Uitgedaagd door NAH: Net Andere Hulpverlening?

Download Report

Transcript Uitgedaagd door NAH: Net Andere Hulpverlening?

Uitgedaagd door NAH: Net Andere Hulpverlening?
9u-9.30u:
onthaal
9.30u-10u:
welkomstwoord (Veerle Dekocker, directeur studiegebied sociaal agogisch werk)
Studiedag 25 april 2017
voorstelling Synaps (Mieke Geernaert, voorzitster)
10u-11u: Neuropsychotherapie: een plaatsbepaling (Prof. Dr. Ponds, klinisch neuropsycholoog)
Een hersenletsel heeft zeer ingrijpende gevolgen voor patiënt en naasten. Oude rollen vervallen door de lichamelijke, cognitieve en gedragsmatige
beperkingen. De patiënt doorloopt een lang traject van aanpassen waarbij het uiteindelijk doel is het hervinden van een nieuwe identiteit. Dit gaat niet bij
iedereen vanzelf. De emotionele problemen die zich daarbij kunnen voordoen vragen om een psychotherapeutische behandeling, toegesneden en aangepast
aan de gevolgen van het hersenletsel. Neuropsychotherapie is de overkoepelende term voor de toepassing van psychotherapeutisc he modellen en technieken bij patiënten met een hersenaandoening. In deze bijdrage wordt een beschrijving gegeven van wat neuropsychotherapie is. De volgend e vragen
komen aan bod: (1) Voor welke problemen en klachten bij patiënten met hersenletsel is neuropsychotherapie geschikt en geïndiceerd, (2) wat maakt
neuropsychotherapie anders dan ‘reguliere’ psychotherapie, (3) waar moet rekening mee worden gehouden bij de toepassing van p sychotherapeutische
interventies bij patiënten met hersenletsel en (4) welke psychotherapievormen lenen zich in het bijzonder voor toepassing bij hersenletselpatiënten.
11u-11.15u: pauze
11.15u-12.15u: Te veel en te weinig gedrag na hersenletsel. (Prof. Dr. Ponds, klinisch neuropsycholoog)
Veel patiënten met hersenletsel vertonen onrustig en geagiteerd gedrag na hersenletsel. Men is voortdurend overprikkeld en reageert agressief naar de
omgeving. Dit gedrag heeft, begrijpelijkerwijs, natuurlijk grote impact op de omgeving. Veel patiënten laten ook het omgekeerde zien: heel weinig gedrag,
geen initiatief en weinig reacties naar naasten. Ook dit passieve gedrag is in tegenstelling tot wat vaak gedacht wordt, zeer belastend voor de omgeving. Het
behandelen van agressie en apathie na hersenletsel is nog niet gemakkelijk. Dit geldt voor zowel de medicamenteuze als gedragsmatige interventies. In deze
bijdrage wordt een overzicht gegeven van wat er momenteel aan behandelingen mogelijk is.
12.15u-13u: broodjesmaaltijd
13u-14.15u: Keuzeblok A
Sessie A1: Angst- en stemmingsproblemen na NAH (Chris Anthonis, klinisch neuropsycholoog)
Een niet-aangeboren hersenletsel (NAH) heeft een grote impact op het leven van de patiënt en zijn familie. Vaak gaat het gepaard met emotionele
ontregeling, zoals angst- en stemmingsproblemen. Deze kunnen een directe relatie hebben met de neurobiologische veranderingen, maar kunnen
ook het gevolg zijn van een psychologische reactie op het ontstaan van de aandoening en de fysieke, cognitieve en emotionele veranderingen. De
patiënt ervaart een toegenomen onzekerheid en verlies aan controle over het leven, de gezondheid en het eigen functioneren. Ontluikend ziekteinzicht versterkt dit nog. Dit leidt niet enkel tot bezorgdheid of gepieker, maar ook tot veranderingen in het zelfbeeld en z elfvertrouwen. Angsten zijn
vaak gekoppeld aan fundamentele thema's zoals kwetsbaarheid, eenzaamheid, verval, eindigheid en dood. Diagnostiek en behandeling van angst- en
stemmingsstoornissen bij patiënten met een hersenaandoening is complex en vraagt naast inzicht veel creativiteit en vindingri jkheid van de
