Bekijk het hele rapport

Download Report

Transcript Bekijk het hele rapport

RAPPORT
Het Radiodebat-onderzoek
Opinieonderzoek onder Nederlandse stemgerechtigden in opdracht van de NOS
ten behoeve van het lijsttrekkersdebat op 24 februari op Radio 1
Datum: 21 februari 2017
© 2017 Ipsos. All rights reserved. Contains Ipsos' Confidential and Proprietary information and may
not be disclosed or reproduced without the prior written consent of Ipsos.
1
Inhoudsopgave
3
Samenvatting
5
Vertegenwoordiging, vertrouwen
en zorgen van Nederlanders
12
Nederlanders over de verkiezingen
en daarna
20
Nederlanders over
verkiezingsthema’s
25
Onderzoeksopzet
Inleiding
De verkiezingen van 15 maart naderen en dat is te merken. Politieke
partijen gaan de boer op, op zoek naar de gunst van de kiezer. Op 24
februari gaan de lijsttrekkers op Radio 1 in debat over hun plan voor
Nederlanders na de verkiezingen.
Ter ondersteuning van het Radiodebat tussen lijsttrekkers heeft Ipsos in
opdracht van de NOS een breed opinieonderzoek uitgevoerd onder een
representatieve groep Nederlandse stemgerechtigden. Wat is de stand
van hun buurt, het land en de wereld? Waar maken zij zich zorgen over?
Hoe kijken zij naar de campagne en de verkiezingen? En wat is hun
houding ten opzichte van diverse thema’s die bij deze verkiezingen aan
bod kunnen komen?
In dit rapport geven wij de antwoorden van Nederlanders op
bovenstaande vragen op visuele wijze weer in grafieken of tabellen.
Relevante, significante verschillen tussen kiezersgroepen beschrijven we
in dit rapport in tekstvakken naast de betreffende grafiek of tabel.
2
Samenvatting (1)
Vertegenwoordiging, vertrouwen en zorgen van Nederlanders
Zeventien fracties, honderdvijftig Kamerleden en nog voelen slechts twee op de tien Nederlanders zich goed tot zeer goed vertegenwoordigd in één of
meerdere partijen in de Tweede Kamer. Dit zijn vooral jonge, hoger opgeleide mannen. Daarnaast vinden nog eens drie op de tien Nederlanders dat de
huidige partijen hen redelijk vertegenwoordigen en voelen ruim vier op de tien zich matig tot helemaal niet gerepresenteerd.
Het vertrouwen in politici is laag: de helft van de Nederlanders heeft weinig tot geen vertrouwen in politici in het algemeen, tegenover 16% van hen die
wel vertrouwen hebben. Nederlanders zijn verdeeld als het gaat om het vertrouwen in de Nederlandse democratie. Een derde heeft wel vertrouwen, een
derde niet en nog eens een derde is neutraal. De helft van de Nederlanders is voorstander van het verhogen van de kiesdrempel naar 5%.
Het overgrote deel van de Nederlanders denkt dat het de verkeerde kant opgaat in de wereld. Ook heerst er overwegend pessimisme over de komende
vijf jaar als het gaat om Nederland. Deze onvrede zien we terug in de mening van Nederlanders over de huidige stand van de normen en waarden, de
gezondheidszorg en immigratie en asiel in Nederland. De zorgen van Nederlanders over deze thema’s zijn groot. Nederland staat er volgens hen
momenteel slechter voor op deze gebieden dan vijf jaar geleden en zij hebben weinig hoop voor de toekomst.
De verkiezingen en daarna
Nederlanders met een partijvoorkeur baseren hun stemmen vooral op gewoonte, op het zich thuis voelen bij de stroming of op een specifiek thema dat
aanspreekt. De aantrekkingskracht van de lijsttrekker speelt een minder grote rol.
