en groenvoorzieningsbranche

Download Report

Transcript en groenvoorzieningsbranche

Rapport
Maatwerk voor brancheverenigingen
w
VHG 2015
De hoveniers- en groenvoorzieningsbranche
CBS Den Haag
Henri Faasdreef 312
2492 JP Den Haag
Postbus 24500
2490 HA Den Haag
+31 70 337 38 00
www.cbs.nl
projectnummer
kennisgeving
301573
EBD/SDI
20 oktober 2016
De in dit rapport weergegeven opvattingen zijn die van de auteur(s) en komen niet noodzakelijk
overeen met het beleid van het Centraal Bureau voor de Statistiek.
In h o u d s o p g a v e
Samenvatting
4
1.
Inleiding
5
2.
Spreiding SBI terrein
6
2.1
2.2
2.3
2.4
VHG-data
CBS-data
Koppeling data VHG-CBS
Resultaten
6
6
6
7
Omzetdata VHG-leden
9
3.1
3.2
3.3
3.4
3.5
3.6
9
9
10
14
16
17
3.
4.
Statistische data
Methode
Omzetontwikkeling VHG-vakgroepen
Omzetontwikkelingen VHG-leden per provincie
Omzetontwikkelingen 2015 naar bedrijfsgrootte
Omzetniveau VHG
Sociale variabelen VHG
4.1
4.2
4.3
4.4
Statistische data
Methode
Koppeling banen VHG - SSB
Uitkomsten
18
18
18
18
19
Afkortingen
26
Begrippen
27
Bijlagen
29
Maatwerk voor brancheverenigingen 3
Samenvatting
Dit rapport bevat statistische informatie over de leden van VHG, hoveniers-en
groenvoorzieningsbranche. Het is gebaseerd op databestanden van CBS zonder dat hier
aanvullende enquêtering voor nodig is geweest. De uitkomsten over omzet(ontwikkeling),
banen en werknemers van VHG-leden worden weergegeven voor VHG-leden als totaal en voor
4 vakgroepen die gebaseerd zijn op het type lidmaatschap bij VHG.
Hiernaast worden voor de jaren 2011-2015 de omzetontwikkelingen per provincie uitgesplitst
en wordt de omzet over de kwartalen van 2015 weergegeven per (zes) grootteklassen.
Hovenier- en groenvoorzieningsbranche en Standaard Bedrijfsindeling
De hoveniersbranche valt binnen de Standaard Bedrijfsindeling (SBI) onder code 8130
landschapsverzorging/hoveniersbedrijven. In het derde kwartaal van 2016 telt deze categorie
9 660 bedrijven (bron StatLine). In 2016 telt VHG 1 060 leden (bron VHG, peildatum april 2016).
1
Van de VHG-leden is 89 procent getypeerd als landschapsverzorging (SBI 8130) en 1,9 procent
als ingenieursbureau (SBI 7112). De overige leden zijn verdeeld over diverse categorieën.
Omzet VHG-leden
1
De VHG-leden genereerden in 2015 een omzet van ruim 1,1 miljard euro. Hiervan kwam 95
procent op de rekening van de vakgroep Groenvoorzieners inclusief de dak- en gevelbegroeners
en de vakgroep Hoveniers. Beide vakgroepen boekten een omzet van meer dan een half miljard
euro. In Zuid-Holland, Zeeland, Groningen en Friesland gevestigde VHG-leden kenden een
relatief sterke omzetgroei tussen 2010 en 2015, terwijl VHG-leden in Gelderland en Flevoland
het juist minder goed deden. Op uitzondering van VHG-leden met 20-50 medewerkers zagen
alle hoveniers- en groenvoorzieners hun omzet groeien in de eerste helft van 2015.
Kenmerken van banen en werknemers gekoppeld aan de VHG-leden
VHG-leden zijn samen goed voor 21 839 banen waarvan de meeste bij de vakgroep
Groenvoorzieners inclusief de dak- en gevelbegroeners en de vakgroep Hoveniers horen. Bijna
alle banen bij de VHG-leden kennen een vaste arbeidsrelatie. Daarnaast betreft het bij
52 procent een voltijd baan en is ruim de helft van de banen voor minimaal 35 uur per week.
Het bruto maandsalaris ligt tussen de 1 500 en 3 000 euro bij ongeveer de helft van alle banen
bij VHG-leden. 9 op de 10 medewerkers werknemers van VHG-leden is tussen de 20 en 60 jaar
oud en twee op de drie werknemers van alle VHG-leden is een man. Bij 11 procent van de
hoveniersbanen hoort een auto van de zaak. Tenslotte is de meerderheid van de werknemers
(85 procent) van autochtone afkomst.
1
Van de 1060 leden zijn 39 sociale werkvoorzieningen buiten beschouwing gelaten voor dit onderzoek.
Maatwerk voor brancheverenigingen 4
1.
Inl ei di n g
Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) brengt op verzoek van de brancheorganisatie van de
hoveniers- en groenvoorzieningsbranche (VHG) statistische informatie in kaart specifiek over de
leden van VHG. De gegevens die CBS heeft gebruikt voor dit onderzoek waren al beschikbaar. Er
heeft voor dit onderzoek geen aanvullende enquêtering plaatsgevonden.
CBS heeft van VHG een ledenlijst ontvangen waarop onder meer de nummers staan waaronder
de leden staan ingeschreven bij de Kamer van Koophandel (KvK-nummers). Door deze te
koppelen aan de eenheden van CBS zijn kwartaalomzetten uit de omzetstatistieken verzameld
en verwerkt tot uitkomsten. Verder zijn ook gegevens uit het Sociaal Statistisch Bestand (SSB)
verzameld en verwerkt tot publicabele gegevens over de banen en werknemers van de VHGleden.
In hoofdstuk 2 worden de resultaten besproken van de koppeling tussen de eenheden op de
ledenlijst van VHG (KvK-nummers) en de eenheden van CBS (bedrijfseenheden). Deze koppeling
wordt gebruikt bij het verzamelen en verwerken van gegevens uit de omzetstatistieken
(hoofdstuk 3) en het Sociaal Statistisch Bestand (hoofdstuk 4).
Maatwerk voor brancheverenigingen 5
2.
Sp r ei din g SBI te r r ei n
2.1 VHG-data
2
VHG telt 1 060 leden en heeft hiervan een ledenbestand verstrekt inclusief nummers
waaronder zij staan ingeschreven bij de Kamers van Koophandel (KvK-nummers). Ook wordt in
dit bestand per lid aangegeven welk type lidmaatschap het bij VHG heeft.
Er zijn 5 typen lidmaatschap:
 Hoveniers
 Boomspecialisten
 Groenvoorzieners
 Dak- en gevelbegroeners
 Interieurbeplanters
2.2 CBS-data
Bij de productieprocessen vormt de statistische eenheid, de eenheid waarover de statistieken
worden gemaakt, een cruciale rol. CBS gebruikt de eenheid die zich het best laat omschrijven als
een bedrijf (bedrijfseenheid = be). In de regel bestaat een bedrijf uit één of meerdere juridische
eenheden zoals een BV, NV, VOF of een zzp’er. Deze juridische eenheden worden binnen CBS
ook wel CBS-personen genoemd. CBS-personen kunnen gekoppeld kunnen worden aan de VHGeenheden met een KvK-nummer.
2.3 Koppeling data VHG-CBS
In het onderzoek is geprobeerd de 1 060 KvK-nummers van de VHG-lijst te koppelen aan de
KvK-nummers die horen bij de populatie CBS-personen in het Algemeen Bedrijven Register
(ABR) van CBS. Het overgrote deel van de KvK-nummers kon 1 op 1 worden gekoppeld met
CBS-personen.
In het ledenbestand van VHG komen 39 sociale werkvoorzieningen (SW-bedrijven) voor. Het
merendeel van deze SW-bedrijven heeft het type lidmaatschap ‘Groenvoorzieners’. Omdat de
aard en structuur van SW-bedrijven sterk afwijkt van de overige leden/bedrijven, zijn alle SWbedrijven in dit onderzoek en in de resultaten buiten beschouwing gelaten.
De overige leden zijn conform hun type lidmaatschap bij VHG ingedeeld in een vakgroep. Om
onthulling te voorkomen zijn de leden met het type lidmaatschap ‘Dak- en gevelbegroeners’
(8 leden) samengevoegd met de leden met het type lidmaatschap ‘Groenvoorzieners’
(132 leden). In dit onderzoek vormen ze samen de vakgroep ‘VHG-Groenvoorzieners, inclusief
dak- en gevelbegroeners. Dit wordt in grafieken afgekort tot ‘Groenvoorz incl. dak- en
gevelbegr’.
2
Peildatum april 2016
Maatwerk voor brancheverenigingen 6
Tabel 2.3.1
Aantal VHG-leden per vakgroep*
Vakgroep
Aantal leden (exclusief SW-bedrijven)
VHG-Hoveniers
850
VHG-Groenvoorzieners incl. dak- en gevelbegroeners
108
VHG-Boomspecialisten
34
VHG-Interieurbeplanters
23
*Dit betreffen de leden waarvan omzetinformatie beschikbaar was. Van 6 leden is geen omzet
bekend en deze bedrijven zijn daarom als niet actief beschouwd.
