Studiehandleiding Inleiding Onderwijskunde

Download Report

Transcript Studiehandleiding Inleiding Onderwijskunde

Universitaire Pabo van Amsterdam
Nieuwe Prinsengracht 130
1018 VZ Amsterdam
E-mail: [email protected]
www.student.uva.nl/upva
Studiehandleiding Inleiding Onderwijskunde
(studiegidsnr: 70710P08DY)
Semester 2, blok 4
Studiejaar 2013-2014
Bachelorjaar 1
Docenten hoorcolleges:
Dr. I. Soeterik
Gastdocenten (zie rooster)
Docenten practicumgroepen:
Dr. I. Soeterik (coördinator)
Amsterdam, januari 2014
Inleiding
Deze inleidende module biedt aan studenten een kader om te reflecteren op centrale begrippen uit de
onderwijskundige wetenschap. Daarnaast wordt een overzicht geboden van de belangrijkste
problemen, velden en benaderingen die in het wetenschapsgebied een rol spelen en wordt het
historische en culturele karakter van het onderwijs toegelicht. Daarbij wordt ingegaan op belangrijke
vraagstukken in het onderwijs zoals de functies van het onderwijs, de vraag wat goed onderwijs en
een goede school is, perspectieven op het curriculum, de (on)gelijke kansen die het onderwijs biedt of
veroorzaakt en de wijzen waarop het onderwijs ondersteund wordt en de problematiek van
differentiatie.
Aan de hand van hoorcolleges practicumbijeenkomsten ontwikkelen studen-ten kennis over en een
visie op deze thema’s.
Deelname onderwijs
Deelname onderwijs/tentamen
Om deel te kunnen nemen aan het onderwijs en/of eerste afsluitingsgelegenheid (tentamen) in deze
module moet je je binnen de voorgeschreven periode aanmelden conform de door de onderwijsbureau
voorgeschreven procedure in SIS. Bij niet-tijdige aanmelding en/of onjuiste inschrijving kan
deelname aan het onderwijs/tentamen op praktische gronden worden geweigerd. Zie voor de
aanmeldingsprocedure www.student.uva.nl/upva.
Deelname herkansing
Als je wilt deelnemen aan de herkansing dien je je minimaal 8 dagen voor de herkansing aan te
melden via Student Informatie Systeem (SIS). Aanmelden kan nadat de uitslagen van de eerste
afsluitingsgelegenheid bekend zijn gemaakt. Indien de aanmelding niet of niet tijdig heeft
plaatsgevonden, kan deelname aan de herkansing op praktische gronden worden geweigerd, of kan
het werk niet worden nagekeken en/of beoordeeld.
Onderwijsbalie
Voor vragen met betrekking tot de inschrijving in SIS, kun je contact opnemen met de onderwijsbalie
van de Universitaire Pabo via [email protected] of 020-5257616.
Aansluiting met andere modules
De module Inleiding Onderwijskunde is een verplicht studieonderdeel. De module bouwt voort op de
vaardigheden die in blok 1 bij de modulen Inleiding Pedagogiek en ULP 1 en in blok 3 bij de module
Argumentatieleer aan de orde zijn gekomen. Dit betreft vooral vaardigheden in het zoeken van
literatuur, schrijven van wetenschappelijke teksten en bronvermelding volgens APA-richtlijnen.
De behandelde onderwerpen en thema’s worden in het vervolg van de studie bekend verondersteld.
