Management en beleid

Download Report

Transcript Management en beleid

Management en beleid
Leidinggeven
Blz. 29
Management
• Management: het sturen en beheren van
mensen en middelen om een bepaalde doelen te
bereiken. Er zijn 3 managementniveaus:
- Topmanagement: maakt beleid en ontwikkeld
strategie
- Middenmanagement: beheert beleid, geeft
opdrachten en lost problemen op
- Lager management: Voert het beleid uit, zorgt
ervoor dat doelen worden bereikt
Beleid
• Beleid: is het bepalen van de doelen, plus de
wegen waarlangs en de middelen waarmee
deze bereikt worden.
• Het topmanagement stelt het beleid op!
Fasen van beleid
•
•
•
•
Fase 1: beleidsvorming = stellen van doelen
Fase 2: beleidsformulering = voorleggen
Fase 3: beleidsoverdracht = overdragen doelen
Fase 4: beleidsuitvoering = uitvoeren van
opdracht
• Fase 5: beleidevaluatie = Controleren of de
doelen zijn behaald
Verschillende soorten beleid
•
•
•
•
Verkoopbeleid
Inkoopbeleid
Investeringsbeleid
Personeelsbeleid
Managementproces
• Om doelstellingen te realiseren, moeten de
nodige werkzaamheden worden uitgevoerd en
worden ingepland. De werknemenrs moeten
dit uitvoeren.
• Het plannen, afstemmen, uitvoeren,
controleren en bijsturen van de
werkzaamheden vormen de stappen van het
managementproces.
•
•
•
•
Doelen: richting aan handelen voor toekomst
Plannen: Manager leidt en begeleidt
Uitvoeren: Manager is hierbij verantwoordelijk
Controle: Vergelijken met ideale plan
- Bijstellen: Plan aanpassen
- Bijsturen: Uitvoering aanpassen
PDCA-cyclus
• Je kunt het managementproces ook op een
andere manier in beeld brengen. Een veel
gebruikt model is de managementcyclus, oftewel
de Plan-Do-Check-Act-cyclus (PDCA-cyclus).
• PDCA
Stellen van doelen
• Doel: iets wat je wilt bereiken. Het stellen van
doelen en het nemen van beslissingen, liggen
in elkaars verlengde.
• 3 soorten doelen:
- Topmanagement:
Strategische doelen
- Middlemanagement: Organisatorische
doelen
- Lager management:
Uitvoerende doelen
• Stategische doelen: Hoofddoelen, lange
termijn. Is vaak vaag! Uitgewerkt in de
organisatorische ne uitvoerende doelen.
• Missie: geeft aan wat de drijfveren van de
organisatie zijn, wat ze uiteindelijk wil
bereiken en binnen welke kaders. Is gebaseerd
op de stategische doelen.
• Organisatorische doelen: afgeleid van
strategisch doel. Ook wel subdoel of afgeleid
doel genoemt!
• Uitvoerende doelen: welke handelingen zijn
nodig om het hoofddoel en subdoel te kunnen
bereiken. Wat moet het personeel doen?
SMART
• SMART
Management by objectives (MBO)
• Wanneer het realiseren van doelen centraal
staat. Hoe? Dit bepaald het management!
• Doel: het maken van de organisatiedoelen tot
de doelen van iedere medewerker. Zij leveren
doelgerichte prestaties en beleven voldoening
in hun werk!
Drie varianten van MBO
• Autoritaire variant: doel bepaald door hogere
manager
• Samenwerkings variant: doelen bepalen in
onderling overleg
• Neutrale varian: : doelen in overleg maar de
precieze invulling en de wijze waarop ze
worden bereikt, worden bepaald door een
lagere manager
Voorwaarden om MBO toe te passen
• Doelen moeten met de medewerkers
besproken worden
• De doelen moeten uitdagend zijn
• Er moet feedback plaatsvinden
• Er moet een beloning tegenover staan
Plannen/Planning
• Is een voorbereiding die aan het daadwerkelijke
handelen vooral gaat.
• Probeert de toekomst te structureren in
overzichtelijke eenheden, gedurende een
bepaalde periode
• Het gaat om doelen die bereikt moeten worden,
de manier waarop ze bereikt moeten worden en
de termijn waarbinnen ze bereikt moeten
worden
Soorten planningen
• Bedrijfsdoelen
- Strategische planning (top management, lange
termijn 5 tot 10 jaar)
- Tactische planning (middenmanagement,
middenlange termijn zoals personeelsbehoefte
en financiele mogelijkheden)
- Instrumentele planning (lager management,
dagelijks, wekelijks of maandelijks. Gaat over:
benodigde mensen, middelen en gericht op de
korte termijn )
• Tijdsindeling
- Langetermingplanning (5 tot 10 jaar)
- Middenlangetermijnplanning (1 tot 5 jaar)
- Kortetermijnplanning (max. 1 jaar)
Beslissen
• Beslissingen worden genomen op
verschillende niveaus:
- stategisch niveau (directie, lange termijn)
- organisatorisch niveau (directie in overleg
met leidinggevende, midden lange termijn)
- uitvoerend niveau (lager management,
praktische zaken, korte termijn)
Beslissingsmodel
• 7 fases
- Voorbereiding: probleemstelling formuleren
- Beeldvorming: definieren probleem
- Definitieve probleemstelling: eventueel
probleemstelling aanpassen
- Oordeelsvorming: mogelijke oplossingen
aandragen
- Keuze voor de beste oplossing: uit fase 4
- Overdracht beslissing: informeer betrokkenen
- Implementatie beslissing: Tevens evalueren
Over beslissingen communiceren
Is er een beslissing is genomen, dan is het
belangrijk dat je er ook voor zorgt dat deze
beslissing bekend wordt gemaakt. De
medewerkers voor zie de beslissing gevolgen
heeft, moeten op de hoogte worden gesteld.
Beslissingen waar iedereen van op de hoogte is,
hebben een grotere kans om succesvol te zijn!
Wet van Maier
• Kwaliteit hangt voornamelijk af van inhoudelijke
deskunidigheid om een optimale oplossing te
formuleren.
• De meeste acceptatie krijg je als je de
medewerkers actief betrekt bij het formuleren
van het probleem en het bedenken van de
oplossing.