Hardwaterproef (Lab voor volwassenen)

Download Report

Transcript Hardwaterproef (Lab voor volwassenen)

Ijsblokjes in zout en zoet water
Benodigdheden
-2 glazen
-ijsblokjes 2 per glas
-zout
-lepel
De opdracht
Vul de glazen met zoet en zout water. In beide glazen gaan 2 ijsblokjes.
De vraag: Welke ijsblokjes smelten sneller, die in zoet of in zout water?
Waarom denk je dat?
Als de ijsblokjes gesmolten zijn – dit duurt even! - zet je de proef stil en heb je het bewijs wat
het goede antwoord is. Had je het goed? En snap je waarom?
Meer ontdekken over water? Kom naar het Watermuseum! www.watermuseum.nl
Uitleg
Onderwerp:
Het verschil tussen zoet en zout water
Het verschil tussen warm en koud water
Bij deze proef hebben we onderzocht in welk water een ijsklontje het eerst smelt: in zoet of
zout water.
Het koude smeltwater is zwaarder (heeft een grotere dichtheid) dan het oorspronkelijke
water, zodat het naar de bodem zakt. Het warme water stijgt juist op, waardoor er weer ijs
zal smelten. Kortom, er treedt circulatie op in het glas. Er wordt steeds warm water
aangevoerd dat het ijs snel doet smelten.
Anders gaat het toe in het glas met zout water. Daar is het smeltwater van het ijsblokje zoet
en het omgevingswater is zout. Zoetwater heeft een veel kleinere dichtheid (is veel lichter)
dan zout water. Het koude zoetwater zal niet zakken en het ijsklontje blijft omgeven door het
koude smeltwater. Er treedt geen convectie (=circulatie) op en daarom zal het ijs in het glas
met het zoute water veel langzamer smelten. In de bekerglazen op de foto zijn ijsklontjes van
rodekoolsap gebruikt. Dit om het effect beter zichtbaar te maken.
Zoet water
Zout water
Meer ontdekken over water? Kom naar het Watermuseum! www.watermuseum.nl