Transcript Misverstanden over valorisatie
Slide 1
Presentatie
“Misverstanden over valorisatie”
door:
Dr. mr. Ard Cools
Slide 2
AANDACHT VOOR VALORISATIE
Toegenomen aandacht voor
valorisatie is gevolg
van zg Europese
kennisparadox.
Veel van de met
behulp van publieke
financiering ontwikkelde kennis is
hoogwaardig en ook in commercieel opzicht veelbelovend, maar een
groot deel daarvan blijft desondanks ongebruikt op de plank liggen.
Slide 3
VALORISATIE
Vraag:
Behoort valorisatie wel tot de taken van een universiteit?
Slide 4
Art. 1.3 lid 1 van de WHW
Drie wettelijke taken van een universiteit:
•
Geven van onderwijs
•
Uitvoeren van onderzoek
•
Kennisoverdracht t.b.v. de maatschappij
Slide 5
KENNISOVERDRACHT
”Kennisoverdracht aan de maatschappij, en daarmee valorisatie,
is immers één van de wettelijke taken van de universiteit.”
(citaat minister OC&W)
Slide 6
VALORISATIE
Vraag:
Behoort valorisatie wel tot de taken van een universiteit?
Antwoord:
Ja, tot de wettelijke taken.
Slide 7
KENNISOVERDRACHT
Activiteiten gericht op kennisoverdracht t.b.v.
de maatschappij:
“a. Afleveren hoogopgeleide mensen
b. Samenwerking in onderzoek met private partijen
c. Uitvoering onderzoeksopdrachten
d. Samenwerking met bedrijfsleven in onderwijs en training
e. Publiceren van resultaten van onderzoek
f.
Informele contacten tijdens conferenties, e.d.
g. Wetenschaps- en techniekcommunicatie”
(citaat minister OC&W)
Slide 8
KENNISOVERDRACHT
Daarnaast:
“h. inspanningen gericht op het vastleggen van de intellectueel
eigendom; hierbij gaat het bijvoorbeeld om het aanvragen van
octrooien en het geven van licenties; het omgaan met
auteursrechten, etcetera.
i.
het stimuleren van spin-offs en ondernemerschap; hierbij gaat
het bijvoorbeeld om het leveren van bijdragen aan het creëren
van nieuwe bedrijvigheid in zogenaamde spin-offs en start-ups, het
opzetten van incubators voor starters en het stimuleren van
ondernemerschap in het onderwijs.”
(citaat minister OC&W)
Slide 9
KENNISOVERDRACHT
”Deze beide laatstgenoemde activiteiten zijn, samen met een aantal al
langer gebruikelijke, rechtstreeks van belang voor de valorisatie van
kennis die voortkomt uit universitair onderzoek”
(citaat minister OC&W)
Slide 10
MISVERSTANDEN
Wat moet precies worden verstaan onder:
kennisoverdracht?
technology transfer?
valorisatie?
Slide 11
KENNISOVERDRACHT
Kennis
Universiteit
Maatschappij
overdracht
Slide 12
TECHNOLOGY TRANSFER
Bestaand
bedrijf
Technology
Universiteit
transfer
Start-up
Slide 13
VALORISATIE
Twee soorten valorisatie:
•
Economische valorisatie
•
Maatschappelijke valorisatie
Slide 14
ECONOMISCHE VALORISATIE
Producten
Technol.
Processen
kennis
Diensten
Waarde toevoegen
Slide 15
MAATSCHAPPELIJKE VALORISATIE
Rapporten
Kennis
Artikelen
Geneeswijzen
Waarde toevoegen
Slide 16
VALORISATIE
Door maatschappelijke valorisatie kun je economische
valorisatie voorgoed onmogelijk maken.
