HYDROBIOLOGISCH ONDERZOEK BIJ HET ZUIVERINGSSCHAP

Download Report

Transcript HYDROBIOLOGISCH ONDERZOEK BIJ HET ZUIVERINGSSCHAP

HYDROBIOLOGISCHONDERZOEKBIJHETZUIVERINGSSCHAPDRENTHE
januari1983.
ZuiveringsschapDrenthe
TechnischeDienst.
1 /~s, j
V
I N H O U D S O P G A V E
BLZ.
Samenvatting.
1
Voorwoord.
7
1.Inleiding.
2.Oriëntatieeninventarisatie.
8
11
2.1.Inleiding.
2.2.Verkenningvanhetoppervlaktewater.
!•DegeohydrologievanNederland.
2.Hydrobiologischedistrikten,watertypen.
3.Aantastingenvanhetoppervlaktewater.
2.3.Organisatievanhetwaterkwaliteitsbeleid.
1.Rijksoverheid enhetI.M.P.
2.ProvinciesenWaterkwaliteitsplan.
3.RegionalebeheerdersenWaterkwaliteitsbeheersplan.
1]
12
12
12
13
14
14
14
15
2.4.Waterkwaliteitsbeheer.
16
1.Waterkwaliteitstaak.
16
2.Benaderingenvanhetoppervlaktewater.
17
3.Funktiesvanhetoppervlaktewater.
17
2.5.Biologischebenaderingswijzen.
18
1.Dechemisch-fysischebenaderingswijze.
18
2.Defunktioneel-biologischebenaderingswijze.
19
3.Destruktureel-biologischebenaderingswijze.
21
2.6.Onderzoeksniveau's.
22
1.Wetenschappelijkhydrobiologischonderzoek.
22
2.Toegepasthydrobiologischonderzoek.
23
3.Routinematigwaterkwaliteitsonderzoek.
2.7.Kontrolevandewaterkwaliteit.
23
24
1.Chemisch-fysischwaterkwaliteitsonderzoek.
25
2.Energie-biologischwaterkwaliteitsonderzoek.
26
3.Informatie-biologischwaterkwaliteitsonderzoek.,
26
- 2 -
INHOUDSOPGAVE
(vervolg)
BLZ.
3. Uitwerking en onderzoek.
28
3.1.Inleiding.
28
3.2.HetoppervlaktewatervanDrenthe.
29
1.Geomorfologieenbodem.
29
2.Afwateringenwatertypen.
29
3.Beïnvloedingenvanhetoppervlaktewater.
30
3.3.Hetprovincialewaterkwaliteitsbeleid inDrenthe.
31
3.4.Hetaktievewaterkwaliteitsbeheervanhet
32
ZuiveringsschapDrenthe.
1.Aktiefwaterkwaliteitsbeheer.
32
2.Oppervlaktewaterkwaliteit.
33
3.Waterkwaliteitsdoelstellingen.
34
3.5.Biologischewaterkwaliteitsbeoordelingssystemen.
34
1.Biologische testsystemen.
35
2.Energie-biologischewaterkwaliteitsbeoordelings-
36
systemen.
3.Informatiebiologischewaterkwaliteitsbeoordelings-
37
systemen.
3.6.Hetuitgevoerderegionalehydrobiologischeonderzoek.
40
1.Wetenschappelijkgericht,inventariserendhydrobiologisch
onderzoek.
40
2.Toegepast,eco-systeemgerichthydrobiologischonderzoek.
41
3.Routinematighydrobiologischonderzoek.
3.7.Hethuidigewaterkwaliteitsonderzoek bijhet
43
43
ZuiveringsschapDrenthe.
1.Chemisch-fysischwaterkwaliteitsonderzoek.
2.Hydrobiologischlaboratoriumonderzoek inrelatietot
43
44
algen.
3.Hydrobiologischveldonderzoek inrelatietotmacrofauna.
47
- 3 -
INHOUDSOPGAVE
(vervolg)
BLZ.
4. D i s k u s s i e en a a n b e v e l i n g e n .
53
4.1.Inleiding.
53
4.2.Waterkwaliteitsgebieden enwatertypen.
54
1.Naderuitwerkenvanwaterkwaliteitsgebieden.
54
2.Naderuitwerkenvaneenwatertype-indeling.
55
3.Naderuitwerkenvaneenwatertypologie.
55
4.3.Organisatievanhetwaterkwaliteitsbeheer.
1.RelatieProvincie-ZuiveringsschapDrenthe.
56
56
2.Waterkwaliteitsdoelstellingen enoppervlaktewater-
57
funkties.
3.HetwerkterreinvanhetZuiveringsschapDrenthe.
4.4.HetwaterkwaliteitsbeheervanhetZuiveringsschap
58
58
Drenthe.
1.Hetaktieveenpassievewaterkwaliteitsbeheer.
59
2.Toetsingaandewaterkwaliteitseisen.
59
3.Ecosysteemgerichtewaterkwaliteitsdoelstellingen.
60
4.5.Onderzoekskeuzen tenaanzienvandebiologische
60
waterbeoordeling.
1.Eutrofiëringsonderzoek.
"'
2.Procesgerichtwaterkwaliteitsonderzoek.
°2
3.Effektgerichtwaterkwaliteitsonderzoek.
"3
4.6.Niveau-keuzentenaanzienvanhydrobiologischonderzoek.
65
1.Inventariserendhydrobiologischonderzoek.