Leerdoelen
In termen van kennis en inzicht dient de student
• een overzicht te krijgen van een aantal deelterreinen van de onderwijskunde (OWK: 1,2,3,4,5 PW:
4)
• in staat te zijn tot reflectie op de centrale begrippen in dit wetenschapsgebied (OWK: 1 PW: 4)
• inzicht te ontwikkelen in de aard van de onderwijskundige wetenschap en in de wijze waarop de
beoefenaren van deze wetenschap aan hun kennis komen (OWK: 6, 7 PW: 4)
In termen van vaardigheden dient de student
• een analytische benadering te ontwikkelen bij het beschouwen van onderwijskundige verschijnselen
(OKW: 8, 11)
• hoofd- en deelvragen kunnen bedenken bij een onderwijskundige probleemstelling (OWK: 11, 12)
2
• een logisch opgebouwde tekst kunnen schrijven over een onderwijskundige vraagstelling (OKW:
16)
• een kritische discussie kunnen voeren over een onderwijskundig onderwerp (OWK: 13, 16)
• het vermogen te ontwikkelen om mondeling en schriftelijk te rapporteren over wetenschappelijke
vraagstellingen (OKW: 16, PW: 17)
• te laten zien dat hij/zij in staat is verschillende informatiedragers te gebruiken en toe te passen
(OWK: 19)
In termen van attituden dient de student
• een wetenschappelijke habitus te ontwikkelen onder meer tot uitdrukking komend in een kritische
houding ten opzichte van gepresenteerde kennis (OWK: 13, PW: 15,16)
Bij de module horen ook practicumgroepen. Hierbij staan de volgende eindtermen centraal:
Academische Vaardigheden
Oordeelsvorming
• De student leert analytisch denken (eindtermen PW: 9,12; OWK: 11,15).
• De student leert kritisch denken omtrent een pedagogisch of onderwijskundig probleem (eindtermen PW: 9,12; OWK: 11,15).
Communicatie
• De student verwerft vaardigheden om een pedagogisch of onderwijskundig probleem schriftelijk en
mondeling te presenteren, (eindtermen PW: 17; OWK: 16).
Literatuur
• Bartlett, S. D. Burton (2012). Introduction to education studies. London: Paul Chapman (third
edition).
• Artikelen die via blackboard beschikbaar worden gesteld.
• In de paragraaf ‘rooster’ wordt per college aangegeven welke literatuur bestudeerd moet worden.
Onderwijsvormen
De bijeenkomsten omvatten hoorcolleges en werkgroepen. De hoorcolleges worden gegeven op
woensdag van 9.00 – 11.00 uur. De hoorcolleges worden verzorgd door één kerndocent van de UPvA
en verschillende gastdocenten. De hoorcolleges hebben tot doel een kader voor het zelfstandig
studeren te bieden. Hoofdpunten van bestudeerde en de te bestuderen literatuur komen aan de orde, en
er wordt extra verdieping geboden. In de colleges worden afwisselend centrale begrippen besproken
zoals die onder meer in het boek ‘Introduction to education Studies’ aan de orde zijn en verdieping
van een deel van dat onderwerp door in te gaan op onderzoek dat naar het onderwerp wordt gedaan.
Studenten dienen de hoorcolleges voor te bereiden door de aangegeven literatuur te bestuderen.
In de colleges is gelegenheid tot het stellen van vragen, onder andere over de bestudeerde stof.
De practicumbijeenkomsten worden verzorgd door een kerndocent van de UPvA. In de bijeenkomsten
worden verschillende werkvormen ingezet. Naast dat de studenten de practica dienen voor te bereiden
door de aangegeven literatuur te bestuderen, is het de bedoeling dat de studenten een actieve bijdrage
leveren door presentaties te houden, kritische discussies te voeren over de stof en het maken van
verwerkings- en toepassingsopdrachten. Tevens zal voor iedere practicumbijeenkomst één groepje
studenten de gelezen stof kort samenvatten. Deze samenvatting wordt kort gepresenteerd aan de
groep.
De docent begeleidt de studenten in het maken van de opdrachten, geeft feedback op het ingeleverde
werk en is verantwoordelijk voor de beoordeling van de eindopdracht.
Omvang van de module
3
Alle literatuur die niet in het moduleboek staat (Introduction to education Studies), is te vinden op
blackboard. De module telt 4 hoorcolleges van 2 uur, ongeveer 8 uur. Voor de het tentamen is 2 uur
gereserveerd.