hulpverlener. In de workshop gaan we in op deze complexiteit en staan we stil bij psychotherapeutische behandelmogelijkheden.
Sessie A2: Dwang als lekke reddingsboei (Guy Lorent, klinisch neuropsycholoog)
Dwang, compulsies, rituelen, stereotiepe handelingen, piekeren zien we niet zelden ontstaan na een niet aangeboren hersenletsel. We kijken naar
de interactie tussen deze gedragingen en de hersenschade, maar de eerste opdracht van de hulpverlener blijft zich in te leven in de persoon met
NAH en mee te kijken hoe dwang en compulsie lijkt te helpen om het hoofd boven water te houden. Vanuit deze empathie kan dan samen met de
persoon met NAH gezocht worden naar een betere houvast.
Sessie A3 : Achterdocht en paranoïa bij NAH (dr. Dirk Liessens, psychiater)
Achterdocht en paranoia zijn zelden rechtstreekse symptomen van een hersenletsel. Bijna altijd zijn ze een reactie of coping -mechanisme om de
veranderde realiteitsinschatting of om de psycho-sociale gevolgen van het hersenletsel, een plaats te kunnen geven. Een combinatie van de
premorbide persoonlijkheidskenmerken en de opgelopen neuropsychologische tekens dus. Het onderscheid tussen beide is van groo t belang voor de
bejegening en de revalidatie. En voor de hulpverleners is de valkuil van de psycho-educatie reëel. Want bij achterdocht is teveel uitleg, en zeker
corrigerende uitleg, snel contraproductief. Een erg moeilijke oefening op metaniveau, met empathie, inleving, irritatie, mach teloosheid en
ontmoediging als bekende toeschouwers.
Sessie A4 : Feeling met mensen met verslaving en NAH en met de complexiteit van deze dubbele problematiek (dr. Gert Van Riel, arts/expert in
addiction)
Veel mensen met NAH hebben naast het hersenletsel ook een middelenprobleem. Verslaving is een chronische recidiverende stoornis.
Problematisch middelengebruik leidt tot veel klachten en problemen, zoals: verminderde draagkracht, emotionele labiliteit, stemmingsstoornissen,
gedragsproblemen, sociaal-maatschappelijke problemen en lichamelijke klachten. Er blijkt een grote overlap te bestaan tussen NAH-gerelateerde en
verslaving-gerelateerde klachten en problemen. Beide stoornissen versterken elkaars kwetsbaarheid voor deze klachten en problemen. Samen
veroorzaken ze een complexe probleempresentatie, waarbij niet duidelijk is wat de invloed van iedere stoornis afzonderlijk is.
De essentie van verslaving is de craving, de pathologische zucht, die sterk context/omgeving gerelateerd is. Deze craving zorgt er voor, dat stoppen
met middelengebruik niet het op te lossen probleem is. Dat is de craving zelf, die een terugval tot gevolg heeft. Net als voor NAH bestaat er geen
medicatie als oplossing. Er is sprake van co-morbiditeit, van een dubbele problematiek, die een geïntegreerde dubbele behandeling behoeft.
Voor beide aandoeningen zijn de hulpverleningsprincipes gericht op rehabilitatie, op verbetering van de kwaliteit van leven en op verbetering van
het dagelijks functioneren. Het gaat om contact en vertrouwen. Door een goede bejegening en door aan te sluiten bij de concre te doelen van de
patiënt, kan er gezamenlijk gewerkt worden aan verbeteringen op de verschillende levensgebieden, stap voor stap.
14.15u-14.45u: koffiepauze
14.45u-16u: keuzeblok B : herhaling van de sessies uit keuzeblok A
INSCHRIJVEN
je kan inschrijven vanaf 12 december 2016 via www.vives.be/SAW/studiedagNAH
PRIJS
inschrijving vóór 1 februari 2017: € 90
inschrijving vanaf 1 februari 2017 (tot uiterlijk 20 april 2017): € 100
PRAKTISCH
cam pus Kortrijk
Studiegebied sociaal-agogisch werk
Doorniksesteenw eg 145
8500 Kortrijk
in samenwerking met de werkgroep Synaps (provinciaal samenwerkingsverband NAH)