Met de huidige stand in de peilingen lijken er minimaal vier partijen nodig om een meerderheidsregering te vormen. Wanneer we een aantal mogelijke
combinaties met vier partijen voorleggen*, valt op dat er niet één echt bovenuit springt. Daarnaast valt op dat huidige VVD’ers een nieuwe samenwerking
met de PvdA nog wel zien zitten, maar dat PvdA’ers liever zien dat hun partij in een coalitie deelneemt zonder de VVD. Ook is het nog geen uitgemaakte
zaak voor Nederlanders wie de volgende minister-president moet worden. Rutte heeft wel een kleine voorsprong op andere lijsttrekkers.
Zoals bij elke verkiezingen het geval is, doen politici beloftes over wat zij willen na de verkiezingen. Het doen van beloftes lijkt de kiezer echter meer
kwaad dan goed te doen. Het schaadt bij een meerderheid het vertrouwen in de politiek en het schept voor weinig kiezers duidelijkheid en kan rekenen
op weinig begrip.
* De voorgelegde coalities zijn samengesteld rekening houdend met (1) coalitie heeft minimaal 50 zetels in de peilingen, (2) elke partij in de coalitie heeft minimaal 10 zetels in de peilingen en
(3) de plaats op het politieke spectrum. Uitsluitingen zijn buiten beschouwing gelaten.
3
Samenvatting (2)
De verkiezingen en daarna (vervolg)
Een groot deel van de Nederlanders ervaart een verruwing van politieke discussies om hen heen en in de Tweede Kamer. In vrijwel elke politieke
achterban zien we een eenduidig beeld wat deze verruwing betreft, behalve in die van de PVV. Huidige PVV’ers ervaren deze ontwikkeling in veel
mindere mate dan andere kiezersgroepen.
Veel partijen hebben zich de afgelopen weken uitgesproken over wel of niet samenwerken met de PVV na de verkiezingen. In de meeste kiezersgroepen,
uitgezonderd die van 50Plus, vinden we meer voor- dan tegenstanders voor het uitsluiten van de PVV na de verkiezingen. Bij kiezers van linkse partijen is
dit aandeel een stuk groter dan bij VVD’ers en CDA’ers.
Nederlanders zien de prestaties van president Trump met leden ogen aan. Een ruime meerderheid van de Nederlanders is niet te spreken over zijn
optreden tot nu toe. Twee op de drie Nederlanders zijn negatief over zijn functioneren tot dus ver.
Verkiezingsthema’s
Mobiliteit werknemers EU - Een meerderheid van de Nederlanders vindt dat Nederlandse werknemers in de hele Europese Unie aan de slag moeten
kunnen. Anderzijds zijn Nederlanders kritischer over de komst van werknemers uit andere EU-landen naar Nederland. Er zijn meer voor- dan
tegenstanders voor een bevoegdheid van Nederland om werknemers uit andere EU-landen te weren.
Klimaat - Iets meer dan de helft van de Nederlanders vindt het goed als er windmolens in hun woongebied worden geplaatst om op die manier
klimaatdoelstellingen te halen. De bereidheid om fors meer te betalen voor energie om zo klimaatdoelstellingen te halen is aanzienlijk kleiner.
Vluchtelingen - Een kleine meerderheid van de Nederlanders vindt dat Afrikaanse vluchtelingen die de oversteek wagen naar Europa moeten worden
terug gebracht naar Afrika.
Normen en waarden - De helft van de Nederlanders vindt de komst van niet-westerse immigranten vooral een bedreiging voor de Nederlandse normen
en waarden. Slechts 13% vindt het een verrijking en nog eens een kwart vindt een bedreiging noch een verrijking
4
Vertegenwoordiging,
vertrouwen en zorgen
Vertegenwoordiging
De helft van de Nederlanders voelt zich redelijk tot zeer goed vertegenwoordigd
door een partij in de Tweede Kamer
Echter een klein deel, 19%, voelt zich goed
vertegenwoordigd door één van de huidige
partijen. Ruim 4 op de 10 stemgerechtigde
Nederlanders voelen zich matig of helemaal
niet gerepresenteerd door een partij in de
Tweede Kamer.
Het deel van de Nederlanders die zich goed
vertegenwoordigd voelen, is vaker hoger
opgeleid, man en jong. Alsnog geeft slechts
een kwart in elk van deze groepen aan zich
goed tot zeer goed vertegenwoordigd te
worden.