Slide 17
STAPPEN UIT HET PROCES VAN ECONOMISCHE VALORISATIE
Marketing
Productontwikkeling
Technology transfer
a. overdracht technologie en
b. overdracht octrooi(en) of licentie verlening
Zoeken van geïnteresseerde bedrijven; of
oprichten start up
Leveren van proof of concept
Bescherming kennis door
a. geheimhouding; of
b. octrooiering
Evaluatie
toepassingsmogelijkheden
Scouten van veelbelovende resultaten
Slide 18
OVERDRACHT ZAAK
A
B
Slide 19
OVERDRACHT KENNIS
A
B
Slide 20
EIGENDOMSOVERDRACHT
Goederen kunnen in eigendom worden overgedragen.
Goederen zijn:
•
Zaken, dwz stoffelijke objecten (huizen,
stoelen, boeken);
•
Vermogensrechten (vorderingsrechten,
intellectuele eigendomsrechten).
Kennis is geen goed
en kan niet in eigendom worden overgedragen.
Slide 21
KENNISEIGENDOM
Kenniseigendom bestaat niet!
Slide 22
AFSPRAKEN
a.
A deelt de kennis mede aan B, maar zal
de kennis niet aan derden mededelen;
b.
A verleent B het recht om de kennis te
gebruiken;
c.
A zal de kennis niet gebruiken.
Slide 23
RISICO’S
Risico’s kennisbescherming door geheimhouding:
•
kennis kan openbaar worden door
niet nakomen geheimhoudingsverplichtingen
•
kennis kan openbaar worden door onachtzaamheid
•
zelfde kennis kan door derden worden ontwikkeld
Slide 24
TECHNOLOGY TRANSFER
Technology transfer bestaat uit:
•
overdracht van een technologie aan een bestaand of een
nieuw op te richten bedrijf; en
•
simultane overdracht aan dat bedrijf van een daarop
betrekking hebbend octrooi of verlening van een
licentie; of
•
simultane overdracht aan dat bedrijf van het recht om
een daarop betrekking hebbend octrooi aan te vragen.
Slide 25
KENNISBESCHERMING
Kennis kan op twee verschillende manieren
worden beschermd.
Namelijk door:
•
geheimhouding;
•
octrooiering of andere IPR.
Slide 26
OCTROOI
Een octrooi is:
•
een van overheidswege verleend recht
en ook:
•
een absoluut recht
•
een intellectueel eigendomsrecht
•
een vermogensrecht
•
een verbodsrecht
Slide 27
OCTROOI
Je kunt intellectuele eigendom niet beschermen!
Slide 28
WAARDECREATIE
Technologie
octrooi-aanvraag
waarde toevoegen
octrooi
waarde toevoegen
Waardecreatie door investering in kennisbescherming,
waardoor meer zekerheid t.a.v. beoogde monopoliepositie
Slide 29
VERMOGENSRECHT EN VERBODSRECHT
Een octrooi is een vermogensrecht en een
verbodsrecht.
Een octrooi vertegenwoordigt economische waarde en je
kunt het in eigendom overdragen aan een ander.
Je kunt iedereen verbieden het geoctrooieerde te maken,
te gebruiken, te verkopen, ter verkoop aan te bieden,
kortom commercieel te exploiteren gedurende 20 jaar.
Slide 30
NADELEN OCTROOI
Slide 31
BEPERKINGEN OCTROOI
Octrooieren blijft beperkt tot:
•
•
Voortbrengsel
Werkwijze
Slide 32
UITVINDING EN ONTDEKKING
Het begrip uitvinding is opgebouwd uit
drie elementen:
-
een weten
-
een kunnen
-
een vooruitgang op het gebied van de
aanwending van natuurkrachten
Een ontdekking is het vinden van iets wat al
bestond, maar nog nooit eerder was gezien.
Slide 33
INNOVATIE
Een innovatie is een nieuw of vernieuwd product,
proces of dienst. Dus:
•
een innovatie hoeft niet gebaseerd te zijn op een uitvinding;
•
niet iedere uitvinding leidt tot een innovatie.
Slide 34
NIEUWHEIDSVEREISTE
Nieuwheidsvereiste:
Kennis mag niet al deel uitmaken van de stand der techniek
en moet geheim worden gehouden tenminste tot moment van de
indiening van de octrooi-aanvraag.
