Transcript Kernbegrippen les 1 - Hulp bij onderzoek

Kernbegrippen les 1 Variabele Een variabele is de naam van een kenmerk van een object. Meestal staan in Excel in de eerste kolom de aanduidingen van de objecten In Excel staan de namen van de variabelen op de bovenste regel De waarden staan in de cellen per object staan in de cellen Indeling van variabelen: Statistiek: discreet -­‐ continu Methodologie: nominaal -­‐ ordinaal -­‐ interval -­‐ratio SPSS: nominal -­‐ ordinal -­‐ scale Discrete variabelen: -­‐ Meestal beperkt aantal waarden -­‐ Tellen van de aantallen -­‐ Percentages en cumulatieve percentage -­‐ Modus is de meest voorkomende categorie -­‐ Staafdiagram, taartdiagram, e.d. Continue waarden: -­‐ Vele waarden (en ook vele tussenwaarden mogelijk) -­‐ Gemiddelde -­‐ Laagste waarde, hoogste waarde, range -­‐ Standaarddeviatie, variantie (standaardafwijking, spreiding) -­‐ Skewness -­‐ Kurtosis Methodologische indeling: Nominaal / categoraal categorieën Ordinaal ordening (h.m.e. tot h.m.o.) Interval van -­‐∞ tot ≠∞ Ratio van 0 tot +∞ Formules voor het gemiddelde: Σ !! !=
!!
waarin: ! = het gemiddelde van alle getallen xi = de aanduiding dat elk getal een afzonderlijk geval is nx = het aantal getallen dat je bij elkaar optelt © Foeke van der Zee -­‐ Hulp bij Onderzoek Formule voor de variantie: !
(!! − !)
!!
!!! = waarin: !!! = de variantie van getallenreeks x xi = de waarde van een getal in de reeks x = het gemiddelde van alle getallen in de reeks nx = het aantal getallen in de reeks Formule voor de standaarddeviatie: !
(!! − !)
!!
!! = Formule voor scheefheid: !"ℎ!!"ℎ!"# =
Formule voor kurtosis: !"#$%&'& =
Normaal verdeling Σ ! – ! ! !
Σ ! – ! ! !
!/!
Σ ! – ! ! !
− 3 !
Σ ! – ! ! !
Codeboek in SPSS -­‐ naam van de variabele -­‐ numeriek of string -­‐ label -­‐ values -­‐ missing -­‐ measure © Foeke van der Zee -­‐ Hulp bij Onderzoek