160909 - Websiteversie speech Frank Elderson

Download Report

Transcript 160909 - Websiteversie speech Frank Elderson

Speech Frank Elderson Pensioenseminar, Theater ’t Spant, Bussum,
9 september 2016
Bussum, ‘t Spant –“U bent beter in staat veranderingen door te
voeren, dan u misschien zelf voor mogelijk hield,’’ sprak Frank
Elderson in zijn openingsspeech voor het jaarlijkse pensioenseminar,
na een opsomming van wat er de afgelopen 5 jaar door de sector was
bereikt. “Houdt dat verandervermogen vast, want daar zal ook in de
komende jaren nog een groot beroep op worden gedaan.”, voegde hij
daaraan ter aansporing toe. Weliswaar weet niemand op dit moment
hoe ons pensioenstelsel er precies gaat uitzien, maar dát er veel gaat
veranderen staat vast, was Eldersons boodschap.
Zie onder voor de volledige speech:
Dames en heren,
Ook ik heet u van harte welkom bij dit jaarlijkse Pensioenseminar van
De Nederlandsche Bank. De twaalfde editie. En dit jaar is het thema:
‘Op koers?!’.
We schrijven dat met een vraagteken en een uitroepteken. Ik weet
niet precies hoe je dat uitspreekt, dus vertel ik dat er maar even bij.
‘Daar heb je ze weer, van De Nederlandsche Bank, met hun oproep om
je voor te bereiden op de toekomst’ zult u bij dit thema misschien
denken. ‘Dat roepen ze al een paar jaar tijdens hun pensioenseminar.’
En ja, inderdaad, ook dit jaar sta ik hier met die oproep, net als, deo
volente, vermoedelijk ook volgend jaar.
En dus verwacht u van mij inzichten en vergezichten. En sta ik hier
met ‘Op Koers’. Terecht vraagt u van mij dan ook: op koers waarheen?
1
Waarheen leidt de weg? En het punt is: dat weet ik niet precies.
Dat weet DNB niet precies. En u weet ‘t vermoedelijk ook niet precies.
Anders hadden we u en de andere fondsen wel één kant op zien
bewegen. Dat zien we niet.
En dáár wil ik ’t graag met u in ’t komend kwartier over hebben.
Natuurlijk, sinds afgelopen mei, toen de SER kwam met de uitwerking
van een aantal varianten, weten we al iets beter hoe het
pensioenstelsel er in de toekomst uit zal zien. Ook wij van DNB hebben
onze duit in het zakje gedaan in deze discussie, door vanuit ons
mandaat een aantal bouwstenen aan te reiken voor een
toekomstbestendig pensioenstelsel.
Namelijk individuele pensioenpotten en een leeftijdsafhankelijk
beleggingsbeleid. Zo nodig aangevuld met een beperkte buffer.
Je moet oppassen dat je de buffer niet zo groot maakt dat je het
huidige systeem gaat kopiëren. Bij een buffer van 10 procent kunnen
wij ons zeker iets voorstellen. Daarboven neemt de meerwaarde af en
nemen de negatieve gevolgen toe. We hebben hier in juni over
gepubliceerd.
En hoewel ik hoop dat er snel een nieuw stelsel komt, zal dat niet van
de ene op de andere dag geregeld zijn, en moeten we in de tussentijd
niet gaan afwachten. Want, al kunnen we misschien niet voorspellen
wat de toekomst gaat brengen, we kunnen er wel zeker van zijn dat er
veel gaat veranderen.
Dat laatste is overigens niets nieuws, want uw sector is al jaren in
beweging. En dat zal de komende jaren nog wel even doorgaan, gezien
alle discussie van nu. En die veranderingen kunnen zelfs in een
stroomversnelling komen. En hoe blijf je dan op koers? Geen
eenvoudige opgave.
