Taalbeleid in het basisonderwijs

Download Report

Transcript Taalbeleid in het basisonderwijs

Taalbeleid in het
basisonderwijs : een must
voor elke school?
Koen Van Gorp
& Kris Van den Branden
Overzicht
 Wat is taalbeleid?
 Hoe werken aan taalbeleid?
 Een verhaal van bouwstenen en processen van
taalbeleid opgehangen aan 9 citaten uit
“Handboek taalbeleid basisonderwijs” (K. Van
den Branden, 2010)
Citaat 1: Waarom taalbeleid?
“ Taalbeleid gaat over een school die zichzelf op
het vlak van taal in vraag stelt en ernaar streeft
om beter te doen. Als het streven stilvalt, is het
taalbeleid dood.” (p. 13)
Hamvraag voor taalbeleid
Hoe gaan wij om met taal
op school?
Welke gevolgen heeft
dat voor de ontwikkeling
van de leerlingen?
Taalbeleid
 = de structurele en strategische poging van een
schoolteam om de onderwijspraktijk aan te passen aan
de taalleerbehoeften van de leerlingen/studenten met
het oog op het bevorderen van hun ontwikkeling (in
functie van relevante doelen) en het verbeteren van hun
onderwijsresultaten.
"Beleid is het streven naar het bereiken van bepaalde
doeleinden met bepaalde middelen en bepaalde
tijdskeuzen" (Hoogerwerf, 1993)
Verandering
Citaat 2: taalverwerving
“Taalverwerving is onlosmakelijk verbonden met
ontwikkeling op veel andere domeinen: socioemotionele ontwikkeling, motorische, mentale
en fysieke ontwikkeling, ... Wie dat in het
achterhoofd houdt, heeft de rit al voor de helft
uitgereden. Wie de banden met de andere
ontwikkelingsdomeinen doorknipt en te
eenzijdig op taal wil focussen, verarmt de
taalleeromgeving.” (p. 86)
Snelst verworven woorden











Boekentas (997)
Trein (297)
Kus (691)
Sjaal (182)
Plasticine (392)
Kind (1782)
Hoofd (501)
Plaats (193)
Bak (389)
Knippen (94)
Kauwgum (14)
• Eerste kleuterklas in Brussel
• Eerste 10 weken van het schooljaar
• ( ) = frequentie in taalaanbod
Welke woorden worden het snelst
door kleuters verworven?
 Het belang van actie en motivatie i.p.v.
benoemen van woorden bij een praatplaat.
 Taal die samenhangt met interessante acties in
de wereld.
 Belang van veel taalaanbod en van kansen tot
spreken.
Kortom, TAAL DE HELE DAG!
1
Maar: aantal keer bij naam genoemd
per dag in de kleuterklas
AMINE
ADNANE
MOHAMED
AHLAME
AMELINE
ELISSA
YOUNESS
AMIRA
ANISSA
YASMINA
ABDEL
80
62
52
47
39
34
31
30
27
18
18
Leerlingbeurten in 5 klassen: WO-les
Leerlingbeurten
Klas
Min.
Max.
1
4
142
2
0
37
3
0
20
4
3
29
5
2
48
Citaat 3: kansen tot participatie
“Taalleren hangt uiteindelijk niet af van een paar
supermomenten, maar van de
aaneenschakeling van duizenden kleine
interacties….” (p. 296)
Een krachtige (taal)leeromgeving
positief & veilig klimaat
Betekenisvolle
activiteiten
interactie,
ondersteuning,
reflectie
Lezen: de pikkel en de wop
Tekst
Een wop mufte zijn frisse fruin.
Een pikkel beunde snerp in de fruin van de wop.
“Groes mijn bale fruin!” loeg de wop biest. “Mijn
fruin is frins!”
“Proest bedaan”, makkelde de pikkel. “Mart jij
benedal geen lijpjes?”
“Ik mart geen rotse pikkels”, slokte de wop biester.
Vragen
 Wat mufte de wop?
 Wie beunde in de fruin van de wop?
 Hoe beunde de pikkel?
 Schrijf in de juiste volgorde wat de wop deed: loeg – slokte – mufte
 Wat zou jij het liefste zijn, een pikkel of een wop?
Een krachtige leesomgeving
 Doelgericht lezen: teksten lezen om een
bepaald doel te bereiken, bijv. bepaalde
informatie vinden, een bepaalde vraag
beantwoorden, instructies uitvoeren.
 Strategisch lezen: je leeshandelingen planmatig
aanpassen aan je leesdoel.
 Interactief lezen: leren uit de interactie over de
gelezen tekst met anderen.
1
Taak: Anders lezen
Functionele, relevante schrijftaken
 Een uitnodiging voor het grootouderfeest;
 Instructies voor het uitvoeren van een
wetenschappelijk proefje, het spelen van een
spel of het maken van een knutselwerkje;
 Een briefje of mailtje aan de organisator van
een zomerkamp met vraag om informatie;
 Een affiche waarop de klasafspraken kort en
krachtig weergegeven worden;
 Een einde voor een luisterverhaal;
 Een reactie op de blog of site van de school.
Schrijfvaardigheid
 ‘Complete’ schrijftaken
+
 Ondersteuning/feedback
 = procesmatige benadering van
schrijfonderwijs: een lacune in ons onderwijs?
1
Onderzoek Lieve Verheyden (2010)
 Leerkrachten basisonderwijs werken met
schrijftaken… en evalueren de producten van
leerlingen…
 … maar slaan er nauwelijks in om leerlingen
tijdens het schrijven te feedbacken,
ondersteunen, tot reviseren aan te zetten
 Leerlingen moeten op eigen houtje beter
worden in het schrijven van teksten…
Andere vakken: bloemen en rijtjes…
Dat lijkt er al meer op…
Citaat 4: taal heel de dag
“ Als taal de hele dag een rol speelt in de klas
kunnen leerkrachten heel de dag bouwen aan
de lees-, schrijf-, luister- en spreekvaardigheid
van hun leerlingen in betekenisvolle,
authentieke leersituaties.” (p. 137-138)
Kijkwijzer Hoeken/-contractwerk
Functionaliteit?