Slide 35
INVENTION DISCLOSURE FORM
Vragen over:
•
Aard van de uitvinding
-
oplossing voor welk probleem?
-
inbreuk aantoonbaar?
• Nieuwheid
-
publicaties; posters tijdens conferentie?
• Industriële toepassing
-
markten/bedrijven?
-
investeringen nodig?
• Freedom to operate
-
subsidievoorwaarden?
-
andere afspraken?
Slide 36
OCTROOIGEMACHTIGDE
Na een positieve interne evaluatie wordt een
octrooigemachtigde ingeschakeld.
De octrooigemachtigde stelt het octrooischrift
op.
Slide 37
PROBLEEM
Dat betekent in praktijk dat de uitvinding 3 tot 6 maanden
geheim moet worden gehouden.
Dit wordt binnen een universiteit vaak als een probleem gezien,
omdat men meestal zo snel mogelijk wil publiceren.
Omdat valorisatie tot de 3 hoofdtaken van een universiteit behoort
moeten universiteiten bereid zijn om te accepteren dat
(tijdelijk) geheimhouden soms onvermijdelijk is.
Slide 38
OCTROOI VAN UNIVERSITEIT
Wanneer heeft het zin om als universiteit octrooi aan te vragen?
Als je waarde wilt creëren voor je universiteit.
Dat kan alleen als er een bedrijf is dat:
•
het octrooi wil kopen/overnemen; of
•
een licentie wil nemen.
Slide 39
O&O&I STEUNKADER
Marktprijs !
Slide 40
WAARDEBEPALING
De marktprijs van een verleend octrooi
is bepaald door de exploitatiemogelijkheden:
•
•
•
toepassingen
productiefaciliteiten
markten
Slide 41
WAARDEBEPALING
en verder natuurlijk ook door:
•
•
•
•
•
•
•
aard en uniciteit van de betreffende uitvinding
al dan niet voorhanden zijn van technologische
alternatieven
effectiviteit en reikwijdte van het octrooi
landen waar het octrooi van kracht is
mate van technologische doorontwikkeling van
de betreffende uitvinding
vereiste investeringen om de betreffende
technologie gereed te maken voor productie
investeringsrisico
Slide 42
OCTROOI VAN BEDRIJF
Wanneer heeft het zin om als bedrijf octrooi aan te vragen?
•
Als je anderen wilt kunnen verhinderen om …….
randvoorwaarden:
-
je moet de kosten van het aanvragen en in stand houden
kunnen opbrengen
•
-
je moet tegen inbreukplegers kunnen optreden
-
je moet inbreuk gemakkelijk kunnen aantonen
Als je waarde wilt creëren voor je bedrijf
Slide 43
TIJDSTIP VAN AANVRAGEN
Niet te vroeg, want
dan heb je een kortere effectieve terugverdientijd,
indien nog veel ontwikkelingswerk nodig is.
Niet te laat, want
dan kun je door een concurrent worden ingehaald.
Slide 44
VERMOGENSRECHT EN VERBODSRECHT
Een octrooi is een vermogensrecht en een
verbodsrecht.
Een octrooi vertegenwoordigt economische waarde en je
kunt het in eigendom overdragen aan een ander.
Je kunt iedereen verbieden het geoctrooieerde te maken,
te gebruiken, te verkopen, ter verkoop aan te bieden,
kortom commercieel te exploiteren gedurende 20 jaar.
