Overeenkomsten nut Inlaudsche Vorsten in den Oost

Download Report

Transcript Overeenkomsten nut Inlaudsche Vorsten in den Oost

[201.
4.]
Overeenkomsten n u t Inlaudsche Vorsten in den Oost-Indischen Archipel.
(201.
4.)
nu.
AKTEN VAN VERBAND EN VAN
BEVESTIGING.
Ik ondergeteekende TONUKOE ADIL , ODder den naam en titel
van SOETAN Bi DAK ALAM SJAH optredende als radja van Bila en
ouderhoorigheden, verklaar plechtig het navolgende:
Artikel zes.
Ik erken, dat het gebied van Bila een gedeelte uitmaakt van
Nederlandsch-Indië en gevolgelyk staat onder de heerschappij
van Nederland; dat ik mitsdien steeds getrouw zal zijn aan
Hare Majesteit de Koningin der Nederlanden en aan Zyne
Excellentie den Gouverneur-Generaal van Nederlandsch-Indië
als Hoogst derzelver vertegenwoordiger, uit wiens handen ik
het bestuur over Bila aanvaard.
(1) Met al myne macht zal ik den zeeroof tegengaan.
(2) Wanneer binnen myn gebied schepen of vaartuigen ir
nood vervallen , zal ik aan de opvarenden, zoo voor hun persoon ,
als voor hunne goederen, alle mogelyke hulp verleenen.
(3) Zoo verlaten schepen of vaartuigen of daarvan afkomstige
goederen binnen myn gebied mochten stranden of komen aandryven, zonder dat de daarop rechthebbenden bekend zyn,
zullen door my of van mynentwege de noodige maatregelen
tegen root of diefstal of bederf worden genomen en kennis
worden gegeven aan den vertegenwoordiger van het Gouvernement, die dan verder zal handelen zooals het behoort.
Artikel twee.
Artikel zeven.
Artikel een.
Ik zal het my toevertrouwde bestuur over Bila
vaardigheid voeren overeenkomstig de wetten en
des lands, en naar mijn beste vermogen trachten
van land en volk te bevorderen door bescherming
nhverheid , landbouw en scheepvaart.
met rechtinstellingen
de welvaart
van handel,
Artikel drie.
Ik zal geen inbreuk maken op de rechten van de onder mijne
bevelen staande of op andere wyze aan Bila verbonden hoofden
en grooten en noch tot hunne verheffing of erkenning, noch
tof nun ontslag overgaan , dan in overeenstemming met den
vertegenwoordiger van het Gouvernement: zullende ik mij, zoo
die overeenstemming niet wordt verkregen, onderwerpen aan
de beslissing van Zyne Excellentie den Gouverneur-Generaal.
Artikel vier.
(1) Ik zal my in geenerlei staatkundige aanraking stellen
met vreemde Mogendheden ; zullende de vijanden van Nederland
ook niyne vyandeu, de vrienden van Nederland ook myne
vrienden zijn.
(2) Ik zal den vrede met mijne naburen, zooveel in myn
vermogen is, bewaren, geene vijandelijkheden plegen of daartoe
uitrustingen maken noch versterkingen opwerpen, dan na verkregen toestemming van het Gouvernement, maar daarentegen
het Gouvernement, waar noodig, op eerste aanvrage met alle
in mijn bereik zynde middelen hulp verleenen.
Artikel vijf.
(1) Zoodra mogelijk zal door mij met de hoofden en grooten
in myn gebied worden beraadslaagd, wie my wegens overlyden
als anderszins zal behooren op te volgen. De keuze van dien
opvolger zal van geenerlei gevolg zyn , zoolang zij niet is bekrachtigd door het Gouvernement, en de alzoo aangewezene zal
niet als radja mogen optreden . dan na aflegging van den eed
van trouw aan Hare Majesteit de Koningin en aan Zyne Excellentie
den Gouverneur-Generaal, zoomede van stipte naleving der
artikelen van deze verklaring.
