Transcript H3 - Antwoorden - Hoofdstuk 3

4 Grenzen aan de draagkracht
1
a 1 steenkoolequivalent, 2 virtueel water, 3 bezielde energie, 4 afwenteling, 5 recyclen,
6 ecologische voetafdruk
b D
c De behoefte aan voedsel, water en energie
d Duurzame ontwikkeling
2
a Bijvoorbeeld: een minder welvarend leven, dus minder spullen en minder reizen.
b De groeiende bevolking van die landen en de toenemende welvaart (denk aan China en India).
c Bijvoorbeeld: meer landbouwgrond ontginnen, intensievere productiemethoden in de landbouw,
meer recyclen, meer waterwinning, nieuwe supergewassen
3
a Noord-Afrika en West-Azië
b Dit gebied is economisch niet gegroeid, er wonen nog steeds veel arme mensen die geen toegang
hebben tot voedsel, bijvoorbeeld door oorlogen.
c Hoe kleiner de ecologische voetafdruk van een regio, hoe meer ondervoede mensen er naar
verhouding wonen.
d Arme mensen hebben eerder geen toegang tot voedsel en leven op een manier waarvoor minder
ruimte voor ingezet moet worden.
4
a De hoeveelheid water die je gebruikt of vervuilt voor het produceren van je goederen en diensten.
b De centrumlanden kennen in het algemeen een grotere watervoetafdruk dan de meeste
semiperifere en perifere landen.
c Bijvoorbeeld: Nee, door de inzet van waterbesparende technieken zal de watervoetafdruk van de
meeste centrumlanden kleiner geworden zijn. Of: Nee, de semiperifere landen zullen door de
toenemende welvaart waarschijnlijk een grotere watervoetafdruk kennen.
d Naarmate de gemiddelde watervoetafdruk toeneemt, komt de draagkracht van de aarde wat zoet
water betreft verder onder druk te staan.
5
a
b
c
d
e
f
Jongens in Botswana luisteren naar een radio die op zonne-energie werkt.
Rest wereld
Duurzame energie
Weinig, want je teert niet in op de voorraden van de aarde.
A en B
Eigen antwoord
© NOORDHOFF UITGEVERS 2015
ANTWOORDEN 3 HAVO OPDRACHTENBOEK – 3 DRAAGKRACHT
!1