Transcript null

Raad van de
Europese Unie
Brussel, 24 november 2016
(OR. en)
11874/05
DCL 1
RECH 167
USA 50
ASIE 58
AUS 13
CDN 25
COREE 4
N 50
CH 30
DERUBRICERING1
van document:
d.d.:
nieuwe status:
ST 11874/05 RESTREINT UE
1 september 2005
Publiek
Betreft:
Aanbeveling van de Commissie aan de Raad om de Commissie te
machtigen tot het openen van onderhandelingen namens de Europese
Gemeenschap betreffende de verlenging van de Overeenkomst voor
wetenschappelijke en technologische samenwerking op het gebied van
intelligente productiesystemen (IMS) tussen de Europese Gemeenschap
en de Verenigde Staten van Amerika, Japan, Australië, Canada, Korea en
de EVA-landen Noorwegen en Zwitserland
Hierbij gaat voor de delegaties de gederubriceerde versie van bovengenoemd document.
De tekst van dit document is identiek aan die van de voorgaande versie.
1
Door de Europese Commissie op 23 november 2016 gederubriceerd document.
11874/05 DCL 1
mt
DG F 2C
NL
RESTREINT UE
RAAD VAN
DE EUROPESE UNIE
Brussel, 1 september 2005 (02.09)
(OR. en)
11874/05
RESTREINT UE
RECH 167
USA 50
ASIE 58
AUS 13
CDN 25
COREE 4
N 50
CH 30
INGEKOMEN DOCUMENT
van:
mevrouw Patricia BUGNOT, directeur, namens de secretaris-generaal van de
Europese Commissie
d.d.:
11 augustus 2005
aan:
de heer Javier SOLANA, secretaris-generaal/hoge vertegenwoordiger
Betreft:
Aanbeveling van de Commissie aan de Raad om de Commissie te machtigen tot
het openen van onderhandelingen namens de Europese Gemeenschap betreffende
de verlenging van de Overeenkomst voor wetenschappelijke en technologische
samenwerking op het gebied van intelligente productiesystemen (IMS) tussen de
Europese Gemeenschap en de Verenigde Staten van Amerika, Japan, Australië,
Canada, Korea en de EVA-landen Noorwegen en Zwitserland
Voor de delegaties gaat hierbij Commissiedocument SEC(2005) 1046 def.
_________________
Bijlage: SEC(2005) 1046 def.
11874/05
DG C II
RESTREINT UE
lg
1
NL
COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN
Brussel, 10.8.2005
SEC(2005) 1046 definitief
RESTREINT UE
AANBEVELING VAN DE COMMISSIE AAN DE RAAD
om de Commissie te machtigen tot het openen van onderhandelingen namens de
Europese Gemeenschap betreffende de verlenging van de Overeenkomst voor
wetenschappelijke en technologische samenwerking op het gebied van intelligente
productiesystemen (IMS) tussen de Europese Gemeenschap en de Verenigde Staten van
Amerika, Japan, Australië, Canada, Korea en de EVA-landen Noorwegen en
Zwitserland
NL
2
NL
RESTREINT UE
1.
NL
TOELICHTING
(1)
Bij zijn Besluit 1997/378/EG van 27.01.1997 heeft de Raad de Overeenkomst
gesloten voor wetenschappelijke en technische samenwerking op het gebied
van intelligente productiesystemen (IMS) tussen de Europese Gemeenschap
en de Verenigde Staten van Amerika, Japan, Australië, Canada en de EVAlanden Noorwegen en Zwitserland. De overeenkomst nam de vorm aan van
een briefwisseling waarin de gemeenschappelijke overeenstemming over de
beginselen van de samenwerking werd vastgelegd; details werden aangehecht
in de vorm van een referentiekader voor IMS. Bij Besluit 2001/421/EG van
28 mei 2001 heeft de Republiek Korea zich aangesloten bij de IMSOvereenkomst. De overeenkomst verstreek eind april 2005 en aan de Raad
moet een mandaat worden gevraagd om te onderhandelen over verlenging en
kleine verbeteringen.
(2)
IMS is een uniek multilateraal onderzoeksprogramma dat de mogelijkheid
biedt tot samenwerking om het industriële concurrentievermogen te
bevorderen, problemen op te lossen waarmee de industrie wereldwijd wordt
geconfronteerd en geavanceerde productietechnologie en –systemen te
ontwikkelen ten voordele van alle deelnemers aan IMS. Het levert een
structuur voor prognose, analyse en vooruitdenkende synthese, bevordert de
ontwikkeling van internationale consortia om collaboratief onderzoek te
ondernemen en levert een beproefd beheerskader voor intellectuele
eigendomsrechten. IMS is ontstaan uit een Japans initiatief waarbij een
mondiaal systeem werd voorgesteld voor industriële samenwerking bij
samenwerkingsprojecten ten voordele van de mensheid en alle betrokken
partners. Samenwerking onder de IMS-koepel is in het algemeen bevredigend
gebleken voor alle deelnemers: zij leidde tot de totstandbrenging van nieuwe
netwerken en proces- en systeemonderzoek van een hoge kwaliteit waarbij de
industrie, de academische wereld en overheidsagentschappen of publieke
instanties de krachten bundelden. Er was vooral een duidelijke
hefboomwerking op kleine en middelgrote ondernemingen. Deze hebben hun
voordeel gedaan met multinationaal collaboratief onderzoek en de daaraan
gerelateerde ontwikkeling van potentiële nieuwe markten in het buitenland.