(2) Bij verschil van gevoelen zal de opvolging geregeld worden
door het Gouvernement, aan welks beslissing een ieder zich
onvoorwaardelijk heeft te onderwerpen.
(3) Voor het geval myn plaats vacant wordt, zonder dat nog
omtrent de opvolging is beslist, neemt de ryksraad tydelyk het
gezag in handen, onder toezicht van den vertegenwoordiger van
het Gouvernement in Bila.
(1) Menschenroof, slavenhandel en in- en uitvoer van slaven
zal ik met al myn macht tegengaan en doen tegengaan.
(2) De slaverny, die in myn ryk niet meer bestaat, zal daar
nimmer meer worden ingevoerd , terwyl ik om te geraken tot
eene trapsgewijze afschaffing van het pandelingschap , de bepalingen, die de opheffing dezer instelling tot doel hebben en
die voorkomen in de voor myn ryk bestaande regelingen betreffende de rechtspraak en het pandelingschap, zal handhaven
of daarin die wijzigingen zal brengen, die het Gouvernement
noodig acht.
Artikel acht.
Het Gouvernement heeft het recht om, waar het zulks noodig
acht, ambtenaren te plaatsen, militaire bezetting te leggen ,
etablissementen of versterkingen op te richten, zullende de
daarvoor benoodigde grond , behoudens schadeloosstelling e. q.
aan andere daarop rechthebbenden, kosteloos door mij worden
afgestaan.
,
Artikel negen.
(1) De vaststelling van bepalingen op de toelating van
Europeanen en van oostersche en westersche vreemdelingen in
Bila blijft geheel aan het Gouvernement voorbehouden.
(2) Daar, waar zulks door het Gouvernement wordt gewenscht,
ben ik bereid den benoodigden grond voor het vestigen van
wy'ken voor vreemde oosterlingen beschikbaar te stellen , zullende
de te dier zake door het Gouvernement uit te vaardigen bepalingen door my worden gesteund en geëerbiedigd.
Artikel tien.
(1) De in-, uit- en doorvoer van vuurwapenen, buskruit
en ammunitie, niet gedekt door eene schriftelijke vergunning
van den resident der Oostkust van Sumatra, zijn in het ryk
van Bila verboden.
(2) De in mijn gebied aangetroffen voorwerpen waarmede
eene overtreding van dit verbod is gepleegd , zullen door my
aan het Gouvernement worden uitgeleverd.
Artikei elf.
(1) De in myn gebied te huis behoorende schepen en vaartuigen zullen op hunne reizen over zee steeds voorzien moeten
zyn van een door my uit te reiken zeebrief of van eenjaarpas,
opgemaakt volgens de betrekkelijke Gouvernements voorschriften ,
[201.
4.]
Overeenkomsten met Jnlandsehe Vorsten in den Oost-Indischen Archipel.
welke stukken echter niet zullen worden uitgereikt dan in overeenstemming met den resident der Oostkust van Suniatra, die
ze daartoe zal mede onderteekenen of doen onderteekenen door
den betrokken plaatselijk besturenden ambtenaar.
(2) Die schepen en vaartuigen zullen de Nederlandsche vlag
voeren.
Artikel twaalf.
(1) Ik erken als rechtstreeksche onderdanen van het Gouveruement en als zoodanig onderworpen aan de rechtspraak der
üouvernements rechtbanken en rechters:
1". alle Europeanen en daarmede gelykgestelden;
2". alle personen in dienst van het Gouvernement, onverchillig van welken landaard;
3°. alle personen, onverschillig van welken landaard, gevestigd binnen de grenzen der Gouvernements-etablissementen;
4°. alle gewezen dienaren van het Gouvernement, niet behoorende tot de inheemsche bevolking der residentie Oostkust
van Sumatra, die na minstens vijfjaren onafgebroken dienst
eervol zyn ontslagen;
5". alle Chineezen en Manillareezen ;
6". alle niet tot de inheemsche bevolking van de residentie
Oostkust van Sumatra hehoorende personen die in dienst zyn
van de hiervoren sub l n . tot en met 5 bedoelde onderdanen
van het Gouvernement.
