BV-les-feedback-geven-en

Download Report

Transcript BV-les-feedback-geven-en

Beroepsvaardigheden
onderdeel van SBC
Feedback geven en ontvangen
Inhoud






Notitie werkboekje
Introductie verschillende vormen feedback
Casus uitvoeren
Theorie
Verdieping onderwerp
Notitie werkboekje
Zes iam-competenties in
relatie tot BV-lessen
Verschillende vormen van
feedback

In een creatief proces

In een zakelijke situatie

Op de persoon
Feedback geven en ontvangen is een
gesprekstechniek.
Je moet er wel even mee oefenen om het je
eigen te maken!!
Casus
Theorie

Wat houdt feedback in?
Definitie: informatieve reactie over het
waargenomen gedrag van de andere.
In het Engelse begrip “feedback” zit het
woord voeden. Zorgen dat een ander
informatie krijgt (waarover hij zelf niet
beschikt) om van te leren.
Theorie feedback geven

Waar moet feedback aan voldoen om effectief te
zijn? Voordat je begint:






Kies de juiste omstandigheden / setting.
Zorg dat het actueel is en spaar niet op.
Hou het kort.
Alleen feedback geven op gedrag, niet op
karaktereigenschappen of beperkingen.
Doe geen veronderstellingen over de motieven van
een ander. (normatief)
Spreek voor jezelf en kijk ook naar je eigen aandeel.
Theorie feedback geven

http://www.youtube.com/watch?v=QJgMkc8Z
gBA&feature=related
Theorie feedback geven

Als je feedback geeft, benoem dan de 3 G’s:
1.Gebeurtenis: concreet, waarneembaar
gedrag.
Voorbeeld:
Niet: “Jij luisterde niet naar de reactie van Peter.”
Wel: “Toen Peter reageerde op jouw voorstel, zag ik dat
jij in je agenda aan het bladeren was.”
Theorie feedback geven

2. Gevoel of gedachte:
Wat gebeurt op dat moment met jou / hoe
komt het op jou over?
Voorbeeld:
Niet: “Dat vind ik belachelijk. Dat kan je niet maken.”
Wel: “Dat geeft mij het gevoel dat je Peter niet serieus
neemt.”
Theorie feedback geven

3.Gevolg: Welk effect heeft dit op jou?
Voorbeeld:
Niet: “Dat moet je niet meer doen.”
Wel: “Hierdoor ontmoedig je mij om ook te reageren en
hou ik mijn mond.”
Theorie feedback ontvangen
4 stappen bij het ontvangen van feedback:



Stap 1. Luisteren, wacht tot de feedback gever
klaar is
Stap 2. Vraag om verduidelijking zonder het aan
te vechten. “Wat bedoel je precies?”
Stap 3. Instemmen met kritiek



Instemmen met de waarheid.
Instemmen met het recht van een andere mening van een ander.
Stap 4. Probleem oplossen en afspraken maken

Zijn er zaken die nog aandacht vragen, maak daar afspraken over. Laat geen
losse eindjes over.
Feedback geven en ontvangen
http://www.youtube.com/watch?v=pk8lin8Rl8A&feature=related
Feedback geven/ontvangen

Complimenten geven en krijgen.
Let op: hanteer de feedback-regels….
1. Gebeurtenis
2. Gevoel
3. Gevolg
Feedback geven en ontvangen
Oefening
 Bespreek met je groep het feedback geven
en ontvangen.



Wat zijn jullie ervaringen?
Zijn er punten die het feedback geven en
ontvangen makkelijker maken?
Of ontbreekt er nog wat….
Let op:





Feedback is een mening van een persoon op gedrag.
Gedrag kun je veranderen.
Feedback is geen aanval, als persoon kun je niet
veranderen.
Feedback geven en ontvangen stelt mensen in een
kwetsbare positie, hou daar rekening mee.
Geef gedoseerd feedback, niet alles in 1 keer. Stop met
feedback geven als de ontvanger dit aangeeft.
Geef alleen feedback als het veilig genoeg is in een groep
en over gedrag in een gemeenschappelijke context,
waarvan alle leden van de groep van op de hoogte zijn.
Verdieping
De “sandwich methode”



Start met wat je goed vond.
Daarna feedback
Afsluiten met nog een positief punt
Hoe kunnen mensen reageren
op feedback?
Voorbeelden:
 Iemand gaat in de aanval en keert de feedback om naar de
gever.
 Iemand kan niet met de feedback omgaan en ontkent het, is
afwerend of ontloopt de feedback.
 Iemand kan in de verdediging gaan en/of gaat de discussie aan.
 Iemand verstart helemaal bij het horen van feedback en kan dus
niet meer luisteren, laat staan reageren.
In alle bovenstaande gevallen is het beter om de feedback te
stoppen en eerst te kijken met elkaar wat er nu precies aan de
hand is en de belemmering proberen op te lossen.
Werkboekje

Vul het werkboekje in.