2.4 Resultaten
Van de gekoppelde VHG-leden staat 89 procent bij de KvK ingeschreven als hoveniers- of
groenvoorzieningsbedrijf zoals deze door de Standaard Bedrijfsindeling (SBI) afgebakend wordt.
Ingenieurs en overig technisch ontwerp en advies (1,9 procent) vormen de grootste
uitzonderingsgroep waaronder VHG-leden bij de KvK staan ingeschreven.
In de tabel hieronder wordt van een selectie weergegeven in welke SBI de CBS-persoon zit die is
gekoppeld aan het KvK-nummer van het VHG-lid.
Tabel 2.4.1
SBI
Aantal CBS-personen naar SBI
Omschrijving
Aantal
8130 Landschapsverzorging
903
7112 Ingenieurs en overig technisch ontwerp en advies
19
6420 Financiële holdings
12
47762 Tuincentra
9
130 Teelt van sierplanten
8
4622 Groothandel in bloemen en planten
7
4312 Grondverzet
5
161 Dienstverlening voor de akker- en/of tuinbouw
5
42111 Wegenbouw
5
42112 Stratenmaken
3
70221 Organisatieadviesbureaus
3
70102 Holdings (geen financiële)
2
91042 Natuurbehoud
2
7490 Overige specialistische zakelijke dienstverlening
2
86922 Arbobegeleiding en re-integratie
2
210 Bosbouw
2
220 Exploitatie van bossen
2
4618 Handelsbemiddeling gespecialiseerd in overige goederen
Overig
2
24
Bron: CBS en VHG-leden
Maatwerk voor brancheverenigingen 7
Een bedrijf kan uit meerdere CBS-personen bestaan en daardoor een andere SBI-typering
hebben dan die van de onderliggende CBS-personen. Hieronder wordt voor de bedrijven waar
het VHG-lid via de CBS-persoon aan is gekoppeld, de SBI-typering weergegeven.
Tabel 2.4.2
SBI
Aantal bedrijven naar SBI
Omschrijving
Aantal
8130 Landschapsverzorging
886
7112 Ingenieurs en overig technisch ontwerp en advies
25
47762 Tuincentra
11
42111 Wegenbouw
11
130 Teelt van sierplanten
10
4312 Grondverzet
8
4622 Groothandel in bloemen en planten
8
161 Dienstverlening voor de akker- en/of tuinbouw
5
42112 Stratenmaken
4
70221 Organisatieadviesbureaus
3
8121 Interieurreiniging van gebouwen
2
119 Teelt van overige eenjarige gewassen
2
7490 Overige specialistische zakelijke dienstverlening
2
91042 Natuurbehoud
2
4120 Algemene burgerlijke en utiliteitsbouw
2
220 Exploitatie van bossen
2
6420 Financiële holdings
2
4618 Handelsbemiddeling gespecialiseerd in overige goederen
2
Overig
28
Bron: CBS en VHG-leden
Maatwerk voor brancheverenigingen 8
3.
O m z e t d a t a
V H G -l e d e n
3.1 Statistische data
CBS publiceert omzetstatistieken op maand- en kwartaalbasis. De omzetgegevens voor dit
onderzoek zijn uit de zogenoemde DRT-database gehaald. In deze database zijn voor tal van
branches per bedrijf kwartaalomzetten opgenomen. De omzetten van de grootste
bedrijfseenheden zijn verkregen door enquêtering in het kader van de reguliere statistiek. De
omzetten van de overige bedrijven in de populatie zijn gebaseerd op dataleveranties uit de
btw-registratie van de Belastingdienst.
De kwartaalomzetgegevens zijn ongeveer twee maanden na afloop van het verslagkwartaal
beschikbaar. Het zijn netto-omzetten, exclusief btw(zie begrippenlijst).
3.2 Methode
Voor de VHG-leden is het omzetniveau en de omzetontwikkeling bepaald voor het totaal aantal
leden en voor vier VHG-vakgroepen. Hiernaast worden voor de jaren 2011-2015 de
omzetontwikkelingen per provincie uitgesplitst en wordt de omzet over de kwartalen van 2015
weergegeven per (zes) grootteklassen.
Omzetontwikkeling
De omzetontwikkeling van VHG-leden wordt gemeten door gebruik te maken van panels. Een
bedrijf is lid van een panel als deze twee perioden bestaat en er een omzet beschikbaar is,
response of imputatie.
Bij de berekening van de omzetontwikkeling wordt gebruik gemaakt van een jaar-opjaarontwikkeling (JOJ). In de gevallen waarbij het VHG-lid samen met andere CBS-personen deel
uitmaakt van een bedrijf, wordt de omzet van het bedrijf over de CBS-personen verdeeld naar
rato van het aantal werkzame personen (bron: ABR). Er is in deze gevallen een schatting
gemaakt van het omzetaandeel en ontwikkeling van het VHG-lid.
Omzetniveau
Het omzetniveau van VHG als groep wordt per kwartaal of jaar vastgesteld door de omzet per
periode te sommeren over alle leden, ongeacht of deze wel of niet in een panel zit en ongeacht
de SBI-groep waarin ze zitten.
Geheimhouding
Bij de presentatie van omzetgegevens in deze rapportage is rekening gehouden met het
voorkomen van onthulling van gegevens over individuele leden.
Maatwerk voor brancheverenigingen 9
3.3 Omzetontwikkeling VHG-vakgroepen
De figuren 3.3.1 tot en met 3.3.5 tonen de jaar-op-jaar omzetontwikkelingen voor het totaal van
de VHG-leden en de verschillende vakgroepen. In bijlage A staan tabellen (3.3.1 tot en met
3.3.5) met indices en jaar-op-jaarontwikkelingen per kwartaal voor de verschillende
categorieën.
3.3.1 Omzetontwikkeling VHG-leden Totaal
Gemiddeld boekten VHG-leden 1,5 procent omzetgroei in 2015 ten opzichte van 2014.
Vergeleken met 2010 is het omzetniveau van de leden met 5,2 procent gestegen. In de eerste
twee kwartalen en het laatste kwartaal van 2015 werd meer omzet behaald vergeleken met
dezelfde kwartalen een jaar eerder. In het derde viel de omzet van de VHG-leden echter lager
uit (-2,6 procent) dan het voorgaande jaar. In 2015 viel de omzetgroei elk kwartaal lager uit dan
die van de totale hoveniers- en groenvoorzieningsbranche.
Figuur 3.3.1
Omzet VHG-leden totaal
-% ontwikkeling t.o.v. een jaar eerder
30
25
20
15
10
5
0
-5
-10
-15
I
II III IV
2011
I
II III IV
2012
leden VHG
I
II III IV
2013
I
II III IV
2014
I
II III IV
2015
Hoveniersbranche (SBI 813)
Maatwerk voor brancheverenigingen 10
3.3.2 Omzetontwikkeling VHG-Hoveniers
In het tweede kwartaal van 2015 behaalden VHG-Hoveniers een forse omzetgroei van
12,2 procent ten opzichte van dezelfde periode in 2014. Dit was het laatste kwartaal waarin het
tijdelijk verlaagde btw-tarief (6 procent i.p.v. 21 procent) op hovenier-diensten van toepassing
was. In de overige kwartalen van 2015 week de behaalde omzet niet veel af van de omzet in de
corresponderende periode van 2014. De gemiddelde omzetgroei bedroeg 3 procent in 2015. In
2015 lag het omzetniveau 3,2 procent hoger dan in 2010.
Figuur 3.3.2
Omzet VHG-Hoveniers
-% ontwikkeling t.o.v. een jaar eerder
25
20
15
10
5
0
-5
-10
-15
I
II III IV
I
2011
II III IV
I
II III IV
2012
I
II III IV
2013
I
II III IV
2014
2015
3.3.3 Omzetontwikkeling VHG-Groenvoorzieners, inclusief dak- en gevelbegroeners
Alleen in het eerste kwartaal van 2015 boekten VHG-Groenvoorzieners, inclusief dak-en
gevelbegroeners meer omzet dan een jaar eerder. Gemiddeld was de omzet in 2015
vergelijkbaar als in 2014. Het omzetniveau lag in 2015 nog wel 7,9 procent hoger dan in 2010.
Figuur 3.3.3
Omzet VHG-Groenvoorzieners, inclusief dak- en gevelbegroeners
-% ontwikkeling t.o.v. een jaar eerder
15
10
5
0
-5
-10
-15
I
II
III IV
2011
I
II
III IV
2012
I
II
III IV
2013
I
II
III IV
2014
I
II
III IV
2015
Maatwerk voor brancheverenigingen 11
3.3.4 Omzetontwikkeling VHG-Boomspecialisten
De leden die onder de vakgroep Boomspecialisten vallen hebben, op het tweede kwartaal na,
hun omzet zien stijgen ten opzichte van 2014. In het eerste kwartaal werd er maar liefst ruim
17 procent omzetgroei gerealiseerd. Gemiddeld kwam de groei in 2015 uit op 4,5 procent. Ten
opzichte van 2010 ligt het omzet niveau 14,3 procent hoger.