Van alle kiezersgroepen voelen huidige
VVD’ers zich het best vertegenwoordigd:
bijna de helft zegt zich goed te herkennen
in één of meerdere partijen in de Tweede
Kamer.
In hoeverre voelt u zich vertegenwoordigd door één of meerdere politieke
partijen in de Tweede Kamer?
Weet niet/geen
mening
8%
Zeer goed
3%
Goed
16%
Helemaal niet
17%
Matig
25%
Basis: Nederlanders 18+ (n=1.103)
Redelijk
31%
6
Vertrouwen in politici en de Nederlandse democratie
Helft Nederlanders heeft weinig tot geen vertrouwen in politici in het algemeen;
verdeeldheid als het gaat om vertrouwen in de Nederlandse democratie
In hoeverre heeft u momenteel vertrouwen in…
... Nederlandse politici in het algemeen
Weet niet/geen
mening
2%
Heel weinig
vertrouwen
22%
Heel veel
vertrouwen
1%
... de Nederlandse democratie
Vrij veel
vertrouwen
13%
Weet niet/geen
mening
3%
Heel weinig
vertrouwen
13%
Vrij veel
vertrouwen
29%
Vrij weinig
vertrouwen
19%
Vrij weinig
vertrouwen
28%
Heel veel
vertrouwen
4%
Neutraal
34%
Vooral het vertrouwen onder
35- tot 49-jarigen en huidige
PVV’ers in politici is laag.
Jongeren en hoog opgeleiden
hebben iets meer vertrouwen in
politici, ook al is dit nog een
minderheid.
Hoog opgeleiden vertrouwen de
Nederlandse democratie vaker
wel dan niet, terwijl lager
opgeleiden eerder geen
vertrouwen hebben in onze
democratie. Huidige kiezers van
de regeringspartijen hebben van
alle kiezersgroepen het meeste
vertrouwen in onze democratie:
ruim 60% heeft vrij tot heel veel
vertrouwen.
Neutraal
32%
Basis: Nederlanders 18+ (n=1.103)
7
Kiesdrempel
De helft van de Nederlanders is voorstander van het verhogen van de
kiesdrempel naar 5%
In Nederland maakt een partij bij het halen 0,67% van de stemmen aanspraak op een zetel in de Tweede Kamer. Sommigen pleiten
voor een verhoging van de kiesdrempel naar vijf procent van de stemmen, om te zorgen dat er niet te veel kleine partijen in de
Tweede Kamer komen. Anderen willen de kiesdrempel hetzelfde houden, om te zorgen dat ook partijen met 1 tot 7 zetels in de
Tweede Kamer kunnen komen.
Bent u voor of tegen de invoering van een kiesdrempel naar vijf procent van de stemmen?
KIESDREMPEL
NAAR
5%?
Weet niet/geen
mening
15%
Tegen
16%
Voor
48%
In de huidige achterban van
de VVD en het CDA vinden
we de meeste voorstanders
van een verhoogde
kiesdrempel. In beide
kiezersgroepen zijn twee op
de drie voor de invoering
daarvan. In andere
kiezersgroepen zijn er
eveneens meer voor- dan
tegenstanders voor deze
aanpassing van het
kiesstelsel.
Neutraal
21%
Basis: Nederlanders 18+ (n=1.103)
8
Verwachte situatie over 5 jaar
Een meerderheid van de Nederlanders denkt dat het de verkeerde kant op gaat in
de wereld; ook overwegend pessimisme over situatie in Nederland
Als u aan de
komende vijf jaar
denkt, verwacht u
dat het over het
geheel genomen
de goede of de
verkeerde kant op
gaat met…?
