PolAcMinor - van de Sande in lezingen

Download Report

Transcript PolAcMinor - van de Sande in lezingen

MINOR VEILIGHEID EN CRISISBEHEERSING 24 Unox petjes 16 andere petjes 5 zien de fotograaf 8 kijken naar elkaar Rest kijkt naar Erica?

Beter: Het voorspellen, beoordelen en sturen van massasituaties

POLITIEACADEMIE

15 Mei 2012

CROWDMANAGEMENT

1) ACHTERGRONDEN EN THEORIE

.

College:

Menselijke natuur; Groepsdynamica; Massapsychologie: Leiderschap: Hoe komt dit alles terug in massasituaties?

2) RISICO’S EN RISICO ANALYSE.

College:

Risico’s op wat?; Kansen en utiliteiten; Voorspellingsmethoden; Variabelen; Interacties tussen variabelen; Expert-ratings;

3) FYSIEKE EN BESTUURLIJKE ASPECTEN

College:

Gedrag van voetgangers; Inrichting van openbare ruimte; Logistiek van massa’s; Kengetallen; De wet van Pleuris; Eigenschappen van bestuurders; De 4 kolonnes; Juridische aspecten;

4) OMGAAN MET MASSA’S

College:

Observatie als basisvoorwaarde voor CM; Soorten massa’s en soorten activiteiten; Amuseren vs. Onderhandelen; Fasering van massaverschijnselen; Rollen van ordebewaarders; Rol van drank en drugs;

Kennismaking met Uw boeiende spreker

• • • Eenmaal aangezet slaat hij niet gauw af De tijd in de gaten houden is niet zijn sterkste punt U mag hem rustig onderbreken

CROWD MANAGEMENT

Kennismaking met de cursisten

Wie bent U, van Waar komt U en Waar gaat u naartoe?

Met andere woorden:

Naam, Identiteit, Functie Leerdoelen, Competenties, Wensen

College 1

DE MENSELIJKE NATUUR EN DE MASSA

1. HET INDIVIDU 2. DE GROEP 3. DE MASSA 4. CONCLUSIES

EEN BLIK VANUIT DE IVOREN TOREN

WAT BETEKENT DAT IN TERMEN VAN KENNIS?

1. HET INDIVIDU

– Persoonlijkheid: Klinische Psychologie – Stemming en situatie: Sociale Psychologie

2. DE GROEP

– Structuren en modellen: Sociologie – Dynamiek en processen: Sociale Psychologie

3. DE MASSA

– Formele massa’s: Sociologie, Economie – Informele massa’s: Massa Psychologie

Geen van deze richtingen geeft keiharde gegevens. Alle zijn gericht op falsificatie

CROWD MANAGEMENT

Het individu

(= Het ondeelbare)

© 2006 JP van de Sande RuG

De mens reist langs twee sporen

NATUUR Voortplanting Kinderzorg Erbij horen Verkennen Status Agressie Communicatie Eten/Drinken Voorraad maken Territorium maken Jagen Bouwen Ruilen Lichaamsverzorging Uitrusten Migratie Spel CULTUUR RELATIES EN OPVOEDING MANIEREN VAN SAMENLEVEN (bv. Organisatietypen of Stad vs platteland) IDEALEN, WAARDEN, WAARDERINGEN HELDEN, VERHALEN, SPROOKJES REGERING, POLITIEK SYSTEEM, RECHTSPRAAK REGELS, NORMEN, GEWOONTES, FOLKLORE WETENSCHAP, GODSDIENST, FILOSOFIE OORLOGVOERING, VESTINGBOUW TAAL, POËZIE, ROMANS ETEN, DRINKEN, GENIETEN, FESTIVALS TECHNIEK, GENEESMIDDELEN, APPARATEN, WAPENS KUNST, GEBOUWEN, SIERADEN HANDEL, BANKWEZEN KLEDING, COSMETICA, BADEN VERHOUDINGEN MET ANDERE GROEPEN MENSEN, VACANTIE SPELLETJES,SCHAKEN, GAMING, SPORT

• • • • •

Krachten en tegenkrachten

Elk systeem is onderhevig aan vele, vaak tegengestelde krachten (Buffering) – Vb: Vliegen en vallen, werken en slapen, rijden en remmen, stelen en straffen – Orde en wanorde, warmte en kou, licht en duisternis, goed en kwaad De onderdelen van de menselijke natuur vormen daar geen uitzondering op – Vb: liefhebben en haten, bouwen en afbreken, eten en vol zijn, ruil en bedrog Ook kunnen onderdelen elkaar bufferen – Vb: voortplanting en kinderzorg, bouwen en agressie, jagen en uitrusten De onderdelen van onze cultuur worden meestal door natuurlijke factoren gebufferd – Vb: celibaat door libido, kunst en techniek door beschikbaarheid materiaal, – idealen door overlevingsdrang, uitbreiding techniek door bevolkingstoename, Maar het belangrijkst is misschien dat onze natuurlijke motivaties gebufferd worden door de cultuur

Begin toestand: Verhoog druk in gewenste richting: Verlaag kracht in ongewenste richting

De mens is een sociaal dier

• • • • • • • • • • Het leven gaat over alle zestien componenten, soms afzonderlijk, meestal meerdere tegelijk We doen dus heel ingewikkelde dingen samen Daarom moet veel gecommuniceerd worden Comm. gaat over inhoud (concepten), maar ook over relatie (emoties), het 1e is vaak bedoeld, het 2e onbedoeld Inhoudscomm. is bij uitstek cultureel: Talig/Conceptueel Relatiecomm. is nog sterk natuurlijk: Nonverbaal/Emotie We zijn ontworpen om in groepen te opereren en daarbinnen voor onszelf op te komen We leven dus tegelijk als Groepslid en als Individu De vijand kan dus ook ander Individu of Groep zijn Onze identiteit hangt sterk samen met onze groepslidmaatschappen (Sociale Identiteit,

Tajfel & Turner, 1986

) 12

De mensen verschillen onderling

• • • • • • • In hoofdzaak op de sterkte van de 16 motivaties Maar ook op andere gebieden: Persoonlijkheid en pathologie – – Vb: Intelligentie, Sensatiebehoefte, Ambitie, Empathie, Extraversie En: Psychopathie, Neuroticisme, Narcisme, ADHD, Autisme Als we vrij zijn, zoeken we gelijken op, als vrienden en partners, dit kan onze en hun eigenschappen versterken Een ander belangrijk verschil tussen mensen ligt in

Stemming (

≈ emotie) Welke stemming we hebben hangt er sterk vanaf hoe we de omgeving waarnemen Dit laatste wordt sterk cultureel bepaald, de stemming dus ook Persoonlijkheid≈ Hoe makkelijk je in een stemming komt

• • • • © 2006 JP van de Sande RuG

Stemmingswisseling: State vs trait

M ens en dier functioneren niet altijd op dezelfde manier: STATES i.p.v. TRAITS, stemmingen in plaats van karaktereigenschappen S tates zijn gepolariseerd of Bi-stabiel (het een of het ander) variëren langs verschillende dimensies en A fwisseling tussen toestanden kan snel of langzaam zijn en wordt bepaald door: – –

F

rustratie : het lukt niet of het wordt gevaarlijk

I

mitatie : anderen zijn besmettelijk – –

S

atiatie : je wil wat anders

S

ituatie : de omgeving roept bepaald gedrag op P ersoonlijkheid (Trait) was.

kan opgevat worden als een voorkeur voor bepaalde states. Bijv. men komt makkelijk in de ene toestand, maar moeilijk in de andere, zoals de student opmerkte die zich op een tentamen aan het voorbereiden

aangenaam onaangenaam rustig

paratelisch telisch

sensatie

Reversal Theory

(Apter, 2002) Telic = Serieus, Doelgericht; Paratelic = Speels, Doelzoekend; Conforming = Aanpassend; Negativistic = Rebellerend; Mastery = Gericht op dominantie; Sympathy = Gericht op relatie; Autic = Zelfzuchtig; Alloic = Altruïstisch.

Jonge mannen zijn explosief

10 20 30 40 Testosteron Crimineel gedrag 50 60 70 80 17

• • • • • • •

Processen tussen individuen

We noemen dat interactie en het middel is communicatie Communicatie kent vele kanalen, elk met eigen kenmerken Denk aan Verbaal vs. Nonverbaal, of Direct vs. Gemedieerd Laatste is enorm toegenomen en versnelt potentieel de processen tussen individuen (wordt overigens sterk overschat) Belangrijkste motivaties: Voortplanting, Erbij horen, Verkennen, Status, Agressie, Ruilen. Overige kunnen in principe ook solitair Hier kunnen dus de bronnen van massagedrag gevonden worden.

Elias

(Masse & Macht, 1970)

benoemt ze als: Agressie, Vlucht, Omkering, Vreugde & Verbod

Interactie en Communicatie

• • • • • • Als official is alles wat je doet en alles wat je bent en alles wat je draagt COMMUNICATIE Dus dat alles speelt een rol in de interactie Van het inhoudsaspect ben je je redelijk bewust Van het relatie aspect nauwelijks Omdat alles wat je uitzendt ook nog eens heel verschillend kan worden opgevat is het aardig gecompliceerd Het helpt als je probeert de wereld door de ogen van de ander te bezien 19

• • • • •

Gevolgen voor massa’s

Massa’s kunnen rond elk van de basismotivaties ontstaan, maar trekken altijd ook devianten aan Verschillende massa’s? Verschillende soorten mensen!

