Transcript klik hier

Rembrandtweg 665 A
1181 GV Amstelveen
T
020 453 45 48
E
[email protected]
W
www.proced.nl
Studiebijeenkomst 14 oktober 2014
RB Studiekring Utrecht
NAVORDERING
Mr. Pieter W. Kok






Korte inleiding
Nieuw feit
Ambtelijk verzuim
Kwade trouw incl. het begrip (voorwaardelijk
opzet)
Navordering bij fouten (art 16 lid 2 letter C
Awr)
Het begrip “opkomen” in art 16 lid 4 Awr
1
Rembrandtweg 665 A
1181 GV Amstelveen
T
020 453 45 48
E
[email protected]
W
www.proced.nl


Artikel 16 lid 1 AWR: Indien enig feit grond
oplevert voor het vermoeden dat een aanslag
ten onrechte achterwege is gelaten of tot een
te laag bedrag is vastgesteld (...) kan de
inspecteur de te weinig geheven belasting
navorderen. Een feit dat de inspecteur
redelijkerwijs bekend was of bekend had
kunnen zijn, kan geen grond voor
navordering opleveren, behoudens in de
gevallen waarin de belastingplichtige ter zake
van dit feit te kwader trouw is.
Enig feit dat de inspecteur niet kende en
redelijkerwijs niet behoefde te kennen

Feitelijke aard

Tijdstip nieuw feit

BNB 1991/118
2
Rembrandtweg 665 A
1181 GV Amstelveen
T
020 453 45 48
E
[email protected]
W
www.proced.nl
Uitgangspunt:
◦ Vertrouwen op juistheid van de aangifte
◦ Bij twijfel onderzoek instellen
HR 16 augustus 1996:
Inspecteur heeft onderzoeksplicht zeker als dit
een in het oog springende post betreft
BNB 1996/319





Inperking van de onderzoeksplicht
Inspecteur mag vertrouwen op juistheid van de
aangifte
Inspecteur is in beginsel niet gehouden tot nader
onderzoek
Inspecteur is alleen gehouden een onderzoek in
te stellen indien hij, na met normale
zorgvuldigheid kennis te hebben genomen van
de aangifte, in redelijkheid behoort te gaan
twijfelen, tenzij
er sprake is van een “niet-onwaarschijnlijke
verklaring”
3
Rembrandtweg 665 A
1181 GV Amstelveen
T
020 453 45 48
E
[email protected]
W
www.proced.nl


1.
2.