"5
2.Eco-systeemgerichthydrobiologischonderzoek.
°6
3.Routinematig onderzoek tenbehoevevanwaterkwaliteits-
°7
beoordeling.
4.7.Werkplantenaanzienvanhettoekomstigehydrobiologische
68
onderzoekvanhetZuiveringsschapDrenthe.
1.Afstemmingchemisch-fysischenbiologischonderzoek.
68
2.Uitwerkingbiologisch laboratoriumonderzoek.
69
3.Uitwerkinghydrobiologischveldonderzoek.
-4-
I N H O U D S O P G A V E (vervolg)
BLZ,
5.Literatuur.
76
6.Figuren.
1.Voedselrelatiepatrooiiineenaquatischecosysteem.
80
2.Verbeteringvandewaterkwaliteit inDrenthe(1974-1981).
3.Schemavanhetkringloopprocesvanopbouwenafbraak
inhetwater.
81
82
7.Bijlagen.
1.Begrippenlijst.
83
2.Vergelijkingvanchemisch-fysischenhydrobiologisch
onderzoek.
87
3.Gekodeerdesoortenlijstmetvoorgekozendeterminatieniveau
88
(makrofauna).
- 1-
Samenvatting.
-Vanaf 1978wordtdoorhetZuiveringsschapDrentheroutinematig
hydrobiologischwaterkwaliteitsonderzoek uitgevoerd,aanvankelijk
middelsmakrofaunaensinds 1981ookmiddelsmicroscopischealgen.
Inhetwaterkwaliteitsbeheerkrijgtdeecologischebenaderingeen
steedsbelangrijkerplaats.Ditgeldtmetnamevoordewettelijk
geregeldeplanvorming.IndikatiefMeerjarenProgramma (I.M.P.),
Waterkwaliteitsplan (W.K.P.)enWaterkwaliteitsbeheersplan (W.K.B.P.),
GezienbovenstaandebestonderbijhetZuiveringsschapDrenthe
behoefteaaneenbeterinzichtindewenselijkheid totuitbreiding
en/ofaanpassingvanhethydrobiologischonderzoek.
Dedoelstellingvanhetvoorliggende rapportisomaantegeven
welkeontwikkelingbetreffendehethydrobiologisch onderzoekbij
hetZuiveringsschap zoumoetenplaatsvinden.
-Naeenglobaleweergavevanlandelijk teonderscheidenhydrobiologischedistriktenendaarinaanwezigewatertypen,wordenin
Drentheeenvijftalwaterkwaliteitsgebiedenaangegeven,waarbinnen
eengroteverscheidenheid aanwatertypenaanwezigis.Dezewatertype-indeling isvanbelang,omdatdaarmeekanwordennagegaanof
verschillenbinnenoftussenwaterenhunoorzaakvindeninintrinsieke,danweiinextrinsiekefaktoren.Hierbijkanwordenuitgegaan
vaneeneerdergegevenlandelijke indelinginwatertypen,aangevuld
metregionalekriteria,geldendvoordeprovincieDrenthe.Basis
vooreenecologischwaterkwaliteitsbeheer isvervolgenseen
"watertypologie",waarinookbiologischeaspektenindewatertypenindelingwordenbetrokken.
-Inhetrapportwordtaangegevenbinnenwelk wettelijkkaderde
huidigebeleids-enbeheersdoelstellingen eenplaatshebben.Na
korttezijningegaanopdebeïnvloedingenvanoppervlaktewater,
deWetverontreinigingoppervlaktewaterenenhetW.K.(B.)P.,wordt
ondermeerstilgestaanbijeen"verbrede"waterkwaliteitstaakop
ecologischebasisvoorhetZuiveringsschap.DitvereistecosysteemgerichtonderzoekinalletypenDrentsoppervlaktewater.Ditvormt
een-
- 2-
eenbelangrijk
onderdeelvandetaakvanhetZuiverings-
schap.
Aquatischecosysteemwordtineentweetalonderdelenonderscheiden
namelijk:
a.eenabiotisch (nietlevend)deel.Dechemischeenfysische
kwaliteit ishiereenonderdeelvanenwordtuitdienhoofde
onderzocht;
b.eenbiotisch (levend)deel.Hierinkunnenzogenaamdefunktioneel-enstructureel-biologische aspektenwordenonderscheiden.
Dezeaspektenzijnrespektievelijk tebenaderenmiddelsenergiebiologischeninformatie-biologischonderzoek.
Uitgewerktinwaterkwaliteitsbeoordelingssystemen, zijnenergiebiologischebeoordelingssystemenmeergeschiktvoorhetvoorspellen
vandeeffektenopdewaterkwaliteit,omdatzijinzichtverschaffen
indeoorzakenendegevolgenvan-biologische-processendiezich
inhetwaterafspelen (procesgerichtonderzoek).
Informatie-biologischebeoordelingssystemenbetreffendestruktuur
ofsamenstellingvandeaquatischelevensgemeenschappenenlenen
zichgoedvoorhet"meten"vandeeffektenvanbeïnvloedingen,
zoalsvervuiling,aandehandvandesamenstellingvandeze
aquatischelevensgemeenschappen (effektgerichtonderzoek).
Onderzoekskeuzen tenaanzienvandebiologischewaterbeoordeling,
uittevoerendoorhetZuiveringsschapDrenthewordenbehandeldin
deonderdeleneutrofiëringsonderzoek,procesgerichtwaterkwaliteitsonderzoekeneffektgerichtwaterkwaliteitsonderzoek.