• • Dus iedereen vindt het gebeuren in principe leuk Dus zijn massa’s homogener dan gewone verzamelingen, bijvoorbeeld in de mate waarin men cultuur als remmend ervaart (Morele vacantie) Daarom beïnvloeden mensen in massa’s elkaars stemming heviger dan normaal Dus: in massa’s kunnen makkelijk ongelukken ontstaan Hoe hoger het culturele niveau, hoe meer controle

CROWD MANAGEMENT

De groep

De groep en haar gevolgen

• • • • • • • De mens is een sociaal dier: hij vormt groepen omdat hij zich daardoor lekkerder voelt We noemden dat: er bij horen De mens is ook een denkend en communicerend en innoverend dier We noemden dat: Cultuurvorming Er zijn dus

natuurlijke

en

cultuurlijke

groepen De eerste noemen we informeel, de tweede formeel Kenmerkend is dat groepsleden: – – – Elkaar in hun belangen helpen en ondersteunen, maar vooral binnen de groep Met elkaar twisten om voordelen en de uitkomst vastleggen in hierarchie Dit geldt voor zowel informele als formele groepen

NATUUR

Niets dierlijks is ons vreemd

Instincten en emoties Weinig impulscontrole Langzame ontwikkeling Permanente groepen

Samenleving

:

Gemeinschaft

Behoefte aan erbij horen Groepsdoelen Plicht; Eer; Traditie Conservatief; Stabiliteit Religie; Magie Strong ties

Specifieke reacties op crisis

Sociale steun zoeken/geven Toename cohesie Strijd zoeken met vijand Acceptatie van lot CULTUUR

Ratio beïnvloedt gedrag

Normen & Waarden Kosten-Baten analyse Snelle planning Wisselende netwerken

Samenleving

:

Gesellschaft

Behoefte aan vrijheid Individualistische doelen Vrijheid; Geld; Vernieuwing Progressief; Schijn verandering Ideologie; Techniek Weak ties

Specifieke reacties op crisis

Steun professional zoeken Toename isolement Zoeken rationele oplossing Verzet tegen lot

• – –

Individualisering

PSYCHOLOGISCH: Kern van trend: alleen individu kan psychologische eigenschappen hebben. Differentiële Psychologie Sterk verzet tegen stereotypering en discriminatie Therapie en begeleiding ipv steun vanuit groep • – JURIDISCH: Het individuele belang gaat voor het groepsbelang Heel moeilijk om groepsverantwoordelijkheid weer in te voeren • – – BESTUURSKUNDIG: steeds meer versterken positie individu Verzwakking van instituut huwelijk Ondergang verenigingsleven • – – – ECONOMISCH: individu is economische eenheid Doel van economie is verhogen individuele opbrengst Steeds verder segmentatie in marketing Professionalisering impliceert individuele beloning • • ONDERWIJSKUNDIG: elk kind dient apart behandeld – TECHNISCH: Ieder moet een machinepark in eigen huis.

Iedereen een eigen TV, radio, brommer, auto

Professionalisering van Tourisme, Zorg, Verkeer, Productie, Oorlog &c &c &c

24

Toch blijven groepen belangrijk

• • Of ze nu permanent of tijdelijk zijn Voor permanente groepen levert de sociologie en de antropologie inzichten • Voor tijdelijke groepen met een taak is een aparte tak van de SP: de Groepsdynamica • Onderwerpen in de GD (blauwe zijn relevant voor massa’s ) : – – – – – Groeps -structuur en – ontwikkeling (eg: status, vriendschap, fasen ) Communicatie en productiviteit (Comm.structuur, Verbaal vs NV) Rollen, normen, conformiteit (formele vs geobserveerde normen) Sociale invloed, macht, leiderschap Soorten taken en situaties – Conflicten binnen en tussen groepen

• • • • • • • • • • •

Groepsdynamische theorieen

Sociale facilitatie > arousal versterkt dominante respons Arousal > alert, ongevoelig v. pijn & straf, kokervisie Invloedsverdeling in groepen > informeel leiderschap Machtsbronnen > 6 soorten Macht vs regels > Persoonlijk vs. Onpersoonlijk Territoria > markeren, verdedigen en aanvallen Conformiteit aan normen > groepscultuur,roofridders,oorlog Sociale identiteit > normen variëren per groep/per gelegenh.

Groepscohesie > stijgt onder druk, als vriendschap ervaren Groupthink > cohesie, strak leiderschap, crisis> dom Groepsconflict > escalatie, extreem geweld,

wij/zij

26

OER GROEP

FAMILIE STAM CLAN JACHT OORLOGS GROEP COMMUNE VRIENDENGROEP GODSDIENST

NETWERK & COMMUNITY

STAD STAAT NATIE VOLK LEGER AMBACHT GROEP BESTUUR BENDE TAALGEMEENSCHAP HIERARCHISCH E ORGANISATIE BEDRIJFS ORGANISATIE AMBTELIJKE ORGANISATIE PROJECT 27 HOOLIGANISME

Netwerken 2.1

• • • • • • • De techniek maakt van alles mogelijk, zeker op communicatiegebied De vraag is of we daarop zitten te wachten Gezien het succes zitten we er echt wel op te wachten En dat niet zozeer om de tastbare gevolgen, maar eerder omdat het ons plezier doet het middelpunt van iets te zijn Ieder is het middelpunt van zijn eigen netwerk Dat is een groot voordeel boven de massa Daar is niemand middelpunt 28

Wat doen statushiërarchieën?

Ze reguleren de gezags- en machts-verhoudingen, zodat er tijd overblijft voor andere dingen   β β

NB. Bij alle sociaal levende soorten bestaan aparte informele hiërarchieën voor mannen en vrouwen

ω Formele hiërarchie Informele hiërarchie 29

Gevolgen voor massagedrag

• • • • • • • • • Het je in een massa begeven is in principe gevaarlijk Er kunnen zich anderen ophouden die vijandig zijn Het onbekende wordt gevreesd, maar ook opgezocht Men zoekt dus steun bij leden eigen informele groep Men tracht dingen af te spreken en iets te organiseren Omdat er meestal geen kwestie is van een taakgroep is het doel: Beleving,

dus lachen, kicks, emotie en ontroering

Omdat de situatie informeel is, worden formele verhoudingen niet makkelijk gerespecteerd Daarom is strakke handhaving tolerantiegrenzen nodig Grote gevaar schuilt in escalatie van Wij/Zij gevoelens

CROWD MANAGEMENT

De massa

MASSAPSYCHOLOGIE

• • • Bestaat nu bijna 120 jaar LeBon,

La Psychologie des foules,

1895 Gedachten van LeBon aansprekend maar achterhaald • • • Enorm veel latere publicaties Fascinerend onderwerp Korte samenvatting in lesstof voor deze cursus • Veel materiaal te vinden op websites vdS www.vandesandeinlezingen.nl

& http://www.ppsw.rug.nl/~vdsande/

Een boekje in wording

Inhoud van file Massapsychologie © J.P.van de Sande H1 H2 H3 H4 H5 H6 H7 H8 H9 H10 H11 H12 Massa en individu Massa en motivatie Massa's en massa's Massa en gevaar Massa en samenleving Massa en macht Massa en wetten Massa en situatie Massa en tijd Massa en management Massa en media Conclusies

Definities van massa

• • •

GROOTTE

Groep heeft een redelijke, maar onbepaalde omvang

– –

Massaverschijnselen kunnen al in groepen van 10 optreden Wel biedt grote massa een anonimiserende achtergrond INTERACTIE

Co-presence en directe onderlinge beïnvloeding

– – –

Besmettelijkheid van emotie belangrijke factor Emotie is reactie op situatie Weinig rationele beïnvloeding en als, dan via geruchten TIJDELIJKHEID

– –

Massaverschijnselen duren meestal kort, elk type heeft een typische duur Na een nachtje slapen kijkt men meestal anders tegen de zaken aan

ONZEKERHEID

De normale vormen van organisatie en de gebruikelijke normen en regels gelden minder sterk

– –

Biedt aan mensen die opwinding zoeken een geschikte omgeving Georganiseerde massa’s vertonen geen massagedrag, maar imiteren het

Verschillende typen massa

35

Als u dit gelooft, vergist u zich lelijk

1.

2.

3.

4.

5.

Een massa is een eenheid AARDAPPELPUREE? Nee, frieten!

Die eenheid bestaat uit

soorten publiek

voetbalsupporters, FNVers) BUREAUCRATIE, MARKETING. Nee, clubjes (bv jongeren, Een massa kan gestuurd worden Nee, mensen doen wat ze zelf het beste vinden Sturen doet men door maatregelen de SITUATIE beinvloedt wat mensen willen Mensen doen wat U zegt, niet wat U doet nee, het zijn NET KINDEREN 6.

7.

Mensen zullen U gehoorzamen, al kennen ze u niet Ha!!

Gezag werkt ook in crisissituaties ALLEEN BIJ VERTROUWEN 8.

9.

De belangen van de hoogste laag zijn irrelevant PLEURIS Men kan zich overal op voorbereiden HYBRIS 10. Door mensen gemaakte problemen kunnen met technische middelen opgelost ASTRID,C2000,TASERS, PEPPERSPRAY, TRAANGAS, BRAAKGAS, STUNGUN, SLAAPGAS 11. Techniek is juist in noodsituaties handig MURPHY

• • • • • • • • •

Massapsychologie: nieuwere inzichten over de ‘eenheid’

In massa's blijven mensen zichzelf In massa's kan men geen ingewikkeld gedrag vertonen Omdat massa's iets bijzonders zijn, heeft men er vreemde verwachtingen over (sommigen approach-anderen avoidance) Hierdoor zijn massa's homogener dan de bevolking Mensen in massasituaties worden door overheidsdienaren zeer zelden als individuen behandeld In massa's is het lastig de juiste toedracht te kennen In massa's dus veel geruchten en die behelzen meestal stereotype gebeurtenissen ( WIJ-ZIJ ) In massa's is de

definitie van de situatie

daarom redelijk uniform Mensen zijn niet te veranderen, situaties wel (tolerantiegrenzen!)

Massapsychologie: nieuwere inzichten over dynamiek

In massa's wordt men snel besmet door emoties van anderen, vooral als ieder dezelfde emotie heeft • • • • • Omdat massa's moeilijk te surveilleren zijn, kunnen deelnemers ongestraft geintjes uithalen In een redelijk dichte massa is het zicht beperkt Het karakter van een bijeenkomst kan veranderen – Doelgericht>kicks en Eenheid>Wij-Zij Er zijn drie hoofdproblemen in massa’s: – Gevechten (rellen etc.), Gedrang (vertrapping) en Ongelukken Het zelfregulerend vermogen is zeer groot: het gaat bijna nooit mis (maar als het misgaat…….)

Hoe ontstaat WIJ-ZIJ tegenstelling?

• • • • Mensen denken van nature in termen van WIJ-ZIJ Overheid is ideale ZIJ, deskundigen ook Dus professionals in dienst van overheid…..

