Transcript Werkafspraken ADHD jeugd voor huisartsen - GGZ Noord

Werkafspraken ADHD zorg voor kinderen tot 18 jaar door
huisartsen, evt in combinatie met POH-GGZ jeugd
Overbrugging tot verschijning NHG standaard in augustus 2014
Gebaseerd op zorgprogramma ADHD Utrecht
Diagnostiek: zal in de regel na signalering in de eerste lijn of in de tweede lijn plaats vinden.
Mogelijk kan in de toekomst ook voor minder complexe gevallen behandeling in de BGGGZ plaats
vinden.
Kinderpsychiater stelt diagnose met eventuele comorbiditeit. GGZ doet psychoeducatie en stelt zo
nodig in op medicatie. Eventueel ook nog aanvullende behandeling (fysiotherapie, andere
behandelingen).
Bij stabiliteit kan de behandeling overgedragen worden aan de huisarts. Bij vragen of problemen van
de patiënt is de GGZ laagdrempelig in consult te roepen. Gedeelde zorg wordt zo het nieuwe
perspectief.
2x per jaar vindt controle plaats van bloeddruk, gewicht en lengte. Ouders beheren bij voorkeur zelf de
groeicurve en kunnen ook zelf lengte en gewicht meten. (tip: app iGROW van TNO)
2x per jaar vindt contact plaats om te bepalen hoe het met het kind gaat: door huisarts of POH-GGZ
jeugd. Hierbij kan gebruik worden gemaakt van een vragenlijst die de patiënt eventueel samen met
ouders thuis alvast invult. Eventueel kan informatie van school worden gebruikt. Ouders of
leerkrachten kunnen soms veranderingen zijn tijdens gebruik van medicatie terwijl kind of jongere dit
zelf minder goed opmerkt.
De huisarts kan zelf de dosering van methylfenidaat aanpassen volgens protocol. Bij onvoldoende
effect of groei van het kind wordt consultatie gevraagd of eventueel doorverwezen naar GGZ.
Bij andere medicatie wordt consultatie aangevraagd.
Therapietrouw controleren is lastig omdat er regelmatig periodes minder of geen medicatie gebruikt
wordt, weekendpauze of drug holidays.
CONTROLE VRAAG NAAR: (zie ook de vragenlijst over voortgang)
- voortgang: effect afname van hyperactiviteit en impulsiviteit, verbetering van aandacht en
concentratie.
- therapie trouw en compliance: met name bij naar autonomie strevende pubers
- thuissituatie: contact met ouders, broers/zussen
- eten en slapen
- functioneren buitenshuis: op school en sociale contacten, schoolresultaten, sportclub etc.
- in kaart brengen bijwerkingen: hoofdpijn, maagpijn, verminderde eetlust, gewichtsverlies
darmklachten, slapeloosheid of later inslapen, droge mond, tics, duizeligheid, hartkloppingen,
emotionele labiliteit (snel huilen), angst, somberheid, last van huid of haar, gewichtsverlies.
- Gewicht en lengte en bloeddruk (ouders kan gevraagd worden thuis gewicht en lengte te controleren
en te waarschuwen bij achterblijven).
- comorbiditeit controleren: angst, dwang, somberheid, tics, oppositioneel gedrag, verslaving.
WAT TE DOEN BIJ:
- toename gewicht + afname effect medicatie  dosis verhogen
- afbuigende groeicurve  medicatiepauze geïndiceerd (evt. verwijzing naar GGZ NHN)
- gebruik langer dan 1 á 2 jaar  overweging medicatiestop van 1 week tot een maand gedurende het
schooljaar om effect te herbeoordelen.
CONSULTATIE
BEL voor consultatie met het Centrum voor kinder- en jeugdpsychiatrie van GGZ Noord-HollandNoord. 088 - 65 65 010 (KIES 2 voor Hoorn, dan 1 voor kind en jeugd). Of mail naar
[email protected] en dan beantwoorden we uw vraag binnen 2 werkdagen.
Gemiddelde dosering Ritalin tussen de 0,8-1,0 mg/ kg/ dag
Gemiddelde dosering methylphenidaat 0,6-0,8 mg/ kg/ dag
Kinderpsychiaters Centrum voor kinder- en jeugdpsychiatrie (GGZ Noord-Holland-Noord):
Hans Oosting
Marinda Koopmans
Irma Komdeur
AANMELDEN:





Vanuit het HIS via het aanmeldformulier.
