Wijzigingsvoorstellen CNV Vakmensen voor de CAO
Download
Report
Transcript Wijzigingsvoorstellen CNV Vakmensen voor de CAO
Wijzigingsvoorstellen CNV Vakmensen voor de CAO Woondiensten 2014
Looptijd CAO
Wij stellen u voor een CAO af te sluiten voor de periode van één jaar, te weten van 1 januari 2014
tot en met 31 december 2014. Onder voorwaarden zijn wij bereid een langere looptijd af te spreken.
Loonparagraaf
Al twintig jaar blijft in Nederland de groei van het beschikbare huishoudinkomen achter bij de groei
van het bruto binnenlands product. Een steeds groter deel van wat in Nederland verdiend wordt,
komt huishoudens op een andere manier ten goede, namelijk in de vorm van collectieve zorguitgaven en toekomstige pensioenaanspraken. Daarnaast heeft het bedrijfsleven zijn inkomensaandeel weten te vergroten (‘Minder geld in de huishoudportemonnee’, DNB-onderzoek 23 juli 2013).
Het grote probleem van bedrijven is nu de tegenvallende vraag naar producten. Huishoudens zijn
bezig hun schulden af te lossen, maar moeten dit doen van een inkomen dat nauwelijks veranderd
is. De vraag naar producten en diensten is laag en de vooruitzichten onzeker, waardoor
investeringen voor bedrijven niet lonen. Dat zorgt op zijn beurt voor tegenvallende banengroei en
een verdere druk op de economische groei.
Steeds duidelijker wordt dat niet alle partijen (burgers, overheid en banken) tegelijk kunnen
bezuinigen, zonder dat dit onnodige schade toebrengt aan de economie. In delen van het bedrijfsleven blijkt genoeg geld aanwezig te zijn voor hogere lonen. Geld dat nodig is om de vraag naar
producten te verhogen. Sinds 2009 is de gemiddelde koopkracht per inwoner aan het dalen. In
2014 wordt een koopkrachtdaling met 0,5 procent verwacht. Door een stapeling van maatregelen
als bijvoorbeeld de kindregelingen bovenop de bevriezing van de belastingschijven, ontstaan tussen
individuen grote verschillen in koopkrachtverlies. Sommigen treffen een koopkrachtverlies van
meer dan 5 procent.
Het CPB verwacht dat de Nederlandse economie in 2014 met 0,5 procent zal groeien. Een
verwachting die met veel onzekerheden is omgeven. Nederland is sterk van de export afhankelijk
en vooral de wereldhandel is een onzekere factor. Ook is het vertrouwen van de Nederlandse
consument nog steeds laag. De vraag naar consumptiegoederen blijft daardoor ook laag.
Het CPB verwacht dat de werkloosheid in 2014 stijgt naar 7,5 procent en daarna langzaam zal
dalen. De jeugdwerkloosheid is ongeveer twee keer zo hoog als de algemene werkloosheid. De
mogelijkheden voor starters en voor ouderen tot 65 jaar die vanuit werkloosheid opnieuw een baan
moeten vinden, zullen daardoor beperkt zijn. Voor 65-plussers daarentegen komen er nieuwe
kansen voor kleine banen.
De overheid bezuinigt in 2014 naast de al afgesproken bezuinigingen nog 6 miljard extra. Deze
bezuinigingen hebben volgens het CPB een beperkt negatief effect op de economische groei. Deze
bezuinigingen maken het voorspelde prille herstel medio 2014 wél extreem broos. Het CPB houdt
voor 2013 rekening met een inflatie van 2,75 procent en voor 2014 met een inflatie van 2 procent.
Als je vervolgens dit algemene beeld legt op de situatie in de corporatiesector, dan zie je daar een
forse krimp in de werkgelegenheid; dit met name veroorzaakt door overheidsingrijpen. Dat er in de
sector scherp aan de wind gezeild moet worden, wordt begrepen door onze achterban.
Hier tegenover staat dat voor de werknemers die blijven werken in de sector de druk toeneemt.
Ook de eisen die aan hen gesteld worden nemen toe. Het nu inzetten op loonmatiging is niet de
juiste weg. Het financieel gezond maken van de corporaties is immers al gedaan middels vele
reorganisaties.
