De toekomst, we zijn er niet klaar voor.

Download Report

Transcript De toekomst, we zijn er niet klaar voor.

Trending Topic
4 december 2015
De toekomst,
we zijn er
niet klaar
voor.
Door Halle
van
Veldhuizen
Introductie
Exponentiële
groei
Enig besef van de hoogte van de snelheid van technologisch ontwikkelingen die
we doormaken in onze tijd lijkt vaak afwezig. De afgelopen 20 jaar zijn er veel
nieuwe snufjes bij gekomen, echter de snelheid van deze ontwikkelingen en het
verschil van deze ontwikkelingen met die van in het verleden worden onderschat.
Aan de hand van het volgende voorbeeld zal ik een beeld van deze ontwikkelingen schetsen.
Stel je hebt beschikking over een tijdmachine en je reist terug in de tijd naar
het jaar 1750; een tijd waarin elektriciteit nog niet bestond en alles werd aangedreven door paarden. Het op afstand communiceren gebeurde middels schreeuwen of het afschieten van een kanon. Wat zou er nou gebeuren als je iemand
uit deze periode naar het jaar 2015 zou brengen en hem deze wereld zou laten
zien? Het is voor ons onmogelijk om voor te stellen wat dat met hem zou doen.
Hoe zou hij reageren op flitsende paardloze koetsen op de snelweg, gesprekken
met mensen die eerder die dag nog aan de andere kant van de wereld waren of
sportwedstrijden die bekeken kunnen worden terwijl ze 1000 km verder worden
gespeeld. Wat zal er in hem omgaan wanneer we hem laten spelen met de pocket
versie van tovenarij waarmee hij beelden kan vastleggen van het echte leven of
een stukje muziek kan opnemen, wanneer een bovennatuurlijke blauwe punt op
mijn scherm aangeeft waar hij zich op de kaart bevindt, of wanneer hij een persoon uit een compleet ander land kan zien en er een gesprek mee kan voeren.
Kortom, een wereld vol met ondenkbare tovenarij/ontwikkelingen. Dit zijn slechts
voorbeelden van, voor ons, kleine dingen. Laat staan dat we hem proberen uit
te leggen dat we naar de maan, mars en verder kunnen reizen met een ruimteschip, wat ‘het internet’ is, wat nucleaire wapens zijn of wat de algemene relativiteitstheorie inhoudt. Deze ervaring zou een enorme schok opleveren voor deze
persoon uit het jaar 1750.
Om het verhaal nog wat interessanter te maken, gaat de lijn nog wat verder. Wanneer deze persoon terug zou gaan naar zijn eigen tijd en iemand anders hetzelfde
zou willen laten meemaken, dan zou hij de tijdmachine wederom kunnen instellen
op zo’n 250 jaar terug in de tijd; het jaar 1500. Neemt hij deze persoon uit 1500
mee naar het jaar 1750, dan zou de man uit 1500 uiteraard verbaasd zijn over de
ontwikkelingen en ontdekkingen. De schok zal echter een stuk minder groot zijn
voor deze man dan voor de man die van 1750 die een kijkje nam in het jaar 2015.
Alhoewel beide timetravellers een compleet andere wereld zullen aantreffen,
zullen er meer overeenkomsten zijn tussen de verschillende werelden voor de
tweede man dan voor de eerste.
Het klopt dat de wereld voor de man uit vijftienhonderd er anders uit ziet, maar
het alledaagse leven, de manier van transporteren, communiceren enz. zal in de
basis bijna niet veranderd zijn.
Als de man uit 1750 even veel plezier wil hebben met zijn tijdreiziger als wij, dan
zou hij veel verder terug in de tijd moeten gaan. We hebben het dan bijvoorbeeld
over 12.000 Voor Christus; de tijd voordat er überhaupt sprake was van een beschaving, waar mensen uit het jager- en verzameltijdperk nog min of meer een
diersoort waren.