De literatuur telt maximaal 450 pagina’s, overwegend Nederlandstalig. We gaan uit van een leestijd
van 1 uur per 10 pagina’s, wat neerkomt op 45 uur leestijd.
Er zijn 6 practicumbijeenkomsten van 2 uur, wat neerkomt op 12 uur. Voor het maken van de
eindopdracht voor de practicumbijeenkomsten staat 16 uur ingepland. De totale studielast wordt
daarmee geschat op 84 uur, dat is gelijk aan 3 ECTS.
Van de student verwachte activiteiten
Bij alle onderwijsvormen wordt van de student verwacht:
• Aanschaf van het boek voor aanvang van de module
• Voorafgaand aan de bijeenkomst bestuderen van de literatuur
• Aanwezigheid en actieve participatie tijdens bijeenkomsten
• Samenvatten van de literatuur en presenteren aan de groep op de afgesproken datum (zie mail
en black board voor planning).
Opdrachten
De eindopdracht van deze module is te vinden in deze handleiding. Alle opdrachten dienen
geschreven te worden conform de APA-richtlijnen, zoals aangeboden in de practicumbijeenkomsten
Inleiding Pedagogiek en de ULP-bijeenkomsten. De opdrachten moeten individueel gemaakt zijn en
voor de deadline ingeleverd via blackboard. Zie voor de precieze inlever deadlines het rooster in deze
handleiding. Let op: te laat inleveren is hetzelfde als niet inleveren. Maak ter bewijslast van het
inleveren van je stukken (via assignments op blackboard) een printscreen van de opdrachtbevestiging.
Aanwezigheid
Aanwezigheid van studenten bij hoorcolleges van deze module verdient sterk aanbeveling.
Zoals genoemd vereisen practicumgroepen een actieve werkhouding van studenten. Minimaal 80%
van de practicumbijeenkomsten moet worden gevolgd. Met een geldige reden (ziekte, e.d.) mag
eventueel verzuimd worden. De student moet zich van te voren afmelden bij de practicumdocent per
mail. Tevens dient de student zichzelf op de hoogte te stellen van de stof die gemist is.
Wanneer een student minder dan 80% heeft bijgewoond, zal de examencommissie een aanvullende
opdracht verstrekken.
Planning
Hoorcolleges:
Woensdag 9.00-11.00, lokaal REC-JK 1.05
Practicumbijeenkomsten:
De practica bijeenkomsten van groep A en groep B vinden plaats op vrijdag. Voor tijden en locaties
van de bijeenkomsten zie planning hieronder.
Let op: tijd en locatie is niet elke keer het zelfde!
4
Datum
Inhoud
Groepsindeling
Locatie
Introductie/ Theoretisch
5-02-2014
Introductie module en
werkwijze
RECJK 1.05
Hoorcollege 1
Functies van het onderwijs
en de historische context
Docent: Dr. Inti Soeterik
7-02-2014
Groep B:
11:00-13:00
(JK. 1.90)
Practicumbijeenkomst 1
Onderwijskwaliteit en
kwaliteitsbepaling in het
onderwijs
Groep A:
13:00-15:00
(M. S01)
11-02-2014
16.00 tot 18.00
uur
Locatie:
HvA, Benno
Premsela Huis,
Rhijnspoorplein 1
(zaal
BPH 00B02)
12-02-2014
RECJK 1.05
Extra Lezing
Prof. Dr. G. Biesta
(Université Luxembourg)
Niet verplicht
Wél aan te raden
1 Colloquium- punt waard
Aanmelden via:
Http://www.hva.nl/kennisce
ntrum-doo/
Hoorcollege 2
Perspectieven op
onderwijs en het
curriculum
Docent: Prof. Dr. Monique
Volman
Voorbereiden vóór aanvang van de bijeenkomst
Lezen
- Röling, H.Q. (1983). Onderwijs in Nederland. In B. Kruithof, J.
