Beoordeling van het LVB Er zijn vijf punten

Download Report

Transcript Beoordeling van het LVB Er zijn vijf punten

Levensvisieboek (Afgekort: LVB)
Net als in de onderbouw houden jullie in de bovenbouw ook een Levensvisieboek bij. Het LVB is een
document met de resultaten van verschillende opdrachten. Het LVB moet je goed bijhouden en netjes
verzorgen, want het is een belangrijk onderdeel in het programma.
 De opdrachten voor het LVB mag je zowel op papier als op de computer maken.
 Zorg ervoor dat je per les bij loopt met het LVB. Ook al hoef je het resultaat van de opdrachten
niet mee te nemen naar de les, het moet wel merkbaar zijn dat je de opdrachten hebt gemaakt.
Wanneer de docent daaraan twijfelt, kan hij/zij je verplichten het resultaat van de opdrachten
de dag erna te laten zien.
 Het LVB moet je voorzien van een voorkant (waar minimaal je naam en klas op staat) en je levert
het op papier in een snelhechter in. Zorg er daarnaast ook voor dat het LVB overzichtelijk is voor
je docent; noem in je levensvisieboek de les waarvan je de opdracht maakt en noem ook onder
welke letter de opdracht vermeld staat (bijvoorbeeld: les 2, opdracht B).
 Per les (uit de studiewijzer) wordt aangegeven wat je moet maken voor het LVB.
 De beoordelingscriteria voor het LVB zijn: netjes en compleet, beheersing Nederlandse taal,
overzichtelijkheid, uniciteit (dat duidelijk is dat het echt jouw LVB is) en diepgang. De waarde
van de genoemde criteria lopen op (van minder belangrijk, naar zeer belangrijk).
Je levert je LVB dit schooljaar twee keer in.
De eerste keer lever je jouw LVB in op donderdag 13 november 2014 voor 15.00 uur. Je krijgt dan
een beoordeling voldoende/onvoldoende. Voldoende wil zeggen je zit op de goede weg, ga zo door.
Onvoldoende wil zeggen dat je jouw LVB moet verbeteren.
De tweede keer lever je jouw LVB in op donderdag 11 juni 2015 voor 15.00 uur. Dan krijg je voor
het hele LVB een cijfer, die voor 15% meetelt in je eindcijfer.
Beoordeling van het LVB
Er zijn vijf punten waarop jouw LVB wordt beoordeeld. De punten zijn onder te verdelen in
Vormgeving en Inhoud.
Vormgeving
1. Het LVB moet netjes en compleet zijn:
Jouw boek heeft geen gekreukte of gevlekte bladzijdes en zit in een nette snelhechter
of multomap. Losse blaadjes zijn dus niet de bedoeling. Je levert het getypt in (als dat
een probleem is, overleg dat met je docent).
Daarnaast is het de bedoeling dat je alle opdrachten naar behoren doet die gedaan
moeten worden.
Soms zul je in de les tijd krijgen om aan je boek te werken. Die tijd gebruik je om te
bedenken wat je gaat schrijven en om dat in klad (op papier) uit te werken. Thuis of
elders op school kun je dit dan op de computer uitwerken.
2. Het LVB is geschreven in correct Nederlands
Wij vinden het belangrijk dat je de opdrachten schrijft in goed Nederlands. Dat betekent
dat de grammatica en spelling correct moeten zijn. Dyslectici gebruiken
spellingscontrole of taalcorrectie op de computer of laten het door iemand nakijken en
corrigeren.
3. Het LVB is overzichtelijk:
Jouw boek heeft een voorkant (zet hierop jouw naam, je klas en de naam van jouw
docent) met foto’s o.i.d. Daarnaast geef je elke opdracht een titel en werk je de
opdrachten uit in alinea’s, die verschillende tussenkopjes (kunnen) hebben. Alle
opdrachten moeten makkelijk terug te vinden zijn, door bijvoorbeeld een
inhoudsopgave. Zo kunnen jij en jouw docent snel zien of je alles gemaakt hebt en waar
de opdrachten staan.
Inhoud
4. Het LVB moet uniek zijn:
Het is jouw boek en van niemand anders. Het is niet zo maar een werkstuk, maar jouw
eigen levensvisieboek. Daarom willen wij dat jij je boek zo mooi mogelijk maakt: voeg
foto’s, plaatjes, tekeningen, gedichten, citaten of andere dingen toe die passen bij jouw
leven(svisie) en bij jouw verhaal. Een ander belangrijk onderdeel is dat je een originele
titel voor jouw levensvisieboek bedenkt, die echt bij jou past. Deze titel zet je op de
voorkant van je boek.
5. Het LVB heeft diepgang:
De bedoeling van het LVB is dat je echt nadenkt over de vragen en de opdrachten.
Daarom is het niet voldoende als je alleen antwoord geeft op de vraag, je moet er ook
bij vertellen waarom jij dat antwoord geeft. Dit doen we om je te leren stilstaan bij de
redenen waarom jij (of een ander) iets vindt. Het is niet erg als je sommige dingen niet
weet of als je het moeilijk vindt om een antwoord te geven. Zolang je er maar vertelt
waarom je het niet weet of waarom je het moeilijk vindt. Dan kan jouw docent zien dat
je er wel over nagedacht hebt.
Beoordelingschema
Dit beoordelingsschema gebruiken we om jou LVB te kunnen beoordeling.
Onderdeel
Netheid
Nederlands
Overzichtelijkheid
Uniciteit
Diepgang
(telt 2x mee)
Slecht
2
Onvoldoende
4
Voldoende
6
Goed
8
Uitmuntend
10