Als zij opeens zouden zien waar de mens toe in staat was; het bouwen van steden,
schepen die de oceaan over kunnen of het fenomeen ‘binnen’ ervaren door in een
huis te wonen. Een jager zou dit waarschijnlijk net zo’n grote schok vinden als de
reiziger uit 1750 die een kijkje neemt in het jaar 2015.
Mocht de jager hetzelfde effect willen overbrengen op wederom een persoon
die ver voor zijn tijd leefde, dan zou hij weer veel verder terug in te tijd moeten
reizen om ook maar iets van een verandering te kunnen laten zien.
Dit patroon wat hierboven beschreven staat is wat Ray Kurzweil – schrijver, zakenman en uitvinder – uitdrukt als ‘human history’s Law of Accelerating Returns’.
(Kurzweil, 2006)
Ray kurzweil
Ray Kurzweil is een
vooraanstaand
futuroloog, denker en uitvinder. Met een track record van meer dan 30
jaar aan nauwkeurige
voorspellingen van de
toekomst.
De Wall Street Journal
noemt hem ook wel ‘the
restless genius’, volgens
Forbes magazine is hij
‘the ultimate thinking
machine’ en
doorInc.
Magazine is hij uitgeroepen tot een van de
beste entrepreneurs aller
tijde en omschrijft hem
als ‘the rightful heir to
Thomas Edison’. Deze lijst gaat maar door en
door met uitvindingen
en beloningen voor zijn
werk. Momenteel werkt
hij als directeur van de
engineering afdeling bij
Google; een man van
formaat dus.
A radical and optimistic view of the
future course of human development
by “the best person I know at predicting the future of artificial intelligence” -Bill Gates
Kurzweil’s Law is te verklaren doordat verder ontwikkelde beschavingen sneller
vooruitgaan dan minder ontwikkelde beschavingen – omdat ze beter ontwikkeld
zijn. Als je al verder in je (technologische) ontwikkelingen bent dan kan je nieuwere dingen ontdekken, die het mogelijk maken om sneller vooruitgang te boeken.
Het verschil in ontwikkelingssnelheid is dus de kern van Kurzweil Law of Accelerating Returns. De gemiddelde snelheid van vooruitgang tussen 1985 en 2015
was dus sneller dan die van 1955 – 1985, omdat de eerste genoemde periode een
meer ontwikkelde periode was. Op basis hiervan kunnen we dus concluderen dat
de mensheid zich de afgelopen 30 jaar veel sneller ontwikkeld heeft dan de 30
jaar die daaraan vooraf zijn gegaan. (Kurzweil, p35, 2006)
Het is dus duidelijk dat we in een sneltrein van ontwikkelingen zitten. Er komen
elk jaar telefoons uit met weer nieuwe snufjes om ze aantrekkelijker te maken.
Hier stopt het echter niet. Volgens Kurzweil boeken we in de eerste 20 jaar van
de 21ste eeuw evenveel vooruitgang als de volledige 20ste eeuw. Oftewel, hij
voorspelt dat in het jaar 2000 de gemiddelde snelheid van vooruitgang vijf keer
sneller is dan de gemiddelde snelheid van de gehele 20ste eeuw.
Tussen 2000 en 2014 is er evenveel vooruitgang geboekt als gedurende de volledige 20ste eeuw; deze zelfde vooruitgang zal weer behaald worden in 2021 – in
maar zeven jaar dus. Ontwikkelingen zullen dus steeds sneller gaan en de tijd
die nodig is om dezelfde vooruitgang te boeken als gedurende de gehele 20ste
eeuw wordt steeds korter. Volgens Kurzweil, die hier allerlei formules op los heeft
gelaten, bereiken wij dezelfde groei van de 20ste eeuw over 20 jaar zelfs al in
jaren of maanden. Uiteindelijk voorspelt hij dat wij duizend keer zoveel voortgang
behalen in de 21ste eeuw als de gehele 20ste eeuw samen. (Kurzweil, p35, 2006)
Tussen 2000 en 2014 is er
evenveel vooruitgang
geboekt als gedurende de
volledige 20ste eeuw.
