Bijeenkomst 4

Download Report

Transcript Bijeenkomst 4

 Poëzie
 Uitwisseling uitkomsten van het bronnenonderzoek
 Bespreking gelezen werk
 Verwerkingsopdrachten
 Recensies opbouw en taalgebruik
 Functies van literatuur
 Genres
 Plan van aanpak
 Mediatheek
 1. Parooldichters
 2. Stratenmaker op zee show
 3. Blauw geruite kiel
 Annie M.G. Schmidt, Han Hoekstra, Jac. Van Hattum,
Diet Huber
 Tegendraads en rebels in een sprookjesachtige
verbeelding
 Verzet tegen het vaststaande en omverwerping van de
normen voor fatsoen en deftigheid
 Tegen het gezag schoppen
 Hooggeplaatsten worden in hun hemd gezet
(D. Zonderland)
 Gevestigde orde op z’n kop; solidariteit met de
onderliggende partij
 Burgerlijke wordt geneutraliseerd door de ironie
 Hans Andreus: gedichten eindigen vanuit het
perspectief van de volwassenen
 Karel Eyckman, Willem Wilmink, Hans Dorrestijn
 Nieuwe woorden en uitdrukkingen
 Maatschappelijke en relationele zaken
 Emoties en belevingsmogelijkheden van kinderen
staan centraal
 Milieuproblemen, onrechtvaardige leraren, oorlog,
scheidende ouders, dood, liefdesperikelen
 Taboedoorbrekers, troost en aanmoediging
 Meer experimenteren met de vorm
 geen vaste strofebouw,
 geen metrum,
 geen eindrijm.
 wel een natuurlijk ritme,
 korte regels, klinkerrijm en medeklinkerrijm.
 De intrede van het vrije vers in de
kinderpoëzie
 Accent op vragen als:
 Wie ben ik?
 Waar kom ik vandaan?
 Wat is de zin van het bestaan?
 Poëzie moeilijker door:
 het gebruik van beeldspraak
 metaforen en metoniemen
 en stijlfiguren als litotes (verkleining) en ellips
(weglating)
 Edward van de Vendel
 Leendert Witvliet
 Ted van Lieshout
 Bron:
Literatuur zonder leeftijd. Jaargang 12 · dbnl
Ik steek mijn leven over
in een bootje van mezelf.
Mijn hersens zijn mijn scheepsjournaal,
een opslagruim
van bijna elf.
Ik ben al twaalf,
maar ik ben
leeg van start gegaan.
Ik kan me weggaan
niet herinneren
en ook niet waarvandaan.
Hoe moet je niet vergeten?
Hoe hou je wat je hoort?
Het mag wel stevig stormen,
maar ik wil niemand overboord
 Sinds 1985
 Dichtwedstrijd voor jongeren van 12 tot 18
 Veel materiaal aangeboden
 Afsluiting in de schouwburg te Groningen
 Welke periode?
 Typerende kenmerken?
 Bruikbaar in de onderbouw? Met welk doel?
 Onderzoeksvraag:
Hoofdvraag
Deelvragen (subvragen)
De deelvragen zorgen ervoor dat je het onderwerp
van verschillende kanten belicht.
Wanneer je de antwoorden op de deelvragen hebt
gevonden, kun je de onderzoeksvraag beantwoorden.
 Beschrijvende of beeldvormende vraag
 Vergelijkende onderzoeksvraag
 Verklarende onderzoeksvraag
 Waardebepalende of evaluatieve vraag
 Voorspellende onderzoeksvraag
 Probleemoplossende of regelgevende
onderzoeksvraag
Onderzoeksvraag
2. Deelvragen
3. Hypothese (voorspelling doen) over de uitkomst
van het onderzoek en waarom deze uitkomst
verwacht wordt
4. Plan van aanpak (de stappen die genomen gaan
worden in het onderzoek)
1.
 Bronnenonderzoek (welke geraadpleegd?
uitkomsten?)
