Thema cellen

Download Report

Transcript Thema cellen

Examentraining
Biologie
Thema cellen
BI/K/4 Cellen staan aan de basis
Programma voor deze les:
• Domein cellen staan aan basis (organisatie niveau)
•
•
•
•
•
Levenskenmerken
Opbouw cel
Kenmerkende eigenschappen
Weefsel, orgaan, orgaanstelsel, organisme
Stofwisseling van cellen (fotosythese + verbranding)
Levenskenmerken
• Stofwisseling; opnemen en afgeven van stoffen door voeding,
ademhaling en uitscheiding
• Groei
• Voortplanten
• Reageren op prikkels
• Uit je hoofd leren, niet moeilijk ;)
ORGANISATIENIVEAU BIOLOGIE
Cel – bouwsteen van het leven
klein
Weefsel is een groep cellen met dezelfde
bouw en dezelfde functie ( beenweefsel,
spierweefsel)
Orgaan is een deel van een organisme met
een speciale functie (oog, hand, lever)
Orgaanstelsel- een groep van samenwerkende
organen, die gezamelijk een bepaalde functie
hebben (ademhalingsstelsel, spierstelsel)
Organisme – levend wezen
groot
http://www.schooltv.nl/beeldbank/clip
/20111117_celtotstelsel01
1. Cellen
• Plastiden
• Bladgroenkorrels
• Kleurstofkorrels
• Zetmeelkorrels
• Andere onderdelen:
•
•
•
•
•
Celkern
Cytoplasma
Celmembraan
Vacuole
Celwand
Kenmerken/eigenschappen
Dieren
Bacterie
Schimmel
Plant
Celwand
-
+
+
+
Kern
+
-
+
+
Bladgroen
-
-
-
+
Grootte
10 – 100
1 – 10
10 – 100
10 - 100
Vraagje tussendoor:
2. Weefsels
• Cellen bij elkaar
Vraagje tussendoor:
3. Orgaan
• Uit aantal type weefsel opgebouwd
• Deel van organisme met 1 of meerdere functies
4. Organenstelsel
Organen die samenwerken aan één functie
5. Organisme
STOFWISSELING
Organische stof is een stof die gemaakt is in een levend
wezen
Bevat energie
Koolhydraten
eiwitten
vetten
Anorganische stof is een stof uit de levenloze natuur
Bevat geen energie
Water
Koolstofdioxide
Zuurstof
Organische stoffen
Organische stof is een stof die gemaakt is
in een levend wezen
Bevat energie
Koolhydraten
eiwitten
vetten
Anorganische stoffen
Anorganische stof is een stof uit de levenloze natuur
Bevat geen energie
Water
Koolstofdioxide
Zuurstof
Afbrekend enzym
Koppelend enzym
Een enzym werkt specifiek  het kan door zijn
speciale vorm maar een proces versnellen .
Enzymactiviteit
Minimum
Optimum
Maximum
temperatuur
Een enzym is een eiwit en gaat
dus kapot bij hoge temp
Een enzym is gevoelig voor temperatuur
en zuurgraad
PH
1
accuzuur
zuur
PH
7
PH
13
ammonia
Zuiver
water
basisch
Grondstofwisseling is de stofwisseling in rust.
Je verbruikt 4 KJ per minuut
zonlicht
koolstofdioxide
zuurstof
water
wortelharen
Fotosynthese
Zonlicht is de energiebron
om glucose te maken
Koolstofdioxide + Water + licht  Glucose + Zuurstof
CO2
H2O
C6H12O6
O2
Fotosynthese vindt alleen plaats
in de groene delen als er licht is
http://www.schooltv.nl/beeld
bank/clip/20100721_fotosynt
hese01
Zetmeel wordt alleen gevormd in de groene
delen.
Zetmeel kun je aantonen met joodoplossing
Zetmeel kleurt dan blauw
Glucose is brandstof maar ook bouwstof.
Een plant kan van alles maken van
glucose. (vetten, eiwitten, cellulose enz.)
FOTOSYNTHESE
Overdag in de groene delen
Koolstofdioxide + Water + licht  Glucose +
CO2
H2O
C6H12O6
Zuurstof
O2
VERBRANDING
Overal en altijd
Glucose + Zuurstof  Water + Koolstofdioxide + Energie
C6H12O6 O2
H2O
CO2
Buis 1
niets
Buis 2
Buis 3
Buis 4
verbranding Verbranding 2X Verbranding
en
en 1X
fotosynthese fotosynthese
Wat gebeurt er in elke buis in het licht?
Wat gebeurt er in elke buis in het donker?
Puzzeltijd!
Veel plezier met de puzzel over stofwisseling :D
Maak alleen de vragen met een O om het nummer