2
Maar wel een waartegen u volgens ons opgewassen moet zijn, als wij
afgaan op het recente verleden. In die periode heeft u namelijk al
aangetoond dat te kunnen, ‘een vaarroute uitzetten’, als u de
schouders eronder zet, in een tijdsgewricht waarin veel verandert.
Immers, niemand van u had vijf jaar geleden kunnen voorspellen hoe
het pensioenlandschap er nu uit zou zien - dat verwachtten wij als
toezichthouder ook niet van u. Toen niet en nu niet.
Dus laten we die situatie van de afgelopen jaren er eens bij pakken en
inzoomen op vier gebieden:
•
Consolidatie
•
Duurzaamheid
•
Pensioenkortingen
•
En, tot slot, geschiktheid van bestuurders.
En als we dan deze gebieden onder de loep nemen en bekijken hoe die
er toen voor stonden en we vergelijken dat met hoe het er nu voor
staat, dan kunt u wellicht voor uw pensioenfonds een aantal lijnen
doortrekken, en die ontwikkelingen extrapoleren.
Neem Consolidatie, om te beginnen. In 2010 sprak mijn voorganger
Joanne Kellermann bij Buitenhof haar verwachting uit dat we
toegingen naar 100 pensioenfondsen. Die uitspraak leidde tot de
nodige ophef. Zeker ook omdat we niet lang daarna begonnen met
onze onderzoeken naar de toekomstbestendigheid van
pensioenfondsen. Was de toezichthouder er soms op uit om een grote
groep fondsen tot liquidatie te dwingen? Nee. Maar wij zagen een trend
en wij zagen kwetsbare fondsen.
En die fondsen hebben wij gevraagd hoe zij de toekomst zagen.
Wij vonden en vinden het namelijk belangrijk dat alle pensioenfondsen
3
nadenken over hun toekomstbestendigheid. Gelukkig zien we dit ook
steeds meer gebeuren.
Want kijk nu ‘ns? In 2010, toen Joanne haar uitspraken deed, waren er
559 fondsen.
En nu, zes jaar later, is dat aantal meer dan gehalveerd, tot minder
dan 300, en zijn er zo’n zestig fondsen die in liquidatie zijn of daartoe
een aanzet hebben gemaakt. Dus de trend die wij in 2010 noemden,
zet door.
Dan het tweede gebied dat ik net noemde: Duurzaamheid.
Wij hebben onlangs ons onderzoek naar duurzaam beleggingsbeleid
van pensioenfondsen afgerond, en gaan dat binnenkort uitbrengen.
Als we zien waar u anno 2016 staat als sector en dat vergelijken met
vijf jaar daarvoor, dan zien we dat dit onderwerp veel meer en steeds
hoger op de agenda is komen te staan. En we zien duidelijke koplopers
in de sector.
Vijf jaar geleden was het eigenlijk nog niet echt een onderwerp.
Wel waren er belangrijke uitzonderingen. Sommige pensioenfondsen
hadden toen al een breed en vergaand beleid rondom duurzaam
beleggen. Een voorbeeld is een fonds dat in 2011 de ambitie
formuleerde om duurzaamheid te integreren in alle
beleggingscategorieën. Vijf jaar later hebben ze verschillende
activiteiten in uitvoering gebracht en is het fonds een duidelijke
koploper met een ontwikkelde visie en beleid op duurzaamheid.
We zien nu dat er veel meer aandacht voor dit onderwerp is.
En dat de aandacht behoorlijk verlegd is.
Waar duurzaam beleggen lange tijd veelal werd benaderd vanwege de
reputatierisico’s die ‘foute’ beleggingen met zich meebrengen, zien we
de laatste jaren een verschuiving, van reputatierisico naar financieel
4
risico en naar financiële kans. We zien dat de focus steeds meer komt
te liggen op het perspectief van duurzaamheid als goede en kansrijke
investering. En dat fondsen daarbij ook meer oog krijgen voor de
financiële risico’s van niet-duurzaam beleggen.