 Boek en/of dichtbundel
 Recensiebespreking (aanbeveling? waarom?)
 Verwerkingsopdrachten suggesties






Jeugd
Herkenbaarheid
Toegankelijkheid
Spanning
Volwassenen
Originaliteit
Openheid
Diepgang
Volwassenen wijzen voorspelbaar plot af; hebben een
voorkeur voor een complexe structuur met verschillende
verhaaldraden en tijdsprongen.
Het verhaal mag niet teveel vertellen, de lezer moet de
ruimte krijgen om zelf invulling te geven.
Goede boeken doen beroep op de creativiteit van de
lezer; vragen een actieve en kritische leeshouding in
plaats van de escapistische.
Stereotypes en zwart-wittekening worden afgewezen
 Levensechte typering van de hoofdpersonen,
genuanceerd met oog voor hun evolutie.
 De stijl moet origineel, beeldend en suggestief zijn.
 Geen clichés en expliciete aanduidingen van
gevoelens, maar beeldrijke en suggestieve
beschrijvingen.
 De taal moet authentiek zijn, niet betuttelend of
gewild populair.
Els Pelgrom Kleine Sofie en Lange Wapper (Gouden
Griffel volwassen jury)
 De Leeswelp (bevat overwegend recensies)
 Leesgoed
 Literatuur zonder leeftijd
Opbouw
 Intro: citaat, inhoudelijk, anekdote (korte verwijzing
naar het leven van de schrijver o.i.d.), een deel uit het
geheel (een dominant thema uit het verhaal)
 Helder oordeel over de inhoud
 Eenduidige interpretatie
 Oordeel over de opbouw, personages, thema,
perspectief, tijd, originaliteit, taalgebruik e.d.
 Duidelijke afsluiting
 Goede samenhang van de bovengenoemde
onderdelen
Stijl en toon
 Woordkeus en zinsbouw to the point en aantrekkelijk
(passend bij het niveau van de doelgroep)
 Pakkend intro
 Afsluiting is een goede afronding
 Helder oordeel
 De ontspannen functie: behoefte aan ontspanning
 De creatieve functie: behoefte aan verbeelding en




fantasie
De emotieve functie: behoefte aan emotioneel
welbevinden
De informatieve functie: behoefte aan kennis
De zingevende functie: behoefte aan zingeving en
moreel houvast
De esthetische functie: behoefte aan schoonheid
 Compensatorische: het verhaal moet goedmaken wat
de lezer in de realiteit van alledag mist.
 Verhalen hebben een compensatorische functie
wanneer zij de lezers de mogelijkheid bieden
behoeften en wensen die zij in het dagelijks leven
moeten onderdrukken, in de personages te
projecteren.
 In dit soort verhalen kunnen kinderen hun wereld
ontvluchten.
 Kinderen worden zich via het verhaal bewust van de
situatie waarin zij verkeren.
 Het verhaal laat ook zien hoe kinderen die situatie
kunnen beïnvloeden.
 De fantasie wordt gebruikt om veranderingen te
bewerkstelligen; zij rijkt een handelingsstrategie aan,
zet kinderen aan tot actie.
 Blauwe plekken Anke de Vries
 De personages hebben een voorbeeldfunctie.
 De verhalen geven de lezer als het ware in overweging
zich zo te gedragen als de hoofdfiguur.
 Het gedrag van de hoofdfiguur wordt geïnterpreteerd
als gewenst gedrag.
Deze functies kunnen gecombineerd voorkomen!!