De verkeerde
kant
Niet beter, niet
slechter
De goede kant
… uw persoonlijke situatie
16%
52%
27%
... de situatie in uw buurt
14%
64%
17%
... de situatie in Nederland
42%
37%
14%
... de situatie in de wereld
64%
25%
4%
Basis: Nederlanders 18+ (n=1.103)
100% min de som van het percentage per rij = weet niet
Als het gaat om verwachtingen over
de nabije toekomst zien we dat
groepen die relatief pessimistisch zijn
over hun persoonlijke situatie, zoals
lager opgeleiden en mensen met een
huidige voorkeur voor de PVV of de
SP, ook pessimistischer zijn over de
situatie in Nederland en de wereld
dan andere kiezersgroepen. Er lijkt
dus een relatie te zijn tussen de mate
van optimisme over de nabije
toekomst en opleidingsniveau en
partijvoorkeur.
Als het gaat om leeftijd is deze
relatie minder duidelijk: jongeren zijn
weliswaar optimistisch over hun
persoonlijke situatie de komende vijf
jaar, maar zij denken even vaak als
oudere kiezers dat het de verkeerde
kant op gaat met Nederland en de
wereld.
9
Zorgen van Nederlanders over vier grote thema’s
Nederlanders zijn vooral bezorgd over de huidige stand van de normen en
waarden, immigratie en asiel en de gezondheidszorg in Nederland
Vier op de tien Nederlanders maken zich ernstige zorgen over normen en waarden in Nederland. Iets minder Nederlanders maken zich grote zorgen over
immigratie en asiel. Drie op de tien maken zich grote zorgen over de stand van de gezondheidszorg. Iets minder bezorgd is men over de stand van de
economie.
Huidige PVV’ers zijn over alle voorgelegde thema’s veel bezorgder dan andere kiezersgroepen.
In hoeverre maakt u zich zorgen over de volgende thema’s?
Geen zorgen
Normen en waarden
Immigratie en asiel
De stand van de gezondheidszorg
De stand van de economie
Basis: Nederlanders 18+ (n=1.103)
10%
Enige zorgen
Grote zorgen
46%
16%
40%
46%
11%
3%
35%
54%
35%
Weet niet/geen mening
3%
31%
50%
3%
11%
4%
10
Terug- en vooruitblik stand van vier grote thema’s
In de ogen van Nederlanders gaat het slechter met normen en waarden, de
gezondheidszorg en immigratie en asiel in Nederland dan vijf jaar geleden; er is weinig
hoop voor de toekomst
Vindt u dat het op dit moment wat betreft de onderstaande thema's beter,
hetzelfde of slechter gaat in Nederland in vergelijking met vijf jaar geleden?
Beter
2%
Hetzelfde
23%
Slechter
En verwacht u dat het wat betreft diezelfde thema's over vijf
jaar beter dan, hetzelfde als of slechter dan nu zal gaan?
Beter
Weet niet
70%
9%
5%
Hetzelfde
34%
Slechter
Weet niet
47%
10%
Normen en waarden
6%
24%
64%
19%
6%
35%
35%
11%
De gezondheidszorg
5%
28%
59%
14%
8%
37%
37%
12%
Immigratie en asiel
43%
28%
21%
25%
7%
44%
18%
13%
De economie
Basis: Nederlanders 18+ (n=1.103)
11
De verkiezingen en daarna
Stemmotieven Nederlanders
Meeste Nederlanders hebben een voorkeur voor een partij omdat zij altijd op die
partij stemmen, zich thuis voelen bij de stroming of om een specifiek onderwerp;
lijsttrekker minder van belang
Hieronder staan enkele veelgenoemde redenen om voor een partij te kiezen. Wat speelt bij u een rol bij uw partijkeuze?
U kunt meerdere antwoorden geven.
Ik stem (bijna) altijd op deze partij
37%
Ik voel me thuis bij deze politieke stroming
32%
Het standpunt van de partij over een specifiek
onderwerp spreekt me aan
31%
Ik wil dat deze partij gaat regeren
24%
Het gehele programma van de partij spreekt me
aan
23%
De lijsttrekker spreekt me aan
19%
Met deze partij verandert er echt iets
14%
Ik stem strategisch om een door mij gewenste
regering tot stand te brengen
Anders
Weet niet / geen mening
12%
5%
Het thuis voelen bij de politieke stroming is voor
jongeren en hoger opgeleiden het belangrijkste
motief voor hun partijkeuze. Ook het
partijprogramma is voor deze groepen een
belangrijker motief om op een partij te stemmen dan
voor oudere en lager opgeleide Nederlanders.
