1. Deskundigheid van de leraar moet de hoogste prioriteit krijgen

Download Report

Transcript 1. Deskundigheid van de leraar moet de hoogste prioriteit krijgen

1.
Deskundigheid van de leraar moet de hoogste prioriteit krijgen.
Leraren differentiëren nog onvoldoende. Ib-ers geven aan dat nascholing dringend nodig is. Ongeveer
de helft (vo) tot driekwart (po) van de leraren wil zich laten bijscholen in differentiëren en omgaan met
gedragsproblematiek (ondanks punt 3).
Iets meer dan de helft van de pabo’s geeft in 2016 meer uren/vakken over omgaan met verschillen.
De Onderwijsraad vindt dat alle pabo’s dat moeten doen.
Verder zouden leraren ook geschoold moeten worden in het voeren van gesprekken met ouders over
het ontwikkelingsperspectief.
2.
Een ‘dekkend aanbod in de regio’ komt niet vanzelf.
In tegendeel. Scholen blijken huiverig in zich profileren als een school met goede voorzieningen voor
kinderen met autisme, ADHD, noem maar op. Dit kan ervoor zorgen dat de toegang tot specialistische
ondersteuning en expertise juist afneemt.
3. De bestuurders van svw’s zitten in een belangenconflict.
Svw’s worden doorgaans bestuurd door dezelfde mensen die in die regio schoolbestuurder zijn. Door
deze dubbele rollen hebben zij conflicterende belangen. Terwijl juist de svw’s zo’n dekkend aanbod
moeten regisseren en aanjagen, aldus de Onderwijsraad.
4.
Er vindt nauwelijks vernieuwing plaats.
Ook voor leerlingen die al tijdens de rugzakjes (WSNS) tussen wal en schip vielen, is er nog steeds
nauwelijks onderwijsaanbod. Bijvoorbeeld voor leerlingen met autisme gecombineerd met een hoog
iq. Tussenvormen tussen speciaal en regulier onderwijs, of nieuwe specialistische voorzieningen
worden maar ‘beperkt ontwikkeld’.
5.
Ouders snappen het niet meer.
De raad constateert een dilemma. De veelheid en onduidelijkheid aan mogelijkheden en
onmogelijkheden rond passend onderwijs die ook nog eens per regio verschillen zorgen ervoor dat de
vraag naar extra ondersteuning toeneemt. Ouders denken: ook mijn kind heeft recht op passend
onderwijs. Vervolgens wordt ondersteuning of plaatsing soms geweigerd. Ouders begrijpen niet op
basis waarvan, willen duidelijkheid en een in een reflex neigen sommige swv’s weer naar strakke
(soms de oude) criteria. Maar dat staat de doelstelling van passend onderwijs, dat elk kind als individu
wordt bekeken, weer in de weg.
6. Juridisch ontstaan problemen omdat de Wet Passend Onderwijs niet strookt met twee
verdragen die Nederland heeft getekend en één andere wet.
Die teksten (Salamanca, IVRPH en de WGBH/CZ) gaan verder: veel meer richting inclusief onderwijs.
In de praktijk is het dus moeilijk voor bijvoorbeeld geschillencommissies om goed te toetsen of de wet
wordt nageleefd.