oktober 2014 (deel2)

Download Report

Transcript oktober 2014 (deel2)

18
‰‰‰
weekend 11 en 12 oktober 2014
BLZ. 17
Verlicht ons: wat is je slotconclusie van zo’n
sabbatical?
«Dat mijn einddiploma als artiest er nog niet
meteen zit aan te komen. De beste nummers en
optredens zitten nog in mij. Vandaar de titel van
deze plaat: ‘Op de groei’. Ik wil in beweging blijven. Nieuwe dingen leren kennen. Thé Lau zingt:
‘Open, open, open moet het zijn.’ Om niet in uw
eigen klein gelijk te verstikken moet je de
wereld binnenhalen. Maar daar moet je dus wel
tijd voor nemen.»
EEN BALDADIGE KIJK
OP7 DAGEN ACTUALITEIT
Peeters op de première
van zijn nieuwe tour in de
Arenberg: hij stond te
trappelen om erin te vliegen, en da’s eraan te zien.
De week van
Devriese
Foto Alex Vanhee
I
Heeft je middagdut ook zaken in gang gezet
op menselijk vlak?
«Ik ken de namen van mijn kinderen weer — zet
daar voor de veiligheid ‘bij wijze van spreken’
bij. Maar het was inderdaad de bedoeling om
een beetje terug te plooien op mijn gezin. Er zijn
periodes in mijn leven geweest dat het de spuigaten uitliep. Vroeger deed ik soms alles tegelijk,
waardoor ik een hap opgroeiing van onze
kinderen heb gemist. Het is schoon dat zij mij
dat niet kwalijk nemen. Ik heb dat nu een beetje
proberen in te halen, net voor ze het nest gaan
verlaten. Nona is 22, Winnie 20. Daar gaat ‘Op
de groei’ voor een deel over. Er hangen foto’s in
onze keuken waarop ze fruitpap eten uit plastic
bekers, en op het beeld ernaast hebben ze een
rijbewijs en een lief. Wat is er daartussen
gebeurd? Daar wat rust rond scheppen, dat
was op existentieel vlak wel zinvol.»
Waren er ook minder existentiële verwezenlijkingen?
«Als ge mij vraagt op hoeveel graden een
gekleurde trui gewassen dient te worden, dan
moet ik u het antwoord schuldig blijven. Ik weet
nu wel in welke volgorde ik de vaatwasser moet
inladen. Da’s toch ook al iets? Verder heb ik mij
laten overhalen om een abonnement te nemen
in Fitopia, een soort van strafkamp te Edegem.
Er mochten wat kilootjes af. Ik kon ook meer
betekenen op vlak van vervoer. Zo heb ik roadie
gespeeld in het groepje van Nona. Ik heb haar
ook een keer vervangen toen ze te laat terug was
van skivakantie. Heavy metal-brol van Metallica,
maar goed. Mijn andere dochter is van de
Tomorrowlandgeneratie: zij vormt samen met
haar lief Jasper het dj-duo Bricole en Hubo. Onze
Pablo is 12, die zit trouwens ook in een bandje.»
De opvolging is verzekerd.
«Goh, ik kan niet zeggen dat onze kinderen over
showbizzatomen beschikken. En dat stelt me
gerust.»
Waarom? Jij verdient toch al jaren goed je
kost, en schijnbaar zonder veel tegenzin.
«Ja, maar ik denk dat ik bijzonder veel chance
heb gehad. Ik probeer mijn kinderen vooral bij
te brengen dat muziek spelen een mooie hobby
kan zijn. Maar zodra je er je ‘carrière’ van wil
maken, verandert de context volledig. Zeker in
deze tijden valt het af te raden. Ik heb te veel
mensen afgewezen zien worden.»
Blijven kinderen je wereldbeeld bepalen, ook
als ze bijna het huis uit zijn?
«Dat verandert niet. Zodra je kinderen hebt
voortgebracht, blijf je bezig met hoe het er hier
over tien jaar zal uitzien. Ineens maak ik zomaar
nummers over de gevolgen van de klimaatverandering. Orka’s die naar Nieuwpoort zwemmen: het zal niet voor morgen zijn, maar tegelijkertijd is het minder onwaarschijnlijk dan het
klinkt. De avond dat ik dat liedje had
geschreven, regende het biljartbalvormige
hagelballen op het Koning Boudewijnstadion.
Het komt allemaal heel dichtbij.»
«Over de meeste dingen van het leven weten
onze dochters intussen wel meer dan ik. Zij
voeden mij nu op. Tijdens een try-out vorige
week kwam Nona kijken met haar entourage.
Dehipstervriendinnen,hetlief,degaybestfriend.
En ik merkte dat ik voor die gasten het meest
zenuwachtig van al was. Het viel gelukkig allemaal goed mee. Vroeger vonden onze kinderen
het wat raar dat hun vader zich uitleefde op het
podium, nu kunnen ze dat volledig plaatsen.»