Verder heeft de huidige VVD- en PvdA-achterban een
voorkeur voor die partijen omdat zij daar altijd op
stemmen. In beide groepen is dit verreweg het
belangrijkste motief om dat nu weer te doen. Ook
voor CDA’ers is dit motief belangrijker dan voor
andere kiezersgroepen.
Voor PVV’ers is een specifiek standpunt van die partij
de belangrijkste reden. Ook voor 50Plus-aanhangers is
dit een belangrijk motief.
Het partijprogramma en de lijsttrekker zijn voor
GroenLinks-stemmers de belangrijkste motieven.
2%
Basis: Nederlanders 18+ die op dit moment een partijvoorkeur hebben (n=860)
13
Draagvlak mogelijke coalities
Grote verdeeldheid in draagvlak voor mogelijke coalities na TK2017; VVD’ers zien
nog een coalitie met de PvdA wel zitten, PvdA’ers niet
Hieronder ziet u een aantal mogelijke combinaties van kernpartijen die samen een regering zouden
kunnen vormen. Als u zou moeten kiezen uit onderstaande regering voor na de verkiezingen, welke
heeft dan uw voorkeur?
Weet niet
14%
Geen van deze
16%
VVD, CDA en PVV
14%
VVD, CDA, D66, GroenLinks
10%
VVD, PvdA, D66, GroenLinks
7%
CDA, PvdA, GroenLinks, SP
7%
PvdA, SP, GroenLinks, D66
14%
PvdA, D66, CDA, GroenLinks
7%
VVD, CDA, D66, PvdA
11%
Voor huidige VVD’ers is de coalitie VVD, D66,
CDA, PvdA de meest gunstige combinatie. 42%
van de VVD’ers geeft de voorkeur aan deze
coalitie. Ook een groot deel van de CDA’ers (26%)
ziet een dergelijk kabinet wel zitten. Wel zouden
CDA’ers liever een samenwerking zien met
GroenLinks dan met de PvdA. 30% ziet die
combinatie graag terug.
PvdA’ers voelen niet zoveel voor een
samenwerking met de VVD. Zij hebben een
voorkeur voor een coalitie met D66, GroenLinks
en CDA of GroenLinks.
D66’ers kunnen zich even goed vinden in de
combinaties waarin de partij wordt geplaatst,
behalve voor de variant met de SP.
De huidige GroenLinks-aanhang heeft de
voorkeur voor een centrumlinkse coalitie: zij zien
hun partij het liefst samenwerken met de PvdA,
SP en D66.
PVV- en SP-kiezers hebben, weinig verrassend,
voorkeur voor de coalitie waarin hun partij
deelneemt.
Basis: Nederlanders 18+ (n=1.103)
De voorgelegde coalities zijn samengesteld rekening houdend met (1) coalitie heeft minimaal 50 zetels in de peilingen, (2) elke partij in de coalitie heeft
minimaal 10 zetels in de peilingen en (3) de plaats op het politieke spectrum. Uitsluitingen zijn buiten beschouwing gelaten.
14
De volgende minister-president
Ook verdeeldheid over wie de volgende minister-president moet worden; Rutte
heeft kleine voorsprong op andere lijsttrekkers
Welke van de volgende lijsttrekkers ziet u na de verkiezingen het liefst als de volgende minister-president?
Er is één antwoord mogelijk.
Mark Rutte (VVD)
15%
Geert Wilders (PVV)
12%
Alexander Pechtold (D66)
Jesse Klaver (GroenLinks)
9%
Lodewijk Asscher (PvdA)
8%
Sybrand van Haersma Buma (CDA)
5%
Emile Roemer (SP)
4%
Gert-Jan Segers (ChristenUnie)
2%
Marianne Thieme (PvdD)
2%
Kees van der Staaij (SGP)
2%
Henk Krol (50Plus)
1%
Geen van bovenstaande
Weet niet/geen mening
Basis: Nederlanders 18+ (n=1.103)
Rutte krijgt in veel groepen
Nederlanders de voorkeur om
ook leider te worden van het
volgende kabinet. Verschillen
in voorkeur zien we alleen
tussen lager en hoger
opgeleiden. Onder lager
opgeleiden is Wilders favoriet:
19% van hen ziet hem het
liefst als volgende ministerpresident. Bij hoger
opgeleiden krijgt Rutte en in
mindere mate Pechtold of
Klaver eerder de voorkeur.