Slide 45
OCTROOI ALS VERMOGENSRECHT
Twee mogelijkheden:
• overdracht; of
• licentie verlening
Slide 46
LICENTIE VERLENING
exclusief
•
één licentienemer
•
octrooikosten voor licentienemer
•
doel: afschermen markt t.b.v. licentienemer
niet exclusief
•
meerdere licentienemers
•
octrooikosten voor licentiegever
•
doel: technologie breed neerzetten
semi-exclusief
Slide 47
LICENTIES
Niet alleen:
•
octrooilicenties; maar ook
•
know how licenties (geheime kennis)
•
software licenties
Slide 48
LICENTIES
Beperken naar:
•
territorium
•
tijd (duur octrooi)
•
toepassing
•
•
•
medisch
•
niet-medisch
activiteit
•
produceren
•
verkopen
•
consumenten
•
B2B
markt
Slide 49
VERGOEDING VOOR LICENTIES
Lump sum
-
vast bedrag ineens
Royalties
-
omzet- of winstafhankelijke
vergoeding
Slide 50
VERGOEDING VOOR LICENTIES
Factoren die van belang zijn voor het bepalen van de
hoogte van de vergoeding:
•
intrinsieke waarde uitvinding
•
aanvraag- en instandhoudingskosten
•
wie betaalt kosten van bestrijden van inbreuk
•
exclusiviteit
•
territorium van de licentie
•
duur van de licentie
•
welke toepassingen
•
welke markten
•
commercieel succes
•
nog investeringen nodig?
Slide 51
OPTIE
Optie op licentie
•
Voorwaarden en prijs zijn vastgelegd.
•
De licentiegever moet de optiehouder licentie verlenen
onder de vastgelegde voorwaarden en prijs, zodra de
optiehouder dat wil.
Slide 52
RIGHT OF FIRST REFUSAL
Right of first refusal van een licentie
•
Voorwaarden en prijs zijn niet vastgelegd.
•
Licentiegever hoeft niemand een licentie te verlenen.
•
Als de licentiegever een licentie wil verlenen, moet hij prijs
en voorwaarden vastleggen en die licentie dan eerst
aanbieden aan de houder van het ROFR.
•
Als de houder van het ROFR de licentie niet wil onder die
voorwaarden, mag de licentiegever de licentie onder
dezelfde voorwaarden aanbieden aan derden.
Slide 53
OPEN INNOVATIE
Open innovatie is het combineren
van interne en externe bronnen
voor zowel de ontwikkeling
als het op de markt brengen
van nieuwe producten, processen of diensten.
(H. Chesbrough)
Slide 54
OPEN INNOVATIE
Drie vormen van open innovatie:
•
inkopend innoveren;
•
collaboratief innoveren;
•
openbaar innoveren.
Alleen de laatste vorm van open innovatie is nieuw.
Slide 55
BAYH-DOLE ACT VAN 1980
BAYH-DOLE ACT
maakt het Amerikaanse universiteiten mogelijk
om rechten te claimen op uitvindingen die voortvloeien
uit door de federale overheid gefinancierd onderzoek.
Slide 56
BAYH-DOLE ACT VAN 1980
mits de universiteit:
•
overeenkomsten heeft gesloten met haar medewerkers omtrent
geheimhouding en overdracht van uitvindingen aan de universiteit;
•
de uitvinding meldt aan de financierende instantie van de federale
overheid;
•
daadwerkelijk octrooi aanvraagt voorde betreffende uitvinding;
•
een niet-exclusieve en niet-overdraagbare licentie verleent aan de
federale overheid;
•
actief bevordert en probeert om de uitvinding te commercialiseren,
waarbij MKB bedrijven die in de VS produceren de voorkeur genieten;
•
het octrooi niet overdraagt aan derden (behalve onder bijzondere
omstandigheden;
•
de royalties deelt met de uitvinders en het overblijvende deel besteedt
aan onderzoek en onderwijs.
Slide 57
BAYH-DOLE ACT VAN 1980
“In Amerika zijn onderzoekers bij wet verplicht om resultaten te patenteren.”
(citaat hoogleraar kennisvalorisatie)
Misverstand?
Slide 58
MISVERSTANDEN
Er wordt in Nederland veel gesproken over kennisvalorisatie, maar weinig
met kennis van zaken. Dat is niet bevorderlijk voor de acceptatie in de
wetenschappelijke wereld van het belang van kennisvalorisatie.
