Programmaboekje

Download Report

Transcript Programmaboekje

10.01.17 | 20:00 | Concertzaal
ORFEO
CLAUDIO MONTEVERDI (1567-1643)
L'Orfeo, favola in musica (1607)
L’Arpeggiata
Christina Pluhar - theorbo en muzikale leiding
Solisten
Cyril Auvity – Orfeo
Nuria Rial – La Musica, Euridice
Giuseppina Bridelli – Messagiera
Luciana Mancini – Speranza
Céline Scheen – Prosperina
Benedetta Mazzucato – Ninfa
Vinzenco Capezzuto – Pastore
Aidan Coburn – Pastore, Eco, Spirito
Valdemar Villadsen – Pastore, Spirito
Mathias Vidal - Pastore, Spirito, Apollo
John Taylor Ward – Caronte, Pastore, Spirito
Dingle Yandell – Pastore, Plutone, Spirito
GRIEKS DRAMA OP ZIJN MONTEVERDI'S
Claudio Monteverdi is een van de
meest boeiende componisten van de
barok en bij uitbreiding van de
westerse muziekgeschiedenis. Zijn
status van muziekhervormer heeft hij
vooral te danken aan Orfeo, de eerste
volwaardige opera uit de
muziekgeschiedenis. Een werk dat
volgens de musicologen in 1607 de
barokperiode triomfantelijk inluidde.
Niet dat dit geheel als een donderslag
bij heldere hemel kwam. De
Italiaanse bodem was er vruchtbaar
voor.
In de late renaissance in Italië
bestond er al een lange traditie
waarbij muziek en poëzie een
geslaagd huwelijk aangegaan waren
en waar ook toneelstukken van zang
en instrumentale muziek voorzien
werden. In Firenze had een zekere
Jacopo Peri eind 16de eeuw met
Dafne een spel gecreëerd waarin
muziek niet alleen een grote rol
speelde, maar waarin het vocaal
solistische – zo karakteristiek voor
opera – aanwezig was. Dit werk is
echter verloren gegaan.
Wat Monteverdi’s Orfeo uniek maakt,
is dat het volledige verhaal, zonder
onderbreking, op muziek staat.
Hoewel zelf geen theoreticus,
schudde Monteverdi’s stijgende
drang naar expressieve vernieuwing
het muziekwereldje dooreen en
raakte hij ongewild betrokken in een
van de meest invloedrijke
muziektheoretische debatten uit de
geschiedenis. In 1601 kwam hij in het
vizier van Giovanni Artusi, een
conservatieve muziektheoreticus die
Monteverdi’s compositiestijl
bestempelde als te modern. Vooral
zijn vrije omgang met het contrapunt
en zijn onorthodox gebruik van
dissonante samenklanken lagen
onder vuur. Monteverdi antwoordde
dat hij een nieuwe muzikale stijl had
gecreëerd, de seconda prattica,
waarbij hij bewust afstand nam van
de strenge meerstemmige vocale stijl
die in het midden van de zestiende
eeuw door Palestrina was
gestandaardiseerd en die voortaan
de prima prattica genoemd zou
worden. Monteverdi voerde een
sobere stijl in die één melodiestem
centraal plaatst en van begeleiding
voorziet. Hij was immers van mening
dat de muziek ten dienste moest
staan van de tekst, en niet
omgekeerd. Zo kon de muziek de
emoties van de mens aanspreken en
niet, zoals Artusi en zijn achterban
beoogden, het intellect.
Camerata
Deze revolutionaire wending in de
muziekgeschiedenis werd enkele
jaren eerder geanticipeerd door de
Florentijnse Camerata, een groep
muziektheoretici en literatoren die
stelden dat muziek opgebouwd dient
te worden rond drie principes: il
concetto (het concept), le passioni
(de passies) en gli affetti (de
emoties). Hun ambitie was te komen
tot een imitatie van het Griekse
toneelspel. De Camerataleden
inspireerden zich op Griekse
wijsgeren als Plato en Aristoxenus,
die voorhielden dat de spraak de
grondslag van de muziek moest zijn.
Daarbij ervoeren ze dat een andere
zangstijl gevonden moest worden.
Voordien was zij voornamelijk
polyfoon. Tussen haakjes, ten
onrechte dachten de Camerataleden
dat de Griekse drama’s werden
gezongen i.p.v. gesproken. Ze lieten
ook de Griekse teksten vertalen in
het Italiaans. Maar hun streven gaf
aanleiding tot het gebruik van een
nieuwe – solistische – stijl van