Ik vind dit een zeer positieve ontwikkeling. En – niet onbelangrijk – het
is een ontwikkeling die uit de sector zelf is gekomen.
Ik raad u van harte aan ons onderzoeksrapport binnenkort te lezen.
En dan is er, onvermijdelijk, het onderwerp Korten. Toen in 2010 een
klein aantal fondsen een korting op de pensioenen moest doorvoeren,
kwam dat voor velen als een donderslag bij heldere hemel.
Nederland werd er voor het eerst mee geconfronteerd dat
pensioengaranties toch niet zo hard waren als gedacht.
Deelnemers waren zich er misschien van bewust dat indexatie niet
altijd gegeven kon worden, maar ze waren er niet van doordrongen dat
het pensioen ook naar beneden kon. Met grote maatschappelijke ophef
tot gevolg. Pensioenfondsbestuurders waren niet te benijden op dat
moment. Maar de sector heeft hier lering uit getrokken.
Pensioenfondsen communiceren inmiddels duidelijker dat kortingen
niet uit te sluiten zijn. Nu willen we nog een stap verder, door niet
alleen te kijken naar de korte termijn, maar ook naar de middellange
termijn. Daarom doen wij samen met de AFM onderzoek naar de
financiële opzet en de informatie daarover aan de deelnemers.
Wij willen graag dat de deelnemer niet alleen weet hoe het er nu voor
staat, maar ook wat hij of zij in de komende jaren kan verwachten.
Dat onderzoek loopt nu. De resultaten brengen we later dit jaar naar
buiten.
Maar we moeten realistisch zijn; de financiële omgeving is uitdagend.
Hopelijk verbetert de financiële positie. Maar als dat niet gebeurt, dan
zijn maatregelen helaas noodzakelijk. We mogen kortingen niet
5
doorschuiven, omdat dan onvermijdelijk volgende generaties
opgezadeld worden met tekorten. En dat is volstrekt ongewenst.
En dan, tot slot, de Geschiktheid van bestuurders. Vóór de financiële
crisis, leek het besturen van een pensioenfonds soms meer iets om
‘erbij’ te doen. Dat is in de loop van de tijd wel veranderd.
Uit de crisis bleek dat ‘het erbij doen’ te weinig was om de complexiteit
van het besturen van een pensioenfonds aan te kunnen.
De maatschappij is ook meer eisen gaan stellen.
En dus werd deskundigheid een belangrijk thema.
Deskundigheid om te besturen, om risico’s en complexe
beleggingsportefeuilles te beheren.
Sinds 2011 toetsen wij daarom bestuurders op hun geschiktheid.
En dus zien we dat de sector de afgelopen jaren een belangrijke
deskundigheidsslag heeft gemaakt. En we zien dat er steeds
deskundiger kandidaten ter toetsing aan DNB worden voorgedragen.
Waarom kom ik met deze terugblik, denkt u wellicht?
Omdat we daaruit een paar positieve conclusies kunnen trekken, die ik
graag met u wil delen.
Ten eerste: Dat er beter wordt nagedacht over de toekomstbestendigheid van het pensioenfonds. Dat er meer toekomstgericht
wordt belegd. Dat er beter wordt gecommuniceerd. En dat er
geschiktere bestuurders komen. Dat er, kortom, een belangrijke
professionaliseringsslag heeft plaatsgevonden in de afgelopen jaren.
En dat is uw verdienste. En dat is iets waar u trots op mag zijn.
Want ik begrijp goed dat het in uw positie al jaren lang niet
gemakkelijk is de hoop erin te houden.
Een positie, die mij al enkele malen heeft doen denken aan de aan
Willem van Oranje toegeschreven uitspraak: “Men hoeft niet te hopen
6
om iets te ondernemen, noch te slagen om te volharden.”