Lineair denken
Zijn
we in staat om ons natuurlijke denkpratroon te doorbreken?
Als Kurzweil gelijkt heeft, waar velen het over eens zijn, dan zijn wij in het jaar
2030 of 2040 even flabbergasted als de man waar we het eerder over hadden uit
het jaar 1750.
Alhoewel dit allemaal heel ver weg lijkt, is Kurzweil niet de enige die dit beweert.
Naast hem zijn er vele anderen die bevestigen dat we te maken hebben met een
exponentiële groei. Als we kijken naar het verleden, hoe veel meer vooruitgang
wij in de afgelopen 100 jaar hebben geboekt ten opzichte van de 1000 jaar daarvoor, dan kunnen we dit niet ontkennen.
Het is alleen ontzettend moeilijk om voor te stellen dat de komende ontwikkelingen zo snel kunnen gaan. Het zit namelijk niet in ons als mensen. De mens is
namelijk geneigd om de toekomst te zien gebaseerd op het verleden. En in het
verleden is de exponentiele groei nog niet zichtbaar geweest. Omdat we nog in
de aanloop ernaar toe zitten.
Dat komt omdat wij mensen, ook communicatieprofessionals, over het algemeen
lineair denken.
Met lineair denken wordt verwezen naar: “a process of thought following known
cycles or step-by-step progression where a response to a step must be elicited
before another step is taken.”(Dictionary.com, 2015)
Vooral het eerste gedeelte van de definitie is interessant voor dit onderwerp, ‘a
process of thought following known cycles’, oftewel: we kijken graag naar het
verleden om voor ons zelf een verwachtingspatroon te scheppen.
Daarom is het moeilijk voor ons om nieuwe dingen, die niet geleidelijk (lineair)
maar snel (exponentieel) ontwikkelen, te aanvaren in ons toekomstbeeld. Een
voorbeeld van exponentieel denken zou de reeks van Fibonacci zijn (gulden
snede, 0, 1, 1, 2, 3, 5, 8, 13, 21, 34, 55, 89, 144, 233, etc) de spiraal, etc (Wikipedia, 2015). Als je deze reeks omzet in een grafiek (figuur 1) dan is goed te zien
dat we tegen een omslagpunt aanlopen. Lineair denken is dus wat mensen van
nature doen, maar dat botst met hoe de technologische ontwikkelingen vorderen;
die zijn namelijk exponentieel. Lineair denken is dus wat mensen doen, maar de
ontwikkelingen van de techniek passen hier niet meer bij. Als je kijkt naar de
grafiek in figuur 1, dan zitten wij net voor de grootste vlucht omhoog.
Gebaseerd op het verleden gaan wij niet opeens in een grote vaart omhoog, maar
als je de exponentiele groei meeneemt dan kom je uit bij de grafiek zoals je ziet
in figuur 1. Iets wat wij mensen niet (op tijd) zullen accepteren, gewoon omdat
het niet in ons zit.
figuur 1
Recent heeft Vinod Khosla, een vooraanstaande ‘venture capitalist’ zich ook gemoeid in het onderwerp van exponentiele groei vs. lineaire groei. Hij heeft onderzocht wat ‘experts’ hebben voorspeld voor de groei van mobiel gebruik in de
jaren 2002 en 2008.
In 2002 was er een voorspelling van 16 procent groei van mobiele telefoons in het
jaar 2004. In 2004 bleek dat er een groei was van 100%. Oké, iedereen kan het
wel eens fout hebben, dat is alleen maar menselijk. In 2004 werd er een nieuwe
voorspelling gedaan van de groei voor de komende jaren; 14 procent groei. In
2006 was er echter weer een groei van 100%. En ook in 2006 was de nieuwe
verwachting - voorspelling – dat er maar 12 procent groei zou zijn. En ook in
2008 was de groei weer 100 procent! Een prachtig voorbeeld dat wij als mens
niet kunnen werken met exponentiele groei. We zijn zo geneigd om een ‘normale’
lineaire groei te zien ook al krijgen we het bewijs van het tegendeel recht in ons
gezicht geworpen.