Figuur 3.3.4
Omzet vakgroep Boomspecialisten
-% ontwikkeling t.o.v. een jaar eerder
30
25
20
15
10
5
0
-5
-10
-15
-20
I
II III IV
I
2011
II III IV
I
2012
II III IV
I
2013
II III IV
I
2014
II III IV
2015
3.3.5 Omzetontwikkeling VHG-Interieurbeplanters
In 2015 viel voor de interieurbeplanters ieder kwartaal de omzet iets lager uit ten opzichte van
de omzet in het voorgaande jaar. Gemiddeld nam de omzet daarom met 3,1 procent af in
vergelijking met 2014. Het omzetniveau is mede als gevolg van deze krimp ook gedaald in
vergelijking met 2010. In totaal ligt het omzetniveau 18 procentpunt lager dan dit basisjaar.
Figuur 3.3.5
Omzetontwikkeling VHG-Interieurbeplanters
-% ontwikkeling t.o.v. een jaar eerder
40
30
20
10
0
-10
-20
-30
-40
I
II III IV
2011
I
II III IV
2012
I
II III IV
2013
I
II III IV
2014
I
II III IV
2015
Maatwerk voor brancheverenigingen 12
3.3.6 Omzetontwikkeling VHG-leden - bedrijfstypen
De verschillende VHG-vakgroepen tonen een vergelijkbaar seizoenpatroon. Voor alle vier de
vakgroepen is er een piek in het vierde kwartaal van een jaar, gevolgd door een scherpe daling
in het daaropvolgende kwartaal. Aansluitend is er een opleving van de omzet in het tweede
kwartaal, gevolgd door een lichte daling in kwartaal drie. VHG-Interieurbeplanters zijn echter
vanaf 2013 gaan afwijken van dit patroon. Het nieuwe patroon van de Interieurbeplanters
vertoont een geleidelijke afname van de omzet over de eerste drie kwartalen van een jaar,
gevolgd door een piek in kwartaal vier. De ontwikkeling van de drie andere vakgroepen wijken
van elkaar af in amplitude, waarbij de omzet pieken vanaf 2013 voor VHG-Boomspecialisten en
vanaf 2014 voor VHG-Groenvoorzieners, inclusief dak- en gevelbegroeners aanzienlijk zijn
toegenomen. Het omzetniveau van VHG-Hoveniers is in afgelopen vijf jaar min of meer gelijk
gebleven.
Figuur 3.3.6
Omzetontwikkeling Vakgroepen VHG
index: 2010 = 100
180
160
140
120
100
80
60
40
I
II
III
2011
IV
I
II
III
2012
IV
I
II
III
2013
IV
I
II
III
2014
IV
I
II
III
IV
2015
Vakgroep Boomspecialisten
VHG-Groenvz, incl. dak- en gevelbegr.
Vakgroep Hoveniers
Vakgroep Interieurbeplanters
Maatwerk voor brancheverenigingen 13
3.4 Omzetontwikkelingen VHG-leden per provincie
3.4.1 Omzetontwikkeling 2010-2015
De omzetontwikkelingen van VHG-leden tussen 2010 en 2015 verschillen sterk per provincie. In
Zuid-Holland gevestigde VHG-leden boekten in 2015 samen ruim 23 procent meer omzet dan in
2010. Ook VHG-leden gevestigd in Zeeland, Groningen en Friesland zagen hun omzet flink
toenemen in deze periode. Het omzetniveau van VHG-leden in Gelderland daalde juist relatief
sterk met ruim 14 procent.
Figuur 3.4.1
Omzetontwikkeling VHG-leden per provincie, 2010-2015
Zuid-Holland
Zeeland
Groningen
Friesland
Noord-Holland
Limburg
Drenthe
Overijssel
Noord-Brabant
Utrecht
Flevoland
Gelderland
-20
-15
-10
-5
0
5
10
15
20
25
30
-% ontwikkeling
Maatwerk voor brancheverenigingen 14
3.4.2 Omzetontwikkeling per jaar 2011-2015
VHG-leden in Zuid-Holland boekten in de periode 2011 tot 2015 ieder jaar omzetgroei, op 2013
na. Ook in Groningen steeg de omzet van VHG-leden ieder jaar, op één jaar na. In Zeeland zagen
VHG-leden hun omzet in 2011 en 2015 sterk toenemen. In Friesland laat de omzet van VHGleden een geleidelijke afname zien, met in 2015 de eerste daling in vijf jaar tijd. In Flevoland en
Gelderland gevestigde VHG-leden hebben geen omzetgroei weten te realiseren in de jaren 2011
tot 2015. Zie bijlage A (tabellen 3.4.2.1 en 3.4.2.2) oor alle indices en ontwikkelingen per
provincie.
Figuur 3.4.2
Omzetontwikkeling VHG-leden per provincie
% ontwikkeling t.o.v. een jaar eerder
Zuid-Holland
8,6
3,5
Zeeland
8,2
Groningen
12,2
10,9
9,8
4,2
1,8
-0,3
-3,7
-0,2
4,7
4,6
-1,1
-5,7
2011 2012 2013 2014 2015
2011 2012 2013 2014 2015
2011 2012 2013 2014 2015
Friesland
Noord-Holland
Limburg
8,3
5,7
1,7
7
2,9
6,7
2,1
-1,3
4,6
1,3
-0,9
-1,8
-6,2
-2,7
-3,1
2011 2012 2013 2014 2015
2011 2012 2013 2014 2015
2011 2012 2013 2014 2015
Drenthe
Overijssel
Noord-Brabant
6
0,3
4,3
2,4
3,1
1,5
5,1
2,4
-4,4
-3,2
2011 2012 2013 2014 2015
2011 2012 2013 2014 2015
-2,3 -0,3
-8,3
2011 2012 2013 2014 2015
Utrecht
Flevoland
Gelderland
-2,5
5,2
-4,5
4
-2,5
0
-3
-1,8
-1,6
-1,9
-0,5
-2
-7,7
2011 2012 2013 2014 2015
2011 2012 2013 2014 2015
-5,5
-4,5
-0,3
-4,9
2011 2012 2013 2014 2015
Maatwerk voor brancheverenigingen 15
3.5 Omzetontwikkelingen 2015 naar bedrijfsgrootte
De omzetontwikkeling van VHG-leden was, gesplitst naar bedrijfsgrootte, voor alle groepen3 in
het eerste half jaar van 2015 positief ten opzichte van een jaar eerder. Alleen VHG-leden met
20-50 werkzame personen zagen hun omzet dalen in deze periode. VHG-leden met minder dan
20 werknemers hadden met name een sterk tweede kwartaal, toen er voor hoveniers nog een
verlaagd btw-tarief gold.
In de tweede helft van 2015 werd er geen of marginale omzetgroei geboekt. Zie bijlage A
(tabel 3.5) voor de omzetontwikkelingen per grootteklasse.
Figuur 3.5.1
Omzet VHG-leden per grootteklasse, 2015
% ontwikkeling t.o.v. een jaar eerder
< 3 WP
3 - 4 WP
5 - 9 WP
15,6
12,1
14,3
1,2
-1
0,6
6,1
2,9
-1,5
-3,7
-2,3
-11,4
I
II
III
IV
I
10 - 19 WP
II
III
IV
I
20 - 50 WP
II
III
IV
> 50 WP
12,8
10,8
4,8
2,4
0,6
-1,2
-4,3
0,8
3
-2,8
-3
-10
I
II
III
IV
I
II
III
IV
I
II
III
IV
De omzetontwikkelingen gesplitst naar provincies en grootteklassen zoals ze in paragraaf 3.4 en
3.5 besproken worden, tonen grotere schommelingen dan de reeksen van de VHG-leden als
totaal of per vakgroep. Dit heeft te maken met de soms kleinere aantallen per subgroep. Hierbij
hebben individuele bedrijven meer invloed op de uitkomsten dan bij een groter aantal
bedrijven.
3
ingedeeld naar het aantal werkzame personen (WP)
Maatwerk voor brancheverenigingen 16
3.6 Omzetniveau VHG
De VHG-leden (exclusief sociale werkvoorzieningen) behaalden in 2015 een omzet van
1,1 miljard euro. Het omzetpercentage van de VHG-leden naar vakgroep wordt in tabel 3.6.1
weergegeven.
Tabel 3.6.1
Omzetpercentage VHG-leden naar vakgroep
2015
percentage
VHG-Groenvoorzieners, incl. dak- en gevelbegroeners
47,8
VHG-Hoveniers
47,6
VHG-Interieurbeplanters
2,7
VHG-Boomspecialisten
2,0
Totaal
100
Het omzetniveau van de VHG-leden als groep wordt per kwartaal of jaar vastgesteld door de
omzet te sommeren over alle leden, ongeacht of deze wel of niet in een panel zit en ongeacht
de SBI waarin ze zitten.
Maatwerk voor brancheverenigingen 17
4.