Een feit dat de inspecteur redelijkerwijs
bekend was of bekend had kunnen zijn, kan
geen grond voor navordering opleveren,
behoudens in de gevallen waarin de
belastingplichtige ter zake van dit feit te
kwader trouw is.
DUS: BIJ KWADE TROUW IS ER GEEN NIEUW
FEIT NODIG!!
Er moet een causaal verband zijn tussen het
gedrag te kwader trouw en het niet of te
weinig heffen van belasting
Kwade trouw maakt navordering slechts
mogelijk indien het aan OPZET van
belastingplichtige te wijten is dat het
betreffende feit niet eerder aan de
inspecteur bekend was en dit aan
belanghebbende kan worden toegerekend
Onder kwade trouw wordt verstaan het
opzettelijk verstrekken van onjuiste
informatie of het opzettelijk onthouden van
de juiste informatie
4
Rembrandtweg 665 A
1181 GV Amstelveen
T
020 453 45 48
E
[email protected]
W
www.proced.nl
Wat is opzet:
Paragraaf 25 lid 3 BBBB “Het willens en wetens
handelen of nalaten door de belastingplichtige,
leidend tot het niet binnen de daarvoor gestelde
termijn heffen of betalen van belasting”
KB- Lux: Hoge Raad 28 juni 2013, BNB 2013/207
Oordeel Hoge Raad: Indien (…) een belastingplichtige een
bankrekening aanhoudt in een land met een bankgeheim en
aanzienlijke tegoeden daarop en de rente-inkomsten daaruit ten
onrecht niet in zijn aangifte heeft vermeld, kan in zijn algemeenheid
reeds op grond daarvan worden aangenomen dat hij die aangifte
opzettelijk onjuist heeft gedaan.
Daarbij moet in aanmerking worden genomen dat het van
algemene bekendheid is het saldo en de rente-inkomsten
onderworpen waren aan heffing van VB resp IB.
Wat is voorwaardelijk opzet:
HR 9 november 1954, NJ 1955, 55 (Cicero-arrest)
HR 25 maart 2003, NJ 2003, 552 (HIV-arrest)
5
Rembrandtweg 665 A
1181 GV Amstelveen
T
020 453 45 48
E
[email protected]
W
www.proced.nl
HR 25 maart 2003, NJ 2003, 552 (HIV-arrest)
Dubbele eis:
a. Wetenschap van de aanmerkelijke kans
b. Verdachte moet die aanmerkelijke kans op het
gevolg bewust hebben aanvaard (op de koop
toenemen)
Aanmerkelijke kans:
a. ervaringsregels
b. feiten van algemene bekendheid
HR 15 oktober 1996, NJ 1997, 197 (Porsche-arrest) :
Inschattingsfout is geen voorwaardelijk opzet
6
Rembrandtweg 665 A
1181 GV Amstelveen
T
020 453 45 48
E
[email protected]
W
www.proced.nl
Paragraaf 25 lid 3 BBBB “Onder voorwaardelijk opzet
wordt verstaan het willens en wetens aanvaarden
van de aanmerkelijke kans dat een handelen of
nalaten tot gevolg heeft dat te weinig belasting
geheven is of kan worden dan wel niet of niet
binnen de termijn betaald is.”
Bestuursrechter:
HR 3 december 2010. BNB 2011/59
HR 3 december 2010, BNB 2011/59
Definitie voorwaardelijk opzet in het fiscale recht:
Voor voorwaardelijk opzet is vereist dat belanghebbende
a.
b.
c.
d.
ten tijde van het doen van aangifte
wetenschap had van
de aanmerkelijke kans dat daardoor te weinig belasting zou
worden geheven, maar ook dat hij
die kans toen bewust heeft aanvaard (op de koop toe
genomen)
7
Rembrandtweg 665 A
1181 GV Amstelveen
T
020 453 45 48
E
[email protected]
W
www.proced.nl






Standaardarrest: HR 23 januari 2009 BNB
2009/80
De kwade trouw van de belastingadviseur
wordt voor de materiële belastingheffing
toegerekend aan zijn/haar klant
Navordering kan mede plaatsvinden in alle
gevallen plaatsvinden waarin te weinig belasting is
geheven doordat ten gevolge van een fout de
aanslag achterwege is gebleven of tot een te laag
bedrag is vastgesteld, hetgeen de
belastingplichtige redelijkerwijs kenbaar is,
waarvan in elk geval sprake indien de te weinig
geheven belasting ten minste 30% van de
verschuldigde belasting bedraagt.
HR 27 juni 2014, BNB 2014/202 en 203
Hoge Raad introduceert het begrip
beoordelingsfouten: deze kunnen niet hersteld
worden middels art 16.2.C Awr
Alle andere fouten vallen binnen het bereik van art
16.2.C Awr, mits deze kenbaar zijn
8
Rembrandtweg 665 A
1181 GV Amstelveen
T
020 453 45 48
E
[email protected]
W
www.proced.nl






Hoofdregel: Als de fout kenbaar is voor
belastingplichtige is navordering geoorloofd
Onweerlegbaar bewijsvermoeden: 30% regel
Tenzij belastingplichtige in redelijkheid kon
menen dat de aanslag, hoewel te laag, tot het
juiste bedrag is opgelegd.
HR 10 januari 2014 (ECLI:NL:HR:2014:8)
HR: De fout moet in één oogopslag kenbaar
zijn
Indien te weinig belasting is geheven over een
bestanddeel van het voorwerp van enige
belasting dat in het buitenland wordt
gehouden of is opgekomen, vervalt (…..) de
bevoegdheid tot navordering door verloop
van 12 jaar na het tijdstip waarop de
belastingschuld is ontstaan”.
9
Rembrandtweg 665 A
1181 GV Amstelveen
T
020 453 45 48
E
[email protected]
W
www.proced.nl
Inkomensbestanddelen ex art 16 lid 4:

Hoge Raad 7 oktober 2005 (BNB 2006/63)

Hoge Raad 8 oktober 2010 (BNB 2010/333)

Voor de toepassing van art 16 lid 4 Awr is
voldoende dat oorsprong van de bate in het
buitenland ligt en dat deze door de wijze van
uitbetalen aan het zicht van de Nederlandse
fiscus is onttrokken.
Dank voor uw aandacht
10