Gelet op de situatie in de Woondiensten stelt CNV Vakmensen een loonsverhoging voor conform
ons arbeidsvoorwaardenbeleid van 2,5%.
Loopbaanontwikkelingsbudget
In deze onzekere tijden in de corporatiebranche is het ongelooflijk belangrijk dat werknemers zelf
het roer in handen nemen over hun eigen loopbaan. Een ieder zou uitgedaagd moeten worden om
zijn of haar plan B klaar te hebben, mocht zijn of haar baan verloren gaan. Niet voor niets heeft
CNV Vakmensen het ontwikkelen van mensen centraal gezet in haar visie op de toekomst rondom
arbeidsverhoudingen. Hierbij geldt dat hier een verantwoordelijkheid ligt bij de werknemer én bij
de werkgever.
Een hele mooie manier om werknemers zelf aan het roer te laten staan is dat zij over financiële
middelen beschikken om zichzelf te ontwikkelen. De beste manier om je te ontwikkelen is als je
intrinsiek gemotiveerd bent. Het gaat dan om ontwikkeling, niet omdat het moet, maar omdat je
het wilt. CNV Vakmensen is daarom erg blij met het loopbaanontwikkelingsbudget, zoals
opgenomen in artikel 10.6 van de CAO. In de praktijk zien we een aantal zaken die verbeterd
kunnen worden. Hieronder worden deze benoemd en een voorstel, geformuleerd om dit te
veranderen:
1) Er wordt nog onvoldoende gebruik gemaakt van het budget. Voorstel is om een
voorlichtingcampagne te starten om werknemers te wijzen op de mogelijkheden;
2) Het loopbaanbudget is de afgelopen 4 jaar niet meer verhoogd. Voorstel is om dit budget te
verhogen tot € 1.000,-, met een maximum van € 5.000,- in 5 jaar;
3) Soms gaan de kosten van de beoogde stap in de ontwikkeling in enig jaar het opgebouwde
saldo te boven. Voorstel is om de mogelijkheid te creëren om 1 jaar vooruit op te nemen.
4) Niet alle corporaties werken onvoorwaardelijk mee aan het individuele loopbaanontwikkelingsbudget. Er zit nu nog een ‘in verdien’effect in als de werknemers hun budget niet
gebruiken. Immers, dit geld vloeit terug naar de corporatie. Voorstel is om de helft van de
ongebruikte loopbaanontwikkelingsbudgetten door te geleiden naar FLOW. Vervolgens
kunnen deze gelden dan aangewend worden voor leerwerkplekken voor jongeren tot 27
jaar, loonkostensubsidies voor langdurig werklozen tot 27 jaar, loonkostensubsidies voor
langdurig werkloze ouderen, betaalde stages, en dergelijke. Met dit voorstel snijdt het mes
aan twee kanten. De werkgever zal zich inspannen om werknemers te stimuleren om hun
loopbaanontwikkelingsbudget op te nemen. Mocht deze dit niet doen, dan zal de corporatiesector de gelden aanwenden voor belangrijke maatschappelijke problemen.
WW
CNV Vakmensen stelt onderstaande tekst voor met betrekking tot de ww:
“Cao-partijen spreken af dat de duur en de opbouw van de WW worden gerepareerd conform de
afspraken die hierover in het sociaal akkoord van april 2013 zijn gemaakt.
Na het SER-advies “Rol sociale partners bij toekomstige arbeidsmarktinfrastructuur bij WW en
inrichting WW” en nadat het STAR-advies aan sociale partners met betrekking tot de reparatie van
de WW in de cao is afgerond, medio juni 2014, zullen cao-partijen, met inachtneming van deze
adviezen en de brief van de STAR van 24 december 2013, overleg voeren om inhoudelijk afspraken
te maken over een private aanvullende WW-verzekering waarmee de huidige hoogte en duur van
de wettelijke WW-uitkering worden gehandhaafd. Zo nodig wordt de cao opengebroken.”
Voorbehoud
Wij behouden ons het recht voor om tijdens het CAO-overleg met aanvullende of gewijzigde
voorstellen te komen.