Internet: www.ggz-nhn.nl/jeugd
E-mail: [email protected]
Fax: 072 535 70 61
Telefoon: 088 65 65 010
Nellieke de Koning
Bijlage: Vragenlijst over voortgang voor ADHD bij kinderen en jongeren
Betreft patiënt:
geboortedatum:
- Hoe gaat het met de ADHD klachten en de gevolgen in het dagelijks leven?
Ouder:…………………………………………………………………………………………………………………………………………………
…………………………………………………………………………………………………………………………………………………………...
Kind/jongere:……………………………………………………………………………………………………………………………………….
- Wordt de medicatie op de afgesproken dagen/tijdstippen ingenomen?
Ouder:………………………………………………………………………………………………………………………………………………….
.……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
Kind/jongere:…………………………………………………………………………………………………………………………………..…..
- Hoe gaat het thuis? Hoe is de omgang met ouders/broers/zussen?
Ouder:………………………………………………………………………………………………………………………………………………….
.……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
Kind/jongere:…………………………………………………………………………………………………………………………………..…..
- Hoe gaat het met slapen?
Ouder:………………………………………………………………………………………………………………………………………………….
Kind/Jongere:………………………………………………………………………………………………………………………………………
- Hoe gaat het met eten?
Ouder:………………………………………………………………………………………………………………………………………………….
Kind/Jongere:………………………………………………………………………………………………………………………………………
- Hoe gaat het op school? Hoe zijn de schoolresultaten?
Ouder:………………………………………………………………………………………………………………………………………………….
Kind/Jongere:………………………………………………………………………………………………………………………………………
- Hoe gaat het met contact met vrienden en op bijvoorbeeld een sportclub?
Ouder:………………………………………………………………………………………………………………………………………………….
Kind/Jongere:………………………………………………………………………………………………………………………………………
- Is er sprake van bijwerkingen door de medicatie?
□
□
□
□
Hoofdpijn
maagpijn
verminderde eetlust
gewichtsverlies
darmklachten
Tip: iGrow, de groei app van TNO
□
□
□
□
□
slapeloosheid of
later inslapen
droge mond
tics
duizeligheid
hartkloppingen
□
□
□
□
□
emotionele labiliteit
(snel huilen)
angst
somberheid
last van huid of haar
gewichtsverlies
Bijlage: aanvullende vragenlijst voor ouders/patiënten
Vragenlijst – bij dosis wijziging te gebruiken bij start en na 2 weken invullen
Naam:
Geboortedatum:
0= helemaal niet van toepassing
1 = een beetje van toepassing
Vraag
2= Vaak van toepassing
3= zeer vaak van toepassing
Score
(0, 1,2 of 3)
1. Heeft weinig aandacht voor details, maakt gehaast zijn/haar werk en
hierdoor ontstaan fouten 9denk aan schoolwerk, activiteiten)
2. Heeft moeite zijn/haar aandacht bij taken/spel te houden.
3. Lijkt niet te luisteren als hij/zij direct aangesproken wordt (geen
oppositioneel gedrag)
4. Voert instructies niet helemaal uit en maakt karweitjes, schoolwerk of
verplichtingen niet af.
5. Heeft moeite met het organiseren van taken en activiteiten.
6. Vermijdt, heeft een hekel aan of doet met tegenzin mee aan taken
waarvoor aanhoudende geestelijke inspanning nodig is.
7. Verliest dingen die nodig zijn voor activiteiten (bv. Speelgoed, boeken,
potloden enz.)
8. Wordt afgeleid door de dingen die in zijn/haar omgeving gebeuren.
9. Is vergeetachtig bij dagelijkse activiteiten.
10. Kan handen, of voeten niet stil houden, zit te wriemelen in zijn/haar stoel.
11. Verlaat zijn/haar stoel in de klas, of in andere situaties waarin duidelijk
wordt verwacht waarin men blijft zitten.
12. Rent rond of klimt overal op in situaties waarin dit ongepast is.
13. Vindt het moeilijk rustig te spelen of rustig met een hobby of activiteit
bezig te zijn.
14. Is altijd maar bezig, alsof het motortje nooit stopt.
15. Praat aan één stuk door.
16. Flapt antwoorden eruit nog voordat de vraag is afgemaakt.
17. Vindt het moeilijk op zijn/haar beurt te wachten.
18. Onderbreekt of stoort anderen (bemoeit zich bv ongevraagd met
gesprekken of spelletjes).
Totaal aantal punten:
Medicatie:
Dosering:
Bijzondere omstandigheden:
Ingevuld door:
Naam invuller:
□ Ouders □ Huisarts / POH
□ School