De koning van Katoren Jan Terlouw
Het oneindige verhaal Michael Ende
Het wezen van humor: ongerijmdheid en superioriteit
(Uit de school geklapt, Harry Jekkers, Koos Meinderts,
Hoe Mieke Mom haar maffe moeder vindt, Guus Kuijer)
 Ongerijmdheid: verstoring van de gewone orde
 Superioriteit: voorpret, een ander doet iets geks, stoms
 Situatiehumor:
 gekke toestanden,
 Blunders
 Excentrieke figuren (Chaplin)
 Ongerijmde situaties
 Overdrijving en contrast
 Vergroten of verkleinen (GVR van Dahl)
 Tegenstelling ouders-kind
 Hoe om te gaan met lastige ouders of een vervelend
zusje?(Rennison)
 Taboedoorbreking
 Grapjes over ‘verboden’ dingen
 ‘Ik troostte zusje voor haar gebrek aan borstjes: je kunt
ook geen borstkanker hebben. Soms voel ik me een beetje
Christus: hij ging al weldoende rond.’
Ed Franck, Geen wonder dat moeder met de goudvissen
praat.
 Ongerijmde taal
 Woordspelingen, gekke ongerijmde taal
‘ Zo’n lolletje was het natuurlijk niet, om leeuw te zijn in
een safaripark. De hele dag zie je lunchhapjes
voorbijrijden in van die trommeltjes. Eten in blik. Maar
nu was het eten uit het blik gekropen.’
 Anthony Horowitz, Publieke vijand nummer twee
 Opblazen of juist minimaliseren
 Dahl ‘het bloed stolde in haar aderen tot ijs’, ’zijn ogen
puilden uit zijn hoofd.’
 Spanning ontladen
 Aftasten van grenzen
 Taboes doorbreken
 Problemen verlichten
 Stimuleren van de creativiteit
 Middel tot sociale integratie
 Artikelen lezen van M. de Sterck, P. Mooren,
T. Engelen en G. Velema
 Wat is jouw opvatting/visie over literatuur? Maak een
samenvatting van jouw visie op papier. Geef
argumenten voor jouw mening.
 Bespreking artikelen
 Avontuur, spanning en realisme
 Genres
 Sprookjes (volkssprookjes en cultuursprookjes) Neem
je favoriete sprookje mee en vertel dit aan de klas!
 http://sites.google.com/site/mediatheekjeugdboeken/
 Voorbereiding bijeenkomst 6
 In groepen werken
Betweterig zijn of morele dilemma’s tonen?
2. Wat kun je beter hebben dan dat mensen moeite
hebben met je boeken?
3. Eigen wereldje doorbreken?
4. Velthuis: Kinderen zijn mensen met dezelfde
problemen als volwassenen. Niet ‘verlagen’.
1.
 Wel of niet geweld beschrijven?
 Hoe om te gaan met historische gegevens?
 Jeugdliteratuur 
 Terughoudend zijn met eigen opvattingen in het verhaal
 een duidelijke, pedagogische taak  bewustwording
Keuzemogelijkheden laten zien
 Moraliserende boeken? Aanrader?
 Wat is haar opvatting?
 Wat vind je daarvan?
 Avontuur is wat afwijkt van het gewone, dagelijkse
leven
 Wie niet waagt, wie niet wint = motto
 De hoofdpersonage komt in benarde situatie terecht
en weet op het nippertje te ontsnappen
 de tocht buiten de vertrouwde omgeving
 Enerzijds spanning, maar ook behoefte aan veiligheid.
 Cynthia Voigt met Onder de blote hemel
 Tonke Dragt met Brief voor de koning.
 De lezer verdwijnt in het verhaal
 Vergeten van de werkelijkheid
 Intense betrokkenheid bij de gebeurtenissen
 Doorbreking van de alledaagse sleur, problemen
 Identificatie met de held
Manipulatietechnieken
 Detectiespanning:
 Wie heeft het gedaan?
 Wie gaat er winnen?
 Waarom staat die deur open?
 Doseren van informatie
 Perspectiefwisselingen
 De lezer weet meer dan het personage
 Spanning opbouwen
 ‘Het was een doodgewone woensdagmiddag. Plotseling
kreeg Johan het gevoel dat de wereld kantelde en naar
alle kanten wegstroomde. Hij wist wat er gebeuren
ging. Hij werd weer bestookt, net als toen hij klein was. ‘
 Margaret Mahy, De jongen met de gele ogen
 Ook Horowytz en Rowlings werken op deze manier 
cliffhangers, verhullen en onthullen
 Om eigen angst te kunnen projecteren
 Nieuwsgierigheid naar het verdere verloop
 Hoe ontwikkelt de psyche zich?