Deze tweedeling wordt versterkt door: – Professionalisering – – – – – – – ‘ Klonteren ’ Op afstand houden van publiek Geen communicatie met publiek, geen uitleg Bij ramp: Of slachtoffer, óf hulpverlener Technologisering Protocollair werken Preventieve benaderingen

COMPETITIE MACHTS TACTIEKEN CATEGORISATIE WIJ – ZIJ conflict © 2006 JP van de Sande RuG EXT.ATTRIBUTIE

C MISPERCEPTIE O RECIPROCITEIT N F L INGr- OUTGr BIAS STEREOTYPEN MOREEL (DIABOLISERING) VIRIEL I COMMITMENT C COHESIE T INGr-COOPERATIE AROUSAL C O N F I L C T

Plezier in rellen en doden

CROWD MANAGEMENT

Conclusies & Aanbevelingen Deel 1

Uitgangspunten samengevat

• • • • • • • De mens is tot alle kwaad geneigd, zowel op basis van het individuele, het groepsgebeuren als op basis van de massa Omdat rellen etc sporadisch voorkomen, staat de overheid continu in de ‘vredesstand’ Ontwikkelingen in massa's lijken betrekkelijk langzaam te gaan, tot ineens een soort explosie volgt

(Flash points)

In crisis situaties vraagt men om één richting Alle gebeurtenissen hebben vele verschillende en gebufferde oorzaken. Analyseer dit krachtenveld!

Wat U van anderen denkt, denken zij van U U bent waarschijnlijk Goed bezig

• •

Individu: Gevolgen voor massa’s

Massa’s kunnen rond elk van de basismotivaties ontstaan, maar trekken altijd ook devianten aan Verschillende massa’s trekken verschillende soorten mensen aan • • • Dus iedereen vindt het gebeuren in principe leuk Dus zijn massa’s homogener dan gewone verzamelingen, bijvoorbeeld in de mate waarin men cultuur als remmend ervaart (Morele vacantie) Daarom beïnvloeden mensen in massa’s elkaars stemming heviger dan normaal • Hoe hoger het culturele niveau, hoe meer controle

Groep: Gevolgen voor massagedrag

• • • • • • • • • Het je in een massa begeven is in principe gevaarlijk Er kunnen zich anderen ophouden die vijandig zijn Het onbekende wordt gevreesd, maar ook opgezocht Men zoekt dus steun bij leden informele groep Men tracht dingen af te spreken en iets te organiseren Omdat er meestal geen kwestie is van een taakgroep is het doel: Beleving,

dus lachen, kicks, emotie en ontroering

Omdat de situatie informeel is, worden formele verhoudingen niet makkelijk gerespecteerd Wij-Zij ligt steeds op de loer Daarom is strakke handhaving tolerantiegrenzen nodig

Kenmerken massa: Gevolgen

• Er zijn veel misvattingen met een hardnekkig karakter • Om massa te begrijpen moet men eigen ervaring analyseren • Er zijn verschillende typen massagebeurtenissen die op dimensies geordend kunnen worden • • Er zijn drie hoofdsoorten van gevaren: Gevechten, gedrang en ongelukken.

Massa’s leveren soms extreme situaties, waarin mensen verkeren met extreme sociale identiteiten • Dit kan tot escalatie leiden

College 2

RISICO’S EN RISICO ANALYSE

1.

2.

3.

4.

5.

6.

7.

RISICO’S OP WAT?

KANSEN EN UTILITEITEN VOORSPELLINGSMETHODEN VARIABELEN INTERACTIES TUSSEN VARIABELEN EXPERT-RATINGS CONCLUSIES 47

CROWD MANAGEMENT

Risico op wat?

48

Beslissen onder risico

• • Soms gaat het vanzelf, soms moeten we beslissen Al lijkt de de uitkomst soms zeker (bijv op 11 september van hoog gebouw springen), ze is dat bij nader inzien toch niet • Er zijn namelijk altijd wel alternatieven en daarvan kennen we de kosten van tevoren niet en de kansen evenmin • ALLEEN ACHTERAF KUNNEN WE ZEGGEN OF BESLISSING JUIST WAS (EN DAN NOG NIET EENS ALTYD) • • • Wijsheid vooraf is daarom een schaars goed Toch is die nodig voor een beslissing Hoe doorbreken we die impasse?

1) Nadenken 2) Intuïtie 3) Autoriteit

leiden meestal nergens toe

4) Gokken & 5) Afwachten

bieden soms een oplossing

Wat is risico?

© 2012 JP van de Sande RuG • • • • • Het betekent: kans op gevaar Als iets riskant is, kunnen we het wel of niet doen (bv van een hoge springplank in een klein badje springen) • Ingewikkelder is het als we verschillende dingen kunnen kiezen (bv met 10, 50, 100 of 200 man er op af) Het wordt ook ingewikkelder als we verschillende gevaren hebben of als we niet precies weten hoe groot het gevaar is Hierover wordt slordig gesproken: “Een groot gevaar” kan betekenen een grote kans of een zware consequentie 50

Consequenties

© 2012 JP van de Sande RuG • • Als we iets kiezen heeft dat gevolgen Deze hebben zowel positieve als negatieve aspecten – Elk nadeel heb zijn voordeel • Als er een evenement georganiseerd wordt zijn er kennelijk voordelen voor organisatie te verwachten • WELKE?

Traditie, Geldelijke en sociale winst, Statusverhoging, Verkrijgen van populariteit, Voldoen aan wensen en verwachtingen Maar ook nadelen • WELKE?

Geldelijk en sociaal verlies, Statusverlaging, Impopulariteit, Niet aan wensen voldoen of aan verkeerde wensen • VOOR PUBLIEK 3 HOOFDKLASSEN VAN NADELIGE GEVOLGEN:

Gevechten, Gedrang en Ongelukken

51

1. Ten eerste: je hebt nooit alle gegevens en ieder hecht verschillende waarden aan argumenten 2. Ten tweede: Zo ongeveer alle betrokkenen maken verschillende inschattingen 3. Ze zijn ten prooi aan vele bedreigingen voor ratio: – Framing: Woordgebruik etc. (vluchteling vs gelukzoeker) – – – Verlies of winst verwachting: 600 in gevaar, 300 gered of 300 † Winstverwachting: Voorzichtig ||||||||| Verlies verw.: Gokken Biases: Self serving, Actor/observer, Positivity, Onrealistisch optimisme, False consensus, Confirmation 4. Eigenwijsheid: Al sluiten ze compromis: Ieder blijft toch eigen idee het beste vinden 5. En ze houden hun mond stijf dicht over wat ze eigenlijk denken 52

Voor wie geldt dit alles?

Het geldt eigenlijk op alle niveau’s: individueel, groepen, organisaties, maatschappij 1. Individueel: mensen worden steeds banger en sommige jongeren steeds extremer 2. Groepen: In groepen worden mensen meer risico nemend: minder denken, meer statusoverwegingen 3. Organisaties: steeds meer beduchtheid voor reputatie wegens consequenties (letselschade) 4. Maatschappij: steeds banger en voorzichtiger, steeds meer regels en controles. •

Hoe meer er komt, hoe meer er komt

53

• •

Rationaliteit

© 2012 JP van de Sande RuG Is vooral een overweging in Prescriptieve (Normatieve) modellen. In werkelijkheid blijken mensen nauwelijks rationeel te beslissen. Dat kan ook eigenlijk niet, want: Wat is Rationaliteit?

– Keuzemakers hebben als doel te maximaliseren de eigen opbrengst – Keuzemakers weten voor welke termijn – Keuzemakers zijn volledig op de hoogte van de regels en mogelijkheden kennen de kansen ze kiezen van de situatie, en – Keuzemakers kennen utilities van alle mogelijke uitkomsten voor alle betrokkenen en kunnen deze met elkaar vergelijken

CROWD MANAGEMENT

Kansen en utiliteiten

55

Het meest gebruikelijk

• Haast alle beslismodellen zijn prescriptief (zeggen hoe het moet) en gebaseerd op ratio • Er is wel enig descriptief (beschrijvend) onderzoek gedaan maar dat blijkt zeer lastig • Er zijn twee hoofd-overwegingen bij beslissen 1. Hoe waardeer ik de uitkomsten (nut, of utility) 2. Hoeveel kans is er op de uitkomsten (kans, of expectation) • • Zowel nut als kans kunnen meestal slechts subjectief ingeschat: SEU model (Subjective Expected Utility) of VIE model (Valence, Instrumentality, Expectancy) 56

Economisch redeneren

• De argumentatie voor een bepaald alternatief (A i ) is A

i

= p

x

U Of: de waarde van elk alternatief is Kans x Opbrengst Bedenk daarbij dat het volgens de psychologie steeds subjectieve waarden betreft!!!!

Vb: A 1 : 1/10.000 kans op schade van miljoen heeft waarde van -100 A 2: 1/100 kans op schade van ton heeft waarde van –1000 A 3: 1/1.000.000 kans op schade van 1 miljard heeft ook –1000 Hier is duidelijk iets mis. Oplossing?

CROWD MANAGEMENT

Voorspellingsmethoden

58

Voorspellen

Voorspellen is moeilijk, vooral als het de toekomst betreft (Bohr) • • • Wat weten we van de toekomst?

Dat ie zal komen Dat de menselijke natuur onveranderd zal zijn (zie 1 e college) Dat de cultuur zal veranderen – In technisch opzicht • Meer handige uitvindingen> meer afhankelijkheid van techniek – In economisch, politiek en sociaal opzicht • • Meer professionalisering , minder betrokkenheid van bevolking Meer berusting of populisme, grotere afstand tot economie & politiek – In onze waarderingen • • Steeds grotere rol van Media, steeds grotere angst voor agressie en pijn Steeds meer hypes: beleid bepaald door korte termijn 59

Welke methoden kennen we?

Verschil tussen korte en lange termijn Aannames nodig: geen grote omwentelingen Verschil tussen voorspellen en beheersen van toekomst 1. Trendwatching: voorspellen ogv ontwikkelingen die gaande zijn 2. Futurologie: Trendwatching met pretenties 3. Astrologie 4. Psychologie: uitgaan van menselijke natuur 5. Organisatie: zo organiseren dat controle op toekomst optimaal is. Denk aan Handreiking 60

CROWD MANAGEMENT

Variabelen

61

Modelmatig denken

• Het is onmogelijk de werking van alle relevante factoren tegelijk te overdenken • Mensen kunnen maximaal 5 dingen tegelijk in een redenering betrekken • • Experts denken slechts in 2 of 3 factoren tegelijk Een model dat door computer uitgerekend wordt kan meer aan • Maar dan moet er een model aan ten grondslag liggen • En dat model bevat VARIABELEN 62

EEN MODEL MET VARIABELEN 63

Wat zijn Variabelen?

