Sectie09-OverdrachtMedicatie-v1.1

Download Report

Transcript Sectie09-OverdrachtMedicatie-v1.1

Klinische Bouwsteen
Medicatie
Project Generieke Overdrachtsgegevens
Medicatie
Bij de overdracht van een patiënt tussen zorgaanbieders is het volledig en verwerkbaar doorgeven van het medicatieoverzicht
essentieel. Het actuele medicatieoverzicht is de verzameling van alle relevante beschrijvingen van het gebruik van medicamenten
van een patiënt op het moment van overdragen.
Dit vermeldt alle (medicatie) producten die zijn voorgeschreven, verstrekt, toegediend en/of gebruikt bij de behandeling van een
patiënt in een specifieke periode, die in principe altijd het moment van overdracht zal omvatten. Het overzicht toont alle
gebruikte, voorgeschreven en afgeleverde medicatie waarvan geen theoretische einddatum bekend is of waarvan de theoretische
einddatum later is dan de huidige datum of de einddatum valt in een specifieke periode (de richtlijn ‘medicatieoverdracht in de
keten’ vermeldt een periode van 6 maanden ). Bij ontslag uit een ziekenhuis toont het overzicht alle gedurende ziekenhuisopname
voorgeschreven en toegediende medicatie.
Van ieder voorgeschreven product wordt de voorgenomen of uitgevoerde dosisinformatie weergeven: de startdatum en tijd en
eventuele stopdatum en tijd of totaal aantal giften , toedieningsschema (frequentie of interval, toedieningstijden, relatie met
maaltijden e.d.), de keerdosis, toedieningssnelheid of –duur (voor infusen), en de toedieningweg.
Ook wordt eventueel aangegeven of het 'zo nodig' medicatie betreft en onder welke voorwaarde het middel dan gebruikt dient te
worden en hoe hoog dan de afgesproken maximale dosis in een periode is.
Zo mogelijk wordt de reden of indicatie van starten/stoppen/wijzigen het product vermeld.
Ook medicatie waarvan het gebruik tijdelijk onderbroken is wordt vermeld.
Aangegeven kan worden of het (poli)klinische medicatie, voor thuis voorgeschreven medicatie of anamnestische informatie van
gebruik (uit de medicatieverificatie) betreft. Van ieder medicament kan ook het tijdstip van de laatste gift of het laatste gebruik
vermeld worden, en een overzicht van de recente toedieningsregistratie.
De herkomst van de informatie wordt aangegeven door voor respectievelijk voorschriften, verstrekkingen, toedieningen en
medicatiegebruik de voorschrijver (arts), verstrekker (apotheker) en toediener (bv. verpleegkundige) of informant te vermelden.
Medicatie
2
Doel
Het doorgeven van medicatiegegevens is een zeer belangrijk onderdeel van een
medische overdracht. Het raakt de kern van patiëntveiligheid.
Behandeling met medicamenten is een door behandelaars in continuïteit aan
elkaar doorgegeven taak.
Bij overdracht van medicatiegegevens moeten zorgprofessionals in de
samenwerkende keten altijd over een actueel medicatieoverzicht beschikken. De
ontvanger moet de overgedragen informatie kunnen gebruiken om het eigen
medicatiebeleid op te stellen.
De inhoud van de medicatieoverdracht moet overeenstemmen met de afspraken
die gemaakt zijn in de landelijke richtlijn medicatieoverdracht en de andere in de
onderbouwing genoemde standaarden.
Medicatie
3
Toelichting (1)

Medicatieregel
• Indicatie
• Status
 Actief
 Gestopt
 Onderbroken
 Product (Geneesmiddel)
• Productcode (G-standaard)
 Product Specificatie (verplicht wanneer de productcode ontbreekt:
• Farmaceutische vorm (tablet, injectievloeistof enz.)
• Product Naam (bij ‘vrije tekst’ medicatie het enige gebruikte gegevensveld)
• Merknaam
 Ingrediënten
Legenda:
• Ingrediëntcode
 Rubriek (bestaande uit meer informatie-elementen)
• Sterkte (Hoeveelheid, dosis)
• Informatie-element binnen een rubriek
 Gebruiksanamnese(uit medicatieverificatie)
 Mogelijke waarde van een informatie-element (bij
 Dosering (zie volgende dia)
volledige opsomming)
• Bron (bv. patiënt)
 Voorschrift
 Dosering (zie volgende dia )
• Voorschrijver (bv. arts, physician assistant, verloskundige, tandarts)
 Aflevering (hoeveelheid, datum, verstrekker)
 Toediening (laatste toedieningstijdstip, toegediende hoeveelheid, toedieningsweg, toediener)
Medicatie
4
Toelichting (2)

Medicatieregel
• Indicatie
• Status
 Actief
 Gestopt
 Onderbroken
 Product (Geneesmiddel)
• Productcode (G-standaard)
 Product Specificatie (verplicht wanneer de productcode ontbreekt:
• Farmaceutische vorm (tablet, injectievloeistof enz.)
• Product Naam (bij ‘vrije tekst’ medicatie het enige gebruikte gegevensveld)
• Merknaam
 Ingrediënten
Legenda:
• Ingrediëntcode
 Rubriek (bestaande uit meer informatie-elementen)
• Sterkte (Hoeveelheid, dosis)
• Informatie-element binnen een rubriek
 Gebruiksanamnese(uit medicatieverificatie)
 Mogelijke waarde van een informatie-element (bij
 Dosering (zie volgende dia)
volledige opsomming)
• Bron (bv. patiënt)
 Voorschrift
 Dosering (zie volgende dia )
• Voorschrijver (bv. arts, physician assistant, verloskundige, tandarts)
 Aflevering (hoeveelheid, datum, verstrekker)
 Toediening (laatste toedieningstijdstip, toegediende hoeveelheid, toedieningsweg, toediener)
Medicatie
5
Toelichting (2)

Dosering
• Startdatum, Einddatum, Gebruiksduur (kan gebruikt worden als exacte startdatum niet bekend is)
• Aantal Toedieningen (eenmalige medicatie)
• Keerdosis
• Inloopsnelheid, toedieningsduur (bv. Bij infusen)
• Aanvullende toelichting
• Zo nodig indicator, criterium, maximum per dag
 Toedieningsschema
• Frequentie (bv. 2x/dag), interval (bv. Elke 8 uur)
• Weekdagen
• Dagdeel, toedientijd
Legenda:
 Rubriek (bestaande uit meer informatie-elementen)
• Informatie-element binnen een rubriek
 Mogelijke waarde van een informatie-element (bij
volledige opsomming)
Medicatie
6
Voorbeeld
Overzicht, gegenereerd op 26-09-2012
Medicatie
7