Is het werken in hoeken een middel voor het bereiken van functionele
doelen en niet louter een doel op zich?

Relevantie: wordt er gewerkt in de richting van de eindtermen?
Betrokkenheid?


Leiden de werkvormen bij alle kinderen tot intense mentale activiteit en
welke ontwikkelingsdomeinen worden daarin aangesproken?
Worden de betrokkenheidsbevorderende factoren optimaal ingezet
(m.b. ‘aanpassing aan niveau’, ‘aandacht voor sfeer en relatie’,
‘werkelijkheidsnabijheid’, ‘leerlingactiviteit’, ‘leerlinginitiatief’)?
Interactie en diversiteit?



Worden de leerlingen uitgenodigd om samen te werken op een
interactieve wijze?
Is er ruimte voor leerbevorderende interactie tussen leerkracht en
leerling(en)?
Biedt de activiteit voldoende ruimte om de eigen ervaringen aan te
spreken?
Valse tegenstellingen
Kennis of vaardigheid?
Taal verwerven is handelen met taal én daarover
reflecteren. Kinderen leren taal niet louter al
doende: ze moeten (op hun niveau) stilstaan bij
wat ze aan het doen zijn.
Preventie of remediëring?
Taalbeleid omvat preventie én remediëring
Remediëring wordt bij voorkeur niet beperkt tot:
‘meer van hetzelfde’ of ‘minder dan hetzelfde’.
Nog meer valse tegenstellingen
Nederlands of andere talen?
Een positieve aandacht voor thuistaal van
anderstalige kinderen staat de bevordering van
het Nederlands niet noodzakelijk in de weg.
Thuistaal – schooltaal
Taal de hele dag kan een nieuwe dimensie
krijgen als er bruggen worden gebouwd tussen
thuis en school. En dat hoeft niet per se te
betekenen dat de school de hele thuiswereld
inpalmt…
Citaat 5: De rol van evaluatie:
van bouwsteen naar proces
“Evaluatie biedt niet alleen een spiegel voor het
kind maar ook een spiegel voor de school:
resultaten van taaltoetsen en observaties
kunnen dienen als hefboom voor
onderwijsverbetering, tenminste als de school
de resultaten van de evaluatie gebruikt om ook
zichzelf te evalueren.” (p. 145)
Citaat 6: Taalbeleidsplan
“Een taalbeleidsplan is toekomstgericht. Het kan
slechts vorm krijgen als met een zelfkritische
houding naar het verleden en het heden wordt
gekeken.” (p. 239)
Beginsituatie-analyse
Beginsituatie-analyse? Sop? Kolen?
Een trio van doelstellingen op een
bedje van Beginsituatie-analyse...
Citaat 7: van plan naar acties
“Een taalbeleidsplan is en blijft een plan: het kan
een handig hulpmiddel zijn om doelstellingen en
acties uit te denken en gedetailleerd te
beschrijven, maar niet meer dan dat. Een plan
blijft dode letter als er geen concrete
handelingen uit voortvloeien. Als al dat plannen
en vergaderen zoveel tijd opslorpt dat er geen
tijd overblijft voor echte daden, of als de
administratie de zaken alleen maar complexer
maakt voor een schoolteam, kan het taalbeleid
eerder afgeremd dan voortgestuwd worden.” (p.
261)
Tien tips voor het efficiënt uitvoeren
geïnformeerd
van een taalbeleidsplan
 Zorg ervoor dat alle leden van het team ……………………….
(1) zijn over de inhoud van het taalbeleidsplan en hou hen ook
goed geïnformeerd over de voortgang van de uitvoering van het
plan.
het hele team
 Werk met ….………………….(2) actief aan het uitvoeren van
het taalbeleid: combineer acties die van bovenuit komen (vanuit
het schoolbeleid) met acties van onderuit (in de verschillende
klassen). Combineer individuele acties van leerkrachten met
gezamenlijke acties door het team. Combineer acties op
klasniveau met acties op schoolniveau.
Tien tips (vervolg)
realistisch
 Ga …..……….(3) om met tijd en met vernieuwingen: probeer met
kleine stappen vooruit te gaan. Probeer evolutie of vernieuwing niet
te overhaasten maar respecteer anderzijds de gestelde
de olievlekstrategie
tijdslimieten.
 Zet in op……………………. (4) : laat leerkrachten die snel van start
gaan andere teamleden inspireren, motiveren, informeren,
ondersteunen of op een andere manier het voortouw nemen. Geef
andere leerkrachten het recht om wat meer tijd te nemen of met
een kernteam
kleinere stappen vooruit
te gaan.