• • Een variabele is een grootheid in een model of formule die verschillende (variabele) waarden aan kan nemen We kunnen hem aanduiden met een letter, zoals in de wiskunde

(2x= 8)

• We kunnen hem ook met een naam aanduiden: • • • •

Plezier=(3Weersomst. + 5Gezelschap)x 2Motivatie

Er zijn twee soorten variabelen Onafhankelijke (Oorzakelijke) Afhankelijke (Gevolgen)

Denken in variabelen is onontbeerlijk bij onderzoek en voorspellen

64

Problemen met Variabelen

• • • • • • Men moet weten wat de waarde is van een Variabele Daartoe moet men een constante en goed beschreven meetmethode hanteren De waarde kan variëren al naar gelang de omstandigheden • Het belang van een variabele in het voorspellingsproces kan evenzeer variëren We noemen dat het Waarden en gewichten zijn zeer lastig vast te stellen Omdat ze gevoelig zijn voor omstandigheden zijn ze ook niet constant

Gewicht

ervan 65

CROWD MANAGEMENT

Interacties tussen variabelen

66

Problemen tussen variabelen

• Alle variabelen hangen wel in zekere zin met elkaar samen • Bijvoorbeeld: het

weer

hangt samen met:

stemming

,

motivatie

,

aantallen

en

soort bezoekers

,

benutting van tenten

en

vervoer

etc. etc • We noemen deze onderlinge samenhangen: Interacties • Wanneer we willen voorspellen moeten we de mogelijke interacties kennen en inschatten • Sommige variabelen zijn zeer centraal, dwz ze vertonen veel interacties met andere 67

CROWD MANAGEMENT

Expert ratings

68

Behartenswaardige woorden

Wat is een deskundige?

• • • • • • • Deskundigheid berust op practische ervaring Maar die ervaring moet wel in een voorbereid hoofd terechtkomen (Landkaart + Reizen=Landschap) Als u iets moet leren waar u nog niets van weet is dat heel moeilijk Als u de theorie, ofwel ‘de landkaart’ kent is het makkelijker Een deskundige is dus iemand die allerlei ervaringen in een ‘kenniskaart’ heeft geintegreerd Is die ‘kenniskaart’ fout, dan krijgt u te maken met een expert die fouten zal maken Was zijn theoretische kennis gezond, en is die door ervaring verrijkt, dan is ie

GOUD

waard 70

Wat weten we over experts?

• Als ze OK zijn nemen ze goede beslissingen • •"Toeval is logisch." In AI is lang getracht de kennis van experts in kaart •"Soms moet er iets gebeuren voordat er iets gebeurt." te brengen (Expert systems, bv Medisch, Technisch, Economisch) • •"Er is maar één moment dat je op tijd kunt komen. Ben je er niet, dan ben je óf te Is mislukt, maar leverde wel kennis op • Expertise is niet anders zou ik het niet doen."

veel

weten, maar

juiste

weten • Om over juiste te beschikken moet je wel veel weten • Maar je moet niet over alles nadenken • Dat lijkt intuitie: het is een onbewust proces momenten - waar het op aankomt.“ • • Je kunt mensen wel opleiden, maar niet tot expert Dat moeten ze vanzelf worden

Waarvoor gebruiken we experts?

• • • Om leiding te geven – Is niet altijd een goed idee. Leider moet andere capaciteiten hebben Om plannen te maken – Goed idee, mits expert veel ervaring heeft en overtuigend kan spreken Om adviezen te geven – Altijd een goed idee • • Toch, wat er ook beslist wordt: alle betrokkenen moeten een helder idee hebben over wat er allemaal speelt Het RAM kan hierbij helpen 72

73

VOORSPELLEN

• • • • Recapitulerend: Voorspellen is lastig, • Mm • Mmm Mmm • Mmm Mm M Zekerheid bestaat niet We kunnen dus slechts kansen bepalen Ook deze kansen zijn weer niet zeker • Trouwens wat is een ‘kans’ eigenlijk?

Het te voorspellen feit is meestal zeer onhelder gedefinieerd (in practijk heel vaak: PLEURIS uitbraak, zie College 3) Er is weinig bekend over de gewichten en interacties van de verschillende variabelen KORTOM: duisternis heerst 74

• – – • • • • • •

Het RAM

Temidden van de duisternis is ook een kleine zaklantaarn al buitengewoon handig Kansen op ellende hangen van vele factoren af Zelfs experts kunnen maar een beperkt aantal factoren aan Er is dus behoefte aan een instrument om veel factoren tegelijk te verwerken Het Risico Analyse Model is zo’n instrument Twee doelen:

1. Beslishulp 2. Voorspelling risico’s

Doel 2 werkt voorlopig op basis expert oordelen Zolang nog weinig data voorhanden zijn is vooral doel 1 operationeel RAM is handig als monitor, omdat de parameters veranderen in de loop van de voorbereiding 75

• • • • • •

STRUCTUUR RAM

IDENTIFICATIE EVENEMENT KENMERKEN PUBLIEK KENMERKEN OMGEVING VERWACHTINGEN, REPUTATIES, SFEER KWALITEIT VAN ORGANISATIES (POLITIE)STRATEGIE WHAT IF?

76

PARTIJEN

1.

1.

2.

PUBLIEK Overall Groepjes, harde kernen etc 2.

1.

2.

ORGANISATIE Evenementen organisatie Overheid 3.

1.

2.

DIENSTEN Politie (normaal en ME) Brandweer en Diensten ingeschakeld in VR 3.

4.

Security organisaties Vervoer 4.

MEDIA 77

RAM identificatieblad

78

RAM publiek & omgeving

79

RAM verwachting, reputatie & media

80

RAM kwaliteit organisatie

81

RAM

(politie)

strategie

82

RAM “what if” pagina

83

RAM uitkomsten en kansen

84

CROWD MANAGEMENT

Conclusies & aanbevelingen Over risico analyse

85

Conclusies I

• • • • • • • • Voorspellen blijft lastig Er wordt enorm over geouwehoerd Men moet de waarden van de relevante Onafhankelijke (Oorzakelijke) variabelen kennen Men moet weten welke variabelen men wil voorspellen (Afhankelijke varn of Gevolgen) Men moet de gewichten en de onderlinge beinvloeding van de variabelen inschatten Ervaring helpt met maken inschattingen Maar het is geen garantie.

Alleen

geluk

© is écht nuttig 86

Conclusies over het RAM

• Het RAM is een nuttig hulpmiddel om de veelheid van variabelen overzichtelijker te maken • Ook kan men gestructureerder nadenken over: • Gewichten en Interacties • Het laat zien wat er gebeurt als de Wij/Zij • tegenstelling toeneemt.

• Het laat zien wat er gebeurt wanneer de gebeurtenissen een onafwendbaar verloop krijgen Als voorspeller is het, zonder gegevens over grote hoeveelheden evenementen niet erg nuttig Dus zijn andere maatregelen nodig: HANDREIKING 87

College 3

FYSIEKE EN BESTUURLIJKE ASPECTEN

• • •

fysiek

GEDRAG VAN VOETGANGERS INRICHTING VAN OPENBARE RUIMTE LOGISTIEK VAN MASSA’S

bestuur

1.

2.

3.

DE WET VAN PLEURIS EIGENSCHAPPEN VAN BESTUURDERS DE 4 KOLONNES 88

CROWD MANAGEMENT

Fysiek

89

Er komt steeds meer werk

Het aantal rampen neemt toe

Rampen in Nederland per 15 jaar 1946-2020

Oorzaken?

1.

2.

3.

4.

5.

Meer techniek, meer mensen Meer evenementen Minder goed inschattingsvermogen van operatoren?

Grotere bereidheid om verklaring van rampzaligheid te geven?

Toename claimcultuur?

140 120 100 80 60 40 20 0

Zijn er nu ook meer crisissen?

1946 1960 1975 1990 2005-nu V ERW A CH T

• • •

Soorten rampen

Transport

– – –

luchtvaartongeval ongeval op water verkeersongevallen op land

• •

Publiek

– –

“paniek” in menigten grootschalige ordeverstoringen Gevaarlijke stoffen

ongeval met brandbare/explosieve stof

– –

ongeval met giftige stof kernongeval Infrastructuur

– – –

ongeval in tunnel branden in grote gebouwen instorting van grote gebouwen

uitval nutsvoorzieningen

• •

Natuur

– – –

overstroming natuurbranden extreme weersomstandigheden Volksgezondheid

– –

bedreiging volksgezondheid ziektegolf Overig

– –

ramp op afstand extreem geweld en terreur

Er zijn ook nog soorten die hier niet bijstaan

CROWD MANAGEMENT Fysiek

Gedrag van voetgangers

92

Waarom voetgangers?

• • • • • • • • Alle 3 de gevaarsoorten (gedrang, ongelukken en gevechten) betreffen mensen te voet Gedrang is het gevaarlijkst Voor gedrang moeten mensen in beweging zijn Gedrag van voetgangers kan normale situaties betreffen (winkelen, parken) of massasituaties geweest Het 1e is onderzocht door

Fruin

In normale situaties wordt men veelal In massasituaties wordt men vaak Alleen de IKEA doet allebei , het 2e door

Still getrokken geduwd

93

CROWDMANAGEMENT links

• 1. John Fruin. Onderzoeker van massagedrag. Schreef baanbrekende boek ‘Pedestrian planning and design’. Hoofdstuk 8 daaruit vind je op: http://ntl.bts.gov/DOCS/11877/Chapter_8.html

• 2. Keith Still. Wiskundige. Maakt modellen voor crowd management. Een even baanbrekend studie hierover vindt U op: http://www.safercrowds.com/2000_still.pdf

• 3. Helbing, Farkas en Vicsec. Sociologen. Maakten simulaties van voetgangergedrag in panieksituaties. Voor zien simulaties moet password aangevraagd.

http://angel.elte.hu/~panic/ • 4. WHO: world health organisation van VN heeft een Public Safety Risk Management Framework ontworpen. Eerste aanzet tot internationalisering http://www.who.int/hac/techguidance/tools/WHO_strategy_safety_risk_management.pdf

• 5. Otto Adang. Onderzoeker van massagedrag werkzaam aan Politieacademie http://gevaarbeheersing.homestead.com/menu.html

• 6. Henk Ferwerda. Onderzoeker van criminaliteit, vaak op gebied massagedrag http://www.beke.nl/beke • 7. Gerard van Duykeren. Directeur ICMS: The Security company. Heeft veel ervaring met evenementen http://www.tsc.nl/ 94

