tijd. Door corruptie veel problemen
met de distributie van kapitaal.
Stel: een land Sub-Sahara klopt aan bij een NGO
•
Geld mogen ze lenen, máár er worden harde eisen gesteld.
Kunnen deze landen die eisen wel nakomen? Is de economie
wel stabiel genoeg? Is import van goedkope spullen niet
gemakkelijker waardoor de nationale economie helemaal
inzakt?
Hoofdstuk 5. par 6
•
Globalisering in geheel Afrika?
•
Buiten de Sub-Sahara landen profiteren andere
Afrikaanse landen wél van globalisering
•
•
•
Maar waar blijft het geld?
Verbeteren de dagelijkse levensomstandigheden wel?
Is er wel een uitzicht voor jongeren op de toekomst?