Transcript vandenbroek
ONDERVOEDING Symposium VMDLV 5 oktober 2007 Jacqueline van den Broek, diëtist UMC St Radboud Nijmegen Agenda • Herkenning en behandeling risico ondervoeding • Refeeding syndroom Ziektegerelateerde ondervoeding Voedingsstatus waarbij een tekort of dysbalans aan energie, eiwit en andere nutriënten meetbare ongunstige effecten op weefsel/lichaamsvorm, functie en klinische uitkomsten veroorzaken Stratton ea 2003 Afname gewicht en spiermassa Verminderde wondgenezing/ toename kans decubitus Meer kans op infecties (verminderde darmwerking en verlaagde weerstand) Langere opnameduur Hogere mortaliteit Ondervoeding Meer kans op complicaties Afname kwaliteit van leven Hogere behandelingskosten Probleemomschrijving • Hoge prevalentie van ondervoeding in alle domeinen van de gezondheidszorg (25-40%) • Slechte herkenning van ondervoede patiënten in ziekenhuizen (50%) Ondervoeding hongeren (gezond) ziekte-gerelateerd gewichtsverandering 20-30% VVM 70-80% VM gewichtsverandering 70-80% VVM 20-30% VM Ongewenst gewichtsverlies geeft neerwaartse spiraal Ziekte Complicaties Inname Behoefte Gewicht (vet vrije massa) Prestatie-indicator 2007 Worden volwassen patiënten bij opname gescreend op ondervoeding en zo ja met welk screeningsinstrument? Geef het percentage gescreende volwassen patiënten Maak een uitsplitsing tussen matig en ernstig risico op ondervoeding 2008 (Uitkomst) indicator voor de behandeling van risico patiënten =dag 4 optimale voeding MUST screeningstool Stap 1 BMI-score (kg/m2) >20 =0 18,5-20 =1 < 18,5 =2 Stap 2 Ongewenst gewichtsverlies afgelopen 3-6 mnd < 5% =0 5-10% =1 >10 % =2 Stap 3 Voedselinname en ziekte. Is of was t.g.v. ziekte geen voedselinname mogelijk gedurende > 5 dagen? Score 2 Stap 4 Tel alle scores bij elkaar op om risico op ondervoeding te bepalen 0=laag risico 1=matig risico 2 of > hoog risico Stap 5 Interventieplan 0 Laag risico Geen interventie 1 Matig risico En+e+ Tussenmaaltijden/caloriedrank Brochure 2 of meer Hoog risico Consult diëtist En+e+ Tussenmaaltijden/caloriedrank brochure Doel voedingstherapie 1. Behoud of herstel van (lichaams-) eiwitmassa 2. Voorzien in adequate hoeveelheid energie, m.n. bij deplete energievoorraden H.P. Sauerwein and R.J.M. Strack van Schijndel. Perspective: How to evaluate studies on peri-operative nutrition? Considerations about the definition of optimal nutrition for patients and its key role in the comparison of the results of studies on nutritional intervention; Clinical Nutrition 27 (2007); 154-158. Optimale voeding Eiwit 1,2-1,5 g/kg/dag Energie 1. Meten 2. Formules: rustmetabolisme +30% Definitie refeeding syndroom De metabole complicaties die onstaan als deplete patiënten of patiënten die langere tijd niet gevoed zijn, worden gevoed. Casus Persoonlijke gegevens • Mw. Pietersen • 24 jaar • Lengte 1.60 meter; Gewicht 36 kg (BMI=14) Ziektegeschiedenis • Als kind frequente ziekenhuisopname ivm hartafwijking • Sinds 15 jaar eetstoornissen, meerdere ziekenhuisopnames ivm cachexie • Meerdere keren psychiatrische hulp, echter door patiënt gestaakt • Sedert 2 jaar continu sondevoeding via PEG Opname • Mw wordt opgenomen ivm stekende pijn thv de peg • Gewicht 36 kg, onveranderd tov 2 jaar geleden (voor starten sondevoeding) • Advies sondevoeding thuis: 1500 ml standaard via een ambulante pomp (1 kcal/ml) • Bloeduitslagen laat geen ernstige afwijkingen zien Behandeling • Sondevoeding hervatten via PEG en observatie klachten • Start met Standard sondevoeding (1/2 liter) • Dagelijks controle elektrolyten zoals fosfaat, magnesium, kalium, natrium, calcium, glucose Beloop 48 uur na starten sondevoeding afwijkende bloedwaarden • Kalium 2,4 mmol/l • Magnesium 0,45 mmol/l • Fosfaat 0,34 mmol/l • Calcium 1,71 mmol/l • Natrium 138 mmol/l • Albumine 42 g/l N: 3,6-4,8 N: 0,75-1,25 N: 0,80-1,30 N: 2,20-2,60 N: 136-144 N: 37-53 Complicaties refeeding • Hypofosfatemie • Hypokaliëmie • Hypomagnesiëmie • Glucose-intolerantie • Vitamine B1 tekort • Vochtretentie cardiopulmonaal neurologisch gastrointestinaal Oorzaak • Verhoging insulinespiegels agv toevoer van koolhydraten (voeding/glucose infuus) • Opname glucose samen met P,Mg, K in de cel • Dalen serumwaarden van deze electrolyten Hoog risico patiënten Een of meer criteria: BMI< 16 Gewichtsverlies > 15 % binnen 3-6 mnd Weinig of geen voedselinname > 10 dagen Laag P, Mg, K voor start voeding • • • • Twee of meer criteria: (must-score 4 of meer) BMI < 18,5 Gewichtsverlies > 10% binnen 3-6 mnd Weinig of geen voedselinname > 5 dagen Alcoholisme, diuretica, antacida, insuline • • • • Maatregelen • Controleren en corrigeren elektrolyten voor start: K, Mg, P, Ca, glucose • 1e week dagelijks vervolgen elektrolyten tot volledig schema • Attentie vitamine B1 • Volledige in- en output registratie • Dagelijks wegen Opbouwschema voeding • Dag 1: 50% • Dag 2: 75% • Dag 3: 100% Uitbreiden voeding (dagelijks) na evaluatie van lab. uitslagen Voorzichtig circulerend volume herstellen SCREENEN HERKENNEN BEHANDELEN ORAAL ENTERAAL PARENTERAAL MONITOREN EN VASTLEGGEN EVALUEREN