(2) Aan de rechtspraak der Gouvernementsrechtbanken en
rechters zyn mede onderworpen :
1°. de strafvorderingen tegen mijne onderdanen;
a. wegens misdryven en overtredingen te zamen metGouvernementsonderdanen gepleegd;
b. wegens misdryven tegeD het Gouvernement, zyne ambtenaren, militairen of andere onderdanen , dan wel ten aanzien
van zyne eigendommen of die zijner onderdanen gepleegd;
c. wegens misdryven en overtredingen ten aanzien der aan
het Gouvernement afgestane of eventueel af te stane inkomsten;
cl. wegens overtreding van het in artikel «Tien" bedoeld verbod;
e. wegens misdryven en overtredingen met betrekking tot
telegraaflynen en kabels, hetzij deze liggen binnen mijn gebied
hetzy daar buiten;
2'. de burgerlijke rechtsvorderingen tegen niyne onderdanen;
Artikel veertien.
Ik zal noch in burgerlijke noch ir. sti afzaken rechtspreken ,
dan in tegenwoordigheid van en in overleg met de leden van
den ryksraad en na raadpleging van den Gouvernementsvertegen woordiger.
Artikel vyftien.
(1) Martelende en verminkende straften worden in myn gebied niet meer toegepast. Daar waar de toepassing van een
hadatstraf niet mogelyk of wenschelyk wordt geacht, wordt
zooveel mogelyk eene der straffen opgelegd, die by het Gouvernement in zwang zyn.
(2) Wordt de straf van dwangarbeid of verbanning voor
meer dan een jaar uitgesproken , dan geschiedt de aanwyzing
der strafplaats door het Gouvernement
(3) Geen doodvonnis zal door my worden ten uitvoer gelegd
dan na verkregen toestemming van den resident der Oostkust
van Sumatra. Voor het geval geene overeenstemming kan worden
verkregen , wordt de beslissing ingeroepen van Zijne Excellentie
den Gouverneur-Generaal.
(4) Aan den Gouverneur-Generaal van Nederlandsch-Indiè'
blyft het uitsluitend recht voorbehouden om aan personen , al
dan niet tot myne onderdanen behoorende en die gevaarlijk
worden geacht voor de openbare rust en orde, het verblijf
binnen het ryk van Bila te ontzeggen ot een bepaalde plaats
daarbuiten tot verblijf aan te wyzen.
Artikel zestien.
(1) Aan Europeanen en andere oostersche of westersche
vreemdelingen zullen door my geene gronden worden afgestaan
of verhuurd, dan wel concessiën van land-ofmynbouw worden
verleend, dan met toestemming van 's Gouvernements vertegenwoordiger.
(2) Bij het opmaken van zoodanige overeenkomsten zal steeds
te rade worden gegaan met de rechten van derden en met de
voorschriften, dienaangaande door het Gouvernement in het
algemeen belang vastgesteld.
(3) Het Nederlandsch-Iudisch Gouvernement heeft het recht
mynontginningen binnen het rijk van Bila te bewerkstelligen
en concessiën daartoe te verleenen , zullende elk voorkomend
geval van dien aard het onderwerp van eene byzondere schikking
met my uitmaken.
(4) Het Gouvernement regelt het toezicht in het algemeen
belang op de mynontginring te houden.
Artikel zeventien.
(3) De ambtenaren van het Gouvernement zyn bevoegd tot
opsporing van bovenbedoelde misdrijven en overtredingen en
zullen daarin door my steeds zooveel mogelijk worden bijgestaan.
(4) Mede zal ik nnjn bijstand verleenen voor de ten uitvoerlegging der door de Gouvernementsrechtbanken en rechters over
myne onderdanen uitgesproken vonnissen , zoowel in straf- als
in burgerlyke Esko.i.
(1) De in myn gebied bestaande belastingen en heffingen ,
't zy in geld of in arbeid, zullen door my noch verhoogd noch
verlaagd worden , noch zullen nieuwe worden ingevoerd zonder
vergunning van het Gouvernement.
