interview met het management

Download Report

Transcript interview met het management

5
VRAGEN AAN HET
MANAGEMENT VAN
O
p 1 januari 2017 fusioneren
het Fonds voor de beroepsziekten en het Fonds voor arbeidsongevallen. Samen worden zij
Fedris, het Federaal agentschap voor
beroepsrisico’s.
Voor het verhaal achter deze fusie
moeten we minstens twee jaar terug
in de tijd gaan. De administraties van
beide instellingen zagen een aantal
opportuniteiten om samen te werken.
Tegelijk lag er eind 2014 een federaal
regeerakkoord op tafel waarin sprake
was van een substantiële vermindering van het aantal federale instellingen. Na overleg met de sociale partners en de Minister van Sociale Zaken
en Volksgezondheid Maggie De Block
kwam alles in een stroomversnelling.
Een fusie tussen beide instellingen
bleek de beste oplossing. In maart
2015 zetten de beide Beheerscomités
het licht op groen om te fusioneren
en op 12 juni gaf ook de Ministerraad
zijn finaal akkoord.
Daarna volgde anderhalf jaar gevuld
met uitdagingen. Eind 2015 kreeg het
personeel de mogelijkheid om zelf de
naam te kiezen van de nieuwe instelling. Later hebben ze ook zelf het
logo gekozen. In maart 2016 werd uiteindelijk ook het budget goedgekeurd
om de fusie te realiseren.
Enkele weken voor de fusie ziet het
er veelbelovend uit voor Fedris. We
spraken erover met de toekomstige
administrateur-generaal van Fedris,
Pierre Pots en zijn adjunct-administrateur-generaal, Pascale Lambin.
1
Waarom een fusie ?
“Op zich is het idee om beroepsziekten en arbeidsongevallen onder één
dak te brengen heel logisch. In Europa waren we nog één van de weinige landen waar twee instellingen
elk apart verantwoordelijk waren
voor hun tak”, zo vertelt Pierre Pots.
“Door onze expertise met elkaar te
delen, kunnen we meer coherentie
in ons beleid aanbieden. We willen
ons duidelijk profileren als het Belgische kenniscentrum op het vlak
van beroepsrisico’s. Door een grotere
speler te worden hopen we ook ons
domein meer zichtbaarheid te geven.
Hoewel de laatste jaren de situatie
op de werkvloer meer en meer verbetert, zijn er in België helaas nog
steeds te veel beroepsziekten en arbeidsongevallen. We geloven sterk in
een degelijk preventief beleid. Het
moet mogelijk zijn om het aantal
slachtoffers in België nog gevoelig te
kunnen terugdringen.”
“Door het bundelen van onze
krachten kunnen we een krachtiger antwoord geven op nieuwe
ontwikkelingen binnen het
domein van de beroepsrisico’s.
Ik ben ervan overtuigd dat de
fusie een meerwaarde zal
bieden voor onze maatschappij.”
“Schaalvergroting biedt natuurlijk
ook nog een aantal andere voordelen”, vult Pascale Lambin aan.
“Denk maar aan de carrièremogelijkheden voor ons personeel. Zo willen we een aantrekkelijkere werkgever worden. Op termijn gaan we
ook kosten kunnen besparen op het
vlak van IT en infrastructuur en ons
personeel beter kunnen inzetten. In
het begin is dat natuurlijk even zoeken. Een koppel dat gaat samenwonen, moet in het begin soms
ook kiezen welke zetel of koelkast
meegaat naar de nieuwe woonst.
Maar ze vullen elkaar ook aan en staan
samen sterker voor wat de toekomst
brengt. Door het bundelen van onze
krachten kunnen we een krachtiger
antwoord geven op nieuwe ontwikkelingen binnen het domein van de
beroepsrisico’s. Ik ben ervan overtuigd dat de fusie een meerwaarde zal
bieden voor onze maatschappij.”
2
Welke voordelen zijn er bijvoorbeeld voor de burger ?