S o ci al e v a ri a b e l e n
V H G
4.1 Statistische data
Het Stelsel van Sociaal-statistische Bestanden (SSB) is een verzameling van verschillende
registers met informatie over personen. Per jaargang worden meer dan 50 registers gebruikt.
Daarnaast is ook informatie opgenomen uit enkele enquêtes. Met gegevens uit het SSB worden
over verschillende onderwerpen statistieken gemaakt en wordt sociaalwetenschappelijk
onderzoek uitgevoerd.
Voor de resultaten in dit hoofdstuk is o.a. gebruik gemaakt van polisbestanden (UWV) en de
Gemeentelijke Basisadministratie (GBA). De statistische data hebben betrekking op peilmoment
30 september 2015.
4.2 Methode
De resultaten in dit hoofdstuk zijn tot stand gekomen door de leden van de VHG te koppelen
aan het SSB. Deze koppeling gebeurt op basis van het bedrijf waartoe het VHG-lid behoort.
Omdat gegevens over banen alleen beschikbaar zijn voor het totale bedrijf, geven we de
resultaten in dit hoofdstuk weer voor twee verschillende groepen (‘Alle banen’ en ‘Alleen banen
waarvan bedrijf 1 op 1 koppelt’). De groep ‘Alle banen’ bestaat uit alle bedrijven die koppelen
met de VHG-ledenlijst. Het gaat hierbij vaak om grotere bedrijven waarvan slechts een
onderdeel lid is van VHG. Daarom tonen we ook de resultaten voor de groep bedrijven die
alleen uit VHG-leden bestaat, de 1 op 1 koppeling.
De uitkomsten van deze twee groepen kunnen beschouwd worden als twee uitersten. Hoe
dichter de uitkomsten van deze twee groepen bij elkaar liggen, hoe groter de betrouwbaarheid.
De resultaten in de tabellen (in dit hoofdstuk en in de bijlagen) zijn voor zowel alle banen
weergegeven als alleen voor de banen van bedrijven die 1-op-1 koppelen. De figuren zijn alleen
gemaakt voor alle banen.
4.3 Koppeling banen VHG - SSB
In totaal zijn 21 839 banen gelinkt aan de bedrijven die zijn gekoppeld aan de VHG-leden, zie
tabel 4.3.1. Hiervan behoort 34 procent tot een bedrijf dat enkel uit VHG-leden bestaat. Van alle
banen creëert de vakgroep Groenvoorzieners, inclusief dak- en gevelbegroeners de meeste
banen (51 procent). Van de bedrijven die 1-op-1 koppelen creëert de vakgroep hoveniers met 63
procent het grootste aandeel banen.
Tabel 4.3.1
Banen bij VHG-leden, 30 september 2015
Alleen banen
Alle banen waarvan bedrijf 1 op
1 koppelt
Totaal
21839
7458
VHG-Groenvoorzieners, incl. dak- en gevelbegroeners
11040
2485
VHG-hoveniers
10302
4723
VHG-interieurbeplanters
295
89
VHG-boomspecialisten
202
161
Vakgroep
Bron: CBS
Maatwerk voor brancheverenigingen 18
4.4 Uitkomsten
De volgende indicatoren komen aan bod: dienstverband, wekelijkse arbeidsduur, arbeidsrelatie,
overwerkuren, bruto maandloon, contractsoort, leeftijd, geslacht, herkomst en auto van de
zaak, CAO en maandloon per CAO.
4.4.1 Dienstverband
Iets meer dan de helft van alle banen bij de VHG-leden betreft een voltijdbaan. Bij VHGinterieurbeplanters en VHG-Groenvoorzieners, inclusief dak- en gevelbegroeners wordt relatief
vaak in voltijd gewerkt. Het aandeel deeltijdbanen is het grootst bij VHG-Hoveniers. Zie tabel
4.4.1 in de bijlagen voor de uitsplitsing naar vakgroepen.
Figuur 4.4.1
Dienstverband van alle banen bij VHG-leden, 30 september 2015
47,9
Voltijd
52,1
Deeltijd
Bron: CBS
Maatwerk voor brancheverenigingen 19
4.4.2 Wekelijkse arbeidsduur
Ruim de helft van de banen is voor minimaal 35 uur per week. Ongeveer een kwart kent een
wekelijkse arbeidsduur van minder dan 25 uur. Zie tabel 4.4.2 in de bijlagen voor de uitsplitsing
van de arbeidsduur naar vakgroepen.
Figuur 4.4.2 Wekelijkse arbeidsduur van alle banen bij VHG-leden, 30 september 2015
7,2
8,1
<12 uur
8,6
12-<20 uur
20-<25 uur
8,0
58,7
25-<30 uur
30-<35 uur
9,4
35 uur en meer
Bron: CBS
4.4.3 Arbeidsrelatie
Nagenoeg alle werkzame personen van de VHG-leden heeft een vaste baansoort. Een kleine
drie procent heeft een flexibele arbeidsrelatie, waar uitzend- en oproepkrachten onder vallen.
Bij de vakgroepen VHG-boomspecialisten en VHG-interieurbeplanters wordt iets vaker gebruik
gemaakt van flexibele arbeidsrelaties. Zie tabel 4.4.3 in de bijlage voor de uitsplitsing van de
baansoorten naar vakgroepen.
Figuur 4.4.3
Baansoort van alle banen bij VHG-leden, 30 september 2015
2,9
Vast (dga, stagiare, wsw
of rest)
Flex (uitzendkracht of
oproepkracht)
97,1
Bron: CBS
Maatwerk voor brancheverenigingen 20
4.4.4 Overwerkuren
Bij 12 procent van alle banen bij VHG-leden is er sprake van overwerk. In de meeste gevallen
beperkt het overwerk zich tot maximaal 16 uur per maand. Het meest wordt er overgewerkt
binnen de vakgroepen VHG-boomspecialisten en VHG-Groenvoorzieners, inclusief dak- en
gevelbegroeners. Zie tabel 4.4.4 in de bijlagen voor een uitsplitsing van de overwerkuren naar
vakgroepen.
Figuur 4.4.4
Aantal overwerkuren per maand alle banen bij VHG-leden, 30 september 2015
64 of meer uur
48 tot 64 uur
32 tot 48 uur
16 tot 32 uur
0,01 tot 16 uur
0
2
4
6
8
10
Percentage (%)
Bron: CBS
4.4.5 Bruto maandloon
Bij ongeveer de helft van alle banen bij VHG-leden wordt bruto tussen de 1 500 en 3 000 euro
per maand verdiend. Bij ongeveer 15 procent van de banen bedraagt het bruto maandloon
minder dan 1 000 euro. Bij de vakgroep VHG-Groenvoorzieners, inclusief dak- en
gevelbegroeners wordt relatief vaker meer dan 3 000 euro bruto per maand verdiend. Voor een
uitsplitsing van de maandlonen naar vakgroepen, zie tabel 4.4.5 in de bijlagen.
Figuur 4.4.5 Maandloon in klassen van alle banen bij VHG-leden, 30 september 2015
>5000
4500 tot 5000
4000 tot 4500
3500 tot 4000
3000 tot 3500
2500 tot 3000
2000 tot 2500
1500 tot 2000
1000 tot 1500
<1000
0
5
10
15
20
25
Percentage (%)
Bron: CBS
Maatwerk voor brancheverenigingen 21
4.4.6 Contractsoort
Bij drie kwart van de banen bij de VHG-leden hoort een contract voor onbepaalde tijd. Bij VHGinterieurbeplanters komen contracten voor onbepaalde tijd het meest voor, bij VHGboomspecialisten het minst. Zie tabel 4.4.6 in de bijlagen voor een uitsplitsing van contractsoort
naar vakgroepen.
Figuur 4.4.6
Contractsoort van alle banen bij VHG-leden, 30 september 2015
1,3
23,3
Onbepaalde tijd
Bepaalde tijd
Niet van toepassing
75,4
Bron: CBS
Maatwerk voor brancheverenigingen 22
4.4.7 Leeftijd en geslacht
Twee op de drie werknemers van alle VHG-leden is een man. Onder de bedrijven die 1-op-1
koppelen is het aantal mannen nog groter: drie op de vierwerknemers. Bij de vakgroep VHGHoveniers is het aandeel vrouwen het grootst en bij VHG-Boomspecialisten het laagst.
9 op de 10 medewerkers werknemers van VHG-leden is tussen de 20 en 60 jaar oud en
daarbinnen is elke leeftijdsgroep ongeveer evenveel vertegenwoordigd. De leeftijdsopbouw van
de mannelijke medewerkers laat hetzelfde beeld zien als die van de vrouwelijke medewerkers.
Zie de tabellen 4.4.7.1 en 4.4.7.2 in bijlage B voor de verdeling man/vrouw en de
leeftijdsopbouw naar geslacht van de verschillende vakgroepen.