CROWD MANAGEMENT Fysiek

Inrichting openbare ruimte

95

• • • • •

De voetganger beweegt niet in een leegte

Elke situatie heeft eigenschappen (ligging, muren, hekken, gemakken, sfeer, uitstraling etc.) Deze worden waargenomen en beinvloeden gedrag Gedrag bepaald door aantal factoren: – – – Mogelijkheden/onmogelijkheden (gebouwde omgeving) Doelen deelnemers (zie taxonomie van massasituaties) Injunctieve en descriptieve normen (wat mag/moet?en wat doen anderen?) Doelen en normen vinden hun startpunt in verwachtingen en die weer deels in de media W.I. Thomas:

De gevolgen van wat mensen denken dat echt bestaat, zijn echt

ACHT DOELEN VAN DEELNEMERS

DOELGERICHT SPEELS VRIEND ONVERWACHT VIJAND VERWACHT

Capaciteit in alle opzichten

• • • Gebouwde omgevingen kun je niet naar believen vol stoppen • Ergens komt moment dat het gevaarlijk wordt (zie bijv Love Parade Duisburg) Om dit gevaar te voorkomen is nodig: – – – Diepgaande analyse terrein, publiek en logistiek (Preparatie) Nauwkeurige en snelle observatie van hele publiek (Mobilisatie) Heldere en passende methoden om verkeersstromen te verleggen Daarvoor moeten we beschikken over: – – – – Ervaring en voldoende middelen en bovendien Macht (Preparatie) 1e klasse commandocentrum, communicatie, observatoren, operatoren Een behoorlijke dosis geluk

CROWD MANAGEMENT Fysiek

Logistiek van massa’s

99

Model van uitbreiding Crisis (Chaos model) H OE V EE L H EI D E LL E N D E

“En het bleef nog lang onrustig in de stad” Het standaard oorzaak-gevolg model: hoe sterker de oorzaak, hoe groter de gevolgen Plotselinge overslag (Flashpoint)

Voorbeelden:

Flashover Rellen MPI Opkomst PVV STERKTE FYSIEKE STIMULI

DUWEN

101

TREKKEN

102

Moderne media

• • • • • • •

GSM & smartphone

Verwezenlijking oude droom: overal met je netwerk kunnen praten Maakt het mogelijk onmiddellijk grote groep vrienden te mobiliseren Smartphone maakt het mogelijk overal nieuws te volgen en plaats te bepalen Maakt planning en uitstelgedrag onnodig Maakt mensen afhankelijk Vergroot sterk de mogelijkheden tot geruchtvorming Met Cell-broadcast kunnen rampalarmen en aanwijzingen gegeven worden (zie ook http://www.spmm.nl/spmm/home/ ) Door Bluetooth kan GSM bijdragen aan kennis over menigten • • • • •

Twitter

Lijkt op conversatie zoals elke narcist dat voor zich ziet: iedereen luistert naar jou.

In werkelijkheid wordt alleen geluisterd als je sensationele boodschap hebt Omdat er steeds honderden mensen hetzelfde roepen als jij moet het extra sensationeel zijn: subtiliteit gaat het moeilijk krijgen Onderwerpen zijn kortdurend en hype-achtig Dit is een recept voor geruchtvorming: Improvised news

Tellen van passerende personen

(zie website)

no panic

(200 people leaving a room) MPEG [7.1MB]

panic

(200 people leaving a room) MPEG [4.9MB]

panic

(1000 people leaving a room) MPEG [6.8MB]

stampede:

panic (200 people leaving a room) plus model includes injuries MPEG [4.8MB]

column:

panic (200 people leaving a room) plus model includes injuries and a column at the door MPEG [5.3MB]

fire:

200 people leaving a room plus model includes fire and injuries due to fire MPEG [9.7MB]

corridor / 1:

straight walls, observe the smooth flow of pedestrians MPEG [6.6MB]

corridor / 2:

Walls are wider in the middle of the corridor. Even though there is more room available for motion (compared to the previous case), the flow of pedestrians is slowed down. MPEG [7.9MB]

individualism:

doors. Room with 2 doors and smoke (limited visibility). Pedestrians try to leave the room by individually searching for the MPEG [1.7MB]

herding:

Room with 2 doors and smoke (limited visibility). Pedestrians try to leave the room by following their neighbors. MPEG [1.4MB]

mixed behavior:

Room with 2 doors and smoke (limited visibility). Pedestrians try to leave the room by combining individualistic and herding behavior. MPEG [1.5MB]

Panic simulations

105

CROWD MANAGEMENT

Bestuur

106

Vredesorganisatie en Oorlogsorganisatie 1. Opleidingen lang 2. Selectie op bestuurlijke capaciteiten 3. Carrière gebaseerd op foutvermijding 4. Doelen langere termijn 5. Democratische instelling en leiderschap 6. Zorg voor correcte procedures 7. Sancties voor relatief kleine afwijkingen 8. Rivaliteit tussen diensten 9. Professionalisering 10. Preparatie 1. Opleidingen kort 2. Selectie op inspiratie en enthousiasme 3. Carrière gebaseerd op prestaties 4. Doelen korte termijn 5. Autoritaire instelling en leiderschap 6. “Cutting the red tape” 7. Polarisatie in sancties 8. Overkoepelend doel reduceert rivaliteit 9. Improvisatie 10. Veerkracht 107

• • • • • •

CRISIS

Crisis is onderbreking van de normale gang van zaken

– Gevolgen: Onzekerheid en Arousal. Normen werken niet goed meer. Al gauw verlies van vertrouwen. Iedereen gaat doen wat hem goeddunkt. Vandaar roep om leiderschap. Dit geldt zowel voor publiek als voor overheid.

Een crisis waar men goed op voorbereid is, is geen crisis

– Dat betekent: op een echte crisis kan men zich niet voorbereiden

Crisis is onverwacht en begint vaak plotseling

(achteraf ziet ieder het

wel

aankomen) – – Gevolg: geen goede of niet passende voorbereiding Grote problemen om betrouwbare info te krijgen (WTC)

Tijdens crisis moet onder grote druk uit vage en tegenstrijdige opties gekozen

– Toepassen voorbereidingen vergt kalmte en tijd. Gevolg: slechte besluitvorming, hinken op 2 gedachten, te snel of te traag ingrijpen.

Crisis versterkt in-group out-group bias

– Dus: Cohesie en samenwerking

binnen

eigen groep stijgt,

tussen

groepen wordt het minder makkelijk

Crisis is bedreiging voor leidinggevenden

– Gevolg: Vechten/Vluchten of Bevriezing; Ogen sluiten voor>Tunnelvisie

CRISIS

Ernstige en plotselinge verstoring van normale gang van zaken en organisatievormen: HET WORDT NOOIT MEER ALS VROEGER

• • Vraagt: Nieuw normen en organisatievormen: CHAOS!

Improvisatie of zelfredzaamheid in crisis vraagt richting.

• • Mensen zoeken

leider

omdat die de richting kan wijzen Leiderschap = identificatie: Naar

de mensen toe

• • Als leider vertrouwd wordt, is hij effectief DUS: JE MOET JE MENSEN KENNEN  Maar ook: Crisis is situatie waarin verantwoordelijken bang zijn om fouten te maken en dus trachten hun huid te redden 

V erantwoordelijkheid

heeft dus als gevolg: nadruk op preparatie  Preparatie heeft als gevolg: Lagere

Resilience

: starheid 109

Problemen bij Crisiscommunicatie

Onvermogen zich in te leven in positie van de anderen 1.

2.

3.

4.

5.

6.

Door drukke besognes van iedereen Door sterke preoccupatie met eigen problemen Door volharden in eigen probleemdefinitie Door aanwezigheid van vele met de streek onbekende hogeren Door uitval van normale kanalen (bv. door overbelasting) Door ontbreken sitraps mbt toestand van mensen die niet bereikt kunnen worden Dit soort effecten kwam duidelijk naar voren bij studie naar oordelen en beslissen in meldkamers en op straat.

Meldkamers zien als belangrijkst kenmerk het

welzijn van betrokken slachtoffers

. Executieven zien als belangrijkste dimensie

mogelijk persoonlijk risico

Zulke verschillen belemmeren goede communicatie

• • •

HANDELEN IN ONZEKERE SITUATIES

Onzekerheid wekt een

fysio/psychologische

toestand op die

arousal

genoemd wordt, in feite een staat van verhoogde waakzaamheid. Die toestand is evolutionair gezien heel oud: ook reptielen en insecten kennen hem. Kenmerkende verschijnselen: – –

Tunnelvisie

(alleen letten op datgene waar men de onzekerheid vermoedt),

Ongevoeligheid voor straf en pijn

(dus wordt dat ook niet in overwegingen betrokken), – Meer dan normaal

beslissen op grond van gewoonten en emoties

(dit is normaal al heel sterk) – Wegens de onzekerheid en de voortdurende pogingen hem op te lossen door simpele, intuïtieve, redeneringen, blijft er weinig

verwerkingscapaciteit

over voor ingewikkelder, tegen-intuïtieve, redeneringen (dat heet:

perifere

in plaats van

centrale informatieverwerking

)

Ramp >>>>> Crisis

• • • • • • • • Een ramp is als er iets fysiek fout gaat DAN KOMT DE CALAMITEITENORGANISATIE IN ACTIE EN BLIJKT: Het wordt een crisis als het er op of er onder is (maar dat is voor allerlei partijen verschillend) Crisis is zelden fysiek, want fysiek duurt niet zo lang Dus is het menselijk; en dan vaak bestuurlijk Bij crisis merk je duidelijk dat een systeem meer is dan het lijkt: allen hebben ook hun eigen prioriteiten In crisis merken we waar verantwoordelijkheid ligt Daarom hebben we de Wet van Pleuris ontwikkeld

CROWD MANAGEMENT Bestuur

De wet van Pleuris

113

P = VRM²

P= pleuris-sterkte V= verwijtbaarheid R= relevantie M= mediageniekheid

• • • • • • • • • • Is er een persoon of instantie die de schuld kan krijgen?

Bezit deze ook formele verantwoordelijkheid?

Is deze verantwoordelijkheid juridisch te onderbouwen?

Hebben verantwoordelijken een persoonlijk belang?

Hebben verantwoordelijken

Idiosyncratisch crediet

(draagvlak) Is er door verantwoordelijken in het verborgene gehandeld?

Houdt men nog steeds dingen achter?

Was gebeurtenis voorzienbaar?

Is zoiets al eens eerder gebeurd?