Noordman & P. de Rooy (Red.), Geschiedenis van opvoeding en
onderwijs. Inleiding, bronnen, onderzoek, (pp.66-86). Nijmegen:
SUN. (zie blackboard)
- Peschar, J. L. (1995). De maatschappelijke betekenis van het
onderwijs. In N. L. Dodde & J. M. G. Leune (Red.), Het
Nederlandse schoolsysteem, (pp. 47-72). Groningen: WoltersNoordhof. (zie blackboard)
Huiswerkopdracht 1
- Studiehandleiding doornemen
- Schoolgids stageschool bekijken (in printvorm of op
laptop/ tablet meenemen naar 1e practicum)
Lezen
- Scheerens, J. (2012), Wat is kwaliteit? (Hoofdstuk 2, pagina 4376). In: Dijkstra, A.B. & Janssens, F.J.G. (red.). Om de kwaliteit
van het onderwijs. Kwaliteitsbepaling en kwaliteitsbevordering.
Den Haag: Boom Lemma. (ISBN 978-90-5931-862-5).
- De stelsel- en bestelverantwoordelijkheid van de overheid
(Hoofdstuk 2, pagina 19-39). In: Bronneman-Helmers, R. (2011).
Overheid en onderwijsbestel. Beleidsvorming rond het
Nederlandse onderwijsstelsel (1990-2010). Den Haag: SCP.
(ISBN 978-90-377-0567-6).
In deze lezing presenteert Biesta zijn analyse van
onderwijsontwikkelingen en zijn kritische houding ten aanzien van de
meetcultuur in het onderwijs. Daarbij gaat hij in op (de vaak
ontbrekende) balans tussen de verschillende functies van het onderwijs
(kwalificatie, socialisatie en identificatie).
Biesta pleit voor het vermogen van leraren om binnen teams en scholen
de morele dialoog te kunnen voeren, niet alleen over de vraag hoe
onderwijs gegeven moet worden, maar vooral ook over de vraag waartoe
er onderwijs gegeven moet worden.
Huiswerkopdracht 2
- Bekijken web-hoorcollege Monique Volman
Link:
http://webcolleges.uva.nl/Mediasite/Play/ba59af3c1ddc4
32b84eb5932682958821d (ook beschikbaar via BB,
onder ‘literatuur per college’)
Lezen
-Introduction to education studies, H. 2; H. 5, pp. 74 – 87
Extra literatuur:
-Volman. M. (2011) Kennis van betekenis: Betrokkenheid als
kwaliteit van leerprocessen en leerresultaten. Oratie. Universiteit
van Amsterdam.
14-02-2014
Groep B:
11:00-13:00
(JK. B.46)
Groep A:
Practicumbijeenkomst 2
De pedagogische taak
van het onderwijs:
Burgerschapsvorming
Lezen
-Bronneman-Helmers, R. & E. Zeijl (2008).
Burgerschapsvorming in het onderwijs. In: Betrekkelijke
Betrokkenheid: Sociaal en Cultureel Rapport 2008.’sGravenhage: Soci-aal en Cultureel Planbureau, 173 – 202.
- Ledoux, G., F. Geijsel, R. Reumerman & G. ten Dam
5
13:00-15:00
(JK. 3.05B)
19-02-2014
RECJK 1.05
21-02-2014
(2011). Burgerschapscompetenties van jongeren in
Nederland. Pedagogische Studiën, 88(1), 3-22.
- Biesta, G., R. Law & N. Kelly (2009). Understanding
young people’s citizenship learn-ing in everyday life: The
role of contexts, relationships and dispositions. Education,
Citizenship and Social Justice, 4 (1) 5–24.
Hoorcollege 3
Segregatie in het
onderwijs
Docent: Prof. Dr Sjoerd
Karsten
Practicumbijeenkomst 3
Ongelijke kansen in het
schoolsysteem &
Onderwijskansenbeleid
(NB:
vandaag groep B
later!!!)