Figuur 4.4.7.1
Verdeling man/vrouw medewerkers alle VHG-leden, 30 september 2015
32,5
Mannen
Vrouwen
67,5
Bron: CBS
Figuur 4.4.7.2 Verdeling naar leeftijd en geslacht medewerkers alle VHG-leden, 30 september
2015
>=66
61-65
56-60
51-55
46-50
41-45
Man
36-40
Vrouw
31-35
26-30
21-25
16-20
<16
0
2
4
6
8
10
12
14
Bron: CBS
Maatwerk voor brancheverenigingen 23
4.4.8 Herkomstgroepering
Met 85 procent is de ruime meerderheid van alle werknemers van alle VHG-leden autochtoon.
Van de allochtone medewerkers zijn er iets meer van niet-westerse afkomst dan van westerse
afkomst. Bij de bedrijven die 1 op 1 koppelen is het aantal autochtone medewerkers zelfs 93
procent. Zie tabel 4.4.8 in de bijlage B voor de herkomstgroepering per vakgroepen.
Figuur 4.4.8
Herkomst medewerkers alle VHG-leden, 30 september 2015
0,3
9,1
5,7
Autochtoon
Westerse allochtoon
Niet-westerse allochtoon
Onbekend
84,9
Bron: CBS
4.4.9 Auto van de zaak
Van alle werknemers van het VHG ledenbestand heeft afgerond 11 procent een auto van de
zaak. Dit betreft een auto die ook beschikbaar is voor privégebruik en waarvoor fiscaal belaste
loonbijtelling geldt. Bedrijfsvoertuigen zijn hierbij niet meegenomen, maar aangenomen mag
worden dat een aanzienlijk deel van de werknemers zonder auto van de zaak wel beschikking
heeft over een bedrijfsvoertuig, zoals eenmanszaken. In de bijlage B onder tabel 4.4.9 staat een
uitsplitsing naar vakgroepen voor deze categorie.
Figuur 4.4.9
Auto van de zaak van banen bij alle VHG-leden, 30 september 2015
10,6
Wel auto van de zaak
Geen auto van de zaak
89,4
Bron: CBS
Maatwerk voor brancheverenigingen 24
4.4.10 CAO
De CAO hoveniersbedrijf in Nederland is de meest voorkomende CAO onder de VHG leden, met
name onder de vakgroepen VHG-boomspecialisten en VHG-interieurbeplanters. Onder de
categorie overig komen de CAO’s van bouwnijverheid, schoonmaak- en glazenwassersbedrijf en
gehandicaptenzorg het meest voor. In de bijlage B onder tabel 4.4.10 staat een uitsplitsing naar
vakgroepen voor deze categorie.
Tabel 4.4.10
Cao-code van banen bij VHG-leden, 30 september 2015
Aantal gevonden banen
Alle
banen
Alleen banen waarvan
bedrijf 1 op 1 koppelt
Percentage
Hoveniersbedrijf in Nederland
38
59
Tuincentra
1
0
Landbouwwerktuigen exploiterende ondernemingen
4
6
Open teelten
Overig
1)
Geen reguliere cao van toepassing
1
0
51
32
5
3
1)
Deze categorie omvat 28 cao's.
Bron: CBS
4.4.11 Maandloon per CAO
Het gemiddelde maandloon per medewerker per verschilt behoorlijk per CAO. Bij de CAO
Landbouwwerktuigen exploiterende ondernemingen (4 procent van alle banen) ligt het
maandloon relatief hoog, terwijl bij de CAO Tuincentra een relatief laag maandloon hoort. In de
bijlage B onder tabel 4.4.11 staat een uitsplitsing naar vakgroepen voor deze categorie.
Tabel 4.4.11 Gemiddeld maandloon per cao van banen bij VHG-leden, 30 september 2015
Alle
banen
Alleen banen
waarvan bedrijf 1
op 1 koppelt
Hoveniersbedrijf in Nederland
2242
2173
Tuincentra
1062
1526
Landbouwwerktuigen exploiterende ondernemingen
2802
2812
Open teelten
2027
1739
Geen reguliere cao van toepassing
2994
2267
2339
2264
Totaal
1)
1)
Het gemiddeld loon (incl. alle cao's).
Bron: CBS
Maatwerk voor brancheverenigingen 25
A f k o r tin g e n
ABR
Be
CAT
CBS
DRT-Database
GBA
JOJ
KvK
VHG
SBI
SSB
WSW
Algemeen Bedrijven Register
Bedrijfseenheid
Categorie
Centraal Bureau voor de Statistiek
Directe Raming Totalen (database met onder meer fiscale data)
Gemeentelijke Basisadministratie
Jaar-Op-Jaar
Kamers van Koophandel
Ondernemersorganisatie Koninklijke Horeca Nederland
Standaard Bedrijfsindeling
Sociaal Statistisch Bestand
Wet Sociale Werkvoorziening
Maatwerk voor brancheverenigingen 26
B e g ri p p e n
Aantal banen van medewerkers - Het aantal banen betreft hier aantal banen van een
medewerker van een lid van de branchevereniging bij zowel leden als niet-leden van de
betreffende branchevereniging.
Auto van de zaak - Beschikbaarheid voor privégebruik van een aan een werknemer ter
beschikking gestelde auto, waarbij sprake is van een fiscaal belaste loonbijtelling (inclusief
auto's waarvoor een 0%-bijtelling geldt in verband met een zeer beperkte CO2-uitstoot).
Arbeidsrelatie - Er zijn twee hoofdgroepen te onderscheiden, namelijk reguliere banen en
flexibele banen. Tot de hoofdgroep reguliere banen behoren de banen waarbij in de
arbeidsovereenkomst een vaste arbeidsduur is opgenomen (waaronder directeurgrootaandeelhouder, stagiaires en werknemers op basis van de Wet Sociale Werkvoorziening).
Tot de hoofdgroep flexibele banen behoren de banen van oproep- en uitzendkrachten.
Baan - Overeenkomst waarbij een persoon tegen een financiële vergoeding arbeid verricht voor
een bedrijf of instelling. Dit kan als werknemer of als zelfstandige. Een persoon kan meerdere
banen hebben. Bij werknemersbanen wordt een mondelinge of schriftelijke
arbeidsovereenkomst afgesloten, waarin salaris en andere arbeidsvoorwaarden zijn vastgelegd.
Basisloon - benadering van het contractloon van een werknemer. Het wordt benaderd door uit
te gaan van het fiscale loon en daar diverse componenten van af te halen zoals bijzondere
beloningen.
Bedrijfseenheid - Een bedrijfseenheid kan uit een of meer CBS-personen (juridische eenheden)
bestaan. Een juridische eenheid kan zelf weer uit een of meer vestigingen bestaan. Kenmerkend
is dat er autonomie is over beslissingen met betrekking tot de productie die binnen de
(samengestelde) entiteit die 'bedrijf' wordt genoemd.
CBS-persoon - Een natuurlijke persoon, een rechtspersoon of een samenwerkingsverband
zonder rechtspersoonlijkheid, zoals de maatschap, de vennootschap onder firma (vof) en de
commanditaire vennootschap (cv). Ook wel juridische eenheid genoemd.
Contractsoort - In de polisadministratie wordt per inkomensverhouding geregistreerd of het
arbeidscontract voor bepaalde of onbepaalde tijd geldig is. Deze informatie wordt
overgenomen, tenzij het om een directeur-grootaandeelhouder (DGA) gaat. Bij een DGA geldt
dat het contractsoort niet van toepassing is. Als informatie in de polisadministratie ontbreekt
dan is een arbeidscontract voor onbepaalde tijd geïmputeerd, tenzij het stagiairs of
uitzendkrachten betrof. Bij hen is dan een arbeidscontract voor bepaalde tijd geïmputeerd.
Dienstverband - Dienstverband wordt opgedeeld in twee categorieën: voltijd en deeltijd. Bij
een voltijdbaan is sprake van een vaste arbeidsrelatie en van een volledige dag- en weektaak.
Bij een deeltijdbaan is zowel sprake van een vaste arbeidsrelatie, als van een vast
overeengekomen aantal uren lager dan het aantal uren behorend bij een volledige dag- en
weektaak.
Herkomstgroepering - Kenmerk dat weergeeft met welk land een persoon verbonden is op
basis van het geboorteland van de ouders of van zichzelf. Autochtonen zijn personen van wie de
beide ouders in Nederland zijn geboren, ongeacht het land waar men zelf is geboren.
Allochtonen zijn personen van wie ten minste één ouder in het buitenland is geboren. Een
eerstegeneratieallochtoon heeft als herkomstgroepering het land waar hij of zij zelf is geboren.
Een tweedegeneratieallochtoon heeft als herkomstgroepering het geboorteland van de
moeder, tenzij dat ook Nederland is. In dat geval is de herkomstgroepering bepaald door het
geboorteland van de vader.
Maatwerk voor brancheverenigingen 27
Maandloon - Het bedrag aan basisloon vermenigvuldigd met het aantal
baandagen/kalenderdagen in de betreffende maand. Op deze manier wordt gecorrigeerd voor
banen die niet de gehele maand geldig waren.
Omzet - Omzet exclusief btw. Omzet is inclusief productgebonden belastingen (bijv. accijnzen
e.d.) en na aftrek van kortingen, bonussen, retouremballage en –zendingen. Wel meetellen:
kosten vervoer, verpakkingen, emballage en deelfacturen op onderhanden werk.