Is er achteraf een betere oplossing denkbaar?

© 2006 JP van de Sande RuG INDEXEN VOOR RELEVANTIE • • • • • • • • • Sluit gebeurtenis aan op belangrijke ontwikkelingen?

Tast de gebeurtenis de belangen van mensen aan?

Is gebeurtenis symbolisch voor andere zaken?

Toont de gebeurtenis inherente fouten in organisatie? In hoeverre is er maatschappelijke onrust waar gebeurtenis op aansluit? Tast gebeurtenis vertrouwen van burger aan?

Leidt gebeurtenis tot ontstaan van een vijandbeeld?

Wat zijn kosten die met gebeurtenis samenhangen?

Hoe groot is geografische en psychologische afstand?

© 2006 JP van de Sande RuG INDEXEN VOOR MEDIAGENIEKHEID • • • • • • • • • • Hebben de verantwoordelijken een hoge positie?

Hebben de verantwoordelijken eerder fouten gemaakt?

Ernst van gevolgen: hoeveel slachtoffers en schade?

Zijn er saillante details die beklijven kunnen?

Mogelijkheden tot identificatie?

Mooie plaatjes met symboolfunctie?

Is het probleem op begrijpelijke wijze uit te leggen?

Is er überhaupt informatie te krijgen (foto ’ s, films, interviews, toegang terrein) Is er publiek aanwezig dat via nieuwe media berichten en beelden doorgeeft?

Worden de media door andere hypes gedomineerd?

Omgaan met de Pleuris

• Maak een op papier nog perfecter rampenplan • • • Alle verantwoordelijkheden zijn duidelijk Alle mogelijkheden worden behandeld De nadruk ligt op de techniek, want mensen zijn onzeker • • • Zorg dat er vooraf een zondebok klaarstaat Bespreek de mogelijkheden vooraf met anderen Tijdens en na: Wees direct, open en oprecht naar de medewerkers en de media.

• Bedenk dat U niet alles

kunt

, maar dat U sommige dingen wel per se

moet

doen (=prioriteiten)

CROWD MANAGEMENT Bestuur

Eigenschappen bestuurders

119

De alpha

– Als het over macht gaat zijn we snel verblind: • • • • • Door grootte Door mooie kleuren Door indrukwekkende displays Door angstaanjagendheid Door opvallendheid

IDENTITEIT & GEDRAG

• • • • • • • • • • Meeste gedrag is gewoontegedrag. Je bent je gewoontes “Resistance to change” is gevolg hiervan Gedrag wordt gestuurd door normen – Injunctief (bevel, aansporing, voorlichting) , descriptief idiosyncratisch (de eigen stokpaardjes) (wat je anderen ziet doen) en Normen worden ontleend aan (sociale) identiteit Groepen zijn daarom belangrijk Identiteit geeft identificatie Groep waarmee men zich identificeert wordt vertrouwd Outgroup wordt gewantrouwd Ingroup: allen verschillend, moreel & viriel superieur Outgroup: allen hetzelfde, moreel & viriel inferieur

Vertrouwen

• Spreekwoord is waar:

Komt te voet en vertrekt te paard

• • • • • Negatieve (vertrouwenvernietigende) gebeurtenissen worden beter opgemerkt dan positieve.

Aan negatieve gebeurtenissen wordt groter gewicht gehecht dan aan positieve Bronnen van slecht (vertrouwenvernietigend) nieuws worden vaak gezien als geloofwaardiger Wantrouwen heeft de neiging zichzelf te versterken Zie verder:

Vertrouwen en crisis

(op site vdS)

• • Starheid is het ontworpene, het snelle – –

Zoektermen

Het is voor een :

bepaald doel

gemaakt, niet multifunctioneel – – product, maar ratio werkt niet met veel factoren tegelijk – – – Is

als geheel gemaakt

Het is voor vele , dus veranderingen op onderdeel

–Resilience, Emergence, Coping,

Nieuw en

revolutionair

concept verdraagt zich slecht met

–Adaptation, Autonomie,

Veerkracht is het gegroeide, het langzame gemaakt – – – Het is

nooit af

, maar continu in verandering Is

niet rationeel

–Wildavsky (zie:

aangepast ontworpen, maar door trial & error

http://tinyurl.com/6g5evty

– Veranderend en

evolutionair

omgeving aan concept past zich voortdurend aan

CROWD MANAGEMENT Bestuur

De 4 kolonnes

124

Het PDG:

Samenwerken of concurreren Maak 2 briefjes jij krijgt 6 MATRIXVORM C C 6 6 D 0 9 0 3 D 9 3

Hoe valt samenwerken te stimuleren?

• • • • • • • • • • Maak 1 gedeelde identiteit (duurt vreselijk lang) Wacht tot aparte identiteiten met pensioen zijn Structureer situatie zo dat gedeelde identiteit saillant wordt (komt spontaan voor, moeilijk om te doen) Geef een overkoepelend doel (lastig, lastig!) Laat veel Samen oefenen (werkt voor oefenen) Maak caroussel Beloon voor Samenwerking (extrinsieke motivatie) Maak regels die S. dwingend voorschrijven Benoem een derde partij (alleen bij conflict) Rationaliseer de Samenwerking (Managerialism)

MANAGERIALISM

(Pollit, 1993; McLaughlin et al., 2001; Mawby & Worthington, 2002) • • • • • • • • • • • • Organisaties lijken meer op elkaar dan ze verschillen Dus vakkennis is secundair. Alles kan ingehuurd worden Efficiency en groei zijn de toverwoorden Nadruk op output en resultaten Ontwikkeling prestatie-indicatoren en ranglijsten Nadruk op de voordelen van concurrentie Centralisatie-tendens: Afkeer van zelf-sturende teams De burger wordt als klant gezien, de werknemer als tool (HRM) Er wordt alleen vooruit gekeken (Henry Ford: history is bunk) Geen interesse en inzicht in onbedoelde gevolgen Combinatie van centrale beleidsvorming met lokale dienstverstrekking Loyaliteit aan groep is meer een kwestie van sentiment dan noodzaak

College 4

OMGAAN MET MASSA’S

1.

2.

3.

4.

5.

6.

7.

8.

OBSERVATIE ALS BASISVOORWAARDE VOOR CM SOORTEN MASSA’S EN SOORTEN ACTIVITEITEN AMUSEREN VS. ONDERHANDELEN PAUZE FASERING VAN MASSAVERSCHIJNSELEN ROLLEN VAN ORDEBEWAARDERS ROL VAN DRANK EN DRUGS CONCLUSIES 128

CROWD MANAGEMENT

OBSERVATIE ALS BASISVOORWAARDE

129

Wat is goed crowdmanagement?

PREPARATIEFASE

1. Door juiste inlichtingen goed beeld vooraf

2. Strategie bepalen die redelijk proactief is 3. Juiste hulpmiddelen en mensen hebben klaarstaan MOBILISATIEFASE

1. Weten hoe de toestand zich werkelijk ontwikkelt

2. Inzien waar kansen en problemen liggen 3. Kwaliteit en kwantiteit maatregelen goed inschatten ACTIEFASE

1. Ondanks hectiek monitoren van gebeurtenissen

2. Maatregelen nemen die op toestand zijn afgestemd 130

Informatiebehoefte bij planning relbestrijding

Bron: Field Manual 19-15 US Army (www.globalsecurity.org/military/library/policy/army/fm/19-15/toc.htm) • • • • • • • • • • • • •

Goals of the groups that are likely to cause or are causing civil disturbance. Times and locations of disturbances. Causes of disturbances. Identity of persons, groups, or organizations that have distinctly threatened to cause or are causing disturbances. Estimated number of people who will be or are involved in the disturbance. Likely places where crowds could assemble. Presence and location of leaders and individuals who have threatened to cause a civil disturbance. Group structure and types of activities group can carry out. Sources, types, and locations of arms, equipment, and supplies available to the group. Possible use of sewers, storm drains, and other underground systems by participants. Attitude of general populance toward groups causing civil disturbances, toward civil law enforcement authorities, and toward federal intervention. Presence of threats to utilities that serve the public. Kinds of communications and control methods used by participants and organizers.

Hoe pakken we het aan?

• • • Het beschikken over juiste kennis tijdens evenement is voorwaarde voor professioneel optreden Dus systematische observatie is nodig In elke fase worden andere eisen gesteld

1. Preparatie

: Mensen leren kennen, Structurering, Onderhandelingen, Afspraken, Inlichtingenwerk

2. Mobilisatie

: Observatie, Gesprekken om sfeer te proeven, Contacten met vervoerders, etc

3. Actie

: Continue observatie met gestandaardiseerde Sitraps.

4. Afloop

: als in Actiefase 132

Wat houdt systematische observatie in?

• • • • • • Door goed te kijken kun je al veel observeren Maar je moet wel weten waar je op moet letten ;-) Alleen variabelen die operationeel belangrijk zijn moeten gerapporteerd, en dat volgens vast schema • Er moet dus een lijst van variabelen zijn, afgestemd op soort evenement Er moet ook een tijdschema zijn en een instantie waaraan de observaties worden doorgegeven Ongeveer tien variabelen elk kwartier is voldoende, mits er gelegenheid is incidenten te melden

Lijst van variabelen

1.

2.

3.

4.

Geschat aantal mensen (op bekend oppervlak) Geschatte dichtheid van mensen (evt Plaatselijk) Loopsnelheid (op een aantal kritische punten) 5.

6.

7.

8.

Inschatting van stemming: – Vrolijk…………...grimmig

– – Amusement……...verveling

Meegaand………weerbarstig Verbale uitingen als leuzen, spreekkoren etc.

Aanwezigheid verschillende partijen (bv. Hooligans, Autonomen) Hoeveelheid en soort politie en hulpdiensten Gesprekken politie & hulpdiensten met publiek (klonteren) 9.

Voertuigen in massa: Waar? Welke? Waarom?

10. Dreigingen in de situatie. Opstoppingen en knelpunten 11. Incidenten 134

Mensen tellen

• • • • •

Stilstaand:

Maak grid (bv. Honderd vakken) en leg dat op beeld massa Tel in tien vakken aantal mensen en presto!

Het kan ook vanuit de lucht (zie Boek) • •

Bewegend:

Maak lijnen op bepaalde punten. Zet aan weerszijden tellers Gebruik technische hulpmiddelen, bv Infrarood (http://www.youtube.com/watch?v=S-QGILGWQik) , of Bluetooth tracking (Univ. Gent) . Denk om WvM!!!!!