Slide 59
Slide 60
Presentatie
“Misverstanden over valorisatie”
door:
Dr. mr. Ard Cools
Presentatie
“Misverstanden over valorisatie”
door:
Dr. mr. Ard Cools
Slide 2
AANDACHT VOOR VALORISATIE
Toegenomen aandacht voor
valorisatie is gevolg
van zg Europese
kennisparadox.
Veel van de met
behulp van publieke
financiering ontwikkelde kennis is
hoogwaardig en ook in commercieel opzicht veelbelovend, maar een
groot deel daarvan blijft desondanks ongebruikt op de plank liggen.
Slide 3
VALORISATIE
Vraag:
Behoort valorisatie wel tot de taken van een universiteit?
Slide 4
Art. 1.3 lid 1 van de WHW
Drie wettelijke taken van een universiteit:
•
Geven van onderwijs
•
Uitvoeren van onderzoek
•
Kennisoverdracht t.b.v. de maatschappij
Slide 5
KENNISOVERDRACHT
”Kennisoverdracht aan de maatschappij, en daarmee valorisatie,
is immers één van de wettelijke taken van de universiteit.”
(citaat minister OC&W)
Slide 6
VALORISATIE
Vraag:
Behoort valorisatie wel tot de taken van een universiteit?
Antwoord:
Ja, tot de wettelijke taken.
Slide 7
KENNISOVERDRACHT
Activiteiten gericht op kennisoverdracht t.b.v.
de maatschappij:
“a. Afleveren hoogopgeleide mensen
b. Samenwerking in onderzoek met private partijen
c. Uitvoering onderzoeksopdrachten
d. Samenwerking met bedrijfsleven in onderwijs en training
e. Publiceren van resultaten van onderzoek
f.
Informele contacten tijdens conferenties, e.d.
g. Wetenschaps- en techniekcommunicatie”
(citaat minister OC&W)
Slide 8
KENNISOVERDRACHT
Daarnaast:
“h. inspanningen gericht op het vastleggen van de intellectueel
eigendom; hierbij gaat het bijvoorbeeld om het aanvragen van
octrooien en het geven van licenties; het omgaan met
auteursrechten, etcetera.
i.
het stimuleren van spin-offs en ondernemerschap; hierbij gaat
het bijvoorbeeld om het leveren van bijdragen aan het creëren
van nieuwe bedrijvigheid in zogenaamde spin-offs en start-ups, het
opzetten van incubators voor starters en het stimuleren van
ondernemerschap in het onderwijs.”
(citaat minister OC&W)
Slide 9
KENNISOVERDRACHT
”Deze beide laatstgenoemde activiteiten zijn, samen met een aantal al
langer gebruikelijke, rechtstreeks van belang voor de valorisatie van
kennis die voortkomt uit universitair onderzoek”
(citaat minister OC&W)
Slide 10
MISVERSTANDEN
Wat moet precies worden verstaan onder:
kennisoverdracht?
technology transfer?
valorisatie?
Slide 11
KENNISOVERDRACHT
Kennis
Universiteit
Maatschappij
overdracht
Slide 12
TECHNOLOGY TRANSFER
Bestaand
bedrijf
Technology
Universiteit
transfer
Start-up
Slide 13
VALORISATIE
Twee soorten valorisatie:
•
Economische valorisatie
•
Maatschappelijke valorisatie
Slide 14
ECONOMISCHE VALORISATIE
Producten
Technol.
Processen
kennis
Diensten
Waarde toevoegen
Slide 15
MAATSCHAPPELIJKE VALORISATIE
Rapporten
Kennis
Artikelen
Geneeswijzen
Waarde toevoegen
Slide 16
VALORISATIE
Door maatschappelijke valorisatie kun je economische
valorisatie voorgoed onmogelijk maken.
