Tijdvak 7: De tijd van pruiken en revoluties 1700 – 1800

Download Report

Transcript Tijdvak 7: De tijd van pruiken en revoluties 1700 – 1800

Tijdvak 7:
De tijd van pruiken en revoluties
1700 – 1800
Eeuw van de Verlichting
1
1
Inleiding
Kenmerkende aspecten
27. Rationeel optimisme en ‘verlicht denken’dat werd toegepast op
alle terreinen van de samenleving: godsdienst, politiek,
economie en sociale verhoudingen.
28. Voortbestaan van het ancien régime met pogingen om het
vorstelijk bestuur op eigentijdse verlichte wijze vorm te geven.
(verlicht absolutisme)
29. Uitbouw van de Europese overheersing, met name in de vorm
van plantagekolonies en de daarmee verbonden transatlantische
slavenhandel en de opkomst van het abolutionisme.
2
30. De democratische revoluties in westerse landen met als gevolg
discussies over grondwetten, grondrechten en
staatsburgerschap.
Begrippen
Abolutionisme
Ancien régime
Democratische revolutie
Grondrechten
Grondwet
Plantagekolonie
Rationalisme
Sociale verhoudingen
Staatsburgerschap
Transatlantische slavenhandel
Verlicht absolutisme
Verlicht denken, verlichting
Exameneis: Je kunt een passend voorbeeld geven van een gebeurtenis, een ontwikkeling, een verschijnsel
of een handeling dan wel gedachtegang van een persoon en dit voorbeeld gebruiken om het betreffende
aspect te verduidelijken.
Tijdvak 7: De wereld in de tijd van pruiken en revoluties
1700 – 1800
2
Inleiding
Inleiding: de wereld in de tijd van pruiken en revoluties
Het tijdvak
Tijd van de Verlichting: rede en kennis waren belangrijk. Het gebruik van kennis en verstand zou tot
vooruitgang leiden.
Deze ideeën zouden leiden tot bijvoorbeeld andere denkbeelden over de samenleving en de maatschappij
3
Tijdvak 7: De tijd van pruiken en revoluties
1700 – 1800
3
Inleiding
Inleiding: de wereld in de tijd van pruiken en revoluties
De wereld in de 18e eeuw
-
Europese expansie en groei wereldeconomie
-
Begin invloed GB in India
-
Frankrijk verliest invloed in N. Amerika
-
1776 VS onafhankelijkheids verklaring (1789)
4
Tijdvak 7: De tijd van pruiken en revoluties
1700 – 1800
4
Inleiding
Inleiding: de wereld in de tijd van pruiken en revoluties
Europa in de 18e eeuw
-
Frankrijk machtigste land op continent
-
Engeland middels coalities tegenwicht
-
Opkomst Pruisen en Rusland
-
Overal monarchieën (Republiek en Venetië en Genua), Pruisen Frederik II verlicht vorst
-
1789 Franse Revolutie (1795- 1815 Napoleon)
5
Tijdvak 7: De tijd van pruiken en revoluties
1700 – 1800
5
Inleiding
Inleiding: de wereld in de tijd van pruiken en revoluties
Nederland in de 18e eeuw
-
Economische stagnatie
-
Vanaf 1786 verzet van Patriotten tegen stadhouders en regenten
-
1787 machtsgreep door Pruisen neergeslagen
-
1795 Bataafse Revolutie/ Bataafse Republiek (Franse vazalstaat)
6
Tijdvak 7: De tijd van pruiken en revoluties
1700 – 1800
6
Paragraaf 7.1 De Verlichting
Kenmerkend aspect: Rationeel optimisme en ‘verlicht denken’ dat werd toegepast op alle terreinen van de
samenleving: godsdienst, politiek, economie en sociale verhoudingen.
Verlichting:
Uitvloeisel van de 17e eeuwse wetenschappelijke revolutie. Rationeel denken toepassen op de gehele
maatschappij en het gehele menselijke leven.
Het verlichte denken zou een einde maken aan domheid, intolerantie, geloofsfanatisme en onredelijke
verschillen tussen mensen.
7
Rede en kennis waren superieur aan traditie en geloof. Het rationalisme bracht licht in het leven.
Verlichting begon eind 17e eeuw in Nederland en Engeland, maar verschoof in de 18e eeuw naar Parijs
Tijdvak 7: De tijd van pruiken en revoluties
1700 – 1800
7
Paragraaf 7.1 De Verlichting
Kenmerkend aspect: Rationeel optimisme en ‘verlicht denken’ dat werd toegepast op alle terreinen van de
samenleving: godsdienst, politiek, economie en sociale verhoudingen.
Godsdienst
Veel kritiek op de godsdienst. Vooral op fanatisme en intolerantie.
Voltaire bekendste. Hij zag God als opperwezen, klokkenmaker. Mens heeft God of Bijbel niet nodig om
goed en kwaad te kennen. Gewone volk wel beter dom houden.