De bevindingen van Vinod Khosla zijn ook opgenomen in het boek ‘Exponential
Organizations’ van Ismail, Malone en van Geest. Het boek is geschreven door betrokkenen van de Singularity University. Deze Universiteit heeft de missie gesteld
om bedrijven en mensen voor te bereiden en te helpen met het toepassen van
exponentiele technologische ontwikkelingen. (Singularity University, 2015) (Ismail, Malone & van Geest, 2014)
Kop in het
zand,
verandering
is eng!
Als we kijken naar de toekomst, en hoe we die zien, kom ik al snel uit bij een
andere hele menselijk eigenschap. Als wij denken aan de toekomst, dan willen
we het liefst een zo perfecte mogelijke voorspelling horen. Geen enge, of laat
staan een met te veel nieuwe dingen. Want ‘doe eens normaal, dan doe je al gek
genoeg’ is er niet voor niks. Dingen die niet bij ons passen, zien en horen we niet.
We ontkennen het. Neem bijvoorbeeld de uitkomsten van de klimaatdiscussie.
We weten allemaal dat er iets moet veranderen zodat het in de toekomst ook
nog goed gaat, maar we verschuilen ons voor slecht nieuws,we gaan met andere
dingen aan de slag, we steken de kop in het zand dus. thought following known
cycles or step-by-step progression where a response to a step must be elicited
before another step is taken.”(Dictionary.com, 2015)
Reinforcement hypothese
De welbekende Reinforcement hypothese is hier goed op toe te passen, althans
een deel van de theorie. Het is natuurlijk een mediatheorie dus het is niet één op
één overneembaar en toepasbaar. Maar de onderliggende gedachte is heel interessant. Deze gedachte zegt namelijk dat beïnvloedingen van buitenaf (bijvoorbeeld door media) bestaande gedragingen, gedachtes en houdingen bevestigen
en of versterken, maar ze kunnen die nauwelijks veranderen. Die onderliggende
gedachte, dat het niet zo gemakkelijk is om ons denken en doen te veranderen,
is ook hier van toepassing.
Je zou hieruit kunnen opmaken dat mensen alleen de toekomst zien zoals zij die
graag willen zien. Het is daarom moeilijk om mensen ervan te overtuigen dat we
op een heel speciaal moment in de geschiedenis zijn aanbeland. Dat we voor een
ommekeer staan, en dat de toekomst er wel eens heel anders uit kan zien. Maar
waarom is dat dan zo?
We willen niet veranderen als het goed gaat.
Ik ben op zoek gegaan naar een verklaring waarom we niet graag willen veranderen en kwam bij twee psychologen uit van begin vorige eeuw, William James
en Carl Lange, die de James-Langetheorie hebben ontwikkeld. In de theorie, die
later nog is aangevuld en uitgelegd door Jesse Prinz’s Embodied Emotions, wordt
gesteld dat er eerst iets gebeurt in de omgeving, bijvoorbeeld een prikkel, wat
zorgt voor een fysieke reactie, en daarna volgt pas de emotie als reactie hierop.
Dit is een tegenoverstelling van vele andere theorieën over het ontstaan van
emoties, waar ervan wordt uitgegaan dat de emotie eerst komt en de fysieke
reactie een gevolg daarvan is.
