Transcript 298_De Franse Revolutie

4.3 Revolutie in Frankrijk
Franse staatsuitgaven liepen uit de hand:
Iedereen (ook adel en geestelijkheid) meer belasting.
Adel en Geestelijkheid wilden daarom meer invloed:
Lodewijk XVI riep Staten-Generaal bijeen.
(= einde absolute macht)
Ontevredenheid in het land over
- Hoge Belasting
- Gebrek aan politieke invloed
- Armoede en Honger
Meningsverschil standen Staten-Generaal
Derde stand werd Grondwetgevende
Vergadering
Koning liet leger oprukken
Volk kwam in opstand. (= Franse Revolutie)
Tijdens Opstand
Boeren in het hele land kwamen in opstand.
Grondwetgevende Vergadering :
- Schafte de privileges van adel en geestelijkheid af.
- Nam Verklaring van de Rechten van de Mens en de
Burger aan.
Tijdens Opstand
Koning en Koningin:
- In Parijs zodat er op ze gelet kon worden.
- Verspilden hun laatste restje vertrouwen door
vluchtpoging.
1791: Frankrijk was een Constitutionele Monarchie
geworden.
Tijdens Opstand
 Franse Revolutie leidde tot grote internationale
spanningen:
- Franse Parlement verdacht Oostenrijk ervan de
revolutie te stoppen: Oorlog met Oostenrijk
Pruisen steunde Oostenrijk. Het Pruisische leger viel
Frankrijk binnen en maakte bekend dat iedereen die
zich verzette met de dood zou worden bestraft:
Het volk van Parijs kwam weer in Opstand.
Tijdens Opstand
 Edelen en Geestelijken die werden verdacht van
heulen met de vijand werden vermoord.
Monarchie werd afgeschaft, de afgezette koning
werd tot dood veroordeeld en stierf onder een
guillotine.
Na de executie raakte Frankrijk in oorlog met GrootBrittanië, Nederland en Spanje.
Alle vijanden van de Revolutie werden ter dood
veroordeeld: Tienduizenden Fransen stierven onder
de guillotine.
_____________________________________________
In 1799 eindigde de Franse Revolutie toen Napoleon
met een staatsgreep de macht in handen kreeg.
Fin