Studiedag GMW NVMW 15-04-10 INTERVENTIES middagcollege

Download Report

Transcript Studiedag GMW NVMW 15-04-10 INTERVENTIES middagcollege

INTERVENTIES IN GROEPEN

Interveniëren aan de hand van de niveaus !!

De werker en de groep in zijn kracht aanspreken…… Verbinding met het ochtendgedeelte: Middaggedeelte gaat over interventies. Eerst wordt verbinding gelegd naar de rol van de werker in het aanspreken van de groep in zijn kracht.

De rol van de groepswerker (1)

     Stimuleren van het uitwisselen en gebruikmaken van elkaars ervaringen. Vragen en ‘werkproblemen’ van de groepsleden in een ruimer kader te plaatsen en deze te herdefiniëren als een groepsvraag of groepsprobleem. Groepsleden op meerdere rollen en kwaliteiten aanspreken en geloof in de potenties uit te stralen.

De groep te stimuleren om van elkaar te leren door b.v. onderlinge- en interpersoonlijke feedback, informatieoverdracht naar elkaar, verdiepen van groepsinteractie.

Het groepsproces in een bredere context te plaatsen en de groepsleden zich hiervan bewust te laten worden.

De rol van de groepswerker (2)

     Het ontwikkelen van een veilig leerklimaat ondersteunen waarin geëxperimenteerd kan worden met (leren van) nieuw gedrag door oefeningen, interactie, ervaringen.

Bevorderen dat er informatieoverdracht tussen groepsleden plaatsvindt.

Groepsleden in staat te stellen iets voor de ander te betekenen (altruïsme). Voor een ander iets kunnen betekenen is tevens goed voor het gevoel van eigenwaarde en de motivatie van groepsleden. Groepscohesie bevorderen: zich geaccepteerd voelen, erbij horen, een plek hebben, opgenomen zijn, zich niet alleen voelen; Herkenning bij elkaar bevorderen en bij momenten erkenning aan elkaar te geven;

Niveaus in groepen:

     Inhoudsniveau: wat Procedureniveau: hoe Interactieniveau: wat tussen de groepsleden speelt Bestaansniveau:individuele proces (de binnenwereld van de groepsleden) Contextniveau: invloed van de buitenwereld

Niveaus in groepen (2)

   Zingevingsniveau: lotsverbondenheid, spiritualiteit, zin geven aan….

Mythisch niveau: oerthema’s, levenspad, karmische thema’s Ethisch niveau: universele waarden, morele dimensies, beroepscodes

Interventies inhoudsniveau:

      Luisteren en samenvatten Thematiseren Informatie geven Groepsleden aanspreken op positieve kwaliteiten Doel verhelderen Groep op het resultaat gericht houden

Interventies op procedureniveau

      Agenda bieden Regels voor participatie e.d. (omgangsregels aangeven) Grenzen stellen Verantwoordelijkheid nemen en houden Inbrengen van werkvormen Onzichtbare interventies

Interventies op interactieniveau:

       Rollen en posities in de groep ter sprake brengen Zorgen voor evaluatiemomenten Herkenning vragen Zorg delen Meta-communicatie Kritiek bespreekbaar maken Groepsklimaat benoemen

Interventies bestaansniveau

        Doorvragen naar individuele ervaring Bevorderen van openheid Zelfonthulling Erkenning geven Functionele stiltes de tijd geven Een niet-veroordelende houding Onderlinge feedback stimuleren Confronteren

Interventies contextniveau

       Stigma’s benoemen Maatschappelijke dimensie verhelderen Vragen die leiden tot bewustwording Verhelderen van socialisatie en levensgeschiedenis Context in het vizier brengen Verbinden met de buitenwereld Transfer bevorderen