een taalbeleidscoördinator
 Werk met ……..…………….… (5) of …………………………….. (6),
die de vaart in de uitvoering van het taalbeleidsplan kan houden en
die ook voor de nodige ondersteuning aan individuele leerkrachten
of directie kan zorgen. Neem als directie een actieve rol op in het
voorstuwen van het taalbeleid.
Tien tips (vervolg)
externe hulp en deskundigheid
 Zet waar nodig …………..……. (7) in: vraag feedback over de
manier waarop de uitvoering van het taalbeleidsplan verloopt.
Zoek buiten de school naar antwoorden op inhoudelijke en
praktische vragen, zeker als het team vastzit. Vind geen wielen
uit die reeds buiten de school zijn uitgevonden. Zoek contact
met andere schoolteams (of leerkrachten van andere scholen)
die in een gelijkaardig taalbeleidsproces verwikkeld zijn.
intensief overleg
 Blijf binnen het team …………………… (8) over het taalbeleid
voeren en doe dat op verschillende manieren: informeel,
formeel, mondeling, schriftelijk, ... Zorg ervoor dat leerkrachten
met hun vragen of bedenkingen steeds bij iemand
terechtkunnen.
Tien tips (nog eens vervolgd)
successen
 Benadruk en bespreek geboekte ……………..…. (9).
Zorg ervoor dat niet alleen de klachten, problemen
en weerstanden de communicatie domineren.
 Verlies bij het uitvoeren van de acties de doelstellingen
……….…….. (10) nooit uit het oog. Herinner
teamleden aan het uiteindelijke
doel
van de acties.
Evalueer
permanent
 ………………………..…… (11) hoe de acties
verlopen en of het behalen van de doelstellingen
haalbaar blijft. Stuur zo nodig bij.
Inspectie kijkt mee
“Uit de kwantitatieve en kwalitatieve analyses blijkt dat
scholen die werken volgens de kwaliteitscirkel en die
rekening houden met de drie niveaus school, leraren en
leerlingen, met het creëren van een voldoende groot
draagvlak, met netwerking en professionele aanpak van
vraaggestuurde nascholing en professionalisering juist
de voorbeelden van goede praktijk zijn”
(Onderwijsspiegel 2004-2005, p. 25)
Taalbeleid draait om samenhang
 tussen beginsituatie-analyse en taalbeleidsplan;
 tussen doelen op leerlingniveau en die op klasen schoolniveau;
 tussen doelen en acties;
 tussen evaluatie en acties;
 tussen wat verschillende leerkrachten in
verschillende klassen doen;
 tussen wat de directie doet en wat de
leerkrachten doen;
 tussen wat leerlingen denken en doen en wat
leerkrachten denken en doen.
Taalbeleid krijgt op de basisschool
systematisch vorm als een schoolteam:
 bewust stilstaat bij wat alle leden van het team concreet
met taal doen en zich afvraagt hoe effectief en efficiënt dat
is voor de ontwikkeling van de leerlingen;
 beslist aan welke problemen en zwaktes prioritair aandacht
moet geschonken worden;
 voor die prioritaire aandachtspunten doelstellingen bepaalt
en aan die doelstellingen gepaste acties verbindt;
 die acties met alle betrokkenen probeert uit te voeren;
 het effect van die acties evalueert en waar nodig bijstuurt.
PLANMATIGHEID – TEAMWERKING - SAMENHANG
Valkuilen voor taalbeleid
 Taalbeleid is een zaak voor taalspecialisten.
 Taalbeleid is een opdracht voor de directie.
 Taalbeleid staat en valt met een
taalbeleidsplan.
 Taalbeleid gaat in de eerste plaats over
taalcorrectheid.
 Taalbeleid heeft vooral met regels en
reglementen te maken.
 Taalbeleid is de zoveelste 'extra' voor de
school.
Mercer,1995
“Een prestatie van een leerling is nooit alleen een
weergave van de innerlijke talenten van die
leerling, maar is ook een maat voor de
effectiviteit van de communicatie tussen de
leerkracht en de leerling.”
Het gaat om het leren van ...
“Taal is de zuurstof van het onderwijs. Taal doet
leren.” (p. 9)
“De ultieme toetssteen voor een geslaagd
taalbeleid is dus niet hoe tevreden de
leerkrachten of de directie erover zijn maar of
de leerlingen, dankzij de uitvoering van het
taalbeleid, sterker tot ontwikkeling komen.” (p.
286)
Bronvermelding citaten
Meer info en bestellen bij
www.uitgeverijacco.be
Bedankt voor uw
aandacht!