 Hoe ontwikkelen de normen en waarden van het
hoofdpersonage zich ( Ed Franck, Zomer Zeventien)
 Je eigen identiteit ontwikkelen in historische context
(Odysseus)
 Je lot ontwijken (Nancy Farmer, het meer van de
duizend stemmen)
 Vluchten uit je eigen werkelijkheid
 Wie heeft het gedaan?
 Op hoger niveau 
 Nu met meer karaktertekening
 Met een goede spanningsboog
 Meer richting psychologische thriller
 Rowling, Horowytz, Garfield, Feth, De Jonge, Gillian
Cross, Colfer, e.a
 Veel realistische boeken
 Over problemen als ongeluk, pesten, zelfdoding,
verslaving etc.
 Bakker, Perenbomen bloeien wit.
 Pohl, We noemen hem Anna
 Voight, Tillermans- cyclus
 Moloney, De veerpont
 Provoost, Mijn tante is een grindewal
 Irwin, Abby
 Burgess, Junkies
 Jonge lezers leren hoe ze moeten omgaan met … en
leren zichzelf te accepteren
 Hoe kom ik voor mezelf op?
 De hoofdpersoon komt rijper tevoorschijn
 Francine Oomen, Hoe overleef ik ….?
 Aidan Chambers, Tirannen
 De Vries, Kladwerk
 De Zanger, Desnoods met geweld
 Hier-en-nu verhalen (dichtbij-huisverhalen) in de






leefwereld en belevingswereld van jongeren Carry Slee
100% Timboekto (herkenbaarheid, geven kijk op ideeën,
normen en waarden van een tijd, schrijver)
Historische verhalen Thea Beckman Kruistocht in
spijkerbroek (Spannend, moraliserend ,grensverleggend)
Oorlogsverhalen Jan Terlouw Oorlogswinter
Verhalen over andere culturen Francesco D’Adamo Het
verhaal van Iqbal (horizonverbreding)
Detectiveverhalen Anthony Horowitz, serie over Alex
Rider (spanning, avontuur, puzzel oplossen)
Sprookjes volkssprookjes (moraliserend) en
cultuursprookjes (Godfried Bomans)
Fantasieverhalen Lewis Caroll Alice in Wonderland
 Griezelverhalen Paul van Loon De griezelbus
 Sciencefiction Tonke Dragt Torenhoog en mijlenbreed
 Dierenverhalen Toon Tellegen Misschien waren zij




nergens, Käthe Recheis Wolvensaga
Prentenboeken
Stripverhalen Hergé Kuifje
Informatieve boeken Annie Miljard, Steve Noon
Zomaar een straat door de eeuwen heen
Poëzie Willem Wilmink We zien wel wat het wordt
 ICT-informatie mediatheek
 Toon Tellegen en dierenverhalen
 Historische verhalen en oorlogsverhalen
 Jury’s en prijzen
 Artikel Goossens emotionele en verbeeldende
leesbelevingen, Margriet de Graaf en Marita de Sterck
 Groepswerk mediatheek
 Dieren worden vermenselijkt  relativerende kijk op
de mens
 Van den vos Reinaerde (13e eeuw)
 Reize door het Aapenland (1788)
 The wind in the willows (1908)
 Waterschapsheuvel (1972) verfilmd, muziek Bright eyes
 Mens sluit vriendschap met een dier
 Alleen op de wereld; Julie en de wolven(Graighead
George)
 Mens en dier als vijanden.