Slide 17
STAPPEN UIT HET PROCES VAN ECONOMISCHE VALORISATIE
Marketing
Productontwikkeling
Technology transfer
a. overdracht technologie en
b. overdracht octrooi(en) of licentie verlening
Zoeken van geïnteresseerde bedrijven; of
oprichten start up
Leveren van proof of concept
Bescherming kennis door
a. geheimhouding; of
b. octrooiering
Evaluatie
toepassingsmogelijkheden
Scouten van veelbelovende resultaten
Slide 18
OVERDRACHT ZAAK
A
B
Slide 19
OVERDRACHT KENNIS
A
B
Slide 20
EIGENDOMSOVERDRACHT
Goederen kunnen in eigendom worden overgedragen.
Goederen zijn:
•
Zaken, dwz stoffelijke objecten (huizen,
stoelen, boeken);
•
Vermogensrechten (vorderingsrechten,
intellectuele eigendomsrechten).
Kennis is geen goed
en kan niet in eigendom worden overgedragen.
Slide 21
KENNISEIGENDOM
Kenniseigendom bestaat niet!
Slide 22
AFSPRAKEN
a.
A deelt de kennis mede aan B, maar zal
de kennis niet aan derden mededelen;
b.
A verleent B het recht om de kennis te
gebruiken;
c.
A zal de kennis niet gebruiken.
Slide 23
RISICO’S
Risico’s kennisbescherming door geheimhouding:
•
kennis kan openbaar worden door
niet nakomen geheimhoudingsverplichtingen
•
kennis kan openbaar worden door onachtzaamheid
•
zelfde kennis kan door derden worden ontwikkeld
Slide 24
TECHNOLOGY TRANSFER
Technology transfer bestaat uit:
•
overdracht van een technologie aan een bestaand of een
nieuw op te richten bedrijf; en
•
simultane overdracht aan dat bedrijf van een daarop
betrekking hebbend octrooi of verlening van een
licentie; of
•
simultane overdracht aan dat bedrijf van het recht om
een daarop betrekking hebbend octrooi aan te vragen.
Slide 25
KENNISBESCHERMING
Kennis kan op twee verschillende manieren
worden beschermd.
Namelijk door:
•
geheimhouding;
•
octrooiering of andere IPR.
Slide 26
OCTROOI
Een octrooi is:
•
een van overheidswege verleend recht
en ook:
•
een absoluut recht
•
een intellectueel eigendomsrecht
•
een vermogensrecht
•
een verbodsrecht
Slide 27
OCTROOI
Je kunt intellectuele eigendom niet beschermen!
Slide 28
WAARDECREATIE
Technologie
octrooi-aanvraag
waarde toevoegen
octrooi
waarde toevoegen
Waardecreatie door investering in kennisbescherming,
waardoor meer zekerheid t.a.v. beoogde monopoliepositie
Slide 29
VERMOGENSRECHT EN VERBODSRECHT
Een octrooi is een vermogensrecht en een
verbodsrecht.
Een octrooi vertegenwoordigt economische waarde en je
kunt het in eigendom overdragen aan een ander.
Je kunt iedereen verbieden het geoctrooieerde te maken,
te gebruiken, te verkopen, ter verkoop aan te bieden,
kortom commercieel te exploiteren gedurende 20 jaar.
Slide 30
NADELEN OCTROOI
Slide 31
BEPERKINGEN OCTROOI
Octrooieren blijft beperkt tot:
•
•
Voortbrengsel
Werkwijze
Slide 32
UITVINDING EN ONTDEKKING
Het begrip uitvinding is opgebouwd uit
drie elementen:
-
een weten
-
een kunnen
-
een vooruitgang op het gebied van de
aanwending van natuurkrachten
Een ontdekking is het vinden van iets wat al
bestond, maar nog nooit eerder was gezien.
Slide 33
INNOVATIE
Een innovatie is een nieuw of vernieuwd product,
proces of dienst. Dus:
•
een innovatie hoeft niet gebaseerd te zijn op een uitvinding;
•
niet iedere uitvinding leidt tot een innovatie.
Slide 34
NIEUWHEIDSVEREISTE
Nieuwheidsvereiste:
Kennis mag niet al deel uitmaken van de stand der techniek
en moet geheim worden gehouden tenminste tot moment van de
indiening van de octrooi-aanvraag.