Alle ondertekenaars van de IMS-Overeenkomst zijn voorstander van
voortzetting van deze samenwerking onder het IMS-initiatief op dezelfde
voorwaarden als bijna 10 jaar geleden werden overeengekomen.
(3)
Vanwege haar ervaring met transnationaal collaboratief onderzoek en de
implementatie van IMS binnen de industrieel relevante specifieke
programma's van de kaderprogramma's 4, 5 en 6 was de bijdrage van de
Gemeenschap tot IMS zeer proactief. Onder erkenning van deze leidende rol
lijken alle ondertekenaars van de IMS-Overeenkomst bereid in te stemmen
met enkele verbeteringen van IMS-bestuur en –activiteiten die door de
Commissiediensten op verkennende basis in overweging worden gegeven.
Met name zullen de ondertekenaars van de overeenkomst vrij hun
vertegenwoordigers in het IMS-bestuur kunnen kiezen; dat de industrie
leiding geeft is niet langer vereist. Dit is belangrijk omdat de industrie alleen
geen kritische massa voor de financiering van collaboratief onderzoek kon
3
NL
RESTREINT UE
mobiliseren. De invoering van het beginsel van publiek-privaat partnerschap
zal het besturen van IMS verbeteren; het huidige IMS-referentiekader moet
dienovereenkomstig worden gewijzigd. Daarnaast moeten budgettaire
principes die afgestemd zijn op de eisen van het Financieel Reglement van
toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen in
het referentiekader worden opgenomen. Zoniet zou de Commissie niet in
staat zijn bij te dragen voor het interregionale secretariaat van IMS dat uit
bijdragen van alle ondertekenaars van de IMS-overeenkomst wordt
gefinancierd.
(4)
2.
Het IMS-referentiekader bepaalt dat het voorzitterschap van het IMS-bestuur
rouleert onder de ondertekenaars van de overeenkomst. De Gemeenschap kon
echter, wegens het ontbreken van een rechtsgrondslag in Besluit
1997/378/EG van de Raad van 27.01.1997, in de afgelopen 10 jaar deze
verplichting niet nakomen. Zij was niet in staat het met het voorzitterschap
samenhangende interregionaal secretariaat op te zetten. Op basis van de
overeenkomst moet de Commissie gemachtigd zijn gedurende 2,5 à 5 jaar een
dergelijk interregionaal secretariaat op te zetten telkens als zij het
voorzitterschap opneemt en het interregionaal secretariaat voor IMS moet
verzorgen.
AANBEVELING
In het licht van het bovenstaande beveelt de Commissie aan:
– dat de Raad de Commissie machtigt om met de Verenigde Staten van Amerika,
Japan, Australië, Canada, Korea en de EVA-landen Noorwegen en Zwitserland te
onderhandelen over de verlenging van de Overeenkomst voor wetenschappelijke
en technische samenwerking tussen de Europese Gemeenschap en de Verenigde
Staten van Amerika, Japan, Australië, Canada, Korea en de EVA-landen
Noorwegen en Zwitserland, zoals gesloten bij Besluiten 1997/378/EG en
2001/421/CE van de Raad en gewijzigd op het punt van het IMS-bestuur, de
budgettaire principes en de oprichting van een interregionaal secretariaat. De
overeenkomst wordt gesloten voor een periode van 10 jaar en wordt voorlopig
toegepast vóór de inwerkingtreding,
– dat de Commissie deze onderhandelingen voert namens de Gemeenschap, in
overleg met een door de Raad aangesteld bijzonder comité dat haar bij het
vervullen van haar taak helpt en in het kader van de bijgevoegde richtsnoeren.
NL
4
NL
RESTREINT UE
BIJLAGE
ONDERHANDELINGSRICHTSNOEREN
Het doel van de onderhandelingen is de onderhavige overeenkomst te verlengen voor een
periode van 10 jaar. Het is aangewezen te voorzien in de voorlopige toepassing van de
verlengde overeenkomst teneinde de Gemeenschap in staat te stellen tot ononderbroken
deelname aan het IMS-initiatief.
Het beginsel van publiek-privaat partnerschap wordt ingevoerd om het besturen van IMS te
verbeteren; het huidige IMS-referentiekader moet dienovereenkomstig worden gewijzigd.
Daarnaast moeten budgettaire principes die afgestemd zijn op de eisen van het Financieel
Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen in het
referentiekader worden opgenomen.
NL
5
NL