(2) Het Gouvernement heeft het recht, die inkomsten , voor
zoover dit niet reeds geschied is, geheel, of gedeeltelijk tegen
een nader te bepalen , billyke schadeloosstelling van my over
te nemen en die daarna te wijzigen of af te schaffen , dan wel
nieuwe daarvoor in de plaats te stellen.
(3) Ook heelt het Gouvernement het recht aan Zijne rechtstreeksche onderdanen nieuwe belastingen op te leggen en voorts
om alle zoodanige maatregelen te nemen , als ter verzekering
van de richtige heffing zyner inkomsten noodzakelijk worden geacht, belovende ik daarby alle medewerking te zullen verleenen,
die in myn vermogen is.
,
(4) Alle te dier zake door het Gouvernement uit te vaardigen
verordeningen zyn ook voor mij en myue onderdanen verbindend.
Artikel dertien.
Artikel achttien.
(1) Va mijn kant zal ik naar mijn beste vermogende orde
handhaven onder mijne onderdanen en bescherming verleenen
aan de onderdanen van het Gouvernement, terwyl ik alle misdadigers , die in myn gebied worden aangetroffen , en niet onder
m\jne jurisdictie vallen , zal overleveren aan den Gouvernementsvertegen woordiger.
(21 Ik zal desverlangd en in overleg met den resident der
3o-; kust van Sumatra alle voor de overige ingezetenen van myn
la:nl geldige politioneele verordeningen en keuren ook op myn
e'cene onderdanen van toepassing verklaren en ten aanzien van
dezen handhaven.
Ik verklaar het havenbeheer en de politie in de havens en op
de reeden van myn gebied aan het Nederlamlseh-Indisch Gouvernement te hebben overgedragen en er derhalve in toe te
stemmen:
a. waarin een of meer Gouvernementsonderdanen als medegedaagden betrokken zijn;
b. waarin een of meer Gouvernements'onderdanen, hetzy
alleen, hetzy met onderdanen van my, als eischers optreden;
c. welke verband houden met misdrijven of overtredingen met
betrekking tot telegraaflynen en kabels, hetzü deze liggen
binnen mijn gebied , hetzy daar buiten.
dat door dat Gouvernement in die havens, waar het zulks
noodig acht, havenmeesters worden aangesteld;
dat aan die ambtenaren dezelfde bevoegdheid wordt toegekend
als aan de havenmeesters in het Gouvernements rechtstreeksch
gebied en dat door dat Gouvernement in die havenplaatsen havenen ankeragegelden worden geheven ook van myne onderdanen.
[2©1. 4.]
Overeenkomsten m e t I n l a n d s c h e V o r s t e n i n d e n O o s t - I n d i a c h e n A r c h i p e l .
Artikel negentien.
Ik verbind uiy de vaccine onder
laten en te bevorderen.
Artikel een.
myne onderdanen toe te
Artikel twintig.
Ik zal met de middelen onder mijn bereik of tot mijne b e schikking gesteld of nog te stellen het volksonderwijs in mijn
gebied krachtdadig ondersteunen en bevorderen.
Artikel een en twintig.
Alle door h e t Nederlandsch-Iudisch Gouvernement in omloop
gebrachte muntsoorten zullen ook 'in inyn gebied tegen w e t tigen koers gangbaar zijn.
Artikel twee en twintig.
Ik verklaar mij bereid om te allen tijde met het Gouvernemeut of Deszelfs vertegenwoordiger in overleg te treden omtrent
alle zaken, waarvan nadere regeling noodig of wenschelyk wordt
geacht, in h e t bijzonder wat aangaat de vaststelling van de
grenzen van mijn gebied, zullende i k , wanneer dit niet in o n derling overleg met de aan mijn gebied grenzende landschappen
kan geschieden, mij onvoorwaardelijk onderwerpen aan de beslissing van het Gouvernement.
Ten blijke waarvan deze acte door mij is beëedigd, gezegeld
en onderteekend te Medan op den 14den J a n u a r i negentienhonderd en vier.
