Paragraaf 2 en 3 van hoofdstuk 2: Verbranden en

Download Report

Transcript Paragraaf 2 en 3 van hoofdstuk 2: Verbranden en

 Binnen de scheikunde bestaan een heleboel enkelvoudige stoffen.  Deze stoffen bestaan uit één element.  Elke elementen heeft zijn eigen letter.    H Waterstof O Zuurstof C Koolstof

Waterstof Koolstof Zuurstof

Molecuul is een combinatie van een of meer atomen Voorbeelden die jullie kennen:    

Water Zuurstof H

2

O O

2

Koolstofdioxide CO

2

Koolstofmonoxide CO

Koolstof C

Verbranding

Er zijn 3 dingen nodig voor verbranding: - Brandstof - Zuurstof - Ontbrandingstemperatuur

2 soorten verbranding

Als er genoeg zuurstof (O 2 ) aanwezig is

Volledige verbranding

Als er niet genoeg zuurstof (O 2 ) aanwezig is:

Onvolledige verbranding

Onvolledige verbranding

Er is niet genoeg zuurstof om de brandstof volledig te verbranden Er ontstaat: Roet (C) en Koolstofmonooxide (CO) Je ziet aan de formule dat het aantal zuurstof atomen af neemt.

Eigenschap:  Zwarte aanslag (als potlood) Schoorsteen vegen!

Eigenschap:     Giftig Onzichtbaar Reukloos Zwaarder dan lucht

Bij een verbranding verdwijnt er geen stof maar de stof veranderd .

Volledige verbranding

Reactievergelijking: Brandstof + zuurstof  reactieproduct (en) (Oude stof) (nieuwe stof) Bij volledige verbranding zijn de reactieproducten altijd CO 2 en H 2 O

5 moleculen butaan Scheikundige formule Ervoor Aantal moleculen 5 C 4 H 10 één molecuul butaan C 4 H 10 Erachter Aantal atomen in één molecuul

Aantal moleculen

5 5

Aantal atomen in één molecuul

4 C atomen 10 H atomen

Totaal aantal

20 C atomen 50 H atomen

Voorbeeld: metaangas (CH 4 ) 1 koolstof atoom 4 waterstof atomen Reactievergelijking: Methaan en zuurstof CH 4 + O 2  koolstofdioxide en water  CO 2 + H 2 O

Voorbeeld: metaangas (CH 4 ) Reactievergelijking:

C

H 4 + O 2  CO 2 + H 2 O Bepaal het aantal atomen per molecuul:

Molecuul C

H 4 C O 2 H 2 O

Aantal C

1 1

Aantal H

4 2

Aantal O

2 1

Molecuul C

H 4 1 C O 2

Aantal C

1 1

Aantal H

4 Kijk naar het aantal C atomen in het gas.

Dan kan je één één C O 2 molecuul maken uit

C

H 4 molecuul.

Aantal O

2 Hiervoor heb je dus nog 2 zuurstof atomen nodig.

Dit is hetzelfde als één zuurstofmolecuul ( O 2 )

Molecuul Aantal C C

H 4 1 2 H 2 O

Aantal H Aantal O

4 4 2

l molecuu

H 2 O Kijk naar het aantal H atomen in het gas.

Dan kan je twee één H 2 O molecuul maken uit

C

H 4 molecuul.

Aantal H Aantal O

2 1 Hiervoor heb je dus nog 2 zuurstof atomen nodig.

Dit is hetzelfde als één zuurstofmolecuul ( O 2 )

Voorbeeld: metaangas (CH 4 )

Molecuul C

H 4 1 C O 2 2 H 2 O O O 2

Aantal C

1 1

Aantal H

4 4

Aantal O

2 2 4 2

aantal

2 + 2 4 / 2 Reactievergelijking:

C

H 4 + 2 O 2  CO 2 + 2 H 2 O

Voorbeeld: Propaangas (C 3 H 8 )

Molecuul Aantal C Aantal H C

3 H 8 3 8 3C O 2 3 4H 2 O 8

Aantal O aantal

6 4 O O 2 10 5 Reactievergelijking:

C

H 4 + 5 O 2 6 + 4 10 / 2  3 CO 2 + 2 H 2 O

Conclusie:

Er zijn 2 soorten verbranding: Volledige verbranding (blauwe vlam) (koolstofdioxide (CO 2 )en waterdamp (H 2 O)) Onvolledige verbranding (gele vlam) (koolstofmonooxide (CO), roet (C) en waterdamp (H 2 O))

Conclusie:

Bij een volledige verbranding is er genoeg O 2 en ontstaat er altijd CO 2 en H 2 O Reactievergelijking: Brandstof + O 2  CO 2 + H 2 O Brandstof invullen (vaak C 2 H 4 of CH 4 ) Dan C’s, O’s en H’s gelijk maken

Paragraaf 2 vragen: 2, 3 7 t/m 12 en 16