De theorie is echter niet uit de lucht gegrepen. Ze brengen namelijk anatomische
bewijsvoering over de totstandkoming van emoties in ons brein. Pas wanneer ons
brein signalen heeft ontvangen van ons lichaam dat er iets niet pluis is, wordt dit
gelinkt aan de oorzaak hiervan en worden emoties in gang gezet. (Prinz, 2003)
Dit relateert dan ook aan wat ik eerder schreef, dat we liever niet te veel over
verandering nadenken (en dus grote ontwikkelingen in de toekomst). Als we objectief naar het verleden kijken, zien we dat veranderingen in het algemeen tot
goede dingen heeft geleid. Ontwikkelingen in het verleden hebben bijvoorbeeld
gezorgd voor een hogere leeftijd, lager sterftecijfer bij kinderen, minder armoede
wereldwijd en ga zo maar door. Maar toch kijken we niet graag naar het onbekende, de toekomst. Kijkend naar de James-Langetheorie is het logisch dat we hier
niet graag mee bezig zijn omdat het onbekend is en het onbekende leidt tot een
onze instinctieve, lichamelijke reactie op verandering en de daarbij behorende
emotie ‘angst’.
Onderschat
ting korte
termijn
Wat mij opvalt is dat, sinds de komst van de digitalisering, wij anders zijn gaan
kijken naar wat belangrijk is in de toekomst.
De overload aan technologische ontwikkelingen heeft ervoor gezorgd dat het
moeilijker is om ‘de juiste’ prioriteiten te stellen. De vraag is dan wat een grote
rol gaat spelen op lange termijn en wat is een hype of alleen op korte termijn
van belang.
Zoals ik al schreef in mijn inleiding, staan we aan het begin van een exponentiele groei in technologische ontwikkelingen. We zitten nu al in de storm daarnaar
toe. Een warrige tijd voor velen. Een grote jonge generatie die hiermee opgroeit,
de zogenoemde y generatie, maar nog een grotere groep mensen die ook nog
bekend zijn met de tijd dat de ontwikkelingen zich niet zo snel achter elkaar
opvolgden. De groep die nog meer naar een verleden grijpt om hun beeld van de
toekomst vorm te geven. Dat verleden waar exponentiele groei nog niet
zichtbaar was. Het is dus niet gek dat het moeilijk is om een goede inschatting te
maken wat belangrijk is op korte termijn en wat
op langere termijn. Het is ook gemakkelijker om te focussen op wat er nu al is
en dat te zien als belangrijk, dan te kijken wat er allemaal is en wat over 10 jaar
nog steeds belangrijk is. Menno Lanting schreef in zijn boek, Connect!, (2010)
over deze ontwikkeling. Hierbij betrekt hij ook een uitspraak van futuroloog Peter
Schwartz, die zei: ‘Over het algemeen wordt de impact van technologie op korte
termijn overschat en op lange termijn juist onderschat.’ Dit is ook het geval bij
‘social media’. Lanting heeft dit gebruikt om tot zijn eigen theorieën te komen
met betrekking tot het onderschatten van lange termijn ontwikkelingen door
communicatieprofessionals en marketeers.
Volgens Lanting richten we ons aan de ene kant teveel op een paar geslaagde
marketingcampagnes, en aan de andere kant wordt de daadwerkelijke impact
van social media, op alle facetten van een bedrijf zoals processen en strategieën,
niet ingezien. (Lanting, 2010) Dit sluit naadloos aan bij het idee dat ikzelf heb
gekregen. Het idee dat we teveel in een tunnelvisie kijken naar de toekomst, dat
we ons te veel focussen op de kleine dingen terwijl de echte grote ontwikkelingen niet worden herkend. Andere geleerden en marketing-experts zien hetzelfde
ontstaan in het communicatievakgebied.
Zo schreef Jan Lantink in 2010, in Dagblad De Pers, het volgende: “Marketeers
zijn terecht gekomen in een cultuur waar innovatie wordt afgestraft, omdat dat
ten koste gaat van kortetermijnwinst, iets wat nu als belangrijkste wordt gezien.”
Dus naast dat het moeilijk is om te zien wat er belangrijker is op langere termijn,
wordt er ook niet altijd de kans gegeven in ons vakgebied. Volgens mij een belangrijke factor. De werkdruk is vaak hoog en snelle winst is belangrijker dan lange
termijn succes. We weten dat, om maar een voorbeeld te noemen, sociale media
belangrijk zijn, maar het wordt niet volledig geïntegreerd in bedrijfsprocessen en
strategieën, omdat het geen ‘quick cash’ oplevert.