Experimenteeleutrofiëringsonderzoekmetbehulpvaneen"algengroeipotentietoets" isinhetkadervanhethydrobiologischeonderzoek
vanhetZuiveringsschapDrenthehetmeestgeëigendemiddel om
inzichtteverkrijgeninderelatietusseneutrofiëringende
intensiteitvandeprimaireproduktieindeDrentseoppervlaktewaterenenkanuitsluitsel verschaffenomtrentdeeffekten
-van
-3-
vandefosfaterenopdewaterkwaliteit.
Binnenhetproces-c.q.meerecosysteemgerichtewaterkwaliteitsonderzoekwordennaastaanbevelingenmetbetrekkingtotaanpassingenvanhetchemisch-fysischeonderzoek,onderandere
mogelijkhedenaangegevenomteexperimenteren
methet"systeemvanCaspersenKarbe",opwaterenwaarvoordit
systeemopditogenblikreedstotzekerehoogteisuitgewerkt.
AanbevelingenvoorvoortgezeteffektgerichtwaterkwaliteitsonderzoekvanhetZuiveringsschapDrenthe (hetgeenondermeerhet
huidigeroutinematigehydrobiologischonderzoekomvat)richten
zichmetnameop:
a.toepassingenmetbetrekking totdezogenaamde"kwantitatieve"
beoordelingssystemen,waarmeegedurende 1982ervaringenzijn
opgedaanen
b.deverdereaanpassingen/ofontwikkelingvoorDrenthevan
zogenaamde"kwalitatieve"beoordelingssystemen,waaronderde
totnutoegebruiktekwaliteitsindicesvoormacrofaunaen
microfyten.
Hydrobiologischonderzoekkanalsvolgtwordenuitgevoerd:
wetenschappelijk-,toegepast-enroutinematiggerichtonderzoek.
a.Hetzuiverwetenschappelijk onderzoekisgerichtopgedetailleerd
inzichtindeaquatischeecologie.Deresultatenvanuitgevoerd
wetenschappelijk inventariserendonderzoekinhetverleden,
kunnenvanbelangzijnvoorhetgedetailleerdvaststellenvan
degewenstetoestandvanoppervlaktewateren.Dittypeonderzoek
is-hoewelvanbelang-nietdirekteentaakvanhetZuiveringsschapDrenthe.
b.Binnenhettoegepastonderzoekvallenookeenaantallandelijke
initiatievenophetgebiedvanonderzoeknaardezogenaamde
natuurlijkemilieu's.Dittoegepastecosysteemgerichtonderzoek
isvanbelangvoordeonderbouwing c.q. toetsingvanecologische
waterkwaliteitsdoelstellingen envoorecologischenormstelling
en-normtoetsing inderuimtegeoriënteerd.Dittypebeleidsonderbouwendonderzoekiseenonderdeelvandetaakvanhet
ZuiveringsschapDrenthe.
-c.-
-4-
c.Voorhetroutinematigonderzoek zoalsdattenbehoevevan
dewaterkwaliteitsbeoordeling en-kontrole (indetijd
georiënteerd)doorhetZuiveringsschapDrenthewordtuitgevoerd,kanwordengestelddatditeenblijvendeplaats
verdientnaasthetchemisch-fysischewaterkwaliteitsonderzoek
vanhetZuiveringsschapDrenthe.Hetismogelijk,dezetwee
typenonderzoekbeteropelkaaraftestemmenenookkanhet
huidigehydrobiologischewaterkwaliteitsonderzoekworden
geoptimaliseerd.
Inhetrapportwordtnaeenalgemeenoverzichtvandemogelijkhedenommiddelsonderzoek (chemisch/fysischen/ofbiologisch)
dewaterkwaliteit tebepalen,hethuidigeperiodiekuitgevoerd
onderzoekvanhetZuiveringsschapDrenthebesproken.
Ditonderzoekisalsvolgtonderverdeeld:
a.Hetchemisch-fysischonderzoek.Vanaf 1970wordtonderandere
opruim80bemonsteringspuntenmaandelijks chemisch-fysisch
onderzoekuitgevoerdmetalsdoelhetbewakenvanenhet
toezichtopdewaterkwaliteit indeprovincieDrenthe
(waterkwaliteitsbeoordeling).
b.Hethydrobiologisch"laboratorium"-onderzoek inrelatietot
algen.Daarbijwordenbehandeldhetchlorofyl-onderzoek,het
algenonderzoekenheteutrofiëringsonderzoek.
c.Hethydrobiologisch"veld"-onderzoekinrelatietotmacrofauna.
Hierbijvindtzoweleffektgerichtroutinematigonderzoekplaats
tenbehoevevandewaterkwaliteitsbeoordeling,alsmeerprocesc.q.ecosysteemgerichtonderzoekgerichtopspecifiekeverontreinigingenofgerichtopecologischenormstelling.
Inaanvullingopdebesprekingvanbovengenoemdonderzoek,volgt
eendiskussieoverdemogelijkhedenenbeperkingenvanhetonderzoekzoalsdatopditmomentisopgezetenwordtuitgevoerd.De
diskussieisafgestemdopeentoekomstig,meerecosysteemgericht
hydrobiologischwaterkwaliteitsonderzoekbijhetZuiveringsschap
Drenthe.
