Volledige verklaringen: zussen Karim Fourkour en

Download Report

Transcript Volledige verklaringen: zussen Karim Fourkour en

Volledige verklaringen: zussen Karim Fourkour en Fouad Bendella
Nabestaanden Fourkour:
Hij is op een vreselijke manier van ons afgenomen. De pijn zal nooit overgaan. Het
ergste is het verliezen van ons jongste kind Karim. We sliepen niet. We hoopten dat hij
weer naar huis zou komen. Het leven van mijn ouders is kapotgemaakt. Kortom, er zijn
alleen maar verliezers. We kunnen niet meer genieten van ons leven. Konden geen rust
meer krijgen. De vader van Karim is allang zichzelf niet meer. Goed contact met hem is
niet meer mogelijk. Hij is er helemaal aan kapot gegaan. Kan het leven niet meer aan.
Degene die dit op zij geweten heeft zal ervoor moeten boeten. De jongens zijn
koelbloedig vermoord. Er zijn geen verzachtende omstandigheden.
Fatima, de zus van Karim, wil het volgende zeggen: hij was mijn maatje en het zonnetje
in huis. Hij was er altijd voor mij. Ik voel zoveel pijn in mijn hart. De sfeer in huis is niet
meer hetzelfde. Al die tijd wist de verdachte waar Karim was. Als het aan de verdachte
lag, zouden de twee nooit zijn terug gevonden. Gewetenloos en harteloos. Geen enkele
straf is genoeg. We leven nog steeds in een hel. Er komt geen einde aan. Het is een
open wond. Dit heeft zoveel energie gevreten. Ik ben er psychisch onder gaan lijden.
Mijn ouders lijden hier dagelijks onder. Ze huilen veel. Deze verdachte gaf aan dat hij
een eerlijke behandeling wilde krijgen. Karim heeft een vreselijke behandeling
gekregen.
Na zijn verdwijning ben ik wekenlang verdoofd geweest. Het kon niet waar zijn. We zijn
als familie uit elkaar gegroeid. Ieder verwerkte het op zijn eigen manier. Mijn ouders
hun verdriet is compleet. Ze lijden nog steeds. Na de verdwijning hield het leven voor
hun op. Ik had een goed gesprek willen hebben met Karim. Dat is er nooit van gekomen
helaas. Wat kwam dit hard aan. Ik voelde me medeschuldig. We hebben hem niet
kunnen redden. Karim kwam niet meer terug. Hoe kan je besluiten om twee mensen te
doden? Ze zaten in de val en konden niet weg. Dat is onmenselijk. Hoe kan de
verdachte verder leven met deze gruweldaden? Jij hebt Karim helpen doden en
onbeschrijfelijk veel verdriet bezorgd. Acht moeizame jaren hebben we doorgemaakt
niet weten waar hij was.
Nabestaanden Bendella:
Onze Fouad is er niet meer. Hij was het jongste kind. We verwenden hem heel erg. Hij
was onze knuffelbeer. De jongen met humor en stijl. Hij had altijd een glimlach op zijn
gezicht. We begrepen er niets was. Opeens was hij weg. Bellen lukte niet. Niemand wist
waar hij was. We zagen de plek met alleen maar bloed. De recherche was niet blij met
ons. Hebben buurtbewoners vragen gesteld. We moesten hem vinden. Ik durfde mijn
ouders niet vertellen over de plek met al dat bloed. De recherche vertelde ons dat de
jongens niet meer in leven waren. Mijn hart stond stil. Het deed zo’n pijn. Mijn moeder
schreeuwde het uit van verdriet. Het leek alsof ze helemaal gek werd. Ze was die dag
van de wereld. We zochten overal. In bossen, bij vijvers. Mijn vader maakte zakken met
zwerfvuil open om dat te checken. Dat is nog lang doorgegaan.
Mijn ouders konden niet meer normaal leven. Ze tikten zijn naam op internet om te
kijken of er nieuws was. Ze aten niet meer en sliepen niet meer. De onzekerheid was het
ergste van alles. De kamer van Fouad moest blijven zoals hij die had achtergelaten. Alle
vreugde uit ons gezin is verdwenen. Ons gezin is uit elkaar gevallen. We komen bijna
niet meer bij onze ouders. We durfden niet meer te lachen. Dan voelden we ons
schuldig. De verjaardag van Fouad en feestdagen; we probeerden alles te vermijden.
Mijn zoon heeft een broertje gekregen op 10 mei. De dag van zijn vermissing. Hij heeft
de naam van Fouad gekregen. Niemand kan de leegte van de dood van Fouad vullen.
Wat er ook gebeurt, de pijn zal nooit weg gaan. Niets of niemand kan dat goed maken.
Ik ben na al die jaren uitgeput. Al dat vallen en opstaan is voor niet geweest. Fouad is
dood teruggevonden. Vaak denk ik dat alles voor niets is geweest. We hebben beide
jongens in Marokko begraven. Mijn ouders hingen over de kist. En gaven die kusjes.
Fouad werd de volgende dag begraven. Mijn vader bleef de hele nacht bij de kist
waken. Kon ik hem nog maar een laatste kus of knuffel geven. En hoeveel ik hem met
zijn mooie lach mis. Ik heb afscheid genomen van een kist, niet van Fouad zelf. De
laatste knuffel zal ik van hem, zal ik me altijd blijven herinneren. Ik heb op mijn knieën
naast Fouad gezeten, voor de laatste keer de kist een kus gegeven. Ik zal hem nooit
vergeten. Wij kunnen er niet mee leven. Nog steeds denk ik terug aan die tijd dat hij bij
ons was. Van het geluk in ons leven. Soms probeer ik alles te vergeten. Onze wereld is
ingestort. Ik weet niet hoe ik dit moet doorstaan. Niemand kan die leegte vullen. Soms
krijg ik geen lucht meer en krijg het benauwd. Ik doe alsof ik sterk ben, maar van
binnen is mijn hart kapot en verbrand. Ik kan niet verder met mijn leven. Zal deze
ellende altijd bij ons blijven?