Slide 35
INVENTION DISCLOSURE FORM
Vragen over:
•
Aard van de uitvinding
-
oplossing voor welk probleem?
-
inbreuk aantoonbaar?
• Nieuwheid
-
publicaties; posters tijdens conferentie?
• Industriële toepassing
-
markten/bedrijven?
-
investeringen nodig?
• Freedom to operate
-
subsidievoorwaarden?
-
andere afspraken?
Slide 36
OCTROOIGEMACHTIGDE
Na een positieve interne evaluatie wordt een
octrooigemachtigde ingeschakeld.
De octrooigemachtigde stelt het octrooischrift
op.
Slide 37
PROBLEEM
Dat betekent in praktijk dat de uitvinding 3 tot 6 maanden
geheim moet worden gehouden.
Dit wordt binnen een universiteit vaak als een probleem gezien,
omdat men meestal zo snel mogelijk wil publiceren.
Omdat valorisatie tot de 3 hoofdtaken van een universiteit behoort
moeten universiteiten bereid zijn om te accepteren dat
(tijdelijk) geheimhouden soms onvermijdelijk is.
Slide 38
OCTROOI VAN UNIVERSITEIT
Wanneer heeft het zin om als universiteit octrooi aan te vragen?
Als je waarde wilt creëren voor je universiteit.
Dat kan alleen als er een bedrijf is dat:
•
het octrooi wil kopen/overnemen; of
•
een licentie wil nemen.
Slide 39
O&O&I STEUNKADER
Marktprijs !
Slide 40
WAARDEBEPALING
De marktprijs van een verleend octrooi
is bepaald door de exploitatiemogelijkheden:
•
•
•
toepassingen
productiefaciliteiten
markten
Slide 41
WAARDEBEPALING
en verder natuurlijk ook door:
•
•
•
•
•
•
•
aard en uniciteit van de betreffende uitvinding
al dan niet voorhanden zijn van technologische
alternatieven
effectiviteit en reikwijdte van het octrooi
landen waar het octrooi van kracht is
mate van technologische doorontwikkeling van
de betreffende uitvinding
vereiste investeringen om de betreffende
technologie gereed te maken voor productie
investeringsrisico
Slide 42
OCTROOI VAN BEDRIJF
Wanneer heeft het zin om als bedrijf octrooi aan te vragen?
•
Als je anderen wilt kunnen verhinderen om …….
randvoorwaarden:
-
je moet de kosten van het aanvragen en in stand houden
kunnen opbrengen
•
-
je moet tegen inbreukplegers kunnen optreden
-
je moet inbreuk gemakkelijk kunnen aantonen
Als je waarde wilt creëren voor je bedrijf
Slide 43
TIJDSTIP VAN AANVRAGEN
Niet te vroeg, want
dan heb je een kortere effectieve terugverdientijd,
indien nog veel ontwikkelingswerk nodig is.
Niet te laat, want
dan kun je door een concurrent worden ingehaald.
Slide 44
VERMOGENSRECHT EN VERBODSRECHT
Een octrooi is een vermogensrecht en een
verbodsrecht.
Een octrooi vertegenwoordigt economische waarde en je
kunt het in eigendom overdragen aan een ander.
Je kunt iedereen verbieden het geoctrooieerde te maken,
te gebruiken, te verkopen, ter verkoop aan te bieden,
kortom commercieel te exploiteren gedurende 20 jaar.
