Bijlage 2 - Toelichting relatie met Nota Wonen 2012 continuering en

Download Report

Transcript Bijlage 2 - Toelichting relatie met Nota Wonen 2012 continuering en

Bijlage 2
Toelichting relatie met Nota Wonen 2012: continuering en actualisatie van beleid
Behorend bij raadsvoorstel Woonagenda 2017/2018
De ambitie van de Nota Wonen: Het creëren van een evenwichtige woningmarkt met een
gedifferentieerd en aantrekkelijk aanbod van woningen en woonmilieus in leefbare, veilige en
zorgzame buurten zodat mensen naar tevredenheid in onze stad kunnen wonen en leven. Het
woonbeleid geeft hier invulling aan door te streven naar een stad waar voldoende, betaalbare en
passende woningen zijn en goede keuzemogelijkheden zijn in gevarieerde en sterke buurten waarin
mensen zich thuis kunnen voelen. Een stad waarin de slaagkansen op de woningmarkt voor de
verschillende groepen in balans zijn
Deze ambitie uit de Nota Wonen is uitgewerkt in vier speerpunten van beleid: Hieronder worden de
speerpunten kort beschreven. Vervolgens wordt aangegeven welke inzet we continueren met deze
woonagenda. Daarnaast geven we aan welke nieuwe ontwikkelingen er gaande zijn sinds 2012 waar
dus een actualisatie van beleid is gewenst. .
Speerpunt 1 Voldoende woningen
Ambitie Nota Wonen 2012
De gemeente wil blijven voorzien in de (toekomstige) woningbehoefte. In de periode tot 2020 neemt
de woningbehoefte toe met 5.840 woningen. De inzet is gericht op de opgave om door middel van
woningbouw te voorzien in deze (toekomstige) woningbehoefte. Gezien de situatie op de woningmarkt
en de onzekerheden m.b.t. afzetmogelijkheden in de koopwoningmarkt, is het echter
onzeker of binnen deze periode aan deze opgave kan worden voldaan. In de woningbouwplanning
moet er een realisme zijn in het bereiken van (vastgestelde) doelen: fasering in de tijd en prioritering
van (haalbare) bouwplannen zullen de komende tijd noodzakelijk zijn. Er wordt voor de komende jaren
ingezet op een woningproductie met een bandbreedte van 500 tot 800 per jaar, met een (na te
streven) gemiddelde van 700 woningen per jaar. Dit streven zal vooral in de komende jaren veel
inspanning van alle partijen vragen.
Woningbouw is van groot belang voor een goede werking van de woningmarkt, maar is tevens een
economische en werkgelegenheidsfactor van betekenis. Uitgangspunt van de gemeente is een
positieve en actieve houding t.o.v. (kansrijke) initiatieven in de woningbouw die door (markt)partijen
worden ontwikkeld. Indien nodig zal, t.b.v. de voortgang in de woningproductie, de inzet m.b.t.
bouwplaninitiatieven gericht zijn op het (binnen de wettelijke mogelijkheden) verruimen van de
randvoorwaarden en/of het leveren van maatwerk. De marktpartijen en woningcorporaties worden
geactiveerd, gestimuleerd en zo nodig gefaciliteerd om diversiteit in woonmilieus te realiseren, om te
gaan experimenteren met vernieuwende concepten en om woonproducten te ontwikkelen die
aansluiten bij de woonwensen en financiële mogelijkheden van de woonconsumenten. De inzet is ook
gericht op het zoveel mogelijk levensloopgeschikt, duurzaam en toekomstbestendig ontwikkelen en
bouwen. Woonconsumenten krijgen meer mogelijkheden om hun woonwensen te realiseren door
middel van (collectief) particulier opdrachtgeverschap.
Wat continueren we?
• De ambitie om bij te bouwen om zo te voorzien in de woningbehoefte;
• Inzetten op een differentiatie aan woonmilieus;
• Levensloopbestendig en toekomstgericht ontwikkelen van nieuwe woningbouwlocaties;.