10%
9%
21%
15
Beloftes
Het doen van beloftes door politici schaadt bij een meerderheid het vertrouwen in de
politiek; beloftes scheppen voor weinig kiezers duidelijkheid en er is ook weinig begrip
voor
In campagnetijd doen partijen regelmatig beloften over wat zij willen bereiken na de verkiezingen. In hoeverre bent u het eens of oneens
met de volgende stellingen over de beloften die politici in campagnes doen?
Zeer mee eens
Mee eens
Het doen van beloftes door politici schaadt mijn
vertrouwen in de politiek.
Eens noch oneens
23%
Ik weet duidelijker wat politici willen doordat zij
2%
beloftes doen.
15%
Ik heb er begrip voor dat politici beloftes doen
in campagnetijd, ook al kunnen zij die misschien 2%
niet nakomen.
16%
Mee oneens
Zeer mee oneens
36%
23%
27%
18%
Weet niet/geen mening
29%
27%
9%
19%
32%
4% 6%
8%
6%
Basis: Nederlanders 18+ (n=1.103)
Lager opgeleiden kunnen beloftes van politici minder waarderen dan hoger opgeleiden. Zij geven vaker dan hoger opgeleiden aan dat beloftes hun
vertrouwen in de politiek schaden. Het maakt hen naar eigen zeggen ook niet wijzer over wat politici willen en ze hebben er minder begrip voor.
16
Verruwing politieke discussies
De helft van de Nederlanders vindt dat discussies in de Tweede Kamer de
afgelopen jaren zijn verruwd; ruim vier op de tien merken deze verruwing ook in
politieke discussies om hen heen
In hoeverre bent u het eens of oneens met de volgende stellingen?
Zeer mee eens
Mee eens
Politieke discussies in de Tweede Kamer zijn in de
afgelopen jaren te veel verruwd.
Politieke discussies om mij heen zijn in de afgelopen jaren
te veel verruwd.
Eens noch oneens
10%
7%
Mee oneens
Zeer mee oneens
40%
35%
25%
31%
Weet niet/geen mening
10% 1%
12%
1%
14%
14%
Basis: Nederlanders 18+ (n=1.103)
In vrijwel elke achterban is een meerderheid van mening dat discussies in de Tweede Kamer zijn verruwd in de afgelopen jaren. Alleen onder PVV’ers vindt
een minderheid dat. Ook vindt maar 35% van de huidige PVV’ers dat politieke discussies in hun directe omgeving zijn verruwd. Opvallend is dat een
evengroot deel van de huidige D66-achterban dit ervaart. In andere kiezersgroepen zien we een eenduidig beeld: veel meer mensen zijn het eens dan
oneens met de stelling dat politieke discussies in hun omgeving zijn verruwd.
17
Draagvlak voor uitsluiten PVV na verkiezingen
De meeste kiezersgroepen, uitgezonderd 50Plussers, zijn overwegend voor
uitsluiting van de PVV na de verkiezingen
In de huidige achterban van de PvdA, GroenLinks en D66 is een overtuigend deel eerder voor dan tegen uitsluiting van de PVV na de verkiezingen.
VVD’ers en CDA’ers zijn iets meer verdeeld over een eventuele samenwerking tussen de PVV en hun partij. Een ruime meerderheid van de 50Plusaanhang wil niet dat hun partij de PVV uitsluit.
Sommige partijen sluiten de PVV nu al uit van samenwerking in de volgende regering, andere partijen
sluiten de PVV niet uit.
Vindt u dat de partij waarop u overweegt te stemmen de PVV moet uitsluiten van samenwerking na de
verkiezingen?