Link
Onderzoeksbeschrijving omzetstatistieken CBS
Overwerkuren - Het aantal uren met overwerktoeslag dat extra gewerkt wordt bovenop het
aantal gebruikelijke uren.
Soort baan - Maakt onderscheid tussen verschillende soorten werknemers. Hierbij wordt
onderscheid gemaakt tussen directeur-grootaandeelhouders (dga's), stagiaires, werknemers die
vallen onder de Wet Sociale Werkvoorziening (WSW), uitzendkrachten, oproepkrachten en een
restgroep.
Wekelijkse arbeidsduur - De wekelijkse arbeidsduurklasse wordt bepaald op basis van de
basisuren (aantal verloonde uren minus overwerkuren). Er wordt bij de afleiding rekening
gehouden met een eventuele kortere periode waarop de uren betrekking hebben (80 uur in 2
weken is 40 uur per week).
Werkzame personen - Alle personen die één of meerdere banen hebben als werknemer en/of
zelfstandige bij een in Nederland gevestigde economische eenheid.
Maatwerk voor brancheverenigingen 28
Bijl ag e n
Bijlage A Tabellen indices en joj-omzetontwikkelingen
Tabel 3.3.1
Panel VHG-leden Totaal
Periode
index
JOJ (%)
2011-I
71,9
15,5
2011-II
112,9
2,6
2011-III
97,2
-1,8
2011-IV
135,1
5,0
2012-I
64,0
-11,1
2012-II
109,3
-3,2
2012-III
103,6
6,6
2012-IV
126,6
-6,3
2013-I
62,7
-2,0
2013-II
107,2
-1,9
2013-III
97,4
-6,0
2013-IV
133,3
5,3
2014-I
68,2
8,8
2014-II
107,7
0,5
2014-III
99,6
2,2
2014-IV
2015-I
139,3
70,9
4,5
4,0
2015-II
112,7
4,6
2015-III
97,0
-2,6
2015-IV
Bron: CBS
140,3
0,7
Maatwerk voor brancheverenigingen 29
Tabel 3.3.2
Vakgroep Hoveniers
Periode
index
JOJ (%)
2011-I
71,1
21,8
2011-II
117,6
0,3
2011-III
94,0
-6,0
2011-IV
125,9
1,2
2012-I
64,2
-9,7
2012-II
115,6
-1,7
2012-III
103,1
9,7
2012-IV
116,0
-7,9
2013-I
59,1
-7,9
2013-II
111,7
-3,4
2013-III
94,9
-8,0
2013-IV
122,6
5,7
2014-I
68,7
16,2
2014-II
112,0
0,3
2014-III
96,0
1,2
2014-IV
2015-I
124,2
69,0
1,3
0,5
2015-II
125,7
12,2
2015-III
92,3
-3,9
2015-IV
Bron: CBS
125,9
1,4
Tabel 3.3.3
Periode
Panel Vakgroep Groenvoorzieners, inclusief dak- en gevelbegroeners
index
JOJ (%)
2011-I
72,1
10,1
2011-II
108,7
5,3
2011-III
101,1
2,6
2011-IV
144,6
8,9
2012-I
63,4
-12,1
2012-II
103,3
-5,0
2012-III
104,9
3,8
2012-IV
136,8
-5,4
2013-I
64,3
1,5
2013-II
104,8
1,5
2013-III
101,4
-3,3
2013-IV
144,6
5,7
2014-I
66,7
3,7
2014-II
105,4
0,5
2014-III
104,6
3,1
2014-IV
2015-I
155,3
72,3
7,4
8,4
2015-II
101,4
-3,8
2015-III
102,8
-1,7
2015-IV
Bron: CBS
155,3
0,0
Maatwerk voor brancheverenigingen 30
Tabel 3.3.4
Panel Vakgroep Boomspecialisten
Periode
index
JOJ (%)
2011-I
78,1
-0,1
2011-II
95,0
-3,4
2011-III
78,5
-4,2
2011-IV
139,3
-1,6
2012-I
65,9
-15,6
2012-II
91,7
-3,4
2012-III
86,2
9,8
2012-IV
134,9
-3,2
2013-I
69,2
5,0
2013-II
89,6
-2,3
2013-III
86,2
0,0
2013-IV
170,3
26,3
2014-I
69,6
0,6
2014-II
101,5
13,3
2014-III
103,2
19,7
2014-IV
2015-I
163,3
82,0
-4,1
17,8
2015-II
95,4
-6
2015-III
111,2
7,7
2015-IV
Bron: CBS
168,7
3,3
Tabel 3.3.5
Vakgroep Interieurbeplanters
Periode
index
JOJ (%)
2011-I
81,7
18,9
2011-II
110,3
4,1
2011-III
93,3
-8,1
2011-IV
126,0
1,8
2012-I
72,3
-11,5
2012-II
112,8
2,2
2012-III
96,9
3,8
2012-IV
126,0
0,0
2013-I
94,3
30,5
2013-II
78,1
-30,7
2013-III
74,5
-23,1
2013-IV
96,3
-23,6
2014-I
92,1
-2,4
2014-II
75,0
-4,0
2014-III
69,4
-6,8
2014-IV
2015-I
102,1
88,5
6,1
-3,9
2015-II
72,8
-2,9
2015-III
67,5
-2,8
2015-IV
Bron: CBS
99,4
-2,8
Maatwerk voor brancheverenigingen 31
Tabel 3.4.2.1
Omzetontwikkeling VHG-leden per provincie, indexcijfers (2010=100)
2010
2011
2012
2013
2014
2015
Drenthe
100
100,3
97,8
93,5
99,1
103,4
Flevoland
100
98,2
96,6
94,8
94,3
92,4
Friesland
100
108,3
114,5
116,4
119,8
112,4
Gelderland
100
100,0
94,5
90,2
90,0
85,6
Groningen
100
109,8
103,5
107,9
113,0
118,2
Limburg
100
99,1
96,0
102,5
99,7
104,3
Noord-Brabant
100
105,1
96,4
94,2
93,9
96,1
Noord-Holland
100
107,0
105,6
103,7
105,9
107,3
Overijssel
100
102,4
103,9
100,6
96,1
99,1
Utrecht
100
105,2
97,1
94,7
98,5
95,5
Zeeland
100
110,9
106,8
106,6
105,4
118,3
Zuid-Holland
Bron: CBS
100
103,5
105,4
105,0
114,1
123,4
Tabel 3.4.2.2
Omzetontwikkeling VHG-leden per provincie, JOJ (%)
Provincie
2011
2012
2013
2014
2015
Drenthe
0,3
-2,5
-4,4
6,0
4,3
Flevoland
-1,8
-1,6
-1,9
-0,5
-2,0
Friesland
8,3
5,7
1,7
2,9
-6,2
Gelderland
0
-5,5
-4,5
-0,3
-4,9
Groningen
9,8
-5,7
4,2
4,7
4,6
-0,9
-3,1
6,7
-2,7
4,6
5,1
-8,3
-2,3
-0,3
2,4
Limburg
Noord-Brabant
Noord-Holland
7
-1,3
-1,8
2,1
1,3
Overijssel
2,4
1,5
-3,2
-4,5
3,1
Utrecht
5,2
-7,7
-2,5
4,0
-3,0
Zeeland
10,9
-3,7
-0,2
-1,1
12,2
3,5
1,8
-0,3
8,6
8,2
Zuid-Holland
Tabel 3.5
Periode
Omzetontwikkeling VHG-leden per grootteklasse, JOJ (%)
< 3 WP
3 - 4 WP
5 - 9 WP 10 - 19 WP 20 - 50 WP
> 50 WP
2015-I
-1
1,2
2,9
0,6
-4,3
12,8
2015-II
12,1
15,6
14,3
10,8
-2,8
0,8
2015-III
-11,4
-1,5
-2,3
-1,2
-10,0
3
2015-IV
-3,7
0,6
6,1
2,4
4,8
-3
Maatwerk voor brancheverenigingen 32
Bijlage B Tabellen SSB
Tabel 4.1.1
Dienstverband van banen bij VHG-leden, 30 september 2015
Alle banen
Alleen banen
waarvan bedrijf
1 op 1 koppelt
%
Totaal
Voltijd
52,1
54,7
Deeltijd
47,9
45,3
Vakgroep
VHG-boomspecialisten
VHG-interieurbeplanters
VHG-hoveniers
VHG-groenvoorzieners inclusief
dak- en gevelbegroeners
Voltijd
51,5
59,0
Deeltijd
48,5
41,0
Voltijd
63,7
52,8
Deeltijd
36,3
47,2
Voltijd
44,1
52,5
Deeltijd
55,9
47,5
Voltijd
59,1
58,8
Deeltijd
40,9
41,2
Bron: CBS
Maatwerk voor brancheverenigingen 33
Tabel 4.2.2
Wekelijkse arbeidsduur van banen bij VHG-leden, 30 september 2015
Alleen banen
Alle banen waarvan bedrijf 1
op 1 koppelt
%
Totaal
<12 uur
7,2
5,4
12-<20 uur
8,1
6,3
20-<25 uur
8,6
8,3
25-<30 uur
8,0
6,6
30-<35 uur
9,4
10,8
35 uur en meer
58,7
62,6
Vakgroep
VHG-boomspecialisten
VHG-interieurbeplanters
VHG-hoveniers
VHG-groenvoorzieners inclusief
dak- en gevelbegroeners
<12 uur
6,9
7,5
12-<20 uur
5,4
6,2
20-<25 uur