 Moby Dick van Herman Melville
 Schaduw uit de diepte van Colin Thiele
 Spelen in historische context
 Wel fictieve hoofdpersonages
 Eerst in dienst van het vaderland
 Nu accent op gewone man
 Landsgrenzen worden overschreden
 Ook meisjes als hoofdpersonage
 Het verleden als bron van verbeelding
 Spelen in op nieuwsgierigheid en leergierigheid
 Thea Beckman, Kruistocht in spijkerbroek
 Miep Diekman, Marijn bij de lorredraaiers
 Floortje Zwigtman, Schijnbewegingen
 Els Pelgrom, De eikelvreters
 Barbara Willard, De kinderen van de ketellapper
 Vaak een thema in historische verhalen
 Oorlog als avontuur -Biggels, de Engelandvaarders Religie, nationalistische gevoelens en ‘gelijk’ hebben
 met een boodschap - Oorlogswinter
 Vriend en vijand relatief begrip
 Tijd: de Tweede wereldoorlog
 Verschenen in de jaren zeventig en tachtig 
 Verwerking van eigen oorlogservaring
 Jan Terlouw
 Evert Hartman
 Jaap ter Haar
 Miep Diekman
 Imme Dros
 Els Pelgrom
 Gijs Wanders
 Klaus Kordon
 John Marsden
 John Boyne
 Karlijn Stoffels e.a. zie ook Leesbeesten en boekenfeesten
over dit genre
 1954 eerste Kinderboekenweek
 doel: jeugdliteratuur promoten
 1987 eerste Libris Woutertje Pieterse Prijs
 (Imme Dros – Annetje Lie en het holst van de nacht)
 doel: literaire waarde belonen, bevorderen kwaliteit kind-
en jeugdboek.
 * Kritiek: kinderen moeten zelf eisen kunnen stellen om zo
het leesplezier te bevorderen.
 Gouden Zoen (deskundige volwassen jury)
 Gouden Griffel (CPNB Stichting Collectieve Propaganda van
het Nederlandse Boek)
 Bekroonde boeken
 1988 Kinderjury ontstaan (6 – 12)
 1998 Jonge Jury (13 – 16) www.jongejury.nl
 * Kritiek: kinderen onderschatten goede literatuur,
alleen échte critici kunnen prijzen uitreiken 
hedendaagse discussie.
 Dioraphteprijs de enige literaire prijs voor
jongerenliteratuur in Nederland en Vlaanderen
 Publiek: het jongere kind
 Als het goed is, groeit een kind van een boek.
 De boodschap is impliciet christelijk
 Schrijven als een christen: niet vloeken, lezen uit de
bijbel etc.
Is de cover of het jasje het belangrijkste verschil? Mag
de binnenkant van literatuur voor adolescenten en
voor volwassenen hetzelfde zijn, als dat aan de
buitenkant maar niet te zien is?
2. Liggen de verschillen anders per taalgebied, per
cultuurgebied?
3. Zit het in de stijldrempels?
4. Zit het verschil in de morele grenzen, in het afronden
van scherpe kantjes?
1.
Moet jeugdliteratuur confronteren?
2. Wil je sturen in de keuze van boeken?
3. Moet je neutraal blijven als docent?
4. Vind je leesplezier belangrijk?
5. Moeten leerlingen literaire technieken kunnen
herkennen?
6. Vind je fictie belangrijk binnen het vak Nederlands?
7. Hoe ga je dit vormgeven?
Overleg in groepjes over de antwoorden.
1.
 Alle PowerPoints 
 Geschiedenis van de jeugdliteratuur
 Genres: definiëring en voorbeeld erbij geven.
 Functies van jeugdliteratuur  Coillie
 Normen en waarden  artikelen n@tschool
 Eigen visie over de functie van jeugdliteratuur?
 Fictie: lectuur, literatuur?
 Prijzen voor jeugdliteratuur
1 Het oorlogsboek is een populair genre binnen de
jeugdliteratuur. Welke verschillende mogelijkheden
heeft de schrijver binnen dit genre om morele
dilemma’s aan te dragen? Geef zo mogelijk
voorbeelden
2. Hieronymus van Alphen speelde een belangrijke rol in
zijn tijd.
a. In welke tijd leefde hij? Licht deze tijd toe.
b. Welke rol speelde hij in de ontwikkeling van boeken
voor de jeugd?