zingen, de "stilo rappresentativo",
een zangstijl die verder gaat dan
spraakintonatie, maar nog niet
melodieus was. Iets wat wij nu het
"recitatief" noemen. Een zangstijl die
aansloot bij de werkwijze van
Monteverdi in zijn madrigalen. De
formulering en muzikale
verwerkelijking van de
Camarataprincipes maakten onder
meer de geboorte van de opera
mogelijk.
Hoewel Monteverdi meerdere
opera’s heeft gecomponeerd, zijn er
slechts een vijftal volledig bewaard
gebleven. Vergeten we bovendien
niet dat de eerste publieke
operaschouwburg pas in Italië in
1637 werd geopend. Voordien
werden er uitvoeringen
gepresenteerd in paleizen of in open
lucht naar aanleiding van een
speciale aangelegenheid. Het zal nog
meerdere decennia duren vooraleer
de vorm zich via Frankrijk over de
rest van Europa uitspreidde.
De eerste opera's waren in opzet
reconstructies van Griekse drama's.
Het zou bijna twee eeuwen duren
voor men andere figuren dan oude
Grieken en Romeinen op het
operatoneel zou tegenkomen. De
legende van Orpheus, die aan de
basis ligt van Orfeo, symboliseert de
triomf der kunst op de duistere
machten van de onderwereld. Al
meer dan een eeuw voor het ontstaan
van de operavorm, diende de legende
tot onderwerp voor een "Favola di
Orfeo", een werk van een zekere
Angelo Poliziano, dat omstreeks
1475 in Mantua werd opgevoerd en
waarvan alleen de tekst bewaard
gebleven is.
Verhaal
De dichter Orpheus, zoon van de god
Apollo was beroemd om zijn lierspel.
Met de muziek van zijn lier betoverde
hij mens en dier. Orpheus trouwde
met de mooie bosnimf Eurydice. Zij
werd echter op hun huwelijksdag
gebeten door een giftige slang. Ze
stierf aan de beet. Orpheus was
hierover zo diep bedroefd dat hij in
de onderwereld afdaalde om de
schimmen en de heerser van de
onderwereld zijn droefenis te tonen
en te smeken om de terugkeer van
Eurydice. Hij kreeg Pluto zover dat
Eurydice hem terug naar de aarde
mocht volgen. Voorwaarde was dat
hij niet naar haar zou kijken tot ze uit
de dodenwereld zouden zijn. Op het
laatste ogenblik keek Orpheus toch
om en Eurydice verdween nu voor
altijd in het schimmenrijk.
In de klassieke versie blijft Orpheus
verbitterd achter en wordt hij later
vermoord door Bacchanten en komt
hij op die manier weer bij zijn
geliefde. Dit sombere einde was
mogelijk minder geschikt voor een
uitvoering in de formele omgeving
van het hof van Mantua. Voor een
andere uitvoering hadden
Monteverdi en Striggio een veel
spectaculairder einde voorzien:
Apollo daalt neer uit de hemel, en
neemt zijn zoon Orpheus mee op ten
hemel waar hij getroost wordt met
het evenbeeld van Eurydice in de
sterren.
WO | 11.01.17 | 20:00 | CONCERTZAAL
ANIMA ETERNA
SAINT-SAËNS : FRANS DIERENCARNAVAL
DO | 02.02.17 | 20:00 | KRAAKHUIS
CATALINA VICENS
RECITAL VOOR ZINGENDE KLAVECINISTE
ZA | 14.01.17 | 20:00 | CONCERTZAAL
SYMFONIEORKEST VLAANDEREN
SMETANA, CHOPIN, DVORÁK
ZA | 18.02.17 | 20:00 | CONCERTZAAL
SYMFONIEORKEST VLAANDEREN
EXOTISME - BOLERO
VR | 20.01.17 | 20:00 | CONCERTZAAL
DEFILHARMONIE
BERG, MAHLER
VR | 24.02.17 | 20:00 | KRAAKHUIS
BRUSSELS PHILHARMONIC, VLAAMS RADIOKOOR
& JEAN-YVES THIBAUDET | THE MYSTERIES OF LIGHT
DEBIJLOKE.BE/NU
24 UUR VOOR EN NA HET CONCERT. VIND
SNEL MEER ACHTERGRONDINFO. BEREKEN
JE ROUTE NAAR DE BIJLOKE. DEEL JE
MENING OVER DIT CONCERT.
BESPREEKBUREAU
MUZIEKCENTRUM DE BIJLOKE GENT
J. KLUYSKENSSTRAAT 2, 9000 GENT
DI – VR 13:00 – 17:00 (DOORLOPEND)
09 323 36 00 / WWW.DEBIJLOKE.BE
TEKST PROGRAMMABOEKJE Frank Pauwels / V.U. Geert Riem
Muziekcentrum De Bijloke is mobiel dankzij het partnership met Gent Motors (www.gentmotors.be)
Bloemen voor de artiesten worden aangeboden door Gentse bloemenzaak Bluet – fair flowers, plants & design.