•••
In ‘De man die nooit meer zong’ klinkt het
alsof je toch een soort dip hebt doorgemaakt.
«Het zou raar zijn mocht een mens als ik nooit
te maken krijgen met een midlifecrisis. Je kan
niet blijven door het leven huppelen. Er bestaat
ook zoiets als realiteitszin. Dat liedje zal dus wel
over mezelf gaan zeker? Maar ik heb vooral
geprobeerd om niet zozeer mijn midlifecrisis,
maar wel dé midlifecrisis bij de wortel te vatten.
Wat wel volledig uit het leven gegrepen is, is dat
mijn huisdokter — echt een topwijf — op een
bepaald moment zei: ‘Gast, ge hebt te veel on
hold gezet. Ga eens terug een lieke spelen.’ Niet
lang daarna heb ik Dranouter toegezegd.»
Wat waren de signalen?
«Vroeger overkwam mij niks. Ik had zelfs geen
griep. Waarom? Omdat daar geen tijd voor was.
Maar tijdens de sabbatical kwamen ineens
allerlei kwaaltjes. Een lumbago enzo. Om te
zwijgen van de bijhorende diepere vragen. Wat
kan ik nog betekenen? Ben ik nog relevant? En
is het nog verantwoord om mijn muzikale dromen te blijven najagen. Want waar kom je uit?»
En? Wat was de conclusie?
«Mijn goeie vriend Hugo Matthysen zei: ‘Bart,
voorlopig hebt ge de Leonard Cohen in u nog
niet gevonden.’ Het heeft ook allemaal geen
belang. Je moet gewoon proberen om elke keer
weer de best mogelijke versie van jezelf te zijn.»
Innovating Digital Content
Het is moeilijk om te
aanvaarden dat ik nooit
Helmut Lotti zal zijn. Ja,
ik heb een laag zelfbeeld
Voor eens en voor altijd:
ik heb géén ADHD.
Geloof mij, ik heb het
laten onderzoeken
In ‘Lepeltjesgewijs’ haal je dat vreselijk
onpraktische lepeltje -lepeltje gedoe van zijn
voetstuk. Waarvoor mijn dank. Ik dacht dat
ik er alleen mee stond.
«Die houding wordt absoluut overgeromantiseerd. Ze is toch in de eerste plaats nefast voor
de slaapkwaliteit? Pas op, ik ben geen ervaringsdeskundige. Mijn vrouw en ik liggen nooit lepeltje-lepeltje, maar onze zoon Pablo wist een
foto te nemen terwijl we toevallig zo sliepen. En
zo wordt het toch weer persoonlijk. Maar je
moet mijn teksten niet al te letterlijk nemen. In
‘Lepeltjesgewijs’ zing ik ook dat mijn vrouw
snurkt. Da’s uiteraard niet waar. En als het wél
waar was, zou ik er nooit een liedje over maken.»
Hoe eerlijk of oneerlijk ben je in je teksten?
«Ik ben alleszins veel eerlijker in mijn teksten
dan in mijn uitleg achteraf.»
Hoe eerlijk ben je bijvoorbeeld als je in
‘De man die nooit meer zong’ vertelt over een
laag zelfbeeld?
«(denkt na lang) Ik heb een aandoeninggenaamd
perfectionisme. Dat betekent dat je automatisch
in de fout gaat, want niks is perfect. Da’s de
definitie van het leven. Voor mij is het bijvoorbeeld moeilijk te aanvaarden dat ik nooit Helmut Lotti zal zijn. Ik heb een laag zelfbeeld, ja.»
Heb je nooit spijt van die openhartigheid?
«Nee, want het maakt dat ik mezelf wat minder
moet verantwoorden in gewone situaties. Als
ze mijn mening over iets vragen, kan ik eigenlijk
altijd zeggen: luister naar mijn songs en je weet
wie ik ben. Het is een gemakkelijke manier van
eerlijk te zijn, want je wordt zelfs niet verondersteld om eerlijk te zijn. Je bepaalt zelf wanneer je
de ik-figuur bent of wanneer je het over mensen
in de derde persoon hebt. Over de gemiddelde
dwangneuroot die je voor de gemakkelijkheid
Jeroen noemt, zoals in ‘Arme Jeroen’.»
‘Arme Bart’ kon ook.
«Ik lijd al heel mijn leven aan het syndroom van
synchroniciteit, waardoor ik volledig van de pot
gerukte verbanden leg. Bijvoorbeeld: je gooit
een mandarijnenschilletje vanop afstand in de
prullenmand en plotseling, wanneer het schilletje vliegt, denk je: ‘Het moet er nu echt wel in
zijn, want anders overkomt mij vandaag iets
heel ergs’. Mensen geloven dat niet, natuurlijk.
