SE - Republiek in de Gouden Eeuw

Download Report

Transcript SE - Republiek in de Gouden Eeuw

Schoolexamen dinsdag 13 januari
Leerstof:
- 5.5 (hc 'De Republiek 1515-1648')
- hst 6
- hst 7 (hc 'Verlichting en revoluties 1650-1848’)
- hst 8
Filmpjes:
- hst 9 (hc 'Duitsland 1871-1945') - JORT
- WME geschiedenis
Geef een voorbeeld dat van
toepassing is op de
verschillende kenmerkende
aspecten.
Bijbehorende kenmerkende aspecten
5.5:
- De protestantse Reformatie die de splitsing van de christelijke
kerk in West-Europa tot gevolg had.
- Het conflict in de Nederlanden dat resulteerde in de stichting
van een Nederlandse staat.
6:
- De bijzondere plaats van de Nederlandse Republiek in
staatkundig opzicht en de bloei in economisch en cultureel
opzicht.
- Wereldwijde handelscontacten, handelskapitalisme en het
begin van een wereldeconomie.
- Het streven van vorsten naar absolute macht.
- De wetenschappelijke revolutie.
Oorzaken bloei economie
Gouden Eeuw
I. Boeren experimenteren in landbouw; bijv.
overstap op veeteelt
Oorzaken: - Bodem niet geschikt voor akkerbouw
- Graan kan uit het Oostzeegebied gehaald worden
Gevolgen: - Meer arbeidskrachten beschikbaar
- Winstgevende ondernemingen in de landbouw
II. Handel met het Oostzeegebied
Graan en hout wordt uit het Oostzeegebied gehaald
en vanuit Amsterdam verder verhandeld.
Amsterdam komt
tot bloei en krijgt
stapelmarkt functie.
Moedernegotie:
Basis van de welvaart
van de Republiek
III. 1585 – Antwerpen wordt bezet en
Schelde wordt afgesloten
I. Belangrijke concurrent verdwijnt
II. Veel (protestantse) Antwerpenaren
vluchten naar Amsterdam, waaronder
veel bankiers en handelaren
Naast toename van handel in
Amsterdam ook komst van kennis en
geld
Amsterdam als handelsstad bloeit en de
stad groeit
Wereldeconomie
WIC
WIC
VOC
VOC
Verenigde Oost indische Compagnie
Handelsmonopolie
op specerijenhandel
in Azië.
WIC: West Indische Compagnie
- Afrika en Amerika
- Slavenhandel
- Kaapvaart
Handelskapitalisme:
Handelen met als doel zo veel
mogelijk geld te verdienen
Factorijen- handelsposten
Hoogste baas:
Gouverneur Generaal
Bestuurlijk centrum:
Batavia/ Jakarta
Bestuur Republiek
Bestuur Republiek
Regenten
Afkomstig uit een kleine groep rijke
(koopman) families.
Baat bij: Handel, inkomsten oorlogskas
Stadsbestuur ‘Vroedschap’
Taken: Dagelijks bestuur stad
Gewestelijke staten
Bestuur gewest (soort provincie).
Taken: wetgeving, belasting, rechtspraak
Stadhouder:
Opperbevelhebber leger
en vloot
Raadspensionaris:
Hoogste ambtenaar
Staten Generaal
Vertegenwoordigers uit elke gewest – Den Haag
Taken: buitenlandse politiek, belasting leger&vloot ,defensie
Gewesten
Republiek der 7 verenigde
Nederlanden:
Friesland
Gelre
Holland
Overijssel
Stad en
Lande (Groningen)
Utrecht
Zeeland
Lichtblauw gebied:
generaliteitslanden
Van Oldebarneveld vs Maurits
Raadspensionaris
Stadhouder
Machtsstrijd over:
- 12-jarig bestand (tijdelijke vrede met Spanje)
- Juiste interpretatie Calvinisme
Staatgezinden vs prinsgezinden
Religie in de Republiek
Gereformeerde kerk ‘officiële’ kerk,
andere religies zijn toegestaan.
Tolerante houding zorgde voor komst
van o.a. Joden en Hugenoten.
Zij brengen arbeidskracht, handel, kennis
en geld met zich mee.
Schilderkunst Gouden Eeuw
Opdrachtgever schilderijen
Republiek: rijke burgers en steden
Andere landen: de kerk
Kunst Republiek:
Burgerlijk karakter
Wetenschappelijke revolutie
Wetenschappers gebruikten kennis uit de Oudheid en
ging zelf onderzoek doen.
Rampjaar 1672
De Republiek
wordt aangevallen
door Frankrijk,
Engeland en de
bisdommen
Munster en Keulen