Groep A:
13:00-15:00
(M. S01)
Extra literatuur:
- Ledoux, G., & Veen, A. (2009). Beleidsdoorlichting
onderwijsachterstandenbeleid. Periode 2002 - 2008.
Amsterdam:SCO-Kohnstamm Instituut.
- Pedagogiek in beeld, H. 23
Groep B:
15:00-17:00
(P 0.19)
School/ klasse niveau
23-02-2014
Inleveren concept
academische opdracht.
26-02-2014
RECJK 1.05
28-02-2014
Groep B:
11:00-13:00
(JK. 1.90)
Hoorcollege 4
Motivatie en activerende
leeromgevingen
Docent: Dr. Jaap Schuitema
Practicumbijeenkomst 4
Instructietheorieën en
schooleffectiviteit
Via Blackboard, naar docent én naar één medestudent (zie
indeling), uiterlijk zondag 23-02, 23:59 uur.
Lezen
- Oostdam, R., Peetsma, T., & Blok, H.(2007). Het nieuwe leren
in basisonderwijs en voortgezet onderwijs nader beschouwd: een
verkenningsnotitie voor het Ministerie van Onderwijs Cultuur en
Wetenschap. Amsterdam: SCO-Kohnstamm Instituut van de
Universiteit van Amsterdam.
- Van der Veen, I. & T. Peetsma (2009). Motivatie en Leren. In:
R. Klarus & P.R.J. Simons (red.). Wat is goed onderwijs?
Bijdragen uit de psychologie. ’s-Gravenhage: Lemma (67 – 87).
Huiswerkopdracht 3:
-Argumentatieschema voor Academische opdracht maken (in
printvorm of op laptop/ tablet meenemen naar 4e practicum)
Lezen
- Introduction to education studies, H. 6, H. 3, pp. 54 - 57 en H. 7,
pp. 123 - 130.
- Karstanje, Onderwijskundig leiderschap (zie blackboard)
Groep A:
13:00-15:00
(M. S01)
07-03-2014
Lezen
- Karsten, S., C. Felix, G. Ledoux, et al. (2005).
Onderwijssegregatie in de grote steden. Beleid en Maatschappij, 2
(32) 63 – 75.
- Veldboer, L., J.W. Duyvendak en C. Bouw (2007).Inleiding:
menging als maatstaf. In: L. Veldboer,., J.W. Duyvendak en C.
Bouw, De mixfactor: Integratie en segregatie in Nederland.
Meppel: Boom, 11 – 27.
- Janmaat, J.G. (2011). Diversiteit in de klas. Kweekvijver voor
verdraagzaamheid onder alle omstandigheden? In J. Dronkers
(Red.), Goede bedoelingen in het onderwijs. Kansen en missers,
(pp.133-153). Boekaflevering Mens en Maatschappij, Amsterdam:
Amsterdam University Press. Te downloaden via:
www.oapen.org/download?type=document&docid=408872
Lezen
- Introduction to education studies H. 10
- Dekkers, H., & Meijnen, W. (2003). Onderwijs in de
maatschappelijke context. In N. Verloop & J. Lowyck (red.)
Onderwijskunde. Een kennisbasis voor professionals (pp. 17-34).
Groningen/Houten: Wolters-Noordhoff.
- Ledoux, G. (2003). Ontwikkelingen in het basisonderwijs. In:
Wim Meijnen (red.), Onderwijsachterstanden in basisscholen.
Antwerpen - Apeldoorn: Garant, pp. 97 - 118.
Practicumbijeenkomst 5
Lezen
6
Groep B:
11:00-13:00
(JK. 1.90)
Omgaan met verschillen
Interne Differentiatie
Groep A:
13:00-15:00
(M. S01)
- Introduction to education studies H. 9, pp. 225-234, H11
- Oostdam, R. (2009). Tijd voor dikke leerkrachten. Over
maatwerk als kern van goed onderwijs. Amsterdam: HvA
Extra lezen:
-Oostdam, R. (2013) Zorgen voor de juf en mees: Van
onderwijzen naar leren. Oratie. Universiteit van Amsterdam.
