Zorgverlening in de toekomst – keuzevrijheid vs solidariteit

Download Report

Transcript Zorgverlening in de toekomst – keuzevrijheid vs solidariteit

Zorg
Zorgverlening in de toekomst –
keuzevrijheid vs solidariteit
Eric van Eck
Zoals we in het juli-augustus nummer meldden, heeft het Centraal Planbureau (CPB) een omvangrijk rapport
gepubliceerd over de stand van zaken en de te verwachten ontwikkeling van de kosten van de gezondheidszorg
en de verschillende manieren waarop we ons daartegen kunnen verzekeren. Kernstellingen van het rapport zijn,
dat verzekering van zorg – de solidariteit tussen verzekerden dus – een grote maatschappelijke waarde heeft,
maar dat de behoefte aan keuzevrijheid en eigen regie toeneemt. Afweging tussen solidariteit en keuzevrijheid
zijn volgens het CPB noodzakelijk. Het rapport verkent de bestaande situaties in Nederland en het buitenland en
de mogelijke toekomstige politieke keuzes in Nederland.
Solidariteit
Solidariteit staat hoog in het vaandel van de Nederlandse zorg, zowel
de curatieve als de langdurige zorg.
Elke Nederlander heeft toegang tot
een breed (ook internationaal
gezien) kwalitatief goed pakket
van zorg (basisverzekering en
AWBZ), dat voor iedereen gelijk is.
Die zorg is voor het overgrote deel
verzekerd. In restauranttermen:
iedereen krijgt goed te eten, maar
er is weinig keuze op het menu.
Deze solidariteit heeft een prijs.
Het deel van het nationaal inkomen dat we aan de zorg besteden,
kunnen we niet aan iets anders,
bijvoorbeeld onderwijs, besteden.
Lagere inkomens dragen minder
bij in de kosten en gebruiken
gemiddeld meer zorg. Met andere
woorden: de solidariteit kost de
hogere inkomens meer, dan de
lagere inkomens en tot nu toe
vinden de Nederlanders dat niet
zo’n probleem.
Basispakket: uitgebreid of sober?
Investeren in gezondheidszorg
kost weliswaar geld, maar levert
ook gezondheidswinst. Hoewel de
opbrengsten lastig te berekenen
zijn, is de algemene opvatting, dat
38 | januari/februari 2014
de opbrengsten hoger zijn dan de
kosten. Daarom is iedere Nederlander verplicht verzekerd voor
een breed basispakket, dat voor
iedereen gelijk is. De technische
ontwikkeling maakt echter steeds
meer ingrepen mogelijk, maar wel
tegen steeds hogere kosten.
Zouden we gewoon zo doorgaan,
dan kost in 2040 de zorg een
gemiddeld gezin maar liefst 37%
van het inkomen. Dat lijkt ongewenst. In de toekomst moet volgens het CPB daarom beter worden gekeken of de investeringen in
bijvoorbeeld nieuwe medicijnen
wel voldoende baten opleveren,
dus of elk zorgaanbod wel in de
basisverzekering moet worden
opgenomen. Denk bijvoorbeeld
aan de recente discussies over de
medicijnen tegen de ziektes van
Pompe en Fabry of aan peperdure
anti-kankermedicijnen, die soms
maar enkele maanden toevoegen
aan de levensverwachting van de
patiënt, maar wel zo’n 40 duizend
euro kosten. Ook solidariteit kent
haar grenzen.
Aanvullende verzekering
Het Nederlandse basispakket is
internationaal gezien erg breed.
We kunnen er samen voor kiezen
om het basispakket te versmallen,
de eigen bijdrage te vergroten en
niet alle nieuwe mogelijkheden op
te nemen in het pakket. We doen
dan minder een beroep op de solidariteit en krijgen meer keuzevrijheid. Maar in versmalling van het
basispakket schuilt het gevaar, dat
alleen mensen met een hoog risico
zich nog aanvullend willen verzekeren, waardoor de aanvullende
verzekeringen erg duur worden.
We zien in Nederland dat met
ingang van 2014 jonge, gezonde
mensen zich niet of minder aanvullend verzekeren en dus de aanvullende verzekeringen voor chronisch
zieken (vaak ouderen) veel duurder
worden. Dit effect wordt dus ook in
ons land duidelijk.1)
Als het basispakket achter loopt bij
wat technisch mogelijk is, zullen
vooral mensen met een hoog inkomen, aanvullende of betere zorg
gaan inkopen buiten de basisverzekering om. In landen met sobere
basisvoorzieningen zoals Australië,
de VS en het Verenigd Koninkrijk,
gebeurt dat volop. Het is de vraag
of een dergelijke ‘tweedeling in de
zorg’ – gezien de kostenstijging
van het basispakket – in de toekomst te vermijden is.
Keuzes
Het CPB-rapport stelt, dat voor de
nabije toekomst politieke keuzes
moeten worden gemaakt met
betrekking tot de mate, waarin de
solidariteit de grondslag kan blij-
ven van ons stelsel. Het schetst
glijdende schalen op twee dimensies: ten eerste tussen ‘de consument betaalt’ en ‘verzekeraar
betaalt’ en ten tweede tussen ‘zorg
naar keuze’ en ‘uniforme zorg’.
Verzekering van curatieve zorg, internationaal vergeleken
zorg naar keuze
VS
Australië
verzekeraar
consument
betaalt
betaalt
Singapore
Duitsland
Nederland
VK
Zwitserland
uniforme zorg
Verzekering van de ouderenzorg, internationaal vergeleken
zorg naar keuze
VS, Engeland
We zien dat andere landen andere
keuzes hebben gemaakt dan
Nederland. De laatste jaren schuift
de Nederlandse overheid in haar
beleid steeds meer op in de
richting van ‘consument betaalt’.
Een snelle groei van de medische
technologie en een trend naar
steeds kritischer en mondiger
burgers is eenvoudiger op te
vangen als de patiënt meer zelf
betaalt. De zorg sluit dan beter aan
bij de individuele voorkeuren van
vooral de hogere inkomens.
Voor de overgrote meerderheid van
de Nederlanders geldt, dat de
kosten van zowel de curatieve als
ook de ouderenzorg alleen te
dragen zijn, indien ze goed verzekerd zijn. De keerzijde daarvan is,
dat het zorgpakket voor iedereen
ongeveer hetzelfde is (minder
keuzevrijheid) en dat niet alle zorg
wordt ondergebracht in het basispakket. <<
Duitsland
consument
verzekeraar
betaalt
betaalt
Singapore
1) Ook voor ouderen met een hoger inkomen of
Australië
Zwitserland
uniforme zorg
een redelijke buffer loont het vaak om slechts
Nederland, Zweden
een basisverzekering af te sluiten. Grotere risico’s worden immers door de AWBZ gedekt.
<red.>
januari/februari 2014 | 39