VVD’ers
D66’ers
CDA’ers
GL’ers
PvdA’ers
50Plussers
Ja
47%
56%
44%
68%
75%
23%
Nee
41%
26%
34%
18%
18%
65%
Weet niet/geen mening
12%
17%
22%
14%
12%
10%
Basis: Nederlanders 18+ die de PVV niet als voorkeurspartij hebben (n=941)
In verband met de basis, is alleen de achterban van de grootste partijen in de meest recente Ipsos Politieke Barometer (16-2-2017) gerapporteerd.
18
Functioneren Donald Trump
Twee op de drie Nederlanders zijn niet te spreken over het functioneren van
president Trump tot nu toe
Zoals u wellicht weet, is Donald Trump
sinds begin dit jaar president van de
Verenigde Staten. In hoeverre bent u
positief of negatief over zijn
functioneren tot nu toe?
Weet niet/geen
mening
6%
Zeer positief
1%
Positief
6%
Neutraal
21%
Zeer negatief
36%
Alleen onder huidige PVV’ers
vinden we nog een redelijk
aandeel mensen met een
positieve houding over het
functioneren van Trump tot nu
toe. Dit betekent niet dat
PVV’ers uitgesproken positief
zijn over Trump. Alsnog is deze
groep verdeeld in haar mening
over de nieuwe president van de
Verenigde Staten: 30% is
positief, 37% is neutraal en 30%
is negatief over Trump tot nu
toe. Het overige deel van de
PVV’ers heeft geen mening.
Andere kiezers zijn vrijwel
onverdeeld negatief over Trump.
Negatief
30%
Basis: Nederlanders 18+ (n=1.103)
19
Verkiezingsthema’s
Mobiliteit werknemers binnen de EU
Een meerderheid van de Nederlanders vindt dat Nederlandse werknemers in de
hele EU aan de slag moeten kunnen, maar vier op de tien vinden wel dat
Nederland de bevoegdheid moet krijgen om werknemers uit EU-landen te weren
In hoeverre bent u het eens of oneens met de volgende stellingen over de Europese Unie?
Zeer mee eens
Mee eens
Een Nederlandse werknemer moet in elk land binnen de
Europese Unie aan de slag kunnen.
Nederland moet de mogelijkheid hebben om werknemers
uit andere landen binnen de Europese Unie te kunnen
weren.
Eens noch oneens
15%
13%
Mee oneens
Zeer mee oneens
43%
29%
Weet niet/geen mening
26%
24%
9%
22%
2% 5%
5%
7%
Basis: Nederlanders 18+ (n=1.103)
Volgens verwachting vinden PVV’ers vaker dan andere kiezersgroepen dat Nederland de bevoegdheid moet krijgen om werknemers uit andere EU-landen
te weren. Het grootste deel van de huidige PVV’ers vindt dat Nederlandse werknemers wel in andere EU-landen moet kunnen werken.
21
Klimaatdoelstellingen
Iets meer dan de helft van de Nederlanders vindt het goed als er windmolens in
hun woongebied worden geplaatst om op die manier klimaatdoelstellingen te
halen; geen draagvlak voor fikse verhoging energierekening
In hoeverre bent u het eens of oneens met de volgende stellingen?
Zeer mee eens
Mee eens
Om klimaatdoelstellingen te halen, vind ik het goed als er
windmolens worden gebouwd in mijn woongebied.
Eens noch oneens
11%
Om klimaatdoelstellingen te halen vind ik het goed als de
1%4%
energie per maand 100 euro duurder wordt
Mee oneens
41%
11%
31%
Zeer mee oneens
Weet niet/geen mening
22%
11%
48%
9%
6%
5%
Basis: Nederlanders 18+ (n=1.103)
GroenLinks-stemmers hebben er het minste moeite mee als er windmolens worden gebouwd in hun woonomgeving ten behoeve van
klimaatdoelstellingen. PVV’ers zouden hier aanzienlijk meer moeite mee hebben. Toch zijn er meer huidige PVV’ers voor dan tegen de bouw van
windmolens in hun woonomgeving als klimaatdoelstellingen daarmee gehaald kunnen worden. In geen enkele kiezersgroep is een meerderheid
voorstander van de verhoging van de energierekening met 100 euro.