Ook te zien via video opname: http://www.hva.nl/kenniscentrumdoo/over-het-kenniscentrum/activiteiten/oraties/2013-11-22oratie-ron-oostdam/
Via Blackboard, naar docent én naar één medestudent (zie
indeling), uiterlijk zondag 09-03-2014, 23:59 uur.
09-03-2014
Inleveren concept
academische opdracht
14-03-2014
Practicumbijeenkomst 6
Bespreken concepten
academische opdracht
(ingeleverd, uiterlijk zondag 09/03, 23:59 uur)
Tentamen
9.00 – 12.00 uur
Inleveren definitieve versie
Academische opdracht
Herkansing tentamen
9.00 – 12.00 uur
Inleveren herkansing
Academische opdracht
Alle literatuur en de inhoud van de hoorcolleges en
practicumbijeenkomsten is tentamenstof.
Groep B:
11:00-13:00
(JK. B.46)
Groep A:
13:00-15:00
(M. S01)
19-03-2014
(M1.02)
27-03-2014
(23:59 uur)
09-05-2014
(JK B.46)
09-05-2014
(23:59 uur)
Beoordeling
Deze module wordt door verschillende onderdelen getoetst en als volgt gewogen:
• De eindopdracht uit de werkgroep: 30%
• Schriftelijk tentamen dat bestaat uit vier open vragen: 70%
Daarbij gelden de volgende voorwaarden:
a) Het cijfer voor het tentamen moet voldoende zijn (cijfer ≥ 5.5).
b) De eindopdracht dient met een voldoende (minimaal 5,5) te worden afgesloten; in het geval
van een onvoldoende kan de opdracht worden verbeterd binnen de daarvoor, door de docent,
gegeven periode.
Wat betreft de herkansingsmogelijkheid voor het tentamen, zie het rooster in deze studiehandleiding
voor data en tijdstippen (zie ook www.rooster.uva.nl).
In de Onderwijs- en Examenregeling (OER) vind je meer algemene informatie over toetsing, bijvoorbeeld over de voorwaarden om aan tentamens te mogen deelnemen, herkansingen en de geldigheidsduur van uitslagen. Zorg ervoor dat je van deze informatie op de hoogte bent! Je vindt de OER in de
digitale studiegids, en op www.student.uva.nl/pw of www.student.uva.nl/owk onder Studiegids ->
Studiegids POW 2012-2013. De OER bevat ook andere belangrijke informatie, zoals over volgordeverplichtingen, aanwezigheidsverplichtingen, keuzepunten en minoren.
Feedback
Tijdens de practicumbijeenkomsten krijgen studenten eenmaal feedback op de conceptversie van de
academische opdracht. Feedback op individuele concept stukken wordt gegeven door een mede
7
student. De docent komt centraal terug op algemene punten en vragen. Mocht de definitieve versie
van de eindopdracht als onvoldoende worden beoordeeld, levert de student aan de hand van feedback
van de docent voor de herkansingsdatum een verbeterde versie in. De herkansingsversie wordt dan
weer volgens de gebruikelijke criteria beoordeeld.
Na het tentamen is er een mogelijkheid om het gemaakte tentamen in te zien en feedback te
ontvangen van de docent. Op blackboard zal t.z.t. een tijdstip hiervoor worden vermeld.
Evaluatie van het onderwijs
Docenten van de Universitaire Pabo hebben behoefte aan feedback van de studenten op de kwaliteit
van het gegeven onderwijs. Waar nodig kan een betreffende module verbeterd worden voor de
volgende groep studenten. Maar evalueren kan ook een goed leermoment zijn voor jou als student,
omdat je zo extra nadenkt over je eigen leerproces en nagaat hoe je achteraf kijkt naar de inhoud van
een module.
