Afspelen troefcontract - NBB

Download Report

Transcript Afspelen troefcontract - NBB

Slide 1
BRIDGE
afspelen troefcontract
Slide 2
Kaartverdeling
bij de tegenpartij
Aantal Verdeling
Verdeling
Verdeling
Verdeling
7
4-3
62%
5-2
31%
6-1
7%
7-0
0%
6
4-2
48%
3-3
36%
5-1 15%
6-0
1%
5
3-2
68%
4-1
28%
5-0
4
3-1
50%
2-2
40%
4-0 10%
3
2-1 78%
3-0 22%
2
1-1 52%
2-0 48%
4%
Hoe groot is de kans op een bepaalde verdeling van de kaarten van de tegenstanders in een
kleur.
Bij 6 kaarten is de kans dat ze niet gelijk verdeeld zijn (3-3- zitten) 2 op 3.
Bij 5 kaarten is de kans op een gunstige 3-2 verdeling 2 op 3.
Bij 4 kaarten komt de ongelijke verdeling (niet 2-2) minder vaak voor.
Bij 3 kaarten heeft in 1 op de 5 gevallen een van de tegenstanders een renonce
Als een Oneven aantal ontbreekt:
grootste kans op evenwichtige verdeling (2-1, 3-2, 4-3) .
Als een Even aantal ontbreekt:
minder evenwichtig verdeling waarschijnlijker (3-1, 4-2, 5-3)
Slide 3
Houd de controle




x
HVx
10 9 x
Bxxxxx
N
W O
Z




AHVxx
x
VBxxx
AH
west start met
Waarom ga je troef spelen als leider? Gewoonlijk heb je meer troeven dan de tegenpartij
(anders had je die kleur niet troef gemaakt). Je wilt weliswaar je verliezers aftroeven met je
kleine troefjes, maar je wilt niet dat de tegenpartij jouw winners aftroeft. Vandaar dat je net
zolang troef speelt tot de tegenpartij ze niet meer heeft.
Dit gaat goed als je in beide handen genoeg troeven hebt. Als dat niet zo is, is het wat
ingewikkelder om zowel troeven te trekken als verliezers af te troeven. De volgorde waarin je
een en ander doet wordt dan belangrijk.
Speel de hand in een schoppen- en in een ruitencontract en let op het verschil in de manier
waarop je het moet aanpakken. In beide gevallen wordt gestart met een kleine ♣ en het
zitsel bij de tegenpartij is niet heel extreem:
3♠:
Tel, zoals altijd, eerst je verliezers en winners. Je verwacht te verliezen 1 troefslag, 1 harten-,
en 2 ruitenslagen, ofwel je hoopt te maken 4 troefslagen, 3 slagen in ♦, en 2 in ♣.
Dit gaat prima maar als je verzuimt eerst 3 ronden troef te trekken loop je de kans dat een
tegenstander een ruiten van jou aftroeft, en dat kan de verkeerde tegenstander zijn.
Als de troeven 4-3 verdeeld zijn bij de tegenpartij zal de tegenstander met zijn 4e troef altijd
een slag maken. Of hij daarmee een ruiten aftroeft, doet er niet toe. Zijn partners troeven
zijn allemaal verliezers. Die kan je allemaal weghalen door te beginnen met A H V van troef
te trekken. Daarna ga je ruiten spelen met het volgende over:
Slide 4
Hoe speel je 3?




x
HVx
10 9 x
Bxxxxx
N
W O
Z




AHVxx
x
VBxxx
AH
west start met
3♠:
Tel, zoals altijd, eerst je verliezers en winners. Je verwacht te verliezen 1 troefslag, 1 harten-,
en 2 ruitenslagen, ofwel je hoopt te maken 4 troefslagen, 3 slagen in ♦, en 2 in ♣.
Dit gaat prima maar als je verzuimt eerst 3 ronden troef te trekken loop je de kans dat een
tegenstander een ruiten van jou aftroeft, en dat kan de verkeerde tegenstander zijn.
Als de troeven 4-3 verdeeld zijn bij de tegenpartij zal de tegenstander met zijn 4e troef altijd
een slag maken. Of hij daarmee een ruiten aftroeft, doet er niet toe. Zijn partners troeven
zijn allemaal verliezers. Die kan je allemaal weghalen door te beginnen met A H V van troef
te trekken.
Slide 5
Na 3 keer troef...




