D-toets Formuleren

Download Report

Transcript D-toets Formuleren

Opgave 1

A Neem de woorden over die een geval van dubbelop vormen.

B Noteer achter de woorden het type dubbelop; kies uit:

A onjuiste herhaling

B tautologie

C pleonasme

D contaminatie

E dubbele ontkenning
Opgave 1
1.
Omdat de bondscoach zag dat zijn spelers na de 3-0 de
moed in de schoenen lieten zakken, probeerde hij hen in de
rust wat op te beuren.
2.
We kunnen dit nieuwe middel proberen onder de
voorwaarde dat achteraf een evaluatie zal plaatsvinden.
3.
Op de steun van de linkse partijen durfde de vakbondsleider
ondanks nadrukkelijke toezeggingen van de
fractievoorzitters niet meer op te rekenen.
4.
Soms zijn huisdieren natuurlijk lastig, maar moet je het
daarom laten om geen hond of kat te nemen?
Opgave 2
 Vul het juiste persoonlijke voornaamwoord (hij, zij, ze, het, hem of
haar) of bezittelijke voornaamwoord (zijn of haar) in.
1.
De gemeente Zwolle zegt dat het besluit vaststaat en dat ...
voorlopig geen kunstijsbaan zal laten aanleggen.
2.
De dictator eiste van de bevolking dat die de bouw van zijn
paleizen zou betalen en legde ... daarom hoge belastingen op.
3.
Dit hervormingscomité heeft bijzonder snel gewerkt, maar
daardoor heeft ... een aantal van ... beslissingen wel enigszins
overhaast genomen.
Opgave 3
 Kies het beste verwijswoord (hen, hun, ze, zij).
1.
Omdat de agenten eisten dat ik mij zou legitimeren, toonde
ik … mijn rijbewijs.
2.
Mijn zussen zijn prima meiden, maar ik zou nooit drie
weken met … op vakantie gaan.
3.
Je kunt erop rekenen dat … ook nu zullen doen waar ze
zelf zin in hebben.
Opgave 4
 Vul het juiste aanwijzende voornaamwoord (deze, die, dit, dat) of
betrekkelijke voornaamwoord (wie, dit, dat of wat) in.
1.
Veel mensen hebben een jaarlijkse bijdrage over voor Amnesty
International, een organisatie ... al jarenlang opkomt voor
gevangenen over de hele wereld.
2.
Het bedrijf ... de invoering van het rekeningrijden mogelijk moet
maken, is op zoek naar veel nieuw personeel.
3.
Naar mijn mening is het beste ... je in geval van inbraak kunt
doen, meteen de politie inschakelen.
Opgave 5
 Vul in: aan wie of waaraan, op wie of waarop, enz.
1.
Die leuke jongen ... ik je laatst vertelde, zit nu bij mij op
dansles.
2.
We zoeken een nieuwe penningmeester ... we de financiële
administratie kunnen toevertrouwen.
3.
Dat storende gedrag van Esther, ... steeds meer mensen zich
ergeren, moet maar eens afgelopen zijn.
Opgave 6
 Verbeter de onduidelijke of foute verwijzingen.
1.
Een goed rijpaard kost vaak erg veel geld, omdat hij eerst getraind
moet worden en dat trainen is een tijdrovende zaak.
2.
De roman ‘Honderd jaar eenzaamheid’ van Gabriel Garcia
Marquez is het mooiste dat ik ooit gelezen heb.
3.
Eline vertelde aan Kirsten dat haar moeder op school was
geweest voor een gesprek met de rector.
4.
‘Honderd jaar eenzaamheid’ is een prachtig boek, wat helaas
tegenwoordig nauwelijks nog gelezen wordt.
Opgave 7

De volgende zinnen bevatten zinsbouwfouten.

A Noteer van elke zin om welke fout het gaat; noteer alleen het nummer van de zin en
de letter van de fout. Kies uit:

A incongruentie

B dat/als-constructie

C foutieve samentrekking

D foutieve beknopte bijzin

E losstaand zinsgedeelte.

Let op: niet alle zinnen zijn fout. Noteer bij correcte zinnen ‘Correct’.
Opgave 7
1.
De vertrouwensdocent heb ik alle details over het misbruik verteld, maar heb
ik niet kunnen overtuigen van de ernst van de situatie.
2.
Menig Nederlander vindt het een goed idee dat wanneer jongeren met
alcoholvergiftiging in het ziekenhuis belanden, de ouders daarvoor
verantwoordelijk gesteld worden.
3.
Wist je dat de Jonge Socialisten, de jongerenbeweging van de PvdA, met
regelmaat moppert over de slappe politieke standpunten die de partijbonzen
innemen?
4.
Na nog eens een avond stevig onderhandeld te hebben lijkt de kloof tussen de
politieagenten en de minister nu eindelijk overbrugbaar.
5.
‘De maand mei is altijd prachtig in Italië en breng ik dan ook graag in
Toscane door,’ zei mijn zus voor ze naar Florence vertrok.
Antwoorden

Opgave 1

1. de moed in de schoenen lieten zakken (contaminatie van ‘de moed lieten zakken’ en ‘de moed zonk hen in de
schoenen’)

2. achteraf een evaluatie (pleonasme, een evaluatie is altijd achteraf)3.

3 (a) Op ... op te rekenen. (onjuiste herhaling van ‘op’)

4 (a) laten om geen hond of kat (dubbele ontkenning)

Opgave 2

1 ze

2 haar

3. het, zijn
Antwoorden

Opdracht 3

1 hun

2 hen

3 ze

Opdracht 4

1 die

2 dat

3 wat

Opdracht 5

1 over wie

2 aan wie

3 waaraan
Antwoorden

Opdracht 6

1 ‘hij’ moet zijn ‘het’

2‘dat’ moet zijn ‘wat’

3 ‘haar’ verwijst onduidelijk: naar Eline of naar Kirsten.

4 ‘wat’ moet zijn ‘dat’

Opdracht 7

1 C (foutieve samentrekking): de vertrouwensdocent Meew Vw & Lijd Vw

2 B (dat/als-constructie)

3 A (incongruentie): Jonge Socialisten = mv

4 D (foutieve beknopte bijzin): de kloof heeft niet onderhandeld

5 C (foutieve samentrekking): de maand mei Onderwerp in eerste zin en niet in tweede (ik is onderwerp)