Slide 45
OCTROOI ALS VERMOGENSRECHT
Twee mogelijkheden:
• overdracht; of
• licentie verlening
Slide 46
LICENTIE VERLENING
exclusief
•
één licentienemer
•
octrooikosten voor licentienemer
•
doel: afschermen markt t.b.v. licentienemer
niet exclusief
•
meerdere licentienemers
•
octrooikosten voor licentiegever
•
doel: technologie breed neerzetten
semi-exclusief
Slide 47
LICENTIES
Niet alleen:
•
octrooilicenties; maar ook
•
know how licenties (geheime kennis)
•
software licenties
Slide 48
LICENTIES
Beperken naar:
•
territorium
•
tijd (duur octrooi)
•
toepassing
•
•
•
medisch
•
niet-medisch
activiteit
•
produceren
•
verkopen
•
consumenten
•
B2B
markt
Slide 49
VERGOEDING VOOR LICENTIES
Lump sum
-
vast bedrag ineens
Royalties
-
omzet- of winstafhankelijke
vergoeding
Slide 50
VERGOEDING VOOR LICENTIES
Factoren die van belang zijn voor het bepalen van de
hoogte van de vergoeding:
•
intrinsieke waarde uitvinding
•
aanvraag- en instandhoudingskosten
•
wie betaalt kosten van bestrijden van inbreuk
•
exclusiviteit
•
territorium van de licentie
•
duur van de licentie
•
welke toepassingen
•
welke markten
•
commercieel succes
•
nog investeringen nodig?
Slide 51
OPTIE
Optie op licentie
•
Voorwaarden en prijs zijn vastgelegd.
•
De licentiegever moet de optiehouder licentie verlenen
onder de vastgelegde voorwaarden en prijs, zodra de
optiehouder dat wil.
Slide 52
RIGHT OF FIRST REFUSAL
Right of first refusal van een licentie
•
Voorwaarden en prijs zijn niet vastgelegd.
•
Licentiegever hoeft niemand een licentie te verlenen.
•
Als de licentiegever een licentie wil verlenen, moet hij prijs
en voorwaarden vastleggen en die licentie dan eerst
aanbieden aan de houder van het ROFR.
•
Als de houder van het ROFR de licentie niet wil onder die
voorwaarden, mag de licentiegever de licentie onder
dezelfde voorwaarden aanbieden aan derden.
Slide 53
OPEN INNOVATIE
Open innovatie is het combineren
van interne en externe bronnen
voor zowel de ontwikkeling
als het op de markt brengen
van nieuwe producten, processen of diensten.
(H. Chesbrough)
Slide 54
OPEN INNOVATIE
Drie vormen van open innovatie:
•
inkopend innoveren;
•
collaboratief innoveren;
•
openbaar innoveren.
Alleen de laatste vorm van open innovatie is nieuw.
Slide 55
BAYH-DOLE ACT VAN 1980
BAYH-DOLE ACT
maakt het Amerikaanse universiteiten mogelijk
om rechten te claimen op uitvindingen die voortvloeien
uit door de federale overheid gefinancierd onderzoek.
Slide 56
BAYH-DOLE ACT VAN 1980
mits de universiteit:
•
overeenkomsten heeft gesloten met haar medewerkers omtrent
geheimhouding en overdracht van uitvindingen aan de universiteit;
•
de uitvinding meldt aan de financierende instantie van de federale
overheid;
•
daadwerkelijk octrooi aanvraagt voorde betreffende uitvinding;
•
een niet-exclusieve en niet-overdraagbare licentie verleent aan de
federale overheid;
•
actief bevordert en probeert om de uitvinding te commercialiseren,
waarbij MKB bedrijven die in de VS produceren de voorkeur genieten;
•
het octrooi niet overdraagt aan derden (behalve onder bijzondere
omstandigheden;
•
de royalties deelt met de uitvinders en het overblijvende deel besteedt
aan onderzoek en onderwijs.
Slide 57
BAYH-DOLE ACT VAN 1980
“In Amerika zijn onderzoekers bij wet verplicht om resultaten te patenteren.”
(citaat hoogleraar kennisvalorisatie)
Misverstand?
Slide 58
MISVERSTANDEN
Er wordt in Nederland veel gesproken over kennisvalorisatie, maar weinig
met kennis van zaken. Dat is niet bevorderlijk voor de acceptatie in de
wetenschappelijke wereld van het belang van kennisvalorisatie.
Slide 59
Slide 60
Presentatie
“Misverstanden over valorisatie”
door:
Dr. mr. Ard Cools