HV
10 9 x
Bxxx
N
W O
Z




xx
x
VBxxx
A
Daarna ga je ruiten spelen.
Nu kunnen je tegenstanders slechts 4 slagen maken en haal je je contract..
Slide 6
Hoe speel je 4?




x
HVx
10 9 x
Bxxxxx
N
W O
Z




AHVxx
x
VBxxx
AH
west start met
Als je je verliezers telt kom je weer tot 2 ruiten, 1 harten en 1 schoppen of zelfs twee
mochten die 5-1 zitten. Zelfs als de schoppen zich gedragen is dat één slag meer dan nodig
om je contract te maken. Je kunt natuurlijk je verliezer in schoppen in de dummy aftroeven,
maar dan moet dat wel meteen gebeuren. Probeer je eerst zelfs maar één troef te trekken
dan loop je het risico dat de tegenpartij je troeven wegtrekt en dan blijf je met de
schoppenverliezer zitten.
In 3♠ moet je dus eerst troeftrekken om je contract te halen en in 4♦ juist eerst aftroevers
maken.
Interessant is dat, hoewel je in jouw hand in schoppen en in ruiten dezelfde slagen kunt
maken, je in ruiten een winner meer hebt dan in schoppen, Dat komt door de kleine troefjes
in de dummy. Zolang als de tegenpartij niet 3 keer troef speelt zijn die kleine ruitjes evenveel
waard om slagen te maken als azen.
Moraal: Trek troeven als je bang bent dat de tegenpartij jouw hoge kaarten aftroeft; trek niet
voortijdig troef als je je verliezers in de dummy af wilt troeven.
Slide 7
Let op je tempo




xxx
xx
xxxx
AHxx
N
W O
Z




H V B 10 9
HVx
Ax
xxx
contract is 3
west start met x
Je speelt 3♠ en er wordt gestart met een kleine klaveren. Wat speel je in slag twee? Veel
spelers zullen de verleiding niet kunnen weerstaan om eerst een rondje troef te spelen. En
dat kan net een rondje teveel zijn. Een goede verdediger neemt die troef, en speelt daarna
troef terug. Aan slag met hartenaas speelt hij een derde ronde troef en weg is de
mogelijkheid om je hartenverliezer af te troeven.
Om zijn contract te maken moet de leider in de tweede slag harten spelen. Zelfs als de
hartenaas verkeerd zit maakt hij zijn contract nog door de derde harten af te troeven. Door
eerst een rondje troef te spelen verliest hij een tempo en dat kan fataal zijn.
Slide 8
Let op je tempo




xxx
xx
Axx
xxxxx
N
W O
Z




A H V B 10
HVB
Hxx
AH
contract is 6
west start met x
Weer wordt met klaveren gestart nu tegen een contract van 6♠. Je maakt je contract als je
een ruiten kunt weggooien op de derde harten en daarna een ruiten op tafel kunt troeven. Je
mag nu eerst wel één keer troef spelen, maar niet twee keer voordat je deze manoeuvre
uithaalt.
In deze hand is er niet direct een kaart die je kunt aftroeven in de dummy. Die ontstaat pas
door de hartenaas eruit te jagen en dan een ruiten in de dummy af te gooien op de derde
harten. Maar dat is alleen effectief als er dan nog een troef in de dummy ligt.
Slide 9
CrossRuff








V 10 7 6
x
Ax x
xxxxx
xxx
N
V B 10 x x x W O
Bx
Z
Bx




 x
H
 V 10 x x x
 AHVxxx
AHB98
Axxxx
Hxx
-
contract is 
west start met V
Er wordt gestart met hartenvrouw tegen een schoppencontract van Zuid. Vier schoppen
maken is gemakkelijk, maar probeer eens zoveel mogelijk slagen te maken.
In een volledige cross-ruff kun je 12 slagen maken: hartenaas, ruitenaas en -heer en negen
schoppenslagen. Hoe speel je dit af? Essentieel is hier: op welk moment cash je A H. Als je
eerst de harten op tafel en de klaveren in je hand aftroeft eindig je in dit eindspel:
Slide 10
Cash eerst je winners