 Enkele juryrapporten lezen
 Bekroond jeugdboek lezen, samenvatting en recensie
schrijven
 Praktijkdeel onderzoek uitvoeren en beschrijven
 Visie over jeugdliteratuur vormen
 Lectuur (triviale boeken) en/of literatuur
 De Dioraphte Jongerenliteratuur Prijs (DJP)
 Genres: andere culturen, fantasy, griezelverhalen en
science fiction
 Functies van literatuur
 Mediatheekpresentatiecriteria
 Dinsdag 3 april facultatief, vragenuur
 Het triviale boek
algemene kenmerken:
1. Triviale teksten worden in series uitgegeven. Een serie
kan gegroepeerd zijn rond de belevenissen van
dezelfde hoofdpersonages (Arendsoog, Kameleon) of
rond eenzelfde type verhalen (Witte Raven)
 2. Kunstzinnige, pedagogische of eisen van
taalontwikkeling staan niet centraal, maar de
commerciële belangen van de uitgeverij.
 De boeken moeten snel en goedkoop geproduceerd
kunnen worden en zonder al te veel risico's verkocht
worden. Warenhuizen, supermarkten,
inloopboekhandels.
 3. Inhoudelijk zijn de verhalen weinig vernieuwend. Ze
sluiten aan bij bekende verhaalpatronen, geven een
traditioneel wereldbeeld weer en vallen vaak in
herhaling. Ragfijn variëren op hetzelfde thema
(Bouquetreeks).
 Inhoudelijke vernieuwing zou de kopers kunnen
afschrikken, wat voor de uitgever een financieel risico
kan opleveren.
Literatuur:
 kunstzinnige, pedagogische en taalontwikkeling staan
centraal;
 oorspronkelijk, geen ragfijne variatie op het reeds
bekende;
 identificatiemogelijkheden;
 uitgewerkte karakters (round characters = meerdere
karaktereigenschappen, karakterontwikkeling).
 opbouw (niet altijd chronologisch, tijdsprongen),
vanuit een ik-perspectief of vanuit een personale
vertelsituatie;
 originaliteit, inhoudelijk vernieuwend, geen
traditioneel wereldbeeld, actualiteit, vraagstukken;
 naast gesloten eind ook open eind. Lege plekken in het
verhaal;
 taalgebruik (aandacht voor stijl, woordkeus,
zinsbouw).
 Neem een jeugdboek in gedachten waarvan je vindt
dat het een goed boek is.
 Probeer vier argumenten te bedenken waarom jij dit
een goed boek vindt (inhoudelijk, verhaallijn,
personages, identificatiemogelijkheid, functie,
originaliteit, taalgebruik, perspectief, begin, eind)
 Neem een jeugdboek in gedachten waarvan je vindt
dat het geen goed boek is.
 Benoem vier argumenten waarom je dit geen goed
boek vindt.
 De Dioraphte Jongerenliteratuur Prijs (DJP) is de enige
literaire prijs voor jongerenliteratuur in Nederland en
Vlaanderen. De DJP bekroont boeken van hoge
kwaliteit die goed aansluiten bij de belevingswereld
van jongeren.
 1e . Post voor mevrouw Bromley - Stefan Brijs (16x)
 .. inspirerend … voor leerlingen die interesse hebben in de
menselijke aspecten van een oorlog. Ik verwacht vooral dat
jongens hiervoor belangstelling hebben en aan hun trekken
komen bij dit boeiend vertelde verhaal vanuit meerdere
kanten
 een geweldig geschreven boek over de Eerste Wereldoorlog
 2e . Prikkeldraad - Derk Visser (10x)
 Het verhaal van Pearl spreekt veel jongeren
waarschijnlijk aan …realistisch … dicht bij de eigen
belevingswereld staat. (Ik ken het boek nog niet.)"