22
Vluchtelingen
Een kleine meerderheid van de Nederlanders vindt dat Afrikaanse vluchtelingen
die de oversteek wagen naar Europa moeten worden terug gebracht naar Afrika
In hoeverre bent u het eens of oneens met de volgende stelling?
Zeer mee eens
Mee eens
Vluchtelingen die per boot vanaf Afrika de oversteek naar
Europa maken, zouden moeten worden teruggebracht
naar Afrika.
Eens noch oneens
26%
Mee oneens
30%
Zeer mee oneens
22%
Weet niet/geen mening
11%
3%
8%
Basis: Nederlanders 18+ (n=1.103)
Een ruime meerderheid van de mensen met een voorkeur voor de PVV, VVD of CDA is voor het terugsturen van Afrikaanse vluchtelingen. In de huidige D66en SP-achterban vinden we ook meer voor- dan tegenstanders voor deze maatregel. De huidige aanhang van de PvdA en GroenLinks zijn hier verdeeld over.
Vier op de tien PvdA’ers zijn voor deze stelling, tegenover drie op de tien die tegen zijn. In de huidige GroenLinks-achterban zijn net zoveel mensen voor als
tegen.
23
Invloed niet-westerse immigranten op normen en waarden
De helft van de Nederlanders vindt de komst van niet-westerse immigranten een
bedreiging voor de Nederlandse normen en waarden; 13% vindt hun komst een
verrijking
Welke uitspraak over normen en waarden past het beste bij uw mening?
De komst van niet-westerse immigranten naar Nederland is ... voor de Nederlandse
normen en waarden.
Weet niet/geen
mening
13%
… vooral een
bedreiging …
48%
Geen van beide
26%
Basis: Nederlanders 18+ (n=1.103)
… vooral een
verrijking …
13%
De huidige PVV-achterban is verreweg het
meest negatief over de invloed van nietwesterse immigranten op Nederlandse
normen en waarden. 87% van deze groep
ziet hun komst vooral als bedreiging.
Ook in andere kiezersgroepen wordt de
komst van deze immigranten overwegend
ervaren als bedreiging voor de
Nederlandse normen en waarden. Onder
huidige CDA-, VVD-, 50PLUS-, SP- en D66kiezers vinden meer mensen de komst van
niet-westerse immigranten een bedreiging
dan een verrijking.
De huidige GroenLinks- en PvdA-achterban
is wat toleranter op dit vlak dan andere
kiezersgroepen. Alsnog geeft het grootste
deel van deze groepen aan dat zij de
komst van immigranten geen bedreiging
maar ook geen verrijking vinden voor de
Nederlandse normen en waarden.
24
Onderzoeksopzet
Hoe we dit onderzocht hebben
Steekproef
 Voor dit onderzoek is een steekproef ondervraagd van 1.103 stemgerechtigde Nederlanders.
 De steekproef is een goede afspiegeling van de stemgerechtigde Nederlandse bevolking. De steekproef is
samengesteld op basis van leeftijd en geslacht en de resultaten zijn na de respons nog eens herwogen op de
belangrijkste socio-demografische kenmerken (geslacht, leeftijd, opleiding, Nielsen-regio, werkzaamheid) en
stemkeuze bij de laatste Tweede Kamerverkiezingen.
 Omdat de resultaten in dit rapport op steekproefonderzoek zijn gebaseerd, moet rekening worden gehouden met
de marges die daarbij horen. Gerapporteerde percentages over de totale steekproef kunnen daarom maximaal
2,5% naar boven of naar beneden afwijken. De marge voor percentages over subgroepen zijn groter.
Methode
 De resultaten uit dit onderzoek zijn gebaseerd op een ad hoc online onderzoek.
 De respondenten zijn geworven uit het ISO-gecertificeerde Ipsos I-say Panel en via e-mail uitgenodigd om deel te
nemen in het onderzoek.
 De resultaten zijn verzameld van dinsdag 14 februari tot en met vrijdag 17 februari 2017.
26