Ax x
xx
xxx
B
B
-
N
W O
Z




 x
  V 10 x
 AH
AH
Hxx
-
Essentieel is hier: op welk moment cash je A H. Als je eerst de harten op tafel en de klaveren
in je hand aftroeft eindig je in dit eindspel:
Nu is het hopeloos: West heeft een troef meer dan jij en hij troeft de tweede ruiten af en
speelt dan harten na.
Wat er mis ging is dat je verzuimde de ruiten te trekken voordat je in de cross-ruff ging.
Het credo is dus: Cash eerst je winners in de zijkleuren, voordat je aan een cross-ruff begint.
Slide 11
CrossRuff








A 10
AH V xx
xx
AH x x
Bxxx
xxx
Bxx
VBx
N
W O
Z




xxxxx
Bxx
xxx
xx
HV
xx
AHVxx
xxxx
contract is 6
west start met V
Een cross-ruff is een machtig wapen in een troefcontract. Het meest extreme voorbeeld
hiervan is het volgende:
Je zit door een biedmisverstand in 6♠ en er wordt gestart met klaverenvrouw. Je kunt je
contract nu maken door eerst al je winners op te rapen: 3 harten, 3 ruiten en twee klaveren
en vervolgens in de cross-ruff vier schoppenslagen.
Slide 12
Dummy Reversal




Axxxx
VB9
Ax
AVx
N
W O
Z




x
A H 10 x x
xxx
HBxx
contract is 7
west start met 
Gewoonlijk heeft de leider de meeste troeven. De natuurlijke speelwijze is dan de troeven te
trekken met de kaarten van de leider en aftroevers te maken in de dummy. Maar soms is het
noodzakelijk om een onnatuurlijke speelwijze te volgen, de dummy reversal. In dat geval
troef je de verliezers in je hand en trek je uiteindelijk de troeven met de kaarten in de
dummy.
Je zit in 7♥. Er wordt gestart met schoppen en je hoeft alleen nog maar 13 slagen te maken:
Je ziet van start af 11 winners: 1 schoppen, 5 harten, 1 ruiten en 4 klaveren. Dat is niet
genoeg. Als je de mooie harten in je hand gebruikt om troeven te trekken lukt het niet.
Maar bekijk het spel nu eens van de noordhand. Als je met de V B 9 de troeven kunt trekken
en met de mooie harten in je hand 4 schoppenaftroevers kunt maken lukt het wel:
Speel het spel dus als volgt af: Pak de eerste slag met schoppenaas, troef een schoppen af;
speel een klaveren naar de vrouw; troef nog een schoppen; speel een klaveren naar de aas;
troef een derde schoppen; speel een ruiten naar de aas en troef de laatste schoppen.
Slide 13
Dummy Reversal




VB9
x
x
N
W O
Z




x (!)
xx
HB
En nu is het gemakkelijk als je er tenminste aan gedacht hebt de harten in je hand te
deblokkeren. Je kunt nu oversteken met je kleine harten, de troeven trekken en tenslotte
met  H B de laatste twee slagen halen.
Let op het deblokkeren: de laatste schoppen moeten worden getroefd met de A en de H en
voor alle zekerheid de twee na laatste met de 10, omdat je anders geen kleine troef
overhoudt om naar de tafel over te steken om troef te trekken.
Om een dummy reversal te laten slagen is er een aaantal zaken nodig:
Er moeten genoeg entrees in de dummy liggen om alle verliezers die in de gesloten hand
afgetroefd moeten worden te kunnen bereiken.
Er moet nog een entree over zijn in de dummy om de uitstaande troeven te kunnen trekken.
De troeven in de dummy moeten voldoende hoog zijn om dat te kunnen doen.
Slide 14
Dummy Reversal