Ineenwerkplanwordentenslotteeenaantalaanbevelingengedaan
tenaanzienvaneennadereontwikkelingvanhethydrobiologisch
-onderzoek-
-5-
onderzoekbijhetZuiveringsschapDrenthe.Dezeaanbevelingen
kunnenalsvolgtwordensamengevat.
«Evaluatieeneventueelherzienvanhethuidigechemisch-fysische
waterkwaliteitsonderzoekvoornamelijk inrelatietoteengoede
afstemmingopc.q.ondersteuningvanhetaangepastehydrobiologischonderzoek.
Chemisch-fysischenbiologischonderzoekhebbenbeidenop
verschillendepuntennamelijkezwakkereensterkerekantenen
kunnenelkaarnietvervangen,maarvullenelkaargoedaan.
«Voortzettingenaanpassingvanhetbiologisch"laboratorium"-en
"veld"-onderzoekvoorhetverkrijgenvanmeerinzichtindein
hetwateroptredendeprocessenen indestruktuurvande
aquatische levensgemeenschappen.Ditmeerecosysteemgericht
onderzoek geeftmeerinzichtindewerkingvanprocesparameters
enderesultatenkunnenookwordengebruiktombijvoorbeeldbeter
heteffektvaneventuelemaatregelen tekunnenvoorspellen.
xVoorhetlaboratoriumonderzoekbetreftditmeerecosysteemgericht
onderzoekaanbevelingentot:
a.metingenvandeintensiteitvandeprimaireproduktieenvan
debiologischeafbraak (bio-aktiviteit),methetoogopde
toepassingdaarvaninhet
eventueelvoorDrentseomstandig-
hedenaangepastewaterkwaliteitsbeoordelingssysteem vanCaspers
enKarbe;
b.meerecosysteemgerichtonderzoekaandehandvanhetsinds
1981lopendealgenonderzoek,endoorhetonderzoekenvande
toepasbaarheidvaneenalgengroeipotentietoetsvoorDrenthe
(eutrofiëringsonderzoek).
*Voorhetveldonderzoekbetreftditmeerecosysteemgerichtonderzoek
aanbevelingentothetstartenvanEro^ektmatighydrobio-
logischonderzoekop bemonsteringspunten ineenaantalDrentse
wateren.Daarbijzalmoetenwordenvoortgebouwdopinhetverleden
uitgevoerdonderzoekenzalonderandereeenprioriteitenschema
moetenwordenopgesteld tenaanzienvanteonderzoekenwater-en
milieukomponenten.
*Hetvoortzettenenaanpassenvaneffektgerichtwaterkwaliteitsonderzoekmiddelshetroutinematigonderzoekvanmacrofauna.
-Daarbij-
-6-
Daarbijkanvoordetoekomstwordenvolstaanmethalfjaarlijkse
routinematigemacrofauna-bemonsteringen.Daardoorkunneneen
10-à20-talbernonsteringspuntenmeermeegenomenworden,
inclusiefeenverdergaandedeterminatiedantotnutoegebruikelijkis.
Opplaatsenwaartotnutoeweinigmacrofaunakonwordengevangen,
ishetgewenstverderonderzoekuittevoerennaardetoepassingsmogelijkhedenvankunstmatigsubstraatvolgensdemandjesmethode.
Tenslottewordeneenaantalaanbevelingengeformuleerd tenaanzien
vandeterminatieengegevensverwerking.Daardoor zijndegegevens
nietalleenbruikbaarvoordeberekeningvaneenkwaliteitsindex
voordewaterkwaliteit,maarkunnenzebijvoorbeeldookgebruikt
wordenvoorecologischenormstelling.
- 7-
Voorwoord.
IndevergaderingvanhetdagelijksbestuurvanhetZuiveringsschap
Drenthevan 13augustus 1981,werdbesloteneenmedewerkerop
tijdelijkebasisaantetrekken,welkeinzichtmoestverschaffenin
deeventuelenoodzaaktothetuitbreidenen/ofaanpassenvanhet
hydrobiologischeonderzoekbijhetZuiveringsschapDrenthe.Inhet
kadervandeWerkgelegenheidsVerruimendeMaatregel (W.V.M.)washet
mogelijkomindeperiodevan 1november 1981totenmet31december
1982-opsubsidiebasis-eenhydrobiologischgeschooldekrachtaan
testellen,teweten:deheerir.R.Evers.
Inhetvoorliggenderapportworden (opbasisvaninventarisatie
enaanbevelings'gerichtonderzoek)richtingenaangevenvoorhet
hydrobiologisch onderzoekvanhetZuiveringsschapDrenthe,als
onderdeelvanhaartaakmetbetrekking totdewaterkwaliteitsbewaking.
Opgemerktkanworden,datbijdeProvincieDrenthedoordeP.P.D.in
1979isaangevangenmeteentijdelijkonderzoeksprojekt,betreffende
dehydrobiologischegesteldheidvanDrentsevennenenbeken.Vooreen
goedeafstemmingvan hetonderzoek entervoorkomingvanhetduplicerenvanwerkzaamheden,heeftvanaf 1978opbestuurlijkenambtelijk
niveauterzakeenkelemalenoverlegplaatsgevondentussenhetZuiveringsschapendeProvincieDrenthe.
Inditoverlegwerdovereengekomen,datdehydrobiologischewerkzaamhedenvandeP.P.D.plaatsvindenmetbetrekking tothetonderzoek
naarhetnatuurlijkmilieu (=milieukartering) inhetkadervan
deaquatisch-ecologische inbreng inruimtelijkeplannen.
