Transcript Oefenblad op omrekenen eenheden

Eenheden omrekenen
1 Omrekenen
j 240 cm2 = . . . m2
a 687 cm = . . . m
s 56 g = . . . mg
2
2
b 0,3 cm = . . . mm
k 5000 dm = . . . dam
t 6,5 m3 = . . . l
c 0,07 km = . . . m
l 5 m3 = . . . dm3
u 2500 cm3 = . . . cl
d 450 km = . . . m
m 2,5 dm3 = . . . m3
v 5000 cm3 = . . . dl
e 32 m2 = . . . dm2
n 6 kg = . . . g
w 5 mm3 = . . . ml
f 62000 cm2 = . . . m2
o 6 mg = . . . g
x 2,5 hm3 = . . . hl
g 0,7 dm2 = . . . cm2
p 25000 mg = . . . kg
y 250 dam3 = . . . kl
h 4500 cm2 = . . . m2
q 2500 g = . . . kg
z 6,5 l = . . . dm3
i 6,5 m2 = . . . dm2
r 2,5 kg = . . . mg
2500 l = . . . m3
2 Pythagoras
Bereken de ontbrekende zijde; rond je antwoord af op één decimaal:
a. in m
b. in m
x
6
c. in cm
x
8
d. Reken alle antwoorden om naar km.
11
x
2
13
7
3 Oppervlakte
Bereken de oppervlakte; rond je antwoord af op één decimaal:
a. in mm
10
b. in km
4
c. in dm
16
4
7
25
12
d.
in hm
e.
3
in cm
f.
Reken a en e om naar dm², b,
c en d naar m².
70◦
6
Klas 10m
Ruimtemeetkunde: Opgaven – 1
mavo
Eenheden omrekenen
Oplossingen
1. *
2.
3.
a) 10
b) 7,3
a) 35
b) 153,7
c) 32
d) 21,2
c) 6,9
e) 22
d) *
f) *
Klas 10m
Ruimtemeetkunde: Opgaven – 1
mavo