 "Prikkeldraad wil ik lezen, omdat een vrouwelijke
hoofdpersoon minder voorkomt dan een mannelijke (is
mijn indruk)"
 3e . De boodschapper - Marcus Zusak (9x)
 “…fijn dat je ook een goed gevoel kunt krijgen van het
lezen van een boek. "
 "Jongeren zijn bezig met het zoeken naar zichzelf. Wie
wil ik zijn?, waar wil heen? Dat soort vragen komen ook
in dit boek aan de orde."
 Mooren
 Van Engelen
 Velema
 De Graaf
 De Sterck
 Jij
 De aantrekkingskracht van het vreemde
 Anders en toch herkenbaar
 Nieuwsgierigheid naar het onbekende
 Vanuit de hoofdpersoon geschreven
 Laten nadenken
 Over cultuurverschillen
 Over integratie
 Over racisme
 ‘Jonge mensen verdienen een kans om door, met en in
boeken uit diverse culturen te ontdekken dat we zoveel
wezenlijke vragen delen, dat we bij het zoeken naar
antwoorden narratief vorm geven aan onszelf en de
groep waartoe wij behoren.’
 Marita de Sterck (2003)
 Gary Paulsen, Het lied van de honden
 Gijs Wanders, diverse boeken
 Ed Franck, Begraaf me over de bergen
 Geertje Gort, Filz: ‘jonge loot’
 Ian Hudson, Sweetgrass
 Elisabeth Lairdh, Wij zijn Koerdistan
 Nancy Farmer, Het meer van de duizend schimmen
 Henning Mankell, Gezichten in het vuur
 1. alles is verzonnen: de wereld, de personages de
leefregels etc.
 Paulus de boskabouter, In de ban van de ring
 2. de wereld bekend; er gebeuren onmogelijke dingen
 Pipi Langkous. Pinokkio
 3. de hoofdpersonages reizen naar een andere wereld
 Het oneindige verhaal, Alice in Wonderland èn …….Harry
Potter
 Redenen om dit genre te pakken
 Ontspanning
 Vlucht uit de werkelijkheid
 Prikkelen de fantasie: alles kan
 Fantasie als kracht om problemen te
overwinnen
 Strijd tussen goed en kwaad op afstand
 Oorsprong bij gothic novel, eind 18e eeuw
 Vermenging realiteit en het bovennatuurlijke
 Spannend door dreiging
 Frankenstein (1819)
 Dracula (1897)
 Jonge lezer kan zich identificeren met de hoofdfiguur:
 een mensenkind of een fantasiewezen
 Hoofdfiguren eendimensionaal karakter
 Doel: het overwinnen van het kwade en hun angst
 Ruimte: donker bos, immense kelder, kasteel etc.
 Tijd: middernacht, vrijdag de dertiende, onweer etc.
 Het verhaal moet niet te echt zijn
 Fictie en wetenschappelijke ontwikkelingen ….
 Jules Verne met Reis naar de maan (1865)
 Na de Tweede Wereldoorlog populair
 Star wars, Star Trek en The X-files
 Tijdreizen
 Thema’s
 Leven na de bom?
 Het verzet tegen het onmenselijke systeem
 Thule-trilogie van Beckman
 De ontspannen functie: behoefte aan ontspanning
 De creatieve functie: behoefte aan verbeelding en




fantasie
De emotieve functie: behoefte aan emotioneel
welbevinden
De informatieve functie: behoefte aan kennis
De zingevende functie: behoefte aan zingeving en
moreel houvast
De esthetische functie: behoefte aan schoonheid
 Uitleg literatuuronderzoek, onderzoeksvraag,




uiteenzetting van theoretisch kader
Vergelijking praktijk (onderzoeksresultaten) en theorie en
conclusie
Verantwoording opzet en inhoud website n.a.v. het
literatuuronderzoek en de onderzoeksresultaten
Meerwaarde van de website
Keuzemogelijkheden, lay-out en aantrekkelijkheid,
doelgroepgerichtheid, gebruikersvriendelijkheid,
diversiteit van doorklikmogelijkheden, motiverend








Recensie
Samenvatting
Audiofragment
Filmpje
Andere boeken (proza en poëzie) van dit genre
Andere boeken van deze schrijver
Info over de schrijver
Voorleesadviezen: welke bladzijden +opdrachten
 Verwerkingsopdrachten- divers
 Facultatief!