HetZuiveringsschap legtzichtoeophydrobiologischonderzoek,
waarvanderesultatenondermeer zoudenkunnendienenvoor(routinematige-)waterkwaliteitsbeoordeling envoordeecologischeinbrengin
hetkwaliteitsbeheervandezewatereninhetkadervandesinds
1januari 1982gewijzigdeplanvormingophetgebiedvanhetwaterkwaliteitsbeheer.
1. Inleiding.
Inhetlandelijkewaterkwaliteitsbeheerkrijgtdeecologische
benaderingvandewaterkwaliteiteensteedsgroterebetekenis
naastdetraditionele,meermensgerichtebenaderingvande
waterkwaliteit.
Detoenemendebetekenisvandeecologischebenadering,ookvoor
waterenmeteenalgemenefunktieofbestemming,isopgenomenin
hettweedeIndikatiefMeerjarenprogrammaWatervandeRijksoverheid (I.M.P. 1980-1984).
MetditI.M.P.enmetdemeerecologischgerichtewaterkwaliteitsdoelstellingen moetrekeningwordengehoudenbijdenadereuitwerkingvandewettelijkgeregeldeplanvormingdoorRijk,
provinciesenregionalewaterkwaliteitsbeheerders.
Vanhetbesefvandenoodzaakvaneenmeerecologisch gerichte
benadering zijnreedsaanwijzingentevindeninhetZuiveringsplan
Drenthevan 1977.Hetheefterooktoegeleiddatinoverlegmet
enmetgoedkeuringvandeProvincieDrenthein 1978doorhet
ZuiveringsschapDrentheeenhydrobiologischgeschoolde laboratoriummedewerkeropH.B.0.-niveauisaangetrokkenenmethetroutinematig
uitvoerenvanbiologischewaterkwaliteitsbeoordelingen isbegonnen.
Hiertoewerdeneen20-talstrategischgelegenbemonsteringspunten
geselekteerd,gelegeninwaterenmeteenalgemenebestemmingzoals
beken,kanalenenmeren.Alsgroepvanorganismenwaaropdewaterkwaliteitsbeoordelingenwordengebaseerd,werdgekozenvoorde
"macrofauna"datwilzeggenmethetbloteoogzichtbare,ongewerveldezoetwaterdieren.
Opeen11-talbemonsteringspunten inmerenenkanalenishet
onderzoekmetingangvan 1981aangevuldmeteenglobaalonderzoek
naarmicrofyten,datwilzeggenmicroscopischealgen.
Zowelinhetkadervanhetthansplaatsvindendehydrobiologische
onderzoek,alswelinhetkadervandevoornoemdewettelijkgeregelde
planvorming,bestaatmomenteelbehoefteaaneenbeterinzichtin
dewenselijkheid tot aanpassingvanhethydrobiologisch onderzoek
vanhetZuiveringsschapDrenthe.
-De-
-9-
Dewerkzaamhedendieinditkaderondermeermoetenworden
verricht zijndoorhetZuiveringsschapDrentheingrotelijnen
alsvolgtgeformuleerd:
-verzamelenenevaluerenvanrelevantehydrobiologischegegevens,
afkomstiguitonderzoekuitgevoerddoorverschillendeinstanties,
inklusiefdievanhetZuiveringsschapDrenthe;
-opsporenvanrelaties tussenresultatenvanhydrobiologisch
onderzoekenvanhetchemisch-fysischonderzoekdatopruim80
puntendoorhetZuiveringsschapwordtuitgevoerd;
-opsporenvanrelaties tussendehydrobiologische toestanden
hetwatertype;
-oriëntatiemetbetrekking totdeinzichtenenachtergronden
omtrenthydrobiologischonderzoekbijhetZuiveringsschapDrenthe
enanderewaterkwaliteitsbeheerders,alsmedebijmeerwetenschappelijkgerichteinstellingen;
-aangevenvaneennadereontwikkelingvanhethydrobiologisch
onderzoekvanhetZuiveringsschapDrenthe,inrelatietotte
onderzoekenwatertypen,bemonsteringspuntenenorganismengroepen;
-aangevenvaneengefaseerdonderzoekswerkplan,metonderandere
personele-enfinanciëlekonsekwenties;
Defeitelijkerapportageisverdeeld indriehoofdstukken
namelijk:
Hoofdstuk2:"Oriëntatieeninventarisatie",dateenalgemeen
karakterheeft.
Hoofdstuk 3:"Uitwerkingenonderzoek",datmeerspecifiekopde
Drentsesituatieingaat.
Hoofdstuk4:"Diskussieenaanbevelingen",datzichvoornamelijk
beperkt tothethydrobiologischeonderzoekdatdient
tegeschiedenendekonsekwentiesdiedaaraanvoor
hetZuiveringsschapDrentheverbondenzijn.
Dehoofdstukken 2,3en4hebbeneenzelfdeindelinginzeven
paragrafen.
-Drie-
10-
Drieparagrafen (2-4)betreffenalgemenewettelijkebeleidsmatigeenorganisatorischeaspektenendrieparagrafen (5-7)
ecologischeenbiologischeaspekten.