Binnen de FMG wordt gewerkt met een vragenlijst die UvA-breed wordt toegepast. Bij het laatste
college of na afloop van het tentamen zal je gevraagd worden deze vragenlijst in te vullen. Vul deze
vragenlijst zo eerlijk mogelijk in, de resultaten ervan hebben geen consequenties voor de uitslag van
het tentamen. Bovendien blijf je bij het invullen van de vragenlijst anoniem. Indien uit de resultaten
van de vragenlijst blijkt dat toelichting nodig is op de evaluatie van de betreffende module,
organiseert het Onderwijsinstituut een panelgesprek. Hiertoe worden een aantal studenten uitgenodigd
en wordt samen met de docent en de onderwijsdirecteur of studieadviseur gesproken over het verloop
en de inhoud van de betreffende module. Studenten kunnen indien gewenst ook zelf een panelgesprek
aanvragen.
Fraude
Onder fraude wordt verstaan het handelen of nalaten van de student dat erop gericht is het vormen van
een juist oordeel door de examinator omtrent kennis, inzicht en vaardigheden van de student geheel of
gedeeltelijk onmogelijk te maken. Een voor iedereen duidelijk herkenbare vorm van fraude is bijv. het
op enigerlei wijze ‘spieken’ tijdens het tentamen. Een helaas vaak voorkomende vorm van fraude, die
in de wetenschappelijke wereld zeer zwaar wordt aangerekend, is het plegen van plagiaat.
Plagiaat
Een wetenschappelijke tekst moet controleerbaar zijn en daarom dien je gebruikte (internet)bronnen
altijd te vermelden in een zogenaamde bronvermelding. Als je een stuk tekst of tabel van iemand
over-neemt geef je precies aan wie de auteur is en waar je de tekst of tabel hebt gevonden. Doe je dat
niet en wek je dus de indruk dat die tekst of die gegevens van jezelf zijn, dan wordt dat plagiaat
genoemd. Het plegen van plagiaat in een paper of scriptie betekent altijd uitsluiting van de betreffende
tentamen- of scriptiegelegenheid. Bovendien kan de examencommissie nog zwaardere straffen
opleggen. Zorg dus dat je altijd goed je bronnen vermeldt en niet zomaar stukken tekst of gegevens
van anderen overneemt. Zie ook Serviceplein voor studenten, Fraude- en plagiaatregeling,
http://www.student.uva.nl/fraude-plagiaat/voorkomen.cfm, en OER bachelor- en masteropleiding
Pedagogische wetenschappen en Onderwijskunde, artikel 5.14.
Beroepsmogelijkheden
Als je het niet eens bent met een beslissing van een examinator, is het verstandig om je eerst te
wenden tot de Examencommissie UPvA met het verzoek om een uitspraak te doen over je eventuele
klacht. Na die uitspraak kun je besluiten om binnen 4 weken beroep aan te tekenen bij de COBEX.
Raadpleeg de studieadviseurs voor advies en de procedure.
8
Universitaire Pabo van Amsterdam
Academische eindopdracht inleiding onderwijskunde – 2013-2014
Als academische leerkracht is het van belang dat je een mening vormt over
onderwijskwesties en dat je deze mening kan beargumenteren. In deze opdracht oefen je
daarmee.
Opdrachtomschrijving:
Schrijf individueel een betoog over een onderwerp uit de onderwijskunde. De doelgroep
waarvoor je schrijft zijn leerkrachten of andere professionals uit het onderwijsveld. De
stelling die je formuleert voor je betoog moet voortkomen uit de onderwerpen uit de module
inleiding onderwijskunde (zie lijst met voorbeeldonderwerpen hieronder). Om het betoog zo
sterk mogelijk te maken is het aan te raden een onderwerp te kiezen dat interessant is voor
jouw beroepspraktijk op dit moment.