“In de eerste plaats wordt het gemakkelijker voor de burger”, zegt
Pierre Pots. “Heb je vragen over
een bepaald risico op je beroep, dan
heb je binnen de overheid nu één
aanspreekpunt. Als je bijvoorbeeld
vaak zware lasten moet tillen op je
werk waardoor je last krijgt van lage
rupgijn, kunnen wij eventueel preventieve maatregelen voorstellen,
maar moeten we bij vragen over een
ongeval niet meer doorverwijzen.
Doordat we intern meer kennis kunnen delen, kunnen we ongetwijfeld
op termijn ook nog doeltreffendere
maatregelen nemen. Ook op technologisch vlak kunnen we een stap
vooruit zetten. Een logisch gevolg
daarvan zal zijn dat we de workflows van onze dossiers kunnen optimaliseren en dus sneller een aanvraag op een correcte manier kunnen
afhandelen.”
3
Aan welke verbeteringen
denken jullie dan ?
“Naast de fusie zijn we tegelijk ook
bezig met talloze moderniseringsprojecten”, vervolgt Pascale Lambin.
“Zo zijn we al een paar jaar bezig
met ons “To be” project, waarbij we
onder meer ernaar streven om in een
volledig digitaal platform te kunnen
werken. De archieven kunnen dan
letterlijk naar het archief. Maar het
gaat verder dan dat. Binnen de overheid waren de openbare instellingen
van sociale zekerheid bij de eerste
organisaties om te werken aan uitgebreide procedurebeschrijvingen. Dat
werk heeft bloed, zweet en tranen
gekost, maar vandaag zien we dat
het begint te lonen. Het is het ideale
instrument om verbeteringen op
te sporen en die vervolgens te koppelen aan IT-toepassingen. Het herschrijven van toepassingen in functie
van de ‘core business’ zal dan ook
leiden tot meer mogelijkheden om te
telewerken. Als moderne werkgever
willen we een werkcultuur aanbieden
waarbij het niet meer draait om aanwezigheid tijdens de werkuren, maar
waarbij we evalueren op basis van
prestaties en we tegelijk meer ruimte bieden voor een degelijk evenwicht tussen werk- en privéleven.”
4
Waar kan ik Fedris vinden ?
“Op 1 januari zal ons personeel nog
steeds op de bestaande twee locaties in Brussel werken. Op termijn
willen we graag het volledig personeel naar één locatie verhuizen”,
legt Pierre Pots uit. “Het gebouw aan
het Madouplein leek ons het meest
geschikt. Door één gebouw minder
uit te baten, is er tegelijk geld vrijgekomen om het andere gebouw te
vernieuwen. Over twee jaar zal dat
gebouw volledig gerenoveerd zijn.”
De hoofdzetel van Fedris in Brussel
5
Hoe voelen jullie je nu ?
“Gelukkig, maar moe”, lacht Pascale Lambin. “Op één maand van
de fusie voel je dat de werkdruk
enorm hoog ligt. Tegelijk zijn we
ook erg trots. We maken deel uit
van een uniek en mooi avontuur.
Ik heb de laatste maanden regelmatig
met personeelsleden gesproken die
veel goede ideeën hebben voor de
toekomst. Een veranderingsproces is
een uitdaging, zowel voor het personeel als voor de burger. Twee instellingen met een andere werkcultuur
samenbrengen, betekent ook dat we
nog meer naar elkaar moeten luisteren, maar we mogen ons gelukkig prijzen dat we een gemotiveerd
team hebben. Naast moe, ben ik
dus ook gewoon heel erg gelukkig.”
“Daar kan ik alleen maar Pascale in
bijtreden”, vult Pierre Pots aan. “Bij
Fedris werken, betekent dat je echt
mensen kunt, mag en moet helpen.
Mensen helpen, werkt dan ook motiverend. Binnen onze organisatie is
klantgericht werken geen project,
maar een houding. Dat willen we
graag ook naar buiten toe uitstralen.”