Fase 2.Verzorgen van de winkel 3.1.3 en 3.1.4

Download Report

Transcript Fase 2.Verzorgen van de winkel 3.1.3 en 3.1.4

Fase 2
Winkel aanvullen
Kerntaak: verzorgen ontvangst en
verwerking van goederen
Hoofdstuk: Bouwen en verzorgen van
artikelpresentaties
Par: 3.1.3 en 3.1.5
Blz. 80 en 81 en 82 t/m 87
3.1.3: Plaats van de artikelgroepen
• Je kunt artikelgroepen op 2 manieren
plaatsen:
- Gecombineerd
- Gescheiden
Combinatieplaatsing
Hier worden artikelgroepen die verwant zijn
elkaar gecombineerd gepresenteerd (ze hebben
iets met elkaar te maken). Zoals:
- Rug aan rug plaatsing (ships en (fris) drank)
- Nabuurplaatsing
- Contraplaatsing
Gescheiden plaatsing
• De winkelier kiest voor deze manier van
presenteren als er geen verwantschap bestaat.
Bijvoorbeeld:
- Diefstal gevoelige artikelen (batterijen achter
de kassa)
- Artikelen die veel verkocht worden
- Imagoverhogende artikelen
- Artikelen van de bedieningsafdeling
Verwantschap
• 3 Assortimentsverwantschappen
- Consumptie verwantschap
- Koopverwantschap
- Productie verwantschap
Consumptieverwantschap
• Artikelen die in dezelfde behoefte voorzien.
Ook wel gebruiksverwantschap genoemd.
• Deze artikelen hebben een
consumptieverwantschap en vullen elkaar
aan!
• Artikelen die elkaar aanvullen noemen we
complementaire artikelen.
• Een artikel die een ander artikel kan vervangen
noem je een substitutie artikel
Koopverwantschap
• De artikelen zo neerzetten dat de klant ze makkelijk
kan pakken of bekijken.
• Je kijkt naar het koopgedrag van de klant.
• In een supermarkt
hebben de klanten
haast en bij een
kledingwinkel moet
de klant geholpen
worden hoe het
artikel gedragen
kan worden.
Productieverwantschap
• Producten bij elkaar plaatsen die ongeveer op
dezelfde manier geproduceerd worden.
Overige verwantschappen
•
•
•
•
•
•
•
Prijsverwantschap
Kleurverwantschap
Stijlverwantschap
Themaverwantschap
Maatverwantschap
Leeftijdverwantschap
Merkverwantschap
3.1.4: Ompakken en aanvullen
• Goederen worden geleverd in de
transportverpakking (omverpakking)
• Het verwijderen van deze
verpakkingen noem je ompakken
• De omverpakking zorgt
ervoor dat het artikel
niet beschadigd tijdens het
transport
• 1 omverpakking is vaak
1 collo is 1 verpakkingseenheid
Besteleenheid
• Besteleenheid: soms kan je
artikelen niet per stuk bestellen
maar per verpakkingseenheid
• Bij hele kleine artikelen
zitten er vaak meerderen
besteleenheden in 1
verpakking (10 verpakkingseenheden, met in iedere
verpakkingseenheid 10 doosjes
met nietjes)
Omverpakking
• Artikelen worden vanuit de omverpakking
gehald en verkoopklaar gemaakt. Soms
worden de artikelen niet uit de omverpakking
gehaald en worden ze zo verkocht (Aldi).
• Besteleenheid (1 pallet)
• Omverpakking (doos)
• Verkoopverpakking (fles)
Ompakken
• Let op:
- Werk efficient
- Werk zorgvuldig
- Werk veilig
- Werk hygienisch
Pak je in de winkel op, dan moet de klant er
geen last van hebben, en tegelijkertijd houd je de
klant in de gaten. Tevens gebruik je de juiste
hulpmiddelen.
Beprijzen / uitprijzen
• Wanneer de artikelen nog geen prijskaartjes
hebben.
• Hulpmiddelen:
- Prijstang
- Etiketteermachine
- Aanschiettang
Omprijzen
• Wanneer je een artikel een andere prijs geeft.
• Omprijzen kan op 2 manieren:
- Opprijzen (prijs word hoger door bijv. BTW
verhoging)
- Afprijzen (prijs wordt lager)
Consumentenprijs = prijs die op het prijskaartjes
staat.
Juiste prijs
• Zelfde artikelen moeten dezelfde prijs hebben
• Prijs op artikel moet dezelfde prijs zijn als op
het schap (kaartje)
• Prijs op het artikel moet dezelfde prijs zijn als
die de kassa aangeeft
Vaak staat bij de kassa, dat de kassaprijs de
juiste prijs is! Dit om fraude met prijsetiketten te
voorkomen.
Fouten in prijzen die niet logisch zijn hoeft de
winkelier ook niet te rekenen..
Aanvullen
• Soms 1 keer per week
• Vaak iedere dag (supermarkten)
• Soms meerdere keren per dag (grotere
supermarkten)
Hulpmiddel:
Schappenplan
Belangrijk bij aanvullen: Derving voorkomen! Door:
- FIFI (First in First out); Artikelen naar voren halen
die achter in het schap staan en de nieuwe
artikelen er achter zetten (spiegelen)
- Controle verpakkingen, artikel en prijs
- Gebruik de juiste hulpmiddelen (let op met
mesjes), en laat deze niet slingeren
Aanvultijden
Belangrijk bij het aanvullen is dat de klant er geen
last van heeft…. Het tijdstip van aanvullen is
afhankelijk van:
- Branche
- “omvang van klantgebonden werkzaamheden”
- Beschikbaarheid winkelpersoneel
- Omzet (te verwachten klantenstroom)
- Levertijdstippen
- Plaats waar in de winkel aangevuld moet worden