Dwangneuroses zijn per definitie erg belachelijk. Dus is het gemakkelijker om daar in de
derde persoon over te zingen.»
•••
Intussen blijven ebola, IS en de Belgische
Voetbalbond rustig verderwoekeren. Wat
doet dat met een beroepsoptimist als jij?
«Onze Pablo is constant over ebola bezig, hij
denkt echt dat hij dat van een hap mozzarella
kan krijgen. (lacht) Ik schrijf dat van mij af. Jaren
geleden heb ik al eens een liedje gemaakt, ‘Mes-
sias’, dat ging eigenlijk over de flauwekul van IS.
Pas op, ik ben niet zo naïef om te denken dat de
wereld stopt met branden door muziek te
spelen. Ik zou kunnen zeggen: ik ben maar een
entertainer, en dat wil ik vooral zo houden.
Maar hebben we wel het recht hebben om alles
op die manier te relativeren?»
Ook de twijfel blijft woekeren.
«Natuurlijk. Twijfel is mijn motor voor alles.
Álles. Maar het gaat in golven. Op een repetitie
kan ik nog bevangen van angst geraken wanneer
mijn violist zich opwarmt. Hoe ga ik dáár ooit
naast durven staan? Maar tijdens een concert
schud ik al die twijfel meteen af. Ik ben letterlijk
nooit bang op het podium. In het zog van mijn
vorige toer mocht ik ook een paar keer in Frankrijk en Marokko gaan optreden. Stond ik daar
plots voor 20.000 Berbers, onder wie ook madammen in boerka’s. En ja, op het einde stonden
die ook mee te swingen. Maar op zo’n moment
moet je dus aan schandalige zelfoverschatting
lijden. Da’s de enige manier waarop dat lukt. Ik
ken maar twee versnellingen: verlammende
onzekerheid en volledige zelfoverschattig.
(denkt na) Nu komt ie: de beheersing van die
energiecurve is voor mij het moeilijkste.»
Klinkt vermoeiend.
«Daar valt geweldig mee te leven. Ik heb het nu
alleen over de kunst. In het gewone leven ben
ik muizig grijs, om eerlijk te zijn. Niet eens extravert. (denkt na) Ja, ik ben de rustigste thuis.»
Kom nu.
«Ja, de mensen geloven dat niet. Toch is het zo.
Mijn epitethon is: ADHD. Ik heb dat al lang laten
onderzoeken, en het is absoluut niet waar. Voor
eens en voor altijd: ik heb géén ADHD. Ergens
ben ik wel blij dat mensen dat denken. Ik nader
intussen stilaan het ouwe ventjes-stadium, dus
ADHD is bijna een compliment.»
Volgende maand word je 55.
«Lap, wrijf het er nog maar eens in.»
Is dat een speciale leeftijd?
«Dat weet je pas als het jaar om is. Ik denk ook
altijd: het wordt een absoluut loserjaar. Elk jaar
opnieuw. Dan kan het achteraf alleen maar
meevallen. Laag inzetten, da’s de sleutel.»
Wat is de houdbaarheidsdatum van de
gemiddelde rockster uit Boechout?
«Ik herinner me dat ik op mijn 18de met Anneke
door Italië trok; we waren toen al een koppel.
De Rolling Stones zouden in Turijn optreden. Ik
heb alle moeite van de wereld gedaan om daar
bij te zijn, want ik dacht: ‘Het zal wel de laatste
keer zijn, Jagger is al bijna 40’. Nu is dat anders.
De generaties lopen meer door elkaar. Op concerten zie ik gasten van 18 jaar, die dus zonder
hun ouders komen. Mijn idool is Ibrahim Ferrer,
zanger van de Buena Vista Social Club. Die mens
is in de 80, maar hij schudt nog alle Ricky Martins
naar huis. Lang genoeg volhouden, en ge wordt
vanzelf een oude bluesneger. Uit Boechout.»
Lang genoeg volhouden: ook dat zou een
definitie van het leven kunnen zijn.
«Met ouder worden krijg je een soortement
verlangen naar rust. Niet dat je moet stilvallen,
maar je voelt niet meer de behoefte om je
constant te bewijzen. Er wordt op een of andere
manier van mensen van 55 jaar wel verwacht
dat ze zich nog jong en dynamisch blijven
voordoen. Daar probeer ik mij tegen te verzetten. Een keer per week naar het strafkamp te
Edegem lijkt me al meer dan voldoende.»
«De grote Jan Decleir heeft een paar jaar geleden
gezegd: (in het Antwerps) ‘Bart, aa manier van
goan is precies die van nen teenager. Mor gij zíjt
dat ni meer. Wij moeten daar ne keer over klappen.’ (lacht) Ik begreep het probleem toen niet.