• Ruimte creëren voor de woonwensen van consumenten onder meer door collectief particulier
opdrachtgeverschap.
1
Wat zijn nieuwe accenten?
• Demografische ontwikkelingen en woonwensenonderzoek laten zien dat de bevolking en het
aantal huishoudens blijft groeien. Dat zorgt voor een toenemende woningbehoefte. En de
ambitie om te versnellen in de woningproductie;
• De druk op de onderkant van de woningmarkt neemt verder toe door de woningbehoefte van
vergunninghouders, starters op de woningmarkt en het zelfstandig gaan wonen van mensen
uit de maatschappelijke instellingen;
• Door de aantrekkende economie trekt ook de woningbouwproductie aan en stijgt het aantal
verkooptransacties. De ambitie wat betreft de toevoeging van woningen wordt naar boven toe
bijgesteld tot een toevoeging van 8.000 woningen tot en met 2025;
• Met het Energietransitieprogramma heeft de gemeente hogere ambities op het gebied van
duurzaamheid. Daarbij is ook nog meer oog voor investeren in de bestaande woningvoorraad
(ten opzichte van de Nota Wonen 2012);
• De komst van de Omgevingswet maakt dat we na moeten gaan denken over het toekomstig
wonen in de stad.
Speerpunt 2 Betaalbaar wonen
Ambitie Nota Wonen 2012
De gemeente wil voorzien in de behoefte aan betaalbaar wonen voor de doelgroep van beleid, de
middeninkomensgroepen en de starters op de woningmarkt. Deze groepen zijn extra kwetsbaar op de
woningmarkt omdat zij op dit moment onvoldoende mogelijkheden hebben om zelf in hun woonruimte
te kunnen voorzien.
De inzet van de gemeente voor de doelgroep van beleid richt zich op het realiseren van minimaal 25%
van de nieuwbouw in het sociale segment en op het behoud van de huidige betaalbare sociale
huurwoningvoorraad. Ten behoeve van middeninkomensgroepen en starters op de koopwoningmarkt
wordt ingezet op toename van het betaalbaar woningaanbod (zowel in de huur als in de koop) en de
herintroductie van de starterslening.
In het besef dat de overige woonlasten (met name de energielasten) voor bewoners met een smalle
beurs een steeds groter deel van de woonlasten gaan vormen, willen wij samen met
woningcorporaties de mogelijkheden onderzoeken om te gaan sturen op woonlasten i.p.v. op
huurlasten.
Wat continueren we?
• Het streven naar voldoende nieuwbouw in het sociale segment;
• Er is blijvend aandacht voor de positie van de (lage) middeninkomens;
• Het betaalbaar houden van het wonen blijft een belangrijk speerpunt. De woonagenda sluit
aan bij de afspraken die gemaakt zijn in het meerjaren woonlastenakkoord 2014-2018 en
heeft de ambitie de woonlasten niet meer te laten stijgen.
Wat zijn nieuwe accenten?
• Het sturen op het sociale segment van 25% wordt bijgesteld. In plaats van 25% in het sociale
segment sturen we op 25% in de sociale huur en 15% in de middeldure huur en sociale koop;
• De woningcorporaties hebben te maken met nieuwe wetgeving met de Woningwet, de
scheiding DAEB/niet-DAEB, een verhuurdersheffing en passend toewijzen. Dit zorgt voor een
ander en beperkter speelveld. Bovendien komt de positie van de (lagere) middeninkomens
nog verder onder druk te staan, In deze woonagenda is voor deze groep extra aandacht. Met
de corporaties moeten goede prestatieafspraken worden gemaakt wat maximaal hun
mogelijkheden nog wel zijn binnen dat nieuwe speelveld;
• Met de Wet Doorstroming van 2015 zijn er nieuwe mogelijkheden om ook met tijdelijke en
doelgroep contracten om zo de doorstroming te bevorderen en om zo de ontwikkeling van het
inkomen meer in de pas te laten lopen met de hoogte van de huur.