8
Tijdvak 7: De tijd van pruiken en revoluties
1700 – 1800
8
Paragraaf 7.1 De Verlichting
Kenmerkend aspect: Rationeel optimisme en ‘verlicht denken’ dat werd toegepast op alle terreinen van de
samenleving: godsdienst, politiek, economie en sociale verhoudingen.
Politiek en sociale verhoudingen
Voltaire wilde een absoluut vorst die vrijheid garandeerde en het gepeupel eronder hield. Zij grote
voorbeeld was Frederik II van Pruisen. (verlicht absolutisme)
Andere denkers waren tegen absolutisme.
9
John Locke: burgers hebben natuurlijke rechten die door regeringen moeten worden beschermd.
Regeringen moeten contract sluiten met burgers.
Montesquieu: absolutisme leidde tot despotisme. Driemachtenleer (trias politica). Wilde mengeling van
monarchie, aristocratie en democratie.
Van der Capellen tot den Pol en JJ. Rousseau: regeringen moeten de algemene wil volgen. Bevolking
Geeft soevereiniteit over aan een volksvergadering. Mensen moeten volgens de natuur leven. Betere
mensen en maatschappij waren “maakbaar”. Opvoeding en onderwijs waren belangrijk.
Tijdvak 7: De tijd van pruiken en revoluties
1700 – 1800
9
Paragraaf 7.1 De Verlichting
Kenmerkend aspect: Rationeel optimisme en ‘verlicht denken’ dat werd toegepast op alle terreinen van de
samenleving: godsdienst, politiek, economie en sociale verhoudingen.
Economie
Adam Smith: schreef dat mensen van nature hun economische situatie willen verbeteren. Meer vrijheid zou
de productie bevorderen. Wet van vraag en aanbod. Regeringen moeten zich zo min mogelijk bemoeien
met de staat
10
Tijdvak 7: De tijd van pruiken en revoluties
1700 – 1800
1
0
Paragraaf 7.2 Het ancien régime
Kenmerkend aspect: Voortbestaan van het ancien régime met pogingen om het vorstelijk bestuur op eigentijdse
verlichte wijze vorm te geven. (verlicht absolutisme)
Frankrijk
Na Rusland dichtst bevolkt.
Lodewijk XV en Lodewijk XVI zetten het absolutisme van Lodewijk XIV voort.
De vorst had alle macht. De adel had het recht op de hoge rangen in het leger en het bestuur.
Adel en geestelijkheid betaalden vrijwel geen belasting.
11
Meeste opbrengst kwam van accijnzen, daardoor toenemende armoede en zelfs honger.
Landbouw stagneerde.
In de landbouwstedelijke samenleving wel groei nijverheid en handel (mede door mercantilistische
maatregelen). Vooral de gegoede burgerij profiteerde. Maar de samenleving werd niet burgerlijker, zoals
elders. En de burgerij kreeg niet meer macht.
Door oorlogen en bovenstaande raakte de staatskas leeg.
Tijdvak 7: De tijd van pruiken en revoluties
1700 – 1800
1
1
Paragraaf 7.2 Het ancien régime
Kenmerkend aspect: Voortbestaan van het ancien régime met pogingen om het vorstelijk bestuur op eigentijdse
verlichte wijze vorm te geven. (verlicht absolutisme)
Pruisen
Frederik de Grote gebruikte in Pruisen wel zijn macht om hervormingen door te voeren.
Wilde zijn onderdanen verlichten.
Eerste dienaar
Verlicht absolutisme (alles voor het volk, niets door het volk).
12
Hij liet de adel zijn macht houden omdat die het leger vormden en dat had hij nodig.
Tijdvak 7: De tijd van pruiken en revoluties
1700 – 1800
1
2
Paragraaf 7.2 Het ancien régime
Kenmerkend aspect: Voortbestaan van het ancien régime met pogingen om het vorstelijk bestuur op eigentijdse
verlichte wijze vorm te geven. (verlicht absolutisme)
Nederland
Geen koning en nauwelijks adel, maar regenten als bevoorrechte groep.
Beging 18e eeuw stagnatie. In 1747 rellen en terugkeer van een Oranje als stadhouder.
Leverde volk niets op.
Staatsschuld liep op (mede door leningen van de regenten)
13
Tijdvak 7: De tijd van pruiken en revoluties
1700 – 1800
1
3
Paragraaf 7.3 De democratische revoluties
Kenmerkend aspect: De democratische revoluties in westerse landen met als gevolg discussies over grondwetten,
grondrechten en staatsburgerschap.
Amerika
Daar begon een reeks democratische revoluties.
- Sinds 1763 verzet tegen belasting aan moederland Engeland.
- 1776 declaration of independece (all men are created equal). Regeringen worden aangesteld om deze
mensenrechten te verzekeren.
14
- 1787 eerste geschreven grondwet ter wereld (machtenscheiding) met een “bill of rights” (grondrechten)
Tijdvak 7: De tijd van pruiken en revoluties
1700 – 1800
1
4
Paragraaf 7.3 De democratische revoluties
Kenmerkend aspect: De democratische revoluties in westerse landen met als gevolg discussies over grondwetten,
grondrechten en staatsburgerschap.