Verdedig de stelling in een betoog van maximaal 1000 woorden. Dat doe je door zowel voorals tegenargumenten te noemen. Het argumentatieschema dat je voor het betoog hebt
ontwikkeld lever je als bijlage bij je betoog in.
Voorbeeld onderwerpen:
- Functies van onderwijs
- Onderwijskwaliteit
- Kwaliteitsbepaling in het onderwijs
- Perspectieven op onderwijs en het curriculum
- Instructietheorieën en schooleffectiviteit
- Het ‘nieuwe leren’ en motivatie van leerlingen
- Omgaan met verschillen
- Interne Differentiatie
- Segregatie in het onderwijs
- Ongelijke kansen in het schoolsysteem
- Onderwijskansenbeleid
- De pedagogische taak van het onderwijs
- Burgerschapsvorming
Eisen op een rijtje:
- Je maakt de opdracht individueel
- Het betoog omvat maximaal 1000 woorden
- Bij het schrijven van het betoog maak je gebruik van minimaal twee bronnen uit deze
module.
- Het argumentatieschema wordt als bijlage bij het betoog ingeleverd. Dit is een
minimumeis (dwz, als het schema niet toegevoegd wordt kan er geen beoordeling
voor het betoog gegeven worden).
9
Inlevermomenten:
• Conceptversie: Inleveren 9 Maart 2014, 23:59 uur.
Inleveren op 3 manieren: via Blackboard, via de mail naar docent
([email protected]) én naar één medestudent (zie indeling).
•
Definitieve versie: Inleveren 27 Maart 2014, 23:59 uur.
Inleveren via Blackboard en via de mail naar docent ([email protected]).
Beoordeling academische opdracht:
Deze module wordt door verschillende onderdelen getoetst: éen tentamen en één
academische opdracht. Deze academische opdracht weegt voor 30% mee in het eindcijfer
voor de module.
De eindopdracht dient met een voldoende (minimaal 5,5) te worden afgesloten; in het geval
van een onvoldoende moet dit onderdeel herkanst worden.
10
Beoordelingsformulier academische eindopdracht Inleiding Onderwijskunde
Universitaire Pabo van Amsterdam, 2013-2014
Naam:
Studentnummer:
Eisen
Datum:
Beoordelaar:
Beoordeling Opmerkingen
• Maximaal 1000 woorden.
• Regelafstand 1,5.
• Er zijn minimaal twee literatuurbronnen
uit de module in het betoog verwerkt.
• Het argumentatieschema is als bijlage
toegevoegd.
Opbouw
Ja / nee
Ja / nee
Ja / nee
Ja / nee
30%
Beoordeling Opmerkingen
50%
Beoordeling Opmerkingen
• Is er een inleiding, middenstuk en
conclusie te herkennen?
• Lopen de onderwerpen in de tekst
logisch in elkaar over?
• Is er een duidelijke stelling
geformuleerd?
Inhoud
• Sluit de stelling aan bij de inhoud van de
module inleiding onderwijskunde?
• Worden er minimaal twee argumenten
voor de stelling gegeven?
• Wordt er minimaal één argument tegen
de stelling gegeven?
• Is er een argumentatiestructuur te
herkennen in de tekst (met meervoudige,
onderschikkende en nevenschikkende
argumenten)?
• Worden alle argumenten overtuigend
uitgewerkt?
• Worden de argumenten onderbouwd
vanuit de literatuur?
Taalgebruik
20%
Beoordeling Opmerkingen
• Is gebruik gemaakt van heldere
formuleringen, grammaticaal correcte
zinnen en een correcte spelling?
• Is de formulering helder en overtuigend?
• Is het taalgebruik voldoende
wetenschappelijk, passend bij de stijl van
een betoog?
• Zijn de literatuurverwijzingen conform
de APA richtlijnen opgemaakt?
Algemene opmerkingen
Cijfer eindopdracht*
*Voor elk onderdeel krijgt de student één cijfer dat meetelt volgens de aangegeven percentages.
11