Speerpunt 3 Passend wonen
Ambitie Nota Wonen 2012
De gemeente wil voorzien in de groeiende behoefte aan woonzorgarrangementen door nieuwbouw,
omzetting van bestaande verzorgingsplaatsen naar een zwaardere categorie en ambulante
zorgverlening in de bestaande woningvoorraad.
2
De inzet van de gemeente is erop gericht om in samenwerking met woningcorporaties, zorg- en
welzijnsinstellingen voldoende beschermde en beschutte woonvormen (zowel intramuraal als
extramuraal) voor ouderen, mensen met een beperking en bijzondere doelgroepen te ontwikkelen.
Tevens streeft de gemeente naar de oprichting van een Taskforce waarin partijen gezamenlijk
de consequenties van het scheiden van wonen en zorg in beeld brengen en daarop gaat anticiperen.
Wat continueren we?
• In samenwerking met corporaties, zorg- en welzijnsinstellingen blijven we ons inzetten voor
een passend aanbod aan beschermde en beschutte woonvormen en woonarrangementen
voor ouderen, mensen met een beperking en bijzondere doelgroepen (potentiële dak- en
thuislozen);
• Samen met genoemde partners houden we vinger aan de pols voor de gevolgen van
scheiden wonen en zorg en proberen we te anticiperen op veranderingen.
Wat zijn nieuwe accenten?
• Er is meer aandacht om regionaal afspraken te maken over het beschermd wonen;
• De effecten van de decentralisaties en de extramuralisering van de zorg wordt steeds meer
zichtbaar in de samenleving en vraagt om veel meer samenwerking en goede afspraken
tussen partijen. Bovendien komen er steeds meer woonzorg initiatieven van onderop die je als
gemeente wil faciliteren;
• Steeds meer senioren zijn zelf aan zet om de zorg en het wonen voor zichzelf en samen met
anderen te organiseren. Een deel van die senioren is ook steeds vermogender waarop met
nieuwe woonproducten op ingespeeld kan worden.
Speerpunt 4 Sterke en vitale buurten
Ambitie Nota Wonen 2012
De gemeente wil (in brede zin) een bijdrage leveren aan het versterken van de kwaliteit van buurten
en wijken. Vanuit het woonbeleid zet de gemeente in op:
• Het verbeteren van de woonkwaliteit op buurtniveau (een gedifferentieerde aanpak in
basisbuurten, preventiebuurten en aandachtsbuurten, schone en veilige buurten en leven met
het oog voor de ander);
• Het verbeteren van de woonkwaliteit op woningniveau (passende, aanpasbare, energiezuinige
en veilige) woningen;
• Het aangaan van nieuwe samenwerkingsverbanden om het wonen in brede zin in buurten te
versterken.
Wat continueren we?
• De inzet op het verbeteren van de kwaliteit van buurten en woningen wordt gecontinueerd
voor de benoemde aandachtsbuurten.
Wat zijn nieuwe accenten?
• Het zelfstandig wonen van kwetsbare groepen manifesteert zich steeds duidelijker in de
wijken. Hoe zorg je met partijen voor een goede begeleiding, betaalbare huisvesting en hoe
voorkom je overlast?
• Met de gewijzigde Wet Bijzondere Maatregelen Grootstedelijke Problematiek en de Wet
Aanpak Woonoverlast die naar verwachting in 2017 wordt vastgesteld, komen er nieuwe
instrumenten voor de wijkaanpak. In 2017 wordt gekeken of deze instrumenten toegepast
kunnen worden;
• Er is een nieuwe wijk- en buurtmonitor uitgekomen op basis waarvan opnieuw de
aandachtbuurten zijn benoemd. De aanpak van sommige wijken gaat voortvarend. De
aandacht moet op termijn mogelijk verschoven worden naar andere buurten;
• De opgave met betrekking tot de energietransitie brengt mogelijk nieuwe mogelijkheden om
ook het proces van stedelijke vernieuwing in gang te zetten.
3