Nu wel. Het gaat over de manier waarop je door
het leven stapt. Létterlijk dan. Dus nu let ik op
mijn te jonge tred. Och, ik krijg binnenkort nog
wel eens een rugletsel en dan is dat ook weer
opgelost.»
Bekentenis
VAN DE WE
ndenachtvandinsdag op woensdag
heb ik voor het eerst
inlangetijdeenglaasje
Laphroaig Quarter Cask
gedronken.
Trouwe lezers van deze
bescheiden prachtcolumn
beseffen dan: oei, hij was
vrolijk – of danig in de war.
Het was een beetje van
beide. Ik was vrolijk omdat
we eindelijk een federale
regering hebben, en ik was
danig in de war over die
vrolijkheid. Immers, mócht ik wel vrolijk zijn?
katholieke opvoeding, hé.)
Eenmensbekijktzo’nregeerakkoordaltijdopt
manieren:vanheeldichtbijenvanopgroteafs
– wat is er goed/slecht voor mij en wat
goed/slecht voor de natie? En het is heel mo
omdietweeinéénblikveldtevatten,wantdaa
krijg je acute schele hoofdpijn waartegen
geen gezinsflacon Laphroaig Quarter Cask he
Dat de broeksriem diende aangehaald, wiste
al – we weten alleen nog niet tot welk gaatje.
zullen we nu moeten ondervinden, net zoal
moesten ondervinden hoe rond we ons bu
konden eten toen het hemelse manna nog in b
gondische hoeveelheden over ons nederdaald
wedientengevolgeomdehaverklapruimerzit
de hemden moesten gaan kopen om ons bijw
gênant welvaartsembonpoint te camoufleren
Het lijkt me een goed idee om ondertusse
onheilsprofeteneventelatenvoorwatzezijn:
betrouwbaar als lieden die ons gouden be
beloven.Loopzevoorbij.Verbeuzeluwtijdniet
te staan luisteren. Gebruik die tijd om uw gez
verstand te voeden. U zult het nodig hebben.
W
Vr a a g
VAN DE WE
aarom zouden jonge vrouwen eigenlijk niet mogen meedoen aan de Grote Prijs
Fijne Vleeswaren Jeroen
Denaeghel?
Ik snap de ophef rond die
fotoshoot van studentes
voor P-Magazine niet.
Wie oud genoeg is om te
mogen autorijden en te
mogen stemmen, is oud
genoeg om te beslissen of
hij/zij in badpak wil poseren.
Al garandeert meerderjarigheid natuurlijk
Ten bewijze: het zijn steevast meerderjarigen
uitblinken in morele betutteling.
M
Man
VAN DE WE
ijn leraar Frans in het zesde middelbaa
Hij had een baard waarmee hij in één
een hoge functie binnen Shariah4Belg
had bekleed. Volumineus maar pluizig, het re
taat van enkele jaren volgehouden bestude
nonchalance. Hij had – minpuntje in een solli
tiegesprekbijShariah4Belgium–ookeensnor
schrielmusketiersgevalletje,alsmethaastige
seelstreken aangebracht. Tussen baard en
stak steevast een pijp. Nu eens pufte die pijp w
jes die slierten werden, dan weer kwam er sle
bittergrijs stof uit, als hij net voor de les werd l
geklopt in de asbak op de tafel vooraan in de k
Dielesbegonsomsmeteenklankfragment.D
toe bracht mijn leraar Frans in het zesde mid
baar dan een bandopnemer mee, zo’n amech
bak met grote spoelen, in wankel evenwicht
terop z’n fiets – één hand aan het stuur, één h
op de bandopnemer, moeizaam peddelend, d
onderwijl dapper aan z’n pijp lurkend, als bev
die een illegaal kruid waarmee hij zich voldoe
kon beroezen om enkele uren glimlachend in
collegetekunnenvertoeven.Ja,zozagikhems
fietsen.Rolkraagenribfluweel,parkaensanda
licht langharig bleekgezicht.
U hebt het ondertussen ongetwijfeld begre
inderdaad, mijn leraar Frans in het zesde mid
baar was heel modern. Zo modern, dat hij ons
alleen het 15de-eeuwse gedicht ‘La Ballade
pendus’vanFrançoisVillonenhetindejarenv
van de vorige eeuw geprevelde lied ‘Chanson
l’Auvergnat’vanGeorgesBrassensleerdeken
maar ook de toen quasi pas van de drukpe
gerolde roman ‘Villa Triste’ van Patrick Modia
Die Patrick Modiano heeft donderdag de No
prijs voor Literatuur gekregen, ik geef mijn le
Frans in het zesde middelbaar vandaag voor s
gezelligheid én het eten een welverdiende ne
op tien.
Dat het geen tien op tien is, ligt aan die sandal
@dwvdevriese
deweekvandevriese@persgroe