3,5
3,1
25-<30 uur
6,4
6,2
30-<35 uur
5,4
6,2
35 uur en meer
72,3
70,8
<12 uur
3,7
9,0
12-<20 uur
6,8
12,4
20-<25 uur
9,5
10,1
25-<30 uur
8,5
6,7
30-<35 uur
6,1
9,0
35 uur en meer
65,4
52,8
<12 uur
10,0
6,3
12-<20 uur
10,7
7,5
20-<25 uur
9,5
10,0
25-<30 uur
7,9
7,1
30-<35 uur
9,7
11,9
35 uur en meer
52,1
57,2
<12 uur
4,7
3,4
12-<20 uur
5,7
3,9
20-<25 uur
7,9
5,3
25-<30 uur
8,1
5,8
30-<35 uur
9,3
9,1
35 uur en meer
64,4
72,6
Bron: CBS
Maatwerk voor brancheverenigingen 34
Tabel 4.4.3
Arbeidsrelatie van banen bij VHG-leden, 30 september 2015
Alleen banen
Alle
waarvan bedrijf
banen
1 op 1 koppelt
%
Totaal VHG-leden
Vast (dga, stagiare, wsw of rest)
97,1
97,9
Flex (uitzendkracht of oproepkracht)
2,9
2,1
Vast (dga, stagiare, wsw of rest)
95,0
94,4
Flex (uitzendkracht of oproepkracht)
5,0
5,6
Vast (dga, stagiare, wsw of rest)
96,6
92,1
Flex (uitzendkracht of oproepkracht)
3,4
7,9
Vast (dga, stagiare, wsw of rest)
97,5
97,5
Flex (uitzendkracht of oproepkracht)
2,5
2,5
Vast (dga, stagiare, wsw of rest)
96,7
98,9
Flex (uitzendkracht of oproepkracht)
3,3
1,1
Vakgroep
VHG-boomspecialisten
VHG-interieurbeplanters
VHG-hoveniers
VHG-groenvoorzieners
inclusief dak- en
gevelbegroeners
Bron: CBS
Maatwerk voor brancheverenigingen 35
Tabel 4.4.4
Aantal overwerkuren van banen bij VHG-leden, 30 september 2015
Alle banen
Alleen banen
waarvan bedrijf 1
op 1 koppelt
%
Totaal
0,01 tot 16uur
8,5
5,9
16 tot 32 uur
2,1
1,0
32 tot 48 uur
0,9
0,3
48 tot 64 uur
0,4
0,2
64 of meer uur
0,3
0,2
Geen overwerkuren
87,8
92,4
0,01 tot 16uur
13,4
16,1
16 tot 32 uur
2,5
3,1
32 tot 48 uur
1,5
1,2
48 tot 64 uur
0,0
0,0
64 of meer uur
0,0
0,0
Geen overwerkuren
82,7
79,5
0,01 tot 16uur
2,4
.
16 tot 32 uur
0,7
.
32 tot 48 uur
.
.
Vakgroep
VHG-boomspecialisten
VHG-interieurbeplanters
VHG-hoveniers
VHG-groenvoorzieners inclusief daken gevelbegroeners
48 tot 64 uur
.
.
64 of meer uur
.
.
Geen overwerkuren
96,9
100,0
0,01 tot 16uur
4,8
3,7
16 tot 32 uur
0,6
0,4
32 tot 48 uur
0,2
0,1
48 tot 64 uur
0,1
0,1
64 of meer uur
0,1
0,2
Geen overwerkuren
94,2
95,5
0,01 tot 16uur
12,1
9,8
16 tot 32 uur
3,5
1,9
32 tot 48 uur
1,5
0,6
48 tot 64 uur
0,7
0,4
64 of meer uur
0,6
0,2
Geen overwerkuren
81,6
87,2
Bron: CBS
Maatwerk voor brancheverenigingen 36
Tabel 4.4.5
Maandloon in klassen van banen bij VHG-leden, 30 september 2015
Klasse
Alle
banen
Alleen banen
waarvan
bedrijf 1 op 1
koppelt
Alle
banen
%
Totaal
Vakgroep
VHGboomspecialisten
VHGinterieurbeplanters
VHG-hoveniers
VHGgroenvoorzieners
inclusief dak- en
gevelbegroeners
Alleen banen
waarvan
bedrijf 1 op 1
koppelt
%
0 tot 500
500 tot 1000
1000 tot 1500
1500 tot 2000
2000 tot 2500
2500 tot 3000
3000 tot 3500
3500 tot 4000
7,8
7,6
8,9
13,7
22,3
16,7
8,6
5,5
6,1
5,1
7,8
15,2
29,9
20,6
6,7
3,6
4000 tot 4500
4500 tot 5000
5000 tot 5500
5500 tot 6000
6000 tot 6500
6500 tot 7000
>7000
3,2
2,0
1,2
0,7
0,5
0,3
0,9
2,1
1,0
0,4
0,5
0,2
0,2
0,5
0 tot 500
6,9
7,5
4000 tot 4500
.
.
500 tot 1000
1000 tot 1500
1500 tot 2000
2000 tot 2500
2500 tot 3000
3000 tot 3500
3500 tot 4000
8,4
9,4
19,8
21,8
18,3
5,0
.
9,9
9,3
19,9
20,5
17,4
.
.
4500 tot 5000
5000 tot 5500
5500 tot 6000
6000 tot 6500
6500 tot 7000
>7000
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
0 tot 500
3,4
.
4000 tot 4500
.
.
500 tot 1000
1000 tot 1500
1500 tot 2000
2000 tot 2500
2500 tot 3000
3000 tot 3500
3500 tot 4000
3,7
11,9
9,2
39,3
14,2
7,1
5,1
.
15,7
.
23,6
15,7
.
.
4500 tot 5000
5000 tot 5500
5500 tot 6000
6000 tot 6500
6500 tot 7000
>7000
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
0 tot 500
500 tot 1000
1000 tot 1500
1500 tot 2000
2000 tot 2500
2500 tot 3000
3000 tot 3500
3500 tot 4000
10,1
11,7
12,1
16,0
24,6
15,0
4,8
2,3
7,5
6,1
9,2
17,0
31,5
19,6
4,7
1,9
4000 tot 4500
4500 tot 5000
5000 tot 5500
5500 tot 6000
6000 tot 6500
6500 tot 7000
>7000
1,2
0,7
0,5
0,3
0,2
0,2
0,4
1,1
0,4
0,3
0,3
.
.
0,3
0 tot 500
5,9
3,5
4000 tot 4500
5,1
4,3
500 tot 1000
1000 tot 1500
1500 tot 2000
2000 tot 2500
2500 tot 3000
3000 tot 3500
3500 tot 4000
4,0
5,9
11,6
19,7
18,3
12,2
8,6
2,9
4,7
11,6
27,8
23,0
10,6
6,6
4500 tot 5000
5000 tot 5500
5500 tot 6000
6000 tot 6500
6500 tot 7000
>7000
3,2
1,8
1,2
0,8
0,5
1,3
2,1
0,7
0,9
.
.
0,8
Bron: CBS
Maatwerk voor brancheverenigingen 37
Tabel 4.4.6
Contractsoort van banen bij VHG-leden, 30 september 2015
Alle banen
Alleen banen
waarvan bedrijf 1
op 1 koppelt
%
Totaal
Onbepaalde tijd
75,4
72,4
Bepaalde tijd
23,3
26,7
Niet van toepassing
1,3
0,9
Onbepaalde tijd
68,8
70,8
Bepaalde tijd
26,2
25,5
Niet van toepassing
5,0
3,7
Onbepaalde tijd
86,4
78,7
Bepaalde tijd
10,2
20,2
Niet van toepassing
3,4
1,1
Onbepaalde tijd
72,0
67,6
Bepaalde tijd
26,2
31,5
Niet van toepassing
1,8
0,8
Onbepaalde tijd
78,4
81,4
Bepaalde tijd
21,0
17,7
Niet van toepassing
0,6
0,9
Vakgroep
VHG-boomspecialisten
VHG-interieurbeplanters
VHG-hoveniers
VHG-groenvoorzieners inclusief daken gevelbegroeners
Bron: CBS
Maatwerk voor brancheverenigingen 38
Tabel 4.4.7.1
Verdeling man/vrouw medewerkers VHG-leden, 30 september 2015
Alle banen
Alleen banen
waarvan bedrijf
1 op 1 koppelt
%
Totaal
Mannen
67,5
74,5
Vrouwen
32,5
25,5
Vakgroep
VHG-boomspecialisten
VHG-interieurbeplanters
VHG-hoveniers
VHG-groenvoorzieners inclusief
dak- en gevelbegroeners
Mannen
86,6
87,6
Vrouwen
13,4
12,4
Mannen
73,2
67,4
Vrouwen
26,8
32,6
Mannen
63,3
71,2
Vrouwen
36,7
28,8
Mannen
70,9
80,2
Vrouwen
29,1
19,8
Bron: CBS
Maatwerk voor brancheverenigingen 39
Tabel 4.4.7.2
Verdeling naar leeftijd en geslacht medewerkers VHG-leden, 30 september 2015
Alleen banen waarvan bedrijf 1 op
Alle banen
1 koppelt
Man
Vrouw
Man
Vrouw
<16
16-20
21-25
26-30
31-35
36-40
41-45
46-50
51-55
56-60
61-65
>=66
0,2
5,4
9,3
10,9
11,2
10,8
11,8
12,4
12,6
9,6
5,1
0,6
.