Stempel en handteekening van
SoETAN BlDAK A L . \ M SjAH.
In tegenwoordigheid
van mij Resident der Oostkust van
((jet.)
Sumatra,
De radja van Bila en onderhoorigheden wordt in alle zaken
van bestuur en justitie ter zyde gestaan d o o r e e n Ryksraad van
landsgrooten, door hem in overeenstemming met den Gouvernementsvertegenwoordiger ter Oostkust van Sumatra aan t e
stellen.
Artikel twee.
Aan den radja van Bila en Onderhoorigheden en zyne r y k s grooten worden door het Gouvernement toegelegd de schadeloosstellingen wegens derving van vroeger door hen genoten in'
komsten tot de bedragen , vastgesteld by artikel twee van d e
met den afgetreden soetan en Ryksgrooten op 21 November 1875
gesloten overeenkomst, welke werd goedgekeurd by Gouvernementsbesluit van 10 Maart 1876 n". 46.
Artikel drie.
De radja van Bila en Onderhoorigheden blyft in h e t genot
van de niet door het Gouvernement overgenomen inkomsten ,
waarop hy als zoodanig volgens de aloude landsgebruiken a a n spraak kan m a k e n , mits met voorkennis en goedkeuring van
den vertegenwoordiger van het Gouvernement.
Artikel vier.
Voor zoover zyne onderdanen moeten terechtstaan voor G o u vernementsrechtbanken, heeft de radja van Bila en Onderhoorigheden het recht in persoon of by gemachtigde zitting te
nemen in die r e c h t b a n k e n , ten einde in die zaken zyn gevoelen
te doen kennen.
Ten blijke van welke erkenning en bevestiging hem deze a k t e
wordt uitgereikt.
Aldus gedaan te Medan op heden den 14den J a n u a r i 1904.
G. SCHAAP.
De Resident der Oostkust van
(gel.)
AKTE VAN ERKENNING E N BEVESTIGING.
N a d e m a a l SOETAN BIDAE ALAM , radja van Bila en o n d e r h o o r i g -
h e d e n , bij Gouvernementsbesluit van 2 November 1903 n". 1 6 ,
op verzoek eervol van zijne waardigheid is ontheven en op heden
hét bestuur over genoemd landschap heeft nedergelegd.
E n aangezien het wenschelyk wordt geacht diens by Gouvernementsbesluit van 31 Mei 1895 n°. 11 tot zyn opvolger a a n gewezen zoon TONGKOE ADIL tot die waardigheid te verheffen
en deze op heden in h a n d e n van m y , GERARD SCHAAP, resident
der Oostkust van Sumatra , heett afgelegd , beëedigd en bezegeld
de aan deze akte gehechte schriftelijke verbintenis.
Zoo is
h e t dat
genoemde
TOXUKOE ADIL
by
deze door
mij ,
onder nadere goedkeuring van Zyne Excellentie den GouverneurGeneraal van Nederlandsch-Indië, in naam en van wege het
Nederlandsch-Indisch-Gouvernement in zijne waardigheid van
radja van Bila en onderhoorigheden wordt erkend en bevestigd
onder den n a a m en titel van SOETAN BIDAR ALAM SJAH , zullende
hij als zoodanig worden gehandhaafd zoo lang hy trouw blyft
en zyne verbintenis jegens het Gouvernement behoorlijk naleeft
en onder de navolgende voorwaarden:
•
Sumatra,
G. SCHAAP.
Deze akten van verband en van erkenning en bevestiging zyn
goedgekeurd en bekrachtigd op heden den 26sten Augustus 1904.
De Gouverneur-Generaal
van
Nederlandsch-lndië,
(get.) W . ROOSEBOOM.
Ter ordonnantie v a n den Gouverneur-Generaal,
De Algemeen»
Secretaris.
{get.) C. B . NHDERBURGH.
Voor eensluidende afschriften,
De 4sle
Gouvernements-Secretaris,
(get.) PAUL es.
Voor eensluidende afschriften,
De Secretaris-Generaal
bij het Departement van
A . E . ELIAS.
Koloniën,