Dehoofdstukkenzijnzogeschreven,datgelijkgenummerde
paragrafeninonderwerp corresponderen.Zovolgtopeenoriëntatie
opeenonderwerp inhoofdstuk 2, eenbevindinginhoofdstuk3,
leidend toteenaanbeveling inhoofdstuk4.Alszodanigstaatde
indelingvanelkvandehoofdstukkenmodelvoordeopbouwvanhet
verslag.
-11
2. Oriëntatieeninventarisatie.
2.1.Inleiding.
Indithoofdstukwordtineenkorteschetseenoverzicht
gegevenvandeontstaanswijzevandeinNederlandaanwezige
oppervlaktewateren.Vervolgenswordteenglobaleindeling
gemaaktinlandelijk teonderscheidenhydrobiologische
distriktenenzalkortopeenaantaldaarinaanwezigewatertypenwordeningegaan.Naeenprobleemverkenning tenaanzien
vandeaantastingenwaaraanhetoppervlaktewaterblootstaat,
wordtingegaanophetwettelijkkaderwaarindehuidigebeleidsenbeheersdoelstellingeneenplaatshebben.
Eenbelangrijkonderdeelhiervanwordtgevormddoorfunktietoekenningenaandiversetypenoppervlaktewaterenendein
relatiedaarmeestaandewaterkwaliteitsdoelstellingen.
Inhetwaterkwaliteitsbeheer iseentendenswaarneembaar,waarbij
naasteenmensgerichtebenadering,meeraccentopeeneco-systeemgerichtebenaderingvanhetoppervlaktewater gelegdwordt.
Binneneenglobaalteschetsenecologischkaderzalopdiverse
biologischebenaderingenwordeningegaan.Inaansluitinghierop
zullendiverseniveau'svanbiologischonderzoekwordengeplaatst
tegendeachtergrondvanhetinteresse-niveauvanwaaruitwordt
gewerkt.Inditstadiumkanwordenaangegevenopwelkewijze
hydrobiologischonderzoekkanwordengekoppeldaandeprobleemstellingvaneenonderzoekendeinstantie.
Tenslottewordteenoverzichtgegevenvandechemisch-fysische
enhydrobiologischewaterkwaliteitsbeoordelingssystemen waarvan
waterkwaliteitsbeheerders zichbedienenominzichtteverkrijgen
indestandvandesaneringvanafvalwaterlozingenophetoppervlaktewateren,alsmedevoordekontrolevandewaterkwaliteit.
Tevenswordenmogelijkhedenenbeperkingenvanchemisch-fysisch
enhydrobiologischonderzoekkortbediskussieerd.
- 2.2.-
- 12-
2.2.Verkenningvanhetoppervlaktewater.
EenglobaleverkenningvandeNederlandseoppervlaktewateren
geschiedthierineenbeschrijvingvandegeohydrologievan
Nederlandaandehandvanondermeer:
-deindelingvanNederland ineenaantalhydrobiologische
distrikten;
- inventarisatievandedaarinaanwezigewatertypen;
-eenoverzichtvanaantastingenvanhetoppervlaktewater.
2^2i2i_De_geohy_drologie_van_Nederland.
Geohydrologisch isNederland ineersteinstantieglobaalte
verdelenintweeverschillendegebieden:
-eenlagergelegennoord-westelijkehelftmetafzettingenuit
hetholoceen;
-eenhogergelegen zuid-oostelijkehelftmethoofdzakelijkafzettingenuitpleistoceenofnogeerderegeologischeperioden.
InhetalgemeentreftmeninNoord-enWest-Nederland eenvan
natureeutroof (voedselrijk)enonderinvloedvanzeewaterstaand
gebiedaan.InOost-Nederland treftmenveelaleenvannaturemeer
oligotroof (voedselarm)gebiedaan,waardeinvloedvanzoetwater
overheerst (lit-1).
Debovenstaandetwee-delingvanNederlandsewaterenkanworden
uitgebreid toteenverdere,globaleonderverdelingingeografische
distrikten,metbetrekking tothunwijzeenhunperiodevanontstaan.Schroevers (lit.1)onderscheidteenzeventalhydrobiologischedistriktenwaarbinnenweereenaantalwatertypenteonderscheidenzijn.Deindelingvandezewatertypenkangeschiedenaan
dehandvaneenaantalcriteria,dieeerderdoorRedeke(lit.2)
alsvolgtwerdengeformuleerd:
-deinvloedvandezee(brakke,halfbrakkeenzoetebinnenwateren);
-deinvloedvangradiënt (stilstaandeenstromendewateren);
-dematevanvoedselrijkdom (voedselrijkeenvoedselarmewateren).
-Aan-
- 13
Aanditlijstjevancriteriavoorwatertypen-indeling zijndoor
VanGijsenenClaasen (lit.3)nogtoegevoegd:
-deontstaanswijzeenouderdom ("cultuurlijke"en"natuurlijke"
wateren);
-devorm (rondeenlijnvormigewateren);
-deafwatering (vrijafstromendeenafgeslotenwateren).
Hoewelgeenenkeletypen-indelinginwatertypenmetallezes
bovengenoemdecriteriarekeningkanhouden,komtdeCommissie
UitvoeringWetVerontreinigingOppervlaktewateren,werkgroep
(lit.4),toteenvoorlopigeindeling in 16typenoppervlaktewateren,welkeopgeomorfologischeengeografischegrondenwerden
geselekteerd.Hoewelookbinnenéënwatertype,opregionaalniveau,
verdereonderverdelingenmogelijk zijn,maakteendergelijkeindeling
alshierbovengenoemdhetmogelijkwaterenbinneneenwatertypemet
elkaartevergelijken.