Aan tellingen heeft U niets als U geen standaarden heeft over wat mag/kan en wat niet. En evenmin: Als U geen middelen heeft om e.e.a. te regelen 135

Grid techniek

8 • Tel de hoofden 11 9 9 9 8 12 11 10 7 7 5

Sociale netwerken monitoren

• • SMS is mooi, maar: Het mooiste is Twitter Lijkt op conversatie zoals elke narcist dat voor zich ziet: iedereen luistert naar jou.

• In werkelijkheid wordt alleen geluisterd als je sensationele boodschap hebt en dat weet men • Omdat er steeds honderden mensen hetzelfde roepen als jij moet het extra sensationeel zijn • • Dit is een recept voor geruchtvorming Twitteren (maar ook SMSen) bevordert dus geruchtvorming: Improvised news THINGS THAT PEOPLE BELIEVE TO BE REAL ARE REAL IN THEIR CONSEQUENCES

Algemene onzekerheid Wetmatigheden bij geruchten Arousal Stress Belangrijk onderwerp Laag vertrouwen Wordt geloofd als: Plausibel, past bij vooroordelen Verrassend Aansprekende details Geloofwaardige bron In dat geval even grote invloed als écht nieuws Verdere ontwikkeling: Levelling Sharpening Assimilation

CROWD MANAGEMENT

SOORTEN MASSA’S & SOORTEN ACTIVITEITEN

139

ACHT SOORTEN MASSA

DOELGERICHT SPEELS VRIEND ONVERWACHT VIJAND VERWACHT

Effecten van dimensies

• • • CATEGORISATIE (Wij/WijZij) – – – – Tracht polarisatie te voorkomen Belangrijkste polarisatie is: Publiek-Overheid Ontklonteren is goed begin van saamhorigheids bevordering Leiding Demo zelfde jackjes geven als politie doorbreekt Wij-Zij DOELGERICHTHEID – – – – Respecteer de doelen van het publiek Wees geïnteresseerd en tracht te helpen Doelgerichten hebben vaak enigerlei organisatie >>> onderhandelen Kickers hebben geen structuur ONVERWACHTHEID – – – – Voor te voorziene gebeurtenissen is preparatie nuttig Maar vaak veranderen ze in onvoorziene gebeurtenissen Dan is planning dikwijls een rem, vooral bij gewoonte-strategieen Tracht resilience in te bouwen: geef wel de

tools

, maar niet de

rules

141

Een case

CROWD MANAGEMENT

DE TT- NACHT

AMUSEREN VS ONDERHANDELEN

142

HET UITGANGSPUNT

• In Assen (Nederland) bestaat sinds 1925 de motorrace genaamd TT (Tourist Trophy) • De eerste race werd georganiseerd door ' Motorclub Assen en Omstreken ' op 11 juli 1925 over een parcours met een lengte van 28,4 kilometer. Niet over een glad gestreken circuit , maar over klinkerwegen tussen Drentse dorpen. Tijdens deze eerste race was er zelfs een stuk onverharde weg in de traject opgenomen. De route liep over Borger , Schoonloo en Grolloo . Deze eerste race werd gewonnen door Piet van Wijngaarden op een 500 cc Norton met een gemiddelde snelheid van 91,4 kilometer per uur

WAT GEBEURDE ER?

• • • • • • • • • • De avond voorafgaand aan de TT verzamelden zich vele motorliefhebbers in het centrum van Assen Doel was plezier maken Daar hoort natuurlijk een pilsje bij Assen heeft 100.000 inwoners. De nacht van Assen wordt door 100.000 mensen bezocht Die amuseerden zich tot ca 10 uur prima Daarna wilden ze bloed zien Dat werd ernst in 1967 en elk jaar ernstiger In 1969 was er al f 2 miljoen schade En elk jaar werd het een miljoen ernstiger

Wat te doen?

• • • • • • • •

Wat ging fout?

De 100000 motorliefhebbers wilden een leuke avond Dus ze pakten samen op de pleinen van Assen Ze dronken bier en aten vette worsten En na verloop van tijd verveelden ze zich Ze wisten nog dat het in voorgaande jaren leuk was geweest (zo zit de mens in elkaar, dus ook de gemotoriseerde) Ze zochten dus naar leuke dingen Hoe gaat dat?

• Wat gebeurt er dan?

• En hoe loopt het af?

Wat is gedaan

Een groep bestaande uit middenstanders stadsbestuurders politiemensen hulpdiensten sociaal werkers wetenschappers Is een jaar gezamenlijk bezig geweest om een plan te maken Dit hield in 1. Plenty heftig amusement 2. Zodra mensen zich gaan vervelen met iets nieuws komen 3. Goede observatie van publiek 4. Ervaren coordinatiecentrum 5. Continue communicatie van alle betrokken diensten 6. Zeer goede omroepinstallatie 7. Uitgeteste teksten om om te roepen 8. Aanwezigheid van veel politie met als opdracht contact zoeken 9. Heldere en strikte handhaving van tolerantiegrenzen

Basisvoorwaarden

1. De moderne mens lijkt in alles op de oude holbewoners 1. Brood en spelen 2. Sensatie en drinken 2. De cultuur verschilt natuurlijk wel wat 3. Mensen kunnen zichzelf niet altijd leuk bezighouden 4. Dus daar moet wat aan gedaan 5. Anders gaan ze het zelf doen 6. Wil je ze ergens toe krijgen, dan is duwen dom 7. Je moet trekken 8. De TV cultuur heeft ons zeer verwend 9. Het amusement moet dus van hoge klasse zijn 1. Ofwel hell drivers etc 2. Ofwel oproerpolitie in volledige uitrusting

CROWD MANAGEMENT

FASERING VAN CROWDMANAGEMENT

148

Crowd management Alles wat met de voorbereiding te maken heeft:

{Publiek

: Afspraken, Plannen maken, Media bijhouden, Kaartjes & vervoer regelen, etc.}

Organisatie:

Meestal grote hoeveelheid regelwerk, Afspraken met diverse partners, Vaststelling verantwoordelijkheden, Draaiboeken, Scenario’s, Planning etc.

Crowd control Alles wat met de ordening en bejegening van het publiek te maken heeft. Meer speciaal: handhaving van orde UITVOERDERS: Security mensen, Stewards, Controleurs, Politieagenten, GHOR mensen, Brandweer personeel, Suppoosten PREPARATIE fase

MOBILISATIE fase DE ACTIE MOB fase

SOMS :

fase

Geweld fase UITVOERDERS: (NB het betreft steeds individuen of kleine planningsgroepjes) Evenementenbureaus, Security firma’s, (Gemeente) Ambtenaren, Politieplanners, Veiligheidsregio’s Riot control Alles wat te maken heeft met vechten. Alles wat men maar kan bedenken om de verloren orde te herstellen.

UITVOERDERS: ME, Security DUUR: dagen?weken?maanden? | 1 nacht | 1 dag (soms enkele dagen)

© 2006 JP van de Sande RuG

1) Crowd management

• • Doel: ordelijk en profijtelijk verloop massabijeenkomst Regeling en begeleiding – – – – – – – – – – – Aan en afvoer; Voorkomen verstopping en stremming Geen kruising vervoers- of voetgangers-stromen Dranghekken, barricades, draaihekken, wegwijzers Veiligheidsdiensten, gidsen, stewards Regelgeving, communicatie van regels, plan bijstelling regels Noodplannen, calamiteitenplannen (+ nodige reserves) Communicatie met massa, tussen personeel en met leiding Voorkomen lange wachttijden en gevoel van doelloosheid Sfeermakers, kleuren, verlichting, muziek Catering, toiletten, garderobes, voertuigstalling Bescherming tegen weer: Temperatuur, neerslag, wind 150

• •

2) Crowd control

© 2006 JP van de Sande RuG Doel: voorkomen rellen en andere uitbarstingen Preventie en proactie – Kundige en ervaren leiding. Afwezigheid groupthink en routinedenken – – – – – – – – – – – – Informatie over sfeer, plannen betrokkenen. Inzicht in statistische kansen Kennis over soorten geweldsuitbarstingen (amusement vs. onderhandeling) Heldere draaiboeken met verschillende scenario’s en noodplannen Coordinatie tussen diensten Adequate verbindingen (betrouwbaar, niet afluisterbaar) Beschikbaarheid getrainde verkenners/observatoren + procedures Gerichtheid op spanningsverlaging (Geen hoorns, heli’s etc, alcoholbeleid) Snelle en onopvallende verwijdering ‘harde kern’ Vermijden anonimiteit (helm etc), en ‘oorlogsvoorbereiding’ Contact hebben en houden met publiek, beleefd, open, correct, en met gein Handhaaf tolerantiegrenzen vroeg en strikt Vermijdt Win-Verliessituaties tot het uiterste 151

3) Riot control

• • Doel: uitschakelen tegenstander Gevechtsactie – – – – – – – – – – Ken je tegenstander, en pas strategie en tactieken daaraan aan Gebruik misleiding Zorg voor heldere en eenduidige strategie Tracht tegenstander te concentreren i.p.v verspreiden Tracht zoveel mogelijk de ‘leiders’ uit te schakelen Probeer eigen mensen onder controle te houden Leg zoveel mogelijk beslissingsbevoegdheid in het veld Wees duidelijk in communicatie naar tegenstander Kies omgeving waar weinig stuk kan Bedenk dat bluffen niet meer helpt – Heb geduld 152

CROWD MANAGEMENT

DRANK, DRUGS & CROWDMANAGEMENT

153

Effecten van drank en drugs

• • • • • • • Nooit uit het oog mag worden verloren dat mensen drank en drugs lekker vinden Hoofdeffect (en daarmee ook misschien de hoofdattractie) is dat de normale gedragscontrole minder sterk wordt Daardoor sterkere emotionaliteit (=reactie op omgeving) – Dit betreft vooral de drie dimensies (richting pijlen in kubus) – Neiging tot intergroepsconflict wordt groter – Men verliest het doel uit het oog en gaat voor de kicks – Mensen gaan totaal onverwachte dingen doen Drank en drugs horen bij

morele vacantie

Dat betekent dat morele aansporingen, huisregels etc hun werking verliezen Maar het gedrag van andere mensen wordt juist heel sterk als norm gekozen Hiermee stijgt de onzekerheid van de situatie enorm 154

• • •

HANDELEN IN ONZEKERE SITUATIES

Onzekerheid wekt een

fysio/psychologische

toestand op die

arousal

genoemd wordt, in feite een staat van verhoogde waakzaamheid. Die toestand is evolutionair gezien heel oud: ook reptielen en insecten kennen hem. Kenmerkende verschijnselen: – –

Tunnelvisie

(alleen letten op datgene waar men de onzekerheid vermoedt),

Ongevoeligheid voor straf en pijn

(dus wordt dat ook niet in overwegingen betrokken), – Meer dan normaal

beslissen op grond van gewoonten en emoties

(dit is normaal al heel sterk) – Wegens de onzekerheid en de voortdurende pogingen hem op te lossen door traditionele, of nieuwe, maar dan simpele, intuïtieve, redeneringen, blijft er weinig

verwerkingscapaciteit

over voor ingewikkelder, tegen-intuïtieve, redeneringen (dat heet:

perifere

in plaats van

centrale informatieverwerking

)

MENSEN DOEN VAAK MAAR WAT Zich verplaatsende massas zijn in principe gevaarlijk vooral bij hoge dichtheden en vernauwingen van de loopruimte Wanneer we een massa in beweging willen brengen moeten we dat dus slim doen

DUWEN

157

Dom duwen: de stroomstok

158

Slim duwen: gebruik van vluchtinstinct

159

TREKKEN

160

Dom trekken: man die Yak trekt

161

Slim trekken: Hoe vang je dingos?

