Evaluatieformulier bachelorproef

Download Report

Transcript Evaluatieformulier bachelorproef

Evaluatieformulier bachelorproef stagebegeleider | pagina 1
De vijf stappen zijn gerespecteerd om het rapport te schrijven:
Check
Feedback
Oriëntatie (doel, onderwerp, publiek, randvoorwaarden)
Voorbereiding (brainstormen, werken met vaste vragenschema’s).
Tijdschema opgesteld.
Rapport is gecontroleerd (herlezen, herschrijven, …)
A
Het rapport is logisch gestructureerd.
1
Het rapport heeft een correcte lengte conform de vereisten van de opleiding (richtlijn : 50 blz.)
Het rapport heeft een titelblad conform de vereisten van de opleiding.
2
3
4
De titel is duidelijk en een eventuele ondertitel dekt de inhoud.
Het rapport heeft een kaft, blanco blad en titelblad op basis van het Howest/NMCT sjabloon met logo, academiejaar,
campus, opleiding, promotor, titel/onderzoeksvraag, subtitel, naam student.
De titel dekt de inhoud.
Het rapport heeft een woord vooraf.
5
Vermeld is: de promotor, het kader, de doelgroep, schets het gebruik van het rapport en een dankwoord;
persoonlijke stijl mag.
Het rapport heeft een abstract. (idem als op de projectsamenvatting op www.howest.be/stage)
6
Vermeld is: probleemstelling en doelstelling, werkwijze, resultaten en conclusie.
Het rapport heeft een verklarende woordenlijst/lijst met afkortingen (facultatief).
7
De lijst is alfabetisch opgesteld en verklaar terminologie op een duidelijke manier.
Het rapport heeft een inhoudsopgave.
8
Een correcte indeling met titelnummering volgens de decimale code, met max drie niveaus.
Ilse Mestdagh – Gerti Wouters – Linda Bruneel
Stuurgroep taalbeleid Howest
Evaluatieformulier bachelorproef stagebegeleider | pagina 2
Het rapport heeft een inleiding.
9 Het doel van het onderzoek is meegegeven (probleemstelling/onderzoeksvraag).
10 Verantwoording waarom het onderzoek relevant is (= waarom).
11 Er is een duidelijke methodologie toegelicht (= correct toepassen van de regels voor toegepast wetenschappelijk
onderzoek) en verantwoording ervoor (= hoe).
12 De inhoudelijke hoofdlijnen en belangrijkste bronnen van informatie zijn meegegeven.
De kern van mijn rapport is goed opgebouwd.
13 Er is aandacht voor literatuuronderzoek.
14 Het onderzoek is beschreven (hypothesen en verwachtingen, materiaal en methoden, onderzoek zelf, resultaten,
interpretatie resultaten).
15 De gebruikte methodologie is correct uitgevoerd.
16 Het aantal hoofdstukken is logisch en gelijkmatig en in verhouding tot het aantal bladzijden (richtlijn 50 bladzijden,
maximum 5 hoofdstukken).
17 Hoofdstukken hebben een duidelijke en betekenisvolle titel.
18 Bij elk hoofdstuk hoort een bondige situerende vooruitblik.
19 Er is oog voor een logische indeling in hoofdstukken, paragrafen (= subhoofdstukken) en alinea's.
20 Het rapport bestaat uit alinea’s (ongeveer 5 zinnen, één hoofdgedachte en gescheiden door een witregel.
Het rapport heeft een conclusie.
21 Er is een samenvatting van de resultaten en elk besluit is bondig en kernachtig geformuleerd.
22 Er is geen nieuwe informatie aangehaald, tenzij voorstellen voor verder onderzoek.
23 Er is terugkoppeling naar de inleiding.
Het rapport heeft een referentielijst.
24 Voldoende, recente en relevante literatuurverwijzingen.
25 In de referentielijst staan de meeste werken die gebruikt zijn.
26 De APA-stijl (American Psychological Association) is consequent toegepast.
Het rapport heeft functionele bijlagen.
27 De bijlagen zijn genummerd en getiteld.
28 Er is geen bijlagen waarnaar niet verwezen is in de hoofdtekst.
Ilse Mestdagh – Gerti Wouters – Linda Bruneel
Stuurgroep taalbeleid Howest
Evaluatieformulier bachelorproef stagebegeleider | pagina 3
B
Het rapport is professioneel geformuleerd.
37
38
39
40
Het rapport is zakelijk geformuleerd.
Een zakelijke, neutrale en professionele toon (geen spreektaal, sms-taal, facebooktaal).
Correcte vaktaal.
Geen aanspreekvormen als ik, wij, je, u men.
Handelingen zijn met werkwoorden en niet met substantieven omschreven.
Duidelijk en exact.
Variatie mijn zinsbouw en woordkeuze.
Overbodige woorden zijn vermeden.
Concreet en objectief.
Volwaardige zinnen met een onderwerp en een persoonsvorm.
Taalkundig juist.
Signaalwoorden om redenering op te bouwen: ten eerste, ten tweede/allereerst, vervolgens….
Geen dialectische woorden, de juiste vaktaal en enkel standaardafkortingen.
De tekst is gecontroleerd op type- en spelfouten, lees- en woordtekens.
De juiste tijd.
C
Het rapport heeft een professionele vormgeving om de leesbaarheid te stimuleren.
41
42
43
44
45
Consequent lettertype en gepaste interlinie.
De tekst is goed geschikt op het blad.
Alle tekeningen (ontwerpen) hebben een nummer en korte beschrijving. Ze zijn geïntegreerd in de tekst.
Alle verwijzingen binnen de tekst corresponderen met het juiste hoofdstuk of de juiste bladzijde.
De nummering van de onderdelen/grafieken/foto’s is logisch en eenvoudig.
29
30
31
32
33
34
35
36
Om zich optimaal voor te bereiden, beschikt de student over dit evaluatieformulier in de vorm van een checklijst.
Ilse Mestdagh – Gerti Wouters – Linda Bruneel
Stuurgroep taalbeleid Howest