Transcript Aan de slag met het reflectiegesprek

Reflecteren
2010-3-18 Bunschoten
• Peter Siemerinck
• Jos Melgers
Wat gaan we doen?
Reflectie op een uitgevoerde PvB, hoe pak je dat aan, wat wel en wat niet.
(Jos 5 min.)
STARRT een luchtige uitleg
(Peter 5 min.)
Voorbeeld reflectie gesprek
(Jos Peter 10 min.)
Zelf oefenen. ( 3 personen) 1 assessor 1 Leerling 1 competentiezoeker.
(10 min.)
Conclusies / korte terugblik ahv vragen.
(10 min.)
Wat kan er gebeuren!
•
•
•
•
•
Reflecteren = Motiveren
Reflecteren = Het leren leren stimuleren
Beoordelen vervangen door reflecteren
Door reflectie wordt de belevenis een ervaring
Door reflectie krijgt men zicht op de situatie
en de eigen rol
• Door reflectie ontstaat realiteitszin en
identificatie
Wat wanneer?
• De reflectie is gericht op wat er werkelijk
gebeurd is.
• Het gaat over een activiteit (competentie),
een project, een opdracht een Groen Proeven,
of een belangrijke ervaring.
• Intake / voortgangsgesprek / Groen Proeven
als toets
wel
• Er zelf achterkomen dat het niet goed is / dat
je het niet kunt.
• Er zelf achterkomen dat het wel goed ging /
dat je dat onderdeel onder de knie hebt.
• Waarom je dat op die manier aangepakt hebt.
• Welke beslissingen / keuzes je gemaakt hebt.
• Wat lastig was.
Niet in een toets
• Wat ga je de volgende keer anders doen?
• Wat wil je gaan oefenen?
• Wat wil je er meer van weten?
STARRT
• Peter geeft uitleg!
oefenen
• Peter = leerling heeft meegedaan aan Pilot
Groen Proeven contextveld Leefomgeving en
recreatie (onderhoud tuinen).
• Jos = Assessor
• Wat valt op?
Zelf oefenen
• leerling heeft meegedaan aan
Pilot Groen Proeven
contextveld ?
PVB ?
• Assessor (reflectie gesprek)
• Competentie zoeker (observeren)
•
•
•
•
•
•
Workshop vraag 1:
Welke ervaring heeft het reflectie gesprek opgeleverd voor de leerling?
Workshop vraag 2:
Welke informatie heeft het reflectie gesprek opgeleverd voor de assessor?
Workshop vraag 3:
Welke competenties zijn het meest gehoord / bevraagd?
•
•
•
•
Competenties:
Beslissen en activiteiten initiëren
Samenwerken en overleggen
Ethisch en integer handelen
Relaties bouwen en netwerken
Presenteren
Formuleren en
rapporteren
Vakdeskundigheid toepassen
Materialen en middelen inzetten
Analyseren
Onderzoeken
Leren
Plannen en organiseren
Op de behoeften en verwachtingen van de 'klant' richten
Kwaliteit leveren
Instructies en procedures
opvolgen
Omgaan met verandering en aanpassen
Met druk en tegenslag omgaan
Bedrijfsmatig handelen
•
•
•
•
•
•
•