162

CROWD MANAGEMENT

ROLLEN VAN PROFESSIONALS

163

Welke rollen zijn er zoal?

Rituele rol

(sterke arm, dokter, brandweer) •

Bedenker, Vormgever, Planner

Leidinggever, Autoriteit & Stimulator

Observator, Onderzoeker

Aanwijzingengever, Regelaar

Helper

Uitdeler van lijf- of andere straffen

Communicator

164

• – – –

Communicatie

1.

Heeft twee doelen:

Efficiënt

verloop van (crisis) processen

2.

– –

Geruststelling, image

en andere

attitude

componenten Doel 1 richt zich meestal alleen tot de professionals. Bevolking wordt bij voorkeur als slachtoffers/vee behandeld Doel 2 lijkt vooral gericht op het behalen van positieve evaluatie achteraf (Pleurisvermijding) Er is tijdens optreden weinig neiging het waarom van de regels en richtlijnen in directe boodschappen uit te leggen Men acht het overbodig, ja zelfs gevaarlijk openheid te geven. Men claimt meer controle dan men heeft.

Apparaten en techniek is ‘

Affengeil

’, maar er is weinig neiging na te denken over sociale technologie

Verstandige (crisis)communicatie

• • • • • • • • • • WEES EERLIJK (wat niet betekent dat u altijd alles moet zeggen) Oefen van te voren hoe u het gaat aanpakken Wees tijdens hele evenement of crisis bereikbaar Wees hulpvaardig naar media, zie ze als partner Wees zeer communicatief Streef naar zowel broad als narrow-casting Communiceer langs verschillende kanalen Toon duidelijk betrokkenheid bij benadeelden Zorg dat de communicatie gecoördineerd wordt Reconstrueer z.s.m. wat gebeurde: doe audits

• • • • • •

TRAINING/OEFENEN

Door trainen en oefenen tracht men prestaties te verbeteren Die maakt in het gunstige geval dat men –

a

. minder onzekerheid ervaart (en dus minder tunnelvisie en ongevoeligheid voor pijn en straf heeft) – –

b

. gewoonten en emoties kan oefenen m.b.t. zaken die men normaal niet meemaakt en

c

. dat men de mensen waar men bij een inzet mee moet samenwerken beter en intenser leert kennen, waardoor de kameraadschap (cohesie, in het

psychologees

) stijgt. –

d

. bovendien krijgt men, bij herkauwen en evalueren van het geoefende, een serie argumenten en redeneringen aangereikt die kunnen helpen bij het bedenken van ingewikkelder redeneringen tijdens de onzekere toestand. Kenmerkend voor training is dat het op de emotionele aspecten nauwelijks invloed lijkt te hebben, maar dat het redelijk goed werkt voor de rationele kant van optreden. (Zwakke punten in planning bijv) Wel is oefenen samen met andere diensten goed voor netwerk In het ongunstige geval (en dat is nogal vaak zo) geeft training een soort schijnzekerheid, die leidt tot overschatting van eigen kunnen en kracht.

Training is armzalig surrogaat voor ervaring, al is de oefening nog zo realistisch, maar we hebben niets beters

CROWD MANAGEMENT

Slotconclusies & aanbevelingen

Het draait altijd om hetzelfde en het herhaalt zich steeds 168

Uitgangspunten samengevat

• • • • • • • • De mens is tot alle kwaad geneigd Omdat rellen, gedrang en ongelukken sporadisch voorkomen, staat de overheid continu in de ‘vredesstand’ Ontwikkelingen in massa's lijken betrekkelijk langzaam te gaan, tot ineens een soort explosie volgt

(Flash points)

In crisis situaties vraagt men om één richting Alle gebeurtenissen hebben vele verschillende oorzaken. Analyseer dit krachtenveld!

Het is zaliger te trekken dan te duwen Wat U van anderen denkt, denken zij van U U bent waarschijnlijk Goed bezig 169

Goed Bezig Goed Bezig Goed Bezig Goed Bezig Goed Bezig Goed Bezig Goed Bezig Goed Bezig Goed Bezig Goed Bezig Goed Bezig Goed Bezig Goed Bezig Goed Bezig Goed Bezig Goed Bezig Goed Bezig Goed Bezig Goed Bezig Goed Bezig Goed Bezig Goed Bezig Goed Bezig Goed Bezig Goed Bezig 170

Enkele aanbevelingen voor crisismanagers

• • • • • • • • U kunt zich niet op alles voorbereiden Wel kunt u zich voorbereiden op kritiek achteraf Bedenk: Hoe bezorgder u bent voor uw eigen baan, hoe meer die gevaar loopt HOE BETER GEORGANISEERD EEN SYSTEEM IS, HOE KWETSBAARDER VOOR VERSTORINGEN De enigen die echt iets kunnen uitrichten zijn zij die met publiek/tegenpartij in contact zijn CCTV en communicatiemiddelen zijn hiervoor

geen

vervanging Mensen kunt u niet veranderen, situaties wel Een crisis is een systeem met fasering, bedenk steeds wat het systeem is en in welke fase het is 171

Enkele aanbevelingen voor bestuurders

• • • • • • • • • • Huidige maatschappij aanzienlijk softer dan ooit Burgers zijn er aan gewend geraakt dat staat voor alles zorgt (Leviathan) Staatsmacht berust vooral op regels Daaardoor wordt uw persoonlijke macht zwakker Toch ziet men (pers, media, publiek, politiek) U als verantwoordelijk Regels zijn immers niet aan te spreken, de α wel De α dat bent U Aanvallen door burgers op overheid ontstaan door Wij-Zij gevoel Dat nemen we niet weg door mooie woorden Dus: Er op uit, zoek de identificatie! Ga kijken!NU!

172

En tenslotte

Klim af en toe eens in de ivoren toren 173

1.

2.

3.

4.

5.

6.

7.

8.

9.

9 stellingen over crowd- en crisis- management

Technische oplossingen voor menselijke problemen hebben hun nadelen Het ontwerp van procedures en organisaties toont de vooroordelen van de ontwerpers Menselijk gedrag is niet rationeel, maar je kunt heel leuk discussiëren over die veronderstelde rationaliteit Juridisering is een belangrijk onderdeel van het probleem, niet een oplossing Professionals zijn niet immuun voor fouten en vergissingen, maar hopelijk wel voor emoties. Verschil met publiek is dat ze wel verantwoordelijk gehouden kunnen worden In crises zullen mensen veel verwachten van sociale netwerken of organisaties die allang niet meer functioneren Moderne sociale netwerken en organisaties moeten getraind worden in crisismanagement De beste training voor crisismanagement is een crisis T ijdens het maken van het crisisplan, moeten betrokkenen voortdurend geplaagd worden door stroomuitval, honger en dorst, instortende kantoren, hysterische superieuren en telefoontjes van de partner dat de kinderen gegijzeld zijn 174

• • • • •

Voor verdere studie

Basistekst massapsychologie: – http://www.vandesandeinlezingen.nl/serv03.htm

: Concept hoofdstukken 1, 2 & 3 van boek 'On Crowds' – http://www.vandesandeinlezingen.nl/serv02.htm

: Op deze pagina staan veel verwijzingen naar zaken die betrekking hebben op massa’s, onder meer een Nderlandstalig boek over massapsychologie, een downloadversie van RAM, enkele filmpjes en nogal veel ppt files over dit en verwante onderwerpen.

Zeer goede site over resilience bij evenementen en rampen http://www.cabinetoffice.gov.uk/ukresilience Gedrag van zich verplaatsende massa's : – – http://www.crowdsafe.com/FruinCauses.pdf

Fruin, J.J. (1971). Pedestrian Planning and Design

Metropolitan Association of Urban – Designers and Environmental Planners, Inc. New York.

Gedrag voetgangers bij stadsevacuatie : http://ops.fhwa.dot.gov/publications/pedevac/ped_evac_final_mar07.pdf

Diversen: – – Bouman, P. & Duykeren, G.van (2005)

Event security officer.

Utrecht, Stichting SOEB.

Guiliani (2003):

Leiderschap

. Utrecht, Het Spectrum 175

• • • • • • •

Nuttige literatuur verwijzingen

http://epcollege.com/EPC/media/MediaLibrary/Knowledge%20Hub%20Documen ts/D%20Good%20Practice/D6%20Crowd/guidancelessons1_0.pdf?ext=.pdf

Very thorough and state-of-the-art analysis of lessons learned on crowd behaviour in emergencies and on preparation for them

Drabek, Thomas (1986)

Human System Responses to Disaster: An Inventory of Sociological Findings.

London. Springer-Verlag Bazerman and Watkins (2004).

Predictable Surprises: The Disasters You Should Have Seen Coming, and How to Prevent Them

Boston: Harvard Business School Press Deborah C. Glik (2007) Risk Communication for Public Health Emergencies

Annual Review of Public Health, 28

: 33-54 Geser Hans: Towards a Sociological Theory of the Mobile Phone. http://socio.ch/mobile/t_geser1.htm

http://understandingkatrina.ssrc.org/Wachtendorf_Kendra/ http://www.econlib.org/library/ENC/RisklessSociety.html

Paper by sociologist Wildawsky on our tendency to abolish all risk