Het is dus belangrijk om (ook) naar de lange termijn te kijken en niet alleen naar
wat nu speelt. Erno Hannink schreef in zijn boek over social media ‘Laat de klant
naar jou komen’ (2009) het volgende:
“Effectief gebruik van sociale netwerken vraagt om keuzes in wat jij doet en wat
jij voor anderen kunt betekenen.” En “Net als iedere andere relatie die je serieus
neemt kost ook online netwerken tijd, energie en aandacht. Wil je veel krijgen uit
jouw relaties dan moet je er ook veel instoppen.” Een mooi voorbeeld van wat,
volgens mij, de verkeerde mindset is die veel bedrijven en ook communicatieprofessionals momenteel hebben; overschatten van de korte termijn en onderschatten van lange termijn.
Communica
tieprofes
sionals; neem
de tijd!
Dat werkdruk bij docenten erg hoog ligt is algemeen bekend en al vaker in opspraak geweest in de maatschappij. Maar dat is niet de enige groep. Naast docenten, vooral in het hoger beroepsonderwijs, kampt ook de communicatiebranche
met een toenemende werkdruk. Uit een dossier geschreven voor Arbokennisnet
(multidisciplinaire samenwerking met subsidie van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid) blijkt dat de sector communicatie, na docenten uit het
hoger onderwijs, de hoogste werkdruk uit Nederland heeft (Oerlemans, 2013).
En daarbij komt nog dat volgens cijfers van het centraal bureau voor statistiek
(CBS) de communicatiebranche evenveel te maken heeft met burn-outs als het
onderwijs (CBS, 2015). Dat is iets dat veel zegt over ons vakgebied.
De werkdruk is te hoog, het takenpakket te breed en de eisen zoals altijd streng.
En niet alleen in het communicatievakgebied wordt de werkdruk hoger maar ook
in alle andere sectoren in Nederland is de laatste jaren een verhoging te zien. De
afgelopen jaren geven steeds meer werkende
Nederlanders aan dat ze niet genoeg tijd hebben. En de stelling: “ik heb voldoende tijd om mijn werkzaamheden uit te voeren” wordt in een recent onderzoek
van Effectory beoordeeld met een 5.8 (Effectory, 2015).
Ook de hoge werkdruk zal er niet in positieve zin aan bijdragen om ons voor te
bereiden op de toekomst en haar aanstormende technologische ontwikkelingen.
Als er nu al bijna geen tijd is om de huidige werkzaamheden uit te voeren en we
ons vooral richten op de korte termijn dan zal er hoogstwaarschijnlijk ook niet
genoeg tijd zijn om ons voor te bereiden op het onbekende dat gaat komen. Zolang er geen verandering in het communicatielandschap komt, kan het zomaar
zijn dat velen de slag in de toekomst zullen missen.
De vraag blijft dan, zullen we meer tijd gaan vrijmaken om ons voor te bereiden
de lange termijn ontwikkelingen of blijft de focus liggen het nu?
Conversatie
managen en
verbindende
factor
Er zijn, zoals in elk vakgebied, vele speculaties over de toekomst van het communicatievak. In 2012 schreef Renate Verloop – specialist in online-overheidscommunicatie sinds 2003, actief betrokken bij Frenkwatching en sinds mei 2012 et
haar eigen blog over het communicatievak
waarin ze zorgen uit over de toekomst – een samenvattend stuk over hoe de grote
opinieleiders binnen ons vak de toekomst zien. Daarin wordt een interessante
theorie geopperd over hoe communicatieprofessionals de uitdagingen- ontwikkelingen- kunnen tackelen. Volgens Verloop zal er een verschuiving plaatsvinden
in het vakgebied.
