Transcript Dominospel / memory la bicicleta

Dominospel / memory

Knip alle kaartjes van de betreffende hoofdstukken uit. Doe het zo dat je een kaartje hebt met aan
de linkerkant het plaatje en aan de rechterkant het woord. Dus alleen de dikke zwarte randen
losknippen. Doe de kaartjes vervolgens in een doosje. Je kunt het dominospel spelen per hoofdstuk.
Voeg je een hoofdstuk toe verwijder dan de laatste dominosteen van het vorige hoofdstuk. Het
laatste kaartje van het vorige hoofdstuk is opnieuw gebruikt in het nieuwe hoofdstuk en
daarom kun je het laatste kaartje van het vorige hoofdstuk er telkens uithalen.
la
bicicleta

Alle dominokaartjes worden op de kop op tafel gelegd en geschud. Elke speler trekt vijf
kaartjes en stelt deze zo op dat ze niet zichtbaar zijn voor de andere spelers. Eén kaartje uit de
pot wordt open op tafel gelegd.

De jongste mag beginnen en een passend kaartje aan het openingskaartje leggen. Als je niet kan
moet je een kaartje uit de pot pakken.

De volgende speler moet aan één van de uiteinden een passend kaartje leggen en zo verder.

Per beurt mogen de spelers slechts één kaartje plaatsen. Kan een speler aanleggen, dan is hij
verplicht aan te leggen.

De speler die al zijn kaartjes heeft weggespeeld heeft gewonnen.
Je kunt er ook voor kiezen om alle kaartjes los te knippen, dus ook de woordjes van de plaatjes. Zo kun
je memory spelen. Dit betekent dat je alle kaartjes blind op de tafel verspreid neerlegt. Om de beurt
draaien de spelers twee kaartjes om en proberen de paren (woord en plaatje) te vinden. Wie de meeste
paren verzamelt, heeft gewonnen.
Hoofdstuk 1:
Juan está
en casa
son las
diez y
media
toda la
familia
La Sagrada
Familia en
Barcelona
los tíos
la calle más
divertida
allí hay
mucha
gente
1-
la música
de los
guitarristas
la torre
humana
Juan va a
escribir todo
a Rosa
hace dos
semanas
puestos
un
centenar
2-
Hoofdstuk 2:
la bandera
de Galicia
la catedral de
Santiago de
Compostela
la gaita
me he
despertado
a las ... [¿a
qué hora?]
la pandereta
la costa
verde
me he
acostado a
las ... [¿a
qué hora?]
un puente
romano
me he
levantado a
las ... [¿a
qué hora?]
una concha
de mar
me he
desayunado a
las ... [¿a qué
hora?]
una bruja
he ido al
colegio a
las ...[¿a
qué hora?]
un
centenar
Hoofdstuk 3:
la maestra
nos ha
contado
sobre Madrid
Educación
creativa
los veranos
son
calientes
40 °C
la Historia
una meseta
montañosa
Educación
física
la forma de
un
triángulo
la
Geografía
los
inviernos
son fríos
no es para
nada verde
NO:
las
Matemáticas
no lo he
oído jamás
NO:
canción de
Navidad o
villancico
un
centenar
Hoofdstuk 4:
el
Olentzero
el teléfono
interior
El Olentzero
aparece de
las
montañas.
los abuelos
¡Cuéntamelo,
abuelo!
el teléfono
suena
cariño
¡Dígame!
Los Reyos
Magos traen
regalos.
estoy
haciendo la
comida
las manos
limpias
el primero
Voy a ayudar
a mis padres
en nuestro
hotel.
un
centenar
Hoofdstuk 5:
la
calefacción
central
las mesillas
de noche
toallas
azules
velas
nuevas
una toalla
encima del
armario
el cubo de
la basura
pasar la
aspiradora
copas
limpias
limpiar el
polvo
Ten un poco
de paciencia.
Se encarga de
la gente.
los
ceniceros
disfrutar
de la
naturaleza
un
centenar
Hoofdstuk 6:
la
excursión
escolar
¿no crees?
revista que
trae un
cómic
+
social y
cariñoso
leer en voz
alta
tener
paciencia
de santo
subir al
autobús
el chico
moreno
faltan dos
niños
un poco
aburrido
tiene el pelo
largo
¡Qué
tardones!
alegre y
muy atento
un
centenar
Hoofdstuk 7:
patinando
sobre
ruedas
llevar a
urgencias
la rodilla
está herida
gravemente
estar
enfadado
un bache
el
cabestrillo
pedir
ayuda
la sangre
hay que
escayolarla
[la muñeca]
me duele la
cabeza
tiritas
romperroto
Ella corre
en auxilio
de la niña.
un
centenar
Hoofdstuk 8:
la cartera
probar la
ropa
ir a recoger
a alguien
una camisa
clara
el miércoles
próximo
vestido de
lunares
la pizarra
a altas horas
de la noche
el volante
el
sacapuntas
el estrecho
de Gibraltar
una boda
la goma de
borrar
un
centenar
Knip, vouw en plak dit
doosje om de kaartjes in te
bewaren.
...........
= kniplijn
= vouwlijn
¡Qué te diviertas!