 Mythen bieden een verklaring voor levensvragen en
natuurverschijnselen, zoals de schepping, de wisseling
van de seizoenen of het mysterie van de dood. Ze doen
dat vanuit de relatie tussen mensen en goden.
 Legenden zijn heiligenverhalen. De wonderlijke
gebeurtenissen hebben een religieuze betekenis en een
stichtelijke bedoeling.
 Sagen knopen aan bij historische gebeurtenissen,
waarvoor een bijzondere verklaring gegeven wordt. Je
kunt er een historische kern in terugvinden.
 Fabels onderscheiden zich van het sprookje door de
moraliserende boodschap. De hoofdfiguren zijn er
dieren, planten en voorwerpen. Ze bieden een spiegel
voor het menselijk gedrag.
 Volkssprookjes zijn anoniem en werden oorspronkelijk
mondeling overgeleverd. Ze behoren tot het oudste
cultuurgoed. De anonieme volksverhalen bevatten irreële
elementen, vast verhaalpatroon, beeldend taalgebruik, steeds
terugkerende personages en thema’s.
 Cultuursprookjes zijn van de hand van literaire auteurs. Zij
maken gebruik van thema’s, motieven, personages en
structuren (verhaalpatronen) uit volkssprookjes, maar voegen
er nieuwe figuren en situaties en niet zelden een eigen moraal
aan toe.
Godfried Bomans Groot sprookjesboek
De rijke Bramenplukker







analyse van de vorm van het sprookje
vast verhaalpatroon
er was eens… geeft aan dat het verhaal fictief is
stapsgewijze manier van problemen oplossen
gebruik maken van contrasten
terugkerende personages
het handelen van personages vertoont overeenkomsten
Deze benadering geeft meer inzicht in het verhaalpatroon.
 het sprookje wordt in de sociale en historische context
geplaatst waarbinnen het functioneerde
 achterhalen waardoor het van volksliteratuur tot
kinderliteratuur is geworden.
 functieveranderingen van het sprookje
 inhoud past bij de lagere sociale klasse
 problemen komen voort uit de bestaande
machtsverhoudingen tussen mensen
Deze benadering verklaart de inhouden van sprookjes door
er menselijke problemen in te herkennen. Die inhouden
worden in verband gebracht met de maatschappelijke
verhoudingen waarbinnen de verhalen functioneerden
 Regel een samenvatting van een betrouwbare site.
 Recenseer het boek
 Noteer altijd de volgende boekgegevens:
 Achternaam van de schrijver, voorletters., Titel, Plaats,
Uitgever, jaar van uitgave.









Bekijk de geschreven recensies kritisch
Sterke punten
Zwakke punten
Goede voorbeelden?
Pakkende citaten?
Beeldmateriaal?
Links?
Extra mogelijkheden per boek aangegeven?
Afspraken maken m.b.t. volgende recensies
 Recensies schrijven
 Plan van Aanpak
 Bronnenonderzoek leesgedrag en leesvoorkeuren
Taaluniversum, Stichtinglezen, Narcis.info
Plan van Aanpak
Lezen van jeugdboeken en schrijven van recensies
Doorgaan met onderzoek naar leesgedrag en leesvoorkeur
Opzetten praktijkdeel van het onderzoek en dit
uitvoeren
Lezen de overige artikelen
 Formuleer bij elk artikel jouw visie
 Onderbouw deze met argumenten
 Logboek bijhouden
 Vragen aan Martha de Jager (ICT)