Die laatste uitspraak is op uw sector overigens minder van toepassing,
want u moet niet alleen volharden, maar ook slagen. ;)
Ten tweede leert deze terugblik ons dat uw sector voortdurend in
beweging is. En dan heb ik het in mijn terugblik nog niet eens gehad
over alle nieuwe wetgeving waar u de laatste jaren mee te maken hebt
gekregen en die u hebt doorgevoerd.
Geen sine cure, maar – zoals ik al zei – als u de schouders eronder zet,
dan bent u tot veel in staat. En dat laatste is de derde les die wij uit
deze terugblik kunnen trekken.
Namelijk dat u beter in staat bent veranderingen door te voeren, dan u
misschien zelf voor mogelijk hield.
Houdt dat verandervermogen vast, want daar zal ook in de komende
jaren nog een groot beroep op worden gedaan. Uw sector blijft immers
voorlopig in beweging. Alleen waarheen? Dat is de grote vraag.
Wellicht helpt het om die vier ontwikkelingen van net even te
extrapoleren; door te trekken naar waar dat toe zou kunnen leiden.
Kijken we naar consolidatie: waar staat uw fonds over vijf jaar?
Zelfstandig? Samen met andere fondsen?
En wat betreft duurzaamheid: welk deel van uw portefeuille wilt u over
vijf jaar verduurzaamd hebben? Wat vinden uw deelnemers daarvan?
En op het punt van korten: wat als u onverhoopt bij de groep fondsen
zit die moet korten? Hoe gaat u dat uitleggen?
En hoe gaat u de verwachtingen voor de komende jaren managen?
Geschikte bestuurders: Wanneer begin ik met het opleiden van
kandidaten? Hoe zorg ik voor continuïteit?
Dat zijn voorbeelden van vragen die u zult moeten beantwoorden.
7
U zult hierin een route moeten uitstippelen. Dat vraagt van u een
brede blik. Dat vraagt om verandervermogen. Het vraagt van u dat u
denkt in scenario’s.
Wat doet u bijvoorbeeld als u merkt dat het niet meer makkelijk is om
nieuwe geschikte bestuurders voor uw fonds aan te trekken?
Gaat u professionele bestuurders inhuren? Gaat u de mogelijkheden
van aansluiting bij een APF verkennen?
En wat doet u om duurzamer te worden, als u ervoor kiest om u te
profileren op dat punt?
En hebt u daarvoor de juiste kennis in huis?
Eigenlijk vragen wij van u om regelmatig een soort stresstest op uw
eigen fonds uit te voeren. Niet een met scenario’s die door ons of door
EIOPA worden opgelegd, maar een stresstest die u zelf heeft
ontwikkeld en die niet alleen naar financiële aspecten kijkt.
Want zo weet u of u klaar bent voor de toekomst. Als er dan
veranderingen zijn, dan weet u wat u moet doen.
En dan kunt u ook een duidelijke koers uitzetten voor uw
pensioenfonds.
Wij vragen ook van u om die exercitie op de agenda van de
bestuursvergadering te zetten en te houden.
En voor vanmiddag vragen we van u om af en toe eens volledig uit te
zoomen; om los te komen van alle losse issues die spelen en
om te bekijken hoe alles samenhangt, opdat u aan het einde van deze
dag op weg naar huis of uw bestuurstafel werk gaat maken van een
aantal concrete punten.
Dat vinden wij belangrijk. En dat bedoelen we met ‘Op koers’?!
8
Dat vraagteken erachter betekent voor ons dus niet dat wij vinden dat
u niet op koers bent. Het betekent dat u zichzelf voortdurend de vraag
moet stellen of u dat nog steeds bent.
En dat uitroepteken dan? Dat staat er opdat u na het beantwoorden
van de vraag of u op koers bent, uw daadkracht toont en aan de slag
gaat met de uitdagingen die u op uw pad vindt.
En hoeveel gemakkelijker zal het zijn te ondernemen als men wel
degelijk hoop koestert,
en hoeveel eenvoudiger zal het zijn te volharden als men slaagt!
Dank u wel.
9