4,8
8,8
10,8
11,0
11,0
12,6
14,1
12,4
10,3
3,9
.
0,3
7,1
11,6
12,2
11,8
10,7
10,9
11,3
10,6
8,4
4,4
0,7
.
3,4
7,8
12,7
13,2
11,2
12,8
12,7
11,6
10,7
3,4
.
<16
16-20
21-25
26-30
31-35
36-40
41-45
46-50
51-55
56-60
61-65
>=66
.
10,3
17,7
14,3
13,1
8,6
9,7
8,6
7,4
6,9
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
11,3
19,9
15,6
13,5
9,2
7,1
7,8
7,1
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
VHG-interieurbeplanters
<16
16-20
21-25
26-30
31-35
36-40
41-45
46-50
51-55
56-60
61-65
>=66
.
.
.
4,6
6,5
10,6
23,6
15,3
16,2
12,0
.
.
.
.
.
.
17,7
21,5
16,5
16,5
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
18,3
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
VHG-hoveniers
<16
16-20
21-25
26-30
31-35
36-40
41-45
46-50
51-55
56-60
61-65
>=66
0,4
7,9
12,7
12,9
12,5
11,8
10,9
10,7
9,5
6,7
3,2
0,7
.
4,3
8,7
11,7
12,4
11,6
13,1
14,2
11,6
8,8
3,2
.
.
8,5
14,0
13,8
12,6
11,9
10,6
10,3
8,5
6,2
2,7
.
.
4,2
9,4
15,3
14,1
11,0
12,0
12,7
10,6
8,2
1,8
.
Totaal
Vakgroep
VHG-boomspecialisten
Maatwerk voor brancheverenigingen 40
VHG-groenvoorzieners
inclusief dak- en
gevelbegroeners
<16
16-20
21-25
26-30
31-35
36-40
41-45
46-50
51-55
56-60
61-65
>=66
.
.
.
.
3,2
6,5
9,4
10,1
10,1
12,3
13,9
15,2
11,9
6,8
.
5,4
9,1
9,8
9,3
9,9
11,9
14,1
13,5
12,2
4,7
.
4,3
7,1
9,4
10,5
8,5
11,6
13,4
14,7
12,4
7,4
.
.
3,0
5,9
10,1
10,8
14,6
13,2
15,0
18,5
7,7
.
Bron: CBS
Maatwerk voor brancheverenigingen 41
Tabel 4.4.8
Herkomst medewerkers VHG-leden, 30 september 2015
Alle
banen
Alleen banen
waarvan bedrijf
1 op 1 koppelt
%
Totaal
Autochtoon
84,9
92,9
Westerse allochtoon
5,7
3,6
Niet-westerse allochtoon
9,1
3,5
Onbekend
0,3
0,1
Autochtoon
95,0
95,7
Westerse allochtoon
.
.
Niet-westerse allochtoon
.
.
Onbekend
.
.
Autochtoon
94,9
95,5
Vakgroep
VHG-boomspecialisten
VHG-interieurbeplanters
VHG-hoveniers
VHG-groenvoorzieners inclusief
dak- en gevelbegroeners
Westerse allochtoon
4,1
.
Niet-westerse allochtoon
.
.
Onbekend
.
.
Autochtoon
78,3
92,6
Westerse allochtoon
7,3
3,7
Niet-westerse allochtoon
13,9
3,7
Onbekend
0,6
0,0
Autochtoon
90,5
93,2
Westerse allochtoon
4,3
3,3
Niet-westerse allochtoon
5,0
3,5
Onbekend
0,1
0,1
Bron: CBS
Maatwerk voor brancheverenigingen 42
Tabel 4.4.9
Auto van de zaak van banen bij VHG-leden, 30 september 2015
Alle banen
Alleen banen
waarvan bedrijf
1 op 1 koppelt
%
Totaal
Wel auto van de zaak
10,6
4,8
Geen auto van de zaak
89,4
95,2
Vakgroep
VHG-boomspecialisten
VHG-interieurbeplanters
VHG-hoveniers
VHG-groenvoorzieners inclusief
dak- en gevelbegroeners
Wel auto van de zaak
8,9
9,9
Geen auto van de zaak
91,1
90,1
Wel auto van de zaak
19,0
.
Geen auto van de zaak
81,0
.
Wel auto van de zaak
4,6
3,6
Geen auto van de zaak
95,4
96,4
Wel auto van de zaak
16,1
6,6
Geen auto van de zaak
83,9
93,4
Bron: CBS
Maatwerk voor brancheverenigingen 43
Tabel 4.4.10
Cao-code van banen bij VHG-leden, 30 september 2015
Totaal
VHGboomspecialisten
Alle banen
Alleen banen
waarvan
bedrijf 1 op 1
koppelt
0243 Hoveniersbedrijf in Nederland
0609 Tuincentra
0725 Landbouwwerktuigen exploiterende ondernemingen
1944 Open teelten
1)
Overig
Geen reguliere cao van toepassing
38
1
4
1
51
5
59
0
6
0
32
3
0243 Hoveniersbedrijf in Nederland
92
96
.
6
.
0243 Hoveniersbedrijf in Nederland
80
47
0609 Tuincentra
0725 Landbouwwerktuigen exploiterende ondernemingen
1944 Open teelten
1)
Overig
Geen reguliere cao van toepassing
.
14
.
.
46
.
0243 Hoveniersbedrijf in Nederland
0609 Tuincentra
0725 Landbouwwerktuigen exploiterende ondernemingen
1944 Open teelten
1)
Overig
Geen reguliere cao van toepassing
49
2
.
.
41
5
64
1
.
.
31
4
0243 Hoveniersbedrijf in Nederland
25
48
0609 Tuincentra
0725 Landbouwwerktuigen exploiterende ondernemingen
1944 Open teelten
1)
Overig
Geen reguliere cao van toepassing
.
7
.
63
5
.
17
.
34
2
0609 Tuincentra
0725 Landbouwwerktuigen exploiterende ondernemingen
1944 Open teelten
1)
Overig
Geen reguliere cao van toepassing
VHGinterieurbeplanters
VHG-hoveniers
VHGgroenvoorzieners
inclusief dak- en
gevelbegroeners
1
Deze categorie omvat 28 cao's.
Bron: CBS
Maatwerk voor brancheverenigingen 44
Tabel 4.4.11
Gemiddeld maandloon per cao van banen bij VHG-leden, 30 september 2015
Totaal
VHGboomspecialisten
VHGinterieurbeplanters
VHG-hoveniers
VHGgroenvoorzieners
inclusief dak- en
gevelbegroeners
Alle
banen
Alleen banen
waarvan
bedrijf 1 op 1
koppelt
0243 Hoveniersbedrijf in Nederland
0609 Tuincentra
0725 Landbouwwerktuigen exploiterende
ondernemingen
1944 Open teelten
Geen reguliere cao van toepassing
1)
Totaal
2242
1062
2173
1526
2802
2812
2027
2994
2339
1739
2267
2264
0243 Hoveniersbedrijf in Nederland
2110
2088
0609 Tuincentra
0725 Landbouwwerktuigen exploiterende
ondernemingen
1944 Open teelten
Geen reguliere cao van toepassing
1)
Totaal
3820
2204
.
2181
0243 Hoveniersbedrijf in Nederland
2231
1749
0609 Tuincentra
0725 Landbouwwerktuigen exploiterende
ondernemingen
1944 Open teelten
Geen reguliere cao van toepassing
1)
Totaal
.
3240
2323
.
.
2120
0243 Hoveniersbedrijf in Nederland
0609 Tuincentra
0725 Landbouwwerktuigen exploiterende
ondernemingen
1944 Open teelten
Geen reguliere cao van toepassing
1)
Totaal
2136
1055
2107
1506
3428
.
1970
2613
1934
1820
1864
2083
0243 Hoveniersbedrijf in Nederland
2446
2369
.
.
2727
2819
3191
3344
2719
3584
2619
0609 Tuincentra
0725 Landbouwwerktuigen exploiterende
ondernemingen
1944 Open teelten
Geen reguliere cao van toepassing
1)
Totaal
1)
Het gemiddeld loon per vakgroep (incl. alle cao's).
Bron: CBS
Maatwerk voor brancheverenigingen 45