De rol van de communicatieprofessional zal zich voornamelijk gaan richten op het
managen van conversaties en zorgen voor de verbindende factor binnen bedrijven. Kort gezegd; communicatieprofessionals zullen ervoor zorgen dat bedrijven
om kunnen gaan met nieuwe ontwikkelingen en managen van de conversatie tussen bedrijf en klant. (Verloop, 2012)
Concreet betekent dat, volgens Verloop, dat er ook andere basiscompetenties nodig zijn om goed te kun nen functioneren als ‘nieuwe communicatieprofessional’.
De volgende competenties worden genoemd:
• heeft basiskennis van online communicatie en zorgt dat dit continu up-to-date
blijft
• begrijpt de dynamiek van realtime communicatie
• wil helpen met het maken van begrijpelijk beleid, met oog voor het proces,
zowel intern als extern
• schakelt moeiteloos tussen strategie en uitvoering
• is flexibel, zowel op de inhoud als op werktijden
• is niet bang om ‘zelf aan de knoppen te zitten’. (Verloop, 2012)
Kijkend naar de huidige kerncompetenties is dit een grote sprong vooruit wat
zorgt voor een totaal nieuw beeld waaraan je moet voldoen in ons werkveld.
Te kortzichtig visie
Alhoewel ik het standpunt en theorie van Verloop en andere opinieleiders uit het
communicatievak begrijp en zeker zie hoe deze kunnen helpen de nieuwe communicatieprofessional vorm te geven, zie ik –helaas- wat punten terug die ik eerder heb behandeld. Zo wordt er volgens mij alsnog teveel gefocust op de korte
termijn en worden de veranderingen, als gevolg van de exponentiële groei, niet
meegenomen in de voorbereiding op de toekomst.
Er wordt weer heel specifiek gesproken over aanpassingen die ervoor moeten
zorgen dat het communicatievak ook in de toekomst blijft functioneren en niet
ten onder gaat. Maar volgens mij bevestigt dit juist al mijn vorige hoofdstukken.
We kijken teveel naar het verleden, we stoppen onze kop in het zand en overschatten korte termijn terwijl de lange termijn nog niet eens aan bod komt.
Hoe nu
verder?
Sinds de internetrevolutie zijn bedrijven vanuit een ander gedachtegoed gaan
werken. De klant staat nu echt centraal. De klant moet wel centraal staan. Want
klanten hebben de macht. Ze zijn niet meer verbonden aan een tijd en plaats om
reviews te schrijven, klachten te maken en vragen te stellen. En daar kan je dus
niet meer omheen als bedrijf. Als je nu A beloofd en B doet, dan val je door de
mand. Dat is iets wat veel bedrijven op een harde manier hebben geleerd. En nu
nog steeds leren. En het blijft ook zo. Als bedrijf moet je heel snel inspelen op
nieuwe trends online. Altijd bezig blijven met nieuwe platformen die opduiken en
afwegen of het een blijvertje is of een hype.
Het communicatievak staat nooit stil
In het communicatievak, en ook in veel ander vakgebieden (ICT om er maar een
te noemen), hoor je vaak uitspraken zoals: “het vak staat nooit stil” en “je moet
altijd blijven leren en ontwikkelen”. En dat is natuurlijk ook zo.
Maar wat wij ook allemaal weten, is dat we helemaal geen tijd krijgen in onze
baan om één dag in de week te gaan zitten en nieuwe dingen te leren. Om nou
eens echt te kijken wat belangrijke ontwikkelingen zijn en hoe we ons werk erop
moeten afstemmen. Nieuwe ontwikkelingen komen en er wordt er een oplossing
voor gezocht.
Op een gegeven moment is het niet meer nieuw, maar deel van je dagelijkse
routine geworden. Zo gaat dat nou eenmaal. Er zijn natuurlijk ook al bedrijven in
het verleden de fles op gegaan door het niet -op tijd- inzien van nieuwe ontwikkelingen, zoals in de tijd van de opkomst van het internet. Maar het internet is
nog redelijk geleidelijk ontwikkeld. Begin jaren ’90 begonnen het eerste gebruik
van het internet voor particulieren en het heeft zo’n 10 tot 15 jaar geduurd tot het
onmisbaar werd. Maar de snelheid van nieuwe dingen veranderd. En voordat we
het weten is ‘the next big thing’ hier en is het opgenomen in onze maatschappij.
