5 deelvragen

Download Report

Transcript 5 deelvragen

ACADEMISCHE VAARDIGHEDEN - C1.5
SIMONE OSKAM MSC
[email protected]
CU C243A
AGENDA C 1.5
DEELVRAGEN FORMULEREN
• Ervaringen met bronnen zoeken
•
Terugkoppeling onderzoeksvragen
•
Deelvragen:
• Vragenschema's
• Structuren als hulpmiddel
• Deelvragen bij de onderzoeksvraag formuleren
•
ToDo
BRONNEN EN ONDERZOEKSVRAGEN
ERVARINGEN
WAT WIL JE WETEN? DOELSTELLING > OZVRAAG?
VOORBEELD
… Sociale media kan op verschillende manieren bijdragen aan het huidige
onderwijs van alle middelbare scholen …
Onderzoeksvraag:
Wat zijn de effecten van sociale media op het middelbaar onderwijs?
TWEE VRAGEN, VERNIEUWEND?
VOORBEELD
Welke manieren zijn er om middelbare scholieren te motiveren in het leren
en wat zijn hiervan de beste?
GESLOTEN ONDERZOEKSVRAGEN
VOORBEELD
Is de invoering van een interactieve quiz …
Is er een verband tussen …
PROBLEEM? AANNAME?
VOORBEELD
… buitenlandse ouders die hun kinderen laten vertalen omdat ze zelf het
Nederlands nog niet goed genoeg onder de knie hebben. Het probleem lijkt
dus te zijn dat ouderen meer moeite hebben met de Nederlandse taal dan
hun kinderen schijnen te hebben. …
Onderzoeksvraag:
Hoe komt het dat kinderen sneller een tweede taal leren dan hun ouders?
VRAGEN I.P.V. ONDERBOUWING
VOORBEELD
Hierbij kunnen we ons afvragen of het gebruik van reclamemuziek […]
Daarnaast kunnen we ons afvragen of […] Kortom: om de beoogde
doelgroep te kunnen bereiken moet er onderzocht worden in hoeverre
reclamemuziek effect heeft op de koopintentie van adolescenten.
TE OPERATIONALISEREN?
VOORBEELD
In hoeverre heeft het onderwerp ‘dun zijn’ in de media invloed op de steeds
jonger wordende anorexiapatiënten?
AANLEIDING EN ONDERZOEKSVRAGEN
TIPS N.A.V. BEVINDINGEN
• Maak duidelijk wat je met begrippen precies bedoelt.
• Formuleer nauwkeurig en correct.
• Een ingewikkelde formulering ≠ een goede onderzoeksvraag.
• Vermeld in de aanleiding wat het probleem is en waarom het een
probleem is.
• Stel een exploratieve (wetenschappelijke vraag).
DENK AAN VORM EN TYPE ONDERZOEKSVRAAG
Beschrijvend
Welke, hoe, hoeveel?
Verklarend
Waardoor? In hoeverre
wordt …. beïnvloed
door …?
Voorspellend
Wat zal er gebeuren
als…?
Vergelijkend
Is … meer, beter,
groter dan ….?
Beoordelend
Hoe goed is ….?
NU JIJ
PAS JE ONDERZOEKSVRAAG AAN
• Logische aansluiting aanleiding
• Open vraag (geen ja/nee-vraag)
• Relevantie duidelijk
• Antwoord van belang
• Vraag is afgebakend, niet te ruim •
geformuleerd
•
• Formulering is concreet, duidelijk
•
• Relatie tussen begrippen helder
•
• Bevat geen onbewezen
vooronderstelling(en)
Vraag is wetenschappelijk
Vraag is operationaliseerbaar
Vraag is relevant in vakgebied
Vraag is geschikt voor
literatuuronderzoek
Merk op: onderzoeksvraag = vraagstelling = hoofdvraag
ONDERZOEKSVRAAG
FUNCTIE
• In de onderzoeksvraag van je literatuuronderzoek
beschrijf je wát je gaat onderzoeken.
• Deze vraag vloeit direct voort uit je doelstelling.
• Je conclusie bestaat uit een genuanceerd antwoord
op deze vraag.
• De hoofdvraag is meestal te groot/complex om direct
te kunnen beantwoorden.
Hoe ga ik dat aanpakken dan?
van hoofdvraag naar conclusie
DEELVRAGEN
FUNCTIE
Deelvragen stel je om de complexe hoofdvraag te
kunnen beantwoorden.
De antwoorden op deze deelvragen (deelconclusies)
haal je uit (de kritische vergelijking van) je bronnen.
De deelconclusies zullen samen het genuanceerde
antwoord op je hoofdvraag vormen.
HOOFD- EN DEELVRAGEN
VOORBEELD
Hoofd(onderzoeks)vraag
Op grond waarvan nemen jongeren besluiten over hun studie- en
beroepskeuze aan het eind van hun middelbare school?
Deelvragen
-Welke zaken nemen zij in overweging bij hun keuze?
-Van welke informatiebronnen maken ze gebruik bij hun afweging?
-Welke mensen beïnvloeden hen in hun keuzeproces?
EISEN AAN DEELVRAGEN
DEELVRAGEN:
•
Sluiten elkaar uit
•
Sluiten op elkaar aan
•
Zijn relevant voor beantwoording van
de onderzoeksvraag
•
Zijn afdoende voor beantwoording van
de onderzoeksvraag
•
Zijn neutraal geformuleerd
•
•
Zijn open vragen
Zijn eenduidig geformuleerd
STRUCTUUR
LC 2.3 E.V.
FORMULERING
LC 2.2.2 & LC 2.2.4
NU JIJ
FORMULEER DEELVRAGEN DIE SAMEN ANTWOORD GEVEN OP JE HOOFDVRAAG
•
Sluiten elkaar uit
•
Sluiten op elkaar aan
•
Zijn relevant voor beantwoording van
de onderzoeksvraag
•
Zijn afdoende voor beantwoording van
de onderzoeksvraag
•
Zijn neutraal geformuleerd
•
•
Zijn open vragen
Zijn eenduidig geformuleerd
STRUCTUUR
LC 2.3 E.V.
FORMULERING
LC 2.2.2 & LC 2.2.4
TODO
1. Formuleer je deelvragen
2. Selecteer, scan, lees en relateer artikelen aan je onderzoeksvraag
3. Bestudeer LC 12.5
4. Bestudeer de hand-out “voorbeeldliteratuurmatrix & feedback”