Standplaats van de bijenstanden

Download Report

Transcript Standplaats van de bijenstanden

Standplaats
van de bijenstanden
Pesticiden - GGO
Omgeving
- met een rijke en diverse flora
(stuifmeelbronnen zijn vooral belangrijk in
de lente en op het einde van de herfst),
- die droog is,
- beschut tegen de wind,
- met voldoende licht,
- liefst ver weg van landbouwteelten, die regelmatig moeten worden behandeld.
• Pas het aantal kolonies aan de omgeving aan :
in onze streken is het ideaal om niet meer dan
15 bijenvolken bij elkaar te plaatsen.
• Indien geen natuurlijke waterbronnen in de
omgeving zijn, voorzie dan een drinkplaats of
een bijenkroeg met drinkbaar water.
• De bijenkasten moeten op tenminste
20 meter van een openbare weg of een woning
worden geplaatst. Deze afstand kan worden
gereduceerd tot 10 meter indien een beschutting
van 2 meter hoogte aanwezig is.
met bijen
☞ Reizen
• Kies een standplaats in een zone zonder risico’s.
• Communiceer met de eigenaar of plaatselijken
om de uitgevoerde behandelingen te kennen.
• Elke kolonie behorende tot de reizende
bijenstand die niet beantwoordt aan de
identificatieverplichtingen (zie p. 20) wordt
beschouwd als verdacht van contaminatie.
✎ Noteer in het register BASISGEGEVENS
- de standplaatsen waar de bijen gestaan
hebben
- de identificatie van de verplaatste bijenkasten
- de data van het reizen met de bijen
28
Gids voor Goede Bijenteeltpraktijken - Versie 2 van 08-2010
zones met grote drachtgebieden of
☞ • Inboomgaarden,
is het sterk aanbevolen om met
☞•
☞•
☞•
•
☞
•
de eigenaars of de huurders te communiceren
omtrent de toegepaste of voorziene
behandelingen of het gebruik van genetisch
gemodificeerde gewassen.
Plaats de kasten buiten de bereik van
bespuiting en bemesting, rekening
houdend met drift in akkoord met de eigenaar.
In geval van behandeling van drachtplanten :
- best is de bijenvolken vooraf te verplaatsen
- indien dit niet mogelijk is, de kasten tijdelijk
afsluiten zolang het product actief is. ■
In geval van het oogsten van pollen dient men
in elk geval zones die regelmatig behandeld
worden of risicogebieden inzake pollutie
(koolwaterstoffen, zware metalen,...)
te vermijden.
In geval van een GGO cultuur in de nabijheid
(straal van 5 km) riskeert het geoogst stuifmeel
te worden beschouwd als zijnde GGO.
Om de aanwezigheid van zware mtalen
te vermijden, moet men het plaatsen
van bijenvolken in een met zware metalen
gepollueerde industriële omgeving (in de
nabijheid van sterk polluerende ondernemingen)
vermijden. ■
✎ Noteer in het register BASISGEGEVENS
- de doorgevoerde behandeling op
de drachtplanten en met welk product,
indien gekend
- de datum
� ��
Gecontamineerde omgeving
Indien het niet mogelijk is om de
vervuilingsbron weg te nemen,
moeten de bijenkasten verplaatst
worden
Versie 2 van 08-2010 - Gids voor Goede Bijenteeltpraktijken
29
Werken aan de bijenstand
principes
☞ Algemene
• Kies een standplaats