Eenecologischebeschrijving,inkombinatiemeteenwatertypenindelingresulteertineen"typologie"vanhetoppervlaktewater,
welkedewetenschappelijkebasisvooreenecologischwaterbeheer
vormt (zieookhoofdstuk 4.2.).
2JL^•3^_Aantastingen_van_het_oppervlaktewater.
Hetmilieuisvannaturekontinuaanveranderingenonderhevig,
dieweliswaargeleidelijkoptredenovereenzeerlangetermijn.
Metdekomstvandemensenmetnamenazijnexplosievebevolkingsgroeivandelaatsteeeuwisditprocesvanveranderingvanhet
natuurlijkmilieuopkunstmatigewijzeverhevigd.Aantastingen
diedemenspleegtophetaquatischemilieuzijnsamentevatten
alseffektenvancultuurtechnischewerkzaamhedenenlozingen
afvalstoffen:
a.Cultuurtechnischewerkzaamheden,waardooreengrootaantal
watereninNederland zijnontstaanofveranderd,betekendenin
hetverledenvaakeenverrijkingvanhetlandschapenz'n
natuurlijke levensvormen.Waterenwerden(enwordennogsteeds)
direktofindirektbedreigddoorveranderingeninvorm,afwatering
enwaterpeil.
-b.-
14
b.Lozingenvanafvalstoffen,waarondereenscalavanmilieueigenenmilieu-vreemdeverbindingendoenofeengrootberoep
ophet"zelfreinigendevermogen"vanhetwater,ofzijnin
hetgeheelonafbreekbaar.
2.3.Organisatievanhetwaterkwaliteitsbeleid.
Indezeparagraafwordtingegaanopdeorganisatievanhet
waterkwaliteitsbeleid doordeNederlandseoverheid;dewijze
waaropaandewaterkwaliteitsbewaking doordeprovincies
gestaltewordtgegevenendewijzewaaropdeplanvormingdoor
regionalebeheerdersinwaterkwaliteitsbeheersplannenwordt
uitgewerkt.
2^3^J^_Rij^soverheid_en_het_I^M^_P.
In 1970werdde"Wetverontreinigingoppervlaktewateren" (W.V.0.)
alssektorwet-watervankracht.Dezewetvoorzietineenregeling
opbestuurlijkniveauwaarbijdegrote,doorgaandeoppervlaktewateren,"Rijkswateren"onderhetbeheervanhetMinisterievan
VerkeerenWaterstaatvallen,terwijldeoverigeoppervlaktewateren
(inclusiefeenaantal"uitbesteedde"rijkswateren)onderprovinciale
verantwoordelijkheidkomen.Eenaantalprovincies (waaronderDrenthe)
heeftgebruikgemaaktvandebevoegdhedeninhetkadervandeW.V.0.
Voorhetwaterkwaliteitsbeheerïenspecialeorganisatieopte
richtenendetakentedelegerenaandezewaterkwaliteitsbeheerder.
HetRijksteltvolgensdeW.V.0.elkevijfjaareen"Indikatief
MeerjarenProgrammaWater" (I.M.P.)vast,waarvanheteersteliep
van 1975-1979enhettweedevan 1980-1984.DeI.M.P.'s zijn
richtinggevendvoor depraktischeuitwerkingvanhetwaterkwaliteitsbeheerdoorrijk,provinciesenregionalebeheerders.
InheteersteI.M.P.(lit.5)wordtgesteld,dathetwaterzal
moetenvoldoenaan:
a.eisentenbehoevevande"algemeneecologische funktie"van
hetoppervlaktewater;
-aanvullend-
- 15-
b."aanvullend testelleneisen",gebaseerdopdegebruiksdoeleindendiehetwatervoordemensheeft.
InheteersteI.M.P.wordtdealgemeneecologischefunktieniet
naderuitgewerkt.Welwordteenaantalnormengegeventenaanzien
vaneen"minimumwaterkwaliteit"indevormvanvoorlopigegrenswaardenvoordekorte termijnenstreefwaardenvoordelange
termijn.Verderwordteenwaterkwaliteitsbeoordelingssysteem op
basisvandeparameters zuurstofgehalte,biochemischzuurstofverbruikenammonium-stikstofgehalteuitgewerkt,datuitmondtin
dezogenaamde"I.M.P.-index"eneendaaropafgestemdeindelingin
vijfwaterkwaliteitsklassen.
InhettweedeI.M.P. 1980-1984geldtinbeginselvoorelkwater
eenwaterkwaliteitsdoelstelling welkevaltteonderscheidenin
eenfysisch-chemischedoelstelling eneenecologischedoelstelling.
Dedoelstelling isdaarbijafgestemdopdefunktievanhetwater.
Deopzetmeteeninbeginselvrijweluniforme fysisch-chemische
enecologischedoelstellingvoorwaterenmeteenalgemeneecologische
funktiedoetgeweldaandeintrinsiekeverschillentussen
waterenenwatertypenindediversehydrobiologische distrikten
vanonsland.InhetI.M.P.1980-1984isweliswaaraangegevendat
ervoorvisseninvloedisvanwatertypemaarditgeldtookvoor
andereorganismen.Indeopprovinciaalniveauoptestellen
waterkwaliteitsplannen (W.K.P.)zouhieraanaandachtkunnen
wordengeschonken.Ditnaastdevertalingvandeecologische
waterkwaliteitsdoelstellingenvanhetmiddelsteniveautotkonkrete
fysisch-chemischenormenenecologischenormen.Devertalingisin
hetI.M.P. 1980-1984namelijkopengelatenenaanhetinitiatief
vandewaterbeheerderovergelateninverbandmet zijnbekendheid
metdeplaatselijke (ecologische)situatie.