De vraag is dan, was jij er op tijd bij?
Ik heb voor het schrijven van dit stuk diverse bronnen geraadpleegd om tot mijn
uiteindelijke visie te komen over de toekomst van de communicatieprofessional.
En beter nog, hoe we ervoor moeten zorgen dat we blijven bestaan en kunnen
functioneren.
Zo is het voor mij duidelijk geworden dat we in een heel bijzondere, interessante
en misschien wel enge plek staan op het gebied van ontwikkelingen. Voor mij was
het boek van Kurzweil een inspiratiebron. Ikzelf vind het een fantastische tijd om
te leven en zie voor de toekomst alleen maar meer mogelijkheden. Na het schrijven ben ik wel bij mij zelf te raden gegaan hoever ik ben in het voor bereiden op
de toekomst en welke factoren die ik heb behandeld bij mij van toepassing zijn.
En zo ben ik erachter gekomen dat ik ook schuldig ben aan lineair denken, mijn
kop regelmatig in het zand steek als het niet uitkomt en ook wat te veel focus op
wat erbinnen nu en twee jaar belangrijk is voor mezelf en mijn ontwikkeling.
Maar ik denk dat bewustzijn creëren over wat er gaat komen het belangrijkst
is. Een handboek voor de toekomst bestaat namelijk niet en is ook bijna niet te
maken. Maar door het bewustzijn ben je er meer mee bezig en zie je de toekomst
zoals het kan zijn en niet een kopie of verlenging uit het verleden. En ik hoop dat
de communicatieprofessionals ook dit bewustzijn krijgen zodat ze er rekening
mee kunnen houden. Zodat ze weten wat eraan komt, naar de toekomst kijken,
de lange termijn en niet ter plekke een oplossing moeten verzinnen als het eigenlijk al te laat is.
Literatuur
Centraal Bureau voor de Statistiek. (2015, 24 september). Psychosociale
arbeidsbelasting
(PSA)
werknemers;
bedrijfstak
[Dataset].
Geraadpleegd van http://statline.cbs.nl/Statweb/publication/?DM=SLNL&PA
=83157ned&D1=0-2,20&D2=0-1,4-5,19,21-22,25-28,32-33,35,39,42-44,4851&D3=l&HDR=G2,T&STB=G1&VW=T
Dictionary.com. (2014). linear thinking. Geraadpleegd van http://dictionary.
reference.com/browse/linear-thinking
Effectory. (2015). Het verborgen potentieel van werkend Nederland. Geraadpleegd van http://www.effectory.nl/campagnes/het-verborgen-potentieel-vanwerkend-nederland-editie-2015/
Ismail, S., Malone, M. S., & Geest, Y. van. (2014). Exponential Organizations.
New York, U.S.A.: Diversion Books.
Kurzweil, R. (2006). The Singularity is near. New York, U.S.A.: Penguin Books.
Lanting, M. (2010). Connect!. Amsterdam, Nederland: Business Contact.
Oerlemans, W. (2013). Dossier Werkdruk. Geraadpleegd van http://www.arbokennisnet.nl/images/dynamic/dossiers/psa/d_werkdruk.pdf
Prinz, J. (2003). Emotions Embodied. Geraadpleegd van http://subcortex.com/
PrinzEmotionsEmbodied.pdf
Singularity University. (2015). What is Singularity University? Geraadpleegd
van http://singularityu.org/
Verloop, R. (2012, 10 november). De toekomst van de afdeling Communicatie.
Geraadpleegd van http://www.socialmediameetlat.nl/pdf/renata.pdf
Wikipedia. (2015). Rij van Fibonacci. Geraadpleegd van https://nl.wikipedia.
org/wiki/Rij_van_Fibonacci