Gaten in het net. Onderzoek over de effectiviteit van sociaal

Download Report

Transcript Gaten in het net. Onderzoek over de effectiviteit van sociaal

Gaten in het net.
esign Charles & Ray Eames - Hang it all © Vitra
D
Onderzoek over het niet-gebruik en de
niet-effectiviteit van sociaal-economische
rechten in België
Ides Nicaise
KU Leuven (HIVA / PPW)
Concept
Nietgebruik
Nietdekking
Onderbescherming
Systeembenadering
• Modellen van Weisbrod & Kerr zijn ‘psychologisch’ => kijken
vooral naar de kant van het individu
 ook kijken naar de architectuur van het systeem
• Niet-gebruik / niet-effectiviteit zijn spiegelbeeld van de
maturiteit / generositeit van het sociale systeem
– Hoe selectiever en minimaler de rechten => hoe
voorwaardelijker en complexer => hoe minder effectief
en hoe beperkter het gebruik
– Hoe universeler en steviger de rechten => hoe minder
risico op uitsluiting / uitval
3
Welvaartsregimes in (West-)Europa
Nicaise e.a. 2004: vergelijking onderbescherming in 13 EU-landen
• Zuid-Europees (familistisch) regime: eerst de familie => zwakke
sociale bescherming, lage dekking, lage take-up
• Angelsaksisch (liberaal) regime: eerst de markt => overheid
zorgt voor armsten => lage dekking, lage take-up
• Continentaal (conservatief / corporatistisch) regime: werk is de
eerste bescherming => goede dekking van (arbeidsgebonden)
sociale zekerheid, meer problematische residuele stelsels
• Noord-Europees (sociaal-democratisch) regime: sociale rechten
gebaseerd op burgerschap => relatief universeel en toereikend
(bv. Finland)
4
Sociale beschermings-pyramide
familie
residuele
overheid
arbeidsmarkt
burgerschap
5
Factoren die risico op onderbescherming / niet-dekking /
niet-gebruik beïnvloeden (cumulatief over niveaus heen)
• Op niveau ‘burgerschap’:
– Migratiestatus: intra-EU, niet-EU, asielzoekers, staatslozen, mensen
zonder wettelijk verblijf (cf. aanpak leefloon Roma)
– Domicilie-problemen: woonwagenbewoners, campingbewoners,
thuislozen (cf. problemen referentie-adres thuislozen.
Schockaert e.a., SILC-CUT: meerderheid van bevraagde dak- en
thuislozen beneden leefloon)
• Op niveau ‘arbeidsmarkt’:
– Laaggeschooldheid, geslacht, zelfstandige arbeid, leeftijd
(cf. beperkingen inschakelingsuitkeringen)
– Onregelmatige loopbaan / atypisch werk (deeltijds, tijdelijk, interim,
stagairs… - cf. automatisering IGO bij gemengde statuten)
– Activeringsstatuten: afwijkingen van wettelijke arbeidsbescherming,
dwang, sancties
(cf. niet-opname leefloon bij geschorsten uit werkloosheid)
6
Factoren die risico op onderbescherming / niet-dekking /
niet-gebruik beïnvloeden (cumulatief over niveaus heen)
• Op niveau ‘residuele overheid’:
– Woonplaats: rijke vs arme gemeenten
(cf. maatschappelijke hulpverlening)
– Extra-legale voorwaarden (cf. afbouw vermogen, sollicitatiegedrag,
budgetbeheer, duurbeperkingen…)
– Informatiedrempels: lage frequentie, complexiteit (cf. SPI-toeslag)
– Relationele en psychologische factoren (cf. SILC-CUT: daklozen: slechte
ervaringen = 2e belangrijkste reden om niet naar nachtopvang te gaan)
• Op niveau ‘familie’:
– Gezinstype: alleenstaanden, eenoudergezinnen
(cf. oververtegenwoordiging bij non-takeup)
– Atypische gezins- en samenlevingsvormen
(cf. problemen gezinsmodulering bij solidair wonen)
7
Over welke sociale rechten gaat het ?
• In de sociale zekerheid: alle takken maar vooral residuele stelsels – bv.
– Leefloon: 65% (Bouckaert & Schokkaert, 2011)
– Verhoogde tussenkomst gezondheidszorgen (Steenssens, 2014)
• In de fiscaliteit:
– Verminderingen onroerende voorheffing, milieuheffingen, zorgverzekering,
gemeentebelastingen…
• In publieke / sociale diensten:
– Gezondheidszorgen (cf. Armoedebarometer: uitstel noodzakelijke zorgen: 5,5%)
– Gezinsbeleid: kinderopvang, alimentatiefonds (cf. Pacolet & Dewispelaere, 2012
30% non-takeup DAVO-voorschotten alimentatie)
– Onderwijs (cf. schooltoelagen)
– Sociale tarieven openbaar vervoer, telecom, nutsvoorzieningen
– Huisvesting: huurpremies, huurtoelagen, renovatiepremies, nachtopvang
thuislozen (Schockaert e.a. 2012: 15%?)
8
Beleidsimplicaties
• Preventie: hoe universeler de rechten, hoe effectiever de
toepassing (progressief universalisme)
• Humanisering schorsingen (cf. vroeger artikel 80 werkloosheid)
• Residuele stelsels:
– Vereenvoudiging regelgeving
– E-government (cf. IGO, schooltoelagen, verhoogde
tussenkomst gezondheidszorgen…)
– Menselijke investeringen: actieve behoeftendetectie, kwaliteit
onthaal, informatieplicht
• Systematische monitoring
9