xx
ABxx
AHxx
Vxx
N
W O
Z




AHxxx
x
xxx
xxxx
contract is 2
west start met 2
Een groot slam dat je alleen kunt halen door een dummy reversal overkomt je niet elke dag.
Maar het principe van de dummy reversal komt vaak voor, ook in andere contracten.
Je speelt als West 2♠ en er wordt gestart met hartentwee. Wat is je beste kans op 8 slagen?
De troeven leveren 4 slagen op als ze 3-3 zitten bij de tegenpartij en maar drie slagen als ze,
wat waarschijnlijker is, 4-2 zitten. Tel daarbij op hartenaas en ruitenaas, -heer en je komt tot
7 of 6 slagen ofwel 1 of 2 slagen tekort voor je contact.
Pas nu de dummy-reversal techniek toe. Gebruik de 3 entrees op tafel om 3 harten in je hand
te troeven met je kleine troefjes. Dat lukt als de harten 4-4 zitten bij de tegenpartij. En
daarna maak je slag 7 en 8 met troefaas en –heer.
In dit geval trek je uiteindelijk niet de troeven van de tegenpartij met troeven in de dummy,
maar het basis-idee is hetzelfde: aftroeven van verliezers met de hand van de leider kan
meer slagen opleveren dan gewoon maar troeftrekken.
Slide 15
Troef je of troef je niet?




Bxx
xxx
AH
xxxxx
N
W O
Z




A H V 10
xx
xxxxxx
A
contract is 4
OW beginnen met AHV
Je zit in 4♠ en er wordt gestart met harten A, H en V. De troeven zitten waarschijnlijk 4‑2.
Daarom mag je de 3e harten niet aftroeven. Daarna heeft immers één van de tegenstanders
een troef meer dan jij en kun je het contract niet meer maken. Gooi daarom een van je
ruitjes weg. Pak de volgende slag, wat er ook gespeeld wordt en speel ruiten A en H, troef
daarna een ruiten met schoppenboer en ga terug naar je hand om de troeven te trekken. Als
de troeven en de ruiten redelijk verdeeld zijn, resp. niet slechter dan 4-2 en 3-2, maak je je
contract.
Natuurlijk had je 5♠ kunnen maken als de troeven 3-3 zitten, maar je zit niet in 5♠. Speel
daarom op safe en gooi op de hartenvrouw een ruiten weg dan ben je redelijkerwijs bestand
tegen het waarschijnlijke 4-2 zitsel in troef.
De vraag is: wanneer moet de leider weigeren om door af te troeven geforceerd te worden.
Antwoord: waneer hij het zich kan veroorloven om die slag te verliezen, maar vreest om de
controle in troef te verliezen door dat te doen.
Slide 16
Samenvatting
Trek de troeven als je er bang voor bent dat de tegenstanders
je winners in de zijkleuren kunnen aftroeven.
Trek niet voortijdig troef, als je van plan bent één of meerdere
verliezers in de dummy te troeven.
Het is niet altijd nodig om alle troeven te trekken. Je kan best
de hoogste troef bij de tegenpartij laten zitten – een troef die in
elk geval een slag wordt. Je moet dan wel hun verliezende
troefjes trekken die ze anders zouden kunnen gebruiken om
jouw winners in de zijkleuren af te troeven.
Slide 17
Samenvatting
Als de leider en de dummy dezelfde lengte hebben in een
zijkleur, kunnen er niet direct slagen gemaakt worden door in
die kleur iets af te troeven. Het kan mogelijk zijn om de lengtes
verschillend te maken door een verliezer in de ene hand weg te
gooien op een winner in een andere kleur in de andere hand.
Incasseer je winners in je zijkleuren voordat je aan een crossruff begint. Anders worden ze mogelijk afgetroefd door de
tegenpartij in het eindspel.
In een dummy reversal troeft de leider de verliezers van de
dummy in zijn eigen hand en gebruikt de troeven in de dummy
om troef te trekken. Dit lukt alleen als er genoeg entrees zijn en
de troeven in de dummy hoog genoeg zijn.
Slide 18
Samenvatting
Een dummy reversal kan partiëel zijn. De troeven van de
leider worden gebruikt om verliezers af te troeven, maar de
troeven in de dummy zijn niet hoog genoeg om de resterende
troeven te trekken. Deze techniek wordt gebruikt als de troeven
van de leider meer slagen opleveren door af te troeven, dan
door troeven te trekken. Komt nogal eens voor in deelscorecontracten.
Voorkom dat je geforceerd wordt om winners van de
tegenpartij te troeven als je het je kunt veroorloven om een slag
of slagen te verliezen, maar als je je het niet kunt veroorloven
om troefkort te worden. Hierdoor behoud je de controle in troef.
Slide 19
Oefening 1