Frankrijk
In 1789 de Franse Revolutie.
Eerst kwam er een Nationale Vergadering als regering, met de vorst nog aan het hoofd.
Oorlog tegen Pruisen in 1792 verliep slecht en mensen verdachten de koning ervan dat hij wilde dat
Pruisen zijn macht kwam herstellen.
15
1793 onthoofd
1793 – 1794 grote Terreur
1799 – 1815 Napoleon aan de macht (1804 keizerskroning, 1814-1815 elba)
Na Napoleon weer een koning, maar de oude orde werd nooit meer succesvol hersteld.
Tijdvak 7: De tijd van pruiken en revoluties
1700 – 1800
1
5
Paragraaf 7.3 De democratische revoluties
Kenmerkend aspect: De democratische revoluties in westerse landen met als gevolg discussies over grondwetten,
grondrechten en staatsburgerschap.
Nederland
1781 pamflet tegen Willem V en voor democratie door Capellen tot den Pol
1786 opstand der Patriotten, neergeslagen door Pruisen
1795 met behulp van het Franse leger Bataafse Republiek
1798 eerste Nederlandse grondwet (democratisch)
1801 door Napoleon weer afgeschaft
Tijdvak 7: De tijd van pruiken en revoluties
16
1700 – 1800
1
6
Paragraaf 7.3 De democratische revoluties
Kenmerkend aspect: De democratische revoluties in westerse landen met als gevolg discussies over grondwetten,
grondrechten en staatsburgerschap.
17
Tijdvak 7: De tijd van pruiken en revoluties
1700 – 1800
1
7
Paragraaf 7.3 De democratische revoluties
Kenmerkend aspect: De democratische revoluties in westerse landen met als gevolg discussies over grondwetten,
grondrechten en staatsburgerschap.
18
Tijdvak 7: De tijd van pruiken en revoluties
1700 – 1800
1
8
Paragraaf 7.3 De democratische revoluties
Kenmerkend aspect: De democratische revoluties in westerse landen met als gevolg discussies over grondwetten,
grondrechten en staatsburgerschap.
"Verzamelt U elk in Uw steden en ten plattelande in Uw dorpen. Komt vreedzaam bijeen, en
kiest uit Uw midden een matig aantal goede, deugdzame, vrome mannen; kiest goede
patriotten, waarop gij vertrouwen kunt. Zendt dezen als Uw gecommitteerden naar die
plaatsen, waar de Staten van Uw verschillende provincies vergaderen en beveelt hun, dat
zij zodra mogelijk bij elkander komen om uit naam en op het gezag dezer natie, met en
naast de Staten van elke provincie een nauwkeurig onderzoek te doen naar de redenen
van de verregaande traagheid en slapheid waarmee de bescherming van het land tegen
19
een geduchte en vooral actieve vijand wordt behandeld.
Beveelt hun verder, dat zij
insgelijks met en naast de Staten der bijzondere provinciën een raad voor Zijne Hoogheid
kiezen, en hoe eerder hoe liever al zulke middelen helpen beramen en in het werk stellen als
tot redding van het benauwde vaderland dienstig zullen worden geoordeeld. Laaten uwe
gecommitteerdens u lieden van tyd tot tyd, door middel der drukpers, in het publiek
openlyk verslag doen van hunne verrigtingen. Zorg voor de vryheid der drukpers, want zy
is de eenige steun van u lieder nationaale vryheid. Als men niet vry tot zyne medeburgers
kan spreeken, nog hen by tyds waarschouwen, dan valt het den onderdrukkeren des volks
zeer gemakkelyk hunne rol te speelen: hierom is het, dat zy, wier gedrag geen onderzoek
kan lyden, altyd zo teegen de vryheid van schryven en drukken yveren, en wel gaarne
zouden zien, dat niets gedrukt en verkogt wierd zonder permissie."
Tijdvak 7: De tijd van pruiken en revoluties
1700 – 1800
1
9
Paragraaf 7.4 Kolonialisme en slavernij
Kenmerkend aspect: Uitbouw van de Europese overheersing, met name in de vorm van plantagekolonies en de
daarmee verbonden transatlantische slavenhandel en de opkomst van het abolutionisme.
Sinds 1492 kolonisatie van met name Zuid- en Midden Amerika.
Na 1514 werden de indianen daar gezien als mensen (Paus en keizer).
Kerstenen!
Mede als reactie hierop gingen de kolonisten slaven halen uit Afrika om het zware werk op de plantages te
doen; de trans-Atlantische slavenhandel
20
Slavernij is van alle tijden
Totaal ca. 11 miljoen slaven verscheept. Ca 6 miljoen tijdens de verlichte 18e eeuw.
Onderdeel van de driehoekshandel.
Omstreeks 1700 ontstond verzet
Abolitionisten
In Engeland in 1807 verboden, in Nederland in 1863
Tijdvak 7: De tijd van pruiken en revoluties
1700 – 1800
2
0