Axxx
HVxx
AVx
xx
N
W O
Z




xxxx
x
Hxxx
Axxx
Contract is 3. Start is 10 door N.
Waar neem je de 1e slag?
Wat speel je daarna?
In de dummy. Daarna speel je harten naar de H.
Je mag geen troef trekken voordat je de harten hebt vrijgemaakt om te troeven in de
dummy.
Slide 20
Oefening 2




AHVxx
Axx
Hxx
xx
N
W O
Z




Bxx
Hxx
AVxx
xxx
Contract is 4. Start is B door Noord. Zuid neemt
over met de H en speelt daarna A en V .
Welke kaart speel je in slag 3?
Een kleine harten. Harten is sowieso een verliezer. Je mag niet hoog voortroeven voor het
geval dat de troeven 4-1 zitten en een kleine troef wordt mogelijk overgetroefd.
Slide 21
Oefening 3




H B 10 9 7
Axxxx
Vxx
N
W O
Z




Bxxx
AV82
x
Ax x x
Noord start met troef tegen 4 harten.
Wat zijn je eerste 3 slagen?
Neem slag 1 in je hand. Moet een cross-ruff worden. Hierna dus ruitenaas en klaverenaas en
vervolgens toref je drie schoppen in de hand en drie ruiten op tafel.
Als je de eerste slag in de hand neemt heb je aleen nog hoge troeven. De klaverenaas moet
worden geïncasserd om te verhinderen dat de tegenstanders teveel klaveren gaan
weggooien op de ruiten in schoppen.
Slide 22
Oefening 4




xx
Axx
HVBxx
HBx
N
W O
Z




Axx
xx
10 x x
AV xx x
Noord start met klaveren 2 tegen 5 ruiten.
Wat speel je in slag 2?
Troef. Het contract is veilig als er maar geen klaveren wordt afgetroefd. De verliezers in
harten kunnen worden opgeruimd op de hoge klaveren.
Slide 23
Oefening 5




AHV8
H
xxxx
xxxx
N
W O
Z




B 10 9
Axxxxx
Axx
A
Noord start met hartenvrouw tegen 4door W.
1. Welke 10 slagen hoop je te maken als er geen
renonces zijn bij de tegenpartij?
2. Welke 10 slagen hoop je te maken bij een
troefstart?
1. Hartenheer, klaveren- en ruitenaas en 7 schoppenslagen in een cross-ruff.
2. Hartenaas en –heer, klaveren- en ruitenaas en 6 troeven in de cross-ruff.
Slide 24
Oefening 6




Vx
xx
Axxxx
AVxx
N
W O
Z




10 x x
B 10 x x
Hxx
Hxx
Noord start met troefboer tegen 2 door W.
Welke kaarten speel je in de eerste twee slagen en
welke in de volgende drie slagen?
A H van troef en vervolgens de 3 hoogste klaveren. Als de klaveren 4-2 zitten of slechter kun
je de vierde klaveren troeven. Je laat een troef bij de tegenpartij zitten. Het deert je niet als
daarmee een hoge klaveren wordt afgetroefd want dan kun je de 4e klaveren zeker troeven.
Slide 25
Oefening 7




x
ABxxxx
xxx
ABx
N
W O
Z




Axxx
xx
AHx
xxxx
Noord start met schoppen 2 tegen 2 door W.
1. Welke kaart speel je in slag 2 vanuit de dummy?
2. Welke 8 slagen hoop je te maken?
1. Een schoppen
2. De 4 azen, ruitenheer en 3 troeven.