2i3;J3^_Regionalebeheerders_en_waterkwaliteitsbeheers_£lan.
Indeprovincialewaterkwaliteitsplannen (W.K.P.),welkevanaf
1984minimaalelke tienjaarmoetenwordenopgesteld,dienende
relevanteaspektendiebijhetwaterkwaliteitsbeheer eenrolspelen,
-aan-
-16
inhoofdlijnenaandeordetekomen.
Daarwaardezewaterkwaliteitstaak doorprovinciale statenis
gedelegeerd,vindtdeopstellingvanhetwaterkwaliteitsplan
plaatsinoverlegmetdefeitelijkebeheerdersendienthet
zichtebeperkentotdehoofdlijnenvanhetprovincialewaterkwaliteitsbeleid.
DoorderegionalebeheerderswordtvervolgenseenWaterkwaliteits
Beheersplan (W.K.B.P.)opgesteld,waarinonderanderewordt
aangegevenhoedediversefunktiesvanoppervlaktewaterenende
daaropgebaseerdewaterkwaliteitsdoelstellingen indepraktijk
kunnenwordengerealiseerd.
Eenprobleembijdegeheleplanvormingis,datdeW.V.O.geen
wettelijkinstrumentariumheefttenaanzienvanandereaspekten
vanhetaquatischeco-systeemdandekwaliteitvanhetmedium,
water.Hetnastrevenvanecologischewaterkwaliteitsdoelstellingen
zaldaaromindepraktijkmoetengeschiedeninnauwesamenwerking
metdewaterkwantiteitsbeheerders enanderebetrokkeninstanties.
2.4.Waterkwaliteitsbeheer.
Inhetvolgendewordtkortingegaanopdewijzewaaropdewaterkwaliteitstaak inNederland doorregionalebeheerderswordtuitgevoerd;hoedebenaderingvanhetoppervlaktewater indeloop
dertijdveranderdeenhoedefunktiesdieaanwaterenworden
toegekendhierdienentewordenaangepast.
2^41]_^_Waterkwaliteitstaak.
Dezorgvoordewaterkwaliteitwerd totheteindvande60-er
jarenbehartigddooreengrootaantalinstantiesopverschillende
bestuursniveau's.BijhetvankrachtwordenvandeW.V.O.,werd
eenscheidinginbestuurslaag funktioneel,diedekwaliteitszorg
voordeniet-rijkswatereninprincipebijdeprovinciesondergebracht.Vandeelfprovincieshebbenerachtdekwaliteitszorg
voorhetwateraanbestaandewaterschappen,ofaannieuwopgerichte
zuiveringsschappenovergedragen.
-Tot-
-17
Totdebelangrijkste takenvandewaterkwaliteitsbeheerders
behoorthetaktiefverbeterenvandewaterkwaliteitmetname
middelszuiveringstechnischewerkenenvoortshet-passiefvoorkomenvanwaterverontreiniging,middelsonderanderehet
vergunningenbeleid enhetuitvoerenvankontrole-aktiviteiten.
2.4.2._Benaderingen_van^hetjD££erylaktewater^
Dealgemenedoelstelling,dieeerderisgenoemd,dezogenaamde
"basiskwaliteit"kanwordenomschrevenals:"eenzodanigekwaliteit
vanhetoppervlaktewater,dathetgeenoverlast (metnamestank)
voordeomgevingveroorzaaktenernietvervuilduitziet
(drijvendvuil,verkleuring)enverder,"dathetoppervlaktewatergoedelevenskansenbiedtvooreenaquatischelevensgemeenschap,waarvanookhogereorganismen,zoalsdiversevissoorten
deeluitkunnenmakenendattevensecologischebelangenbuiten
hetwater (bijvoorbeeld zoogdierenenvogels)wordenbeschermd".
Metnamedezetweedeecologischebasisdoelstelling inhetwaterkwaliteitsbeheer,tekenthetfeitdathetwaterwordterkendals
eco-systeem,watbetekentdatheteenecologischefunktietoebedeeld
krijgt.Deinvullingvandezeecologischefunktieenzekerde
"vertaling"daarvaninkwantitatiefmeetbarerandvoorwaarden isnog
goeddeelseenopenliggende taakvoorderegionalewaterkwaliteitsbeheerders.Duidelijkiswel,datvoortgaande saneringvanknelpunteneeneerstevoorwaardevormtvoorhetaquatischleven.
2.4.3.Funkties_van_hetoppervlaktewater.
Demensheeftindeloopdereeuwenvele toepassingsmogelijkheden
voorhetwaterontdektenbenut.Totdebelangrijkstefunkties
diehetwatervoordemensheeft,kunnenwordengenoemd:
a.deberging,afvoerendoorvoervanwater;
b.hetwateralsvaarweg;
c.hetwateralsontvangst-entransportmediumvoorafvalstoffen;
d.hetwater tenbatevanderekreatie (watersport,sportvisserij
etc.);
e.water tenbatevandeberoeps (binnen)visserij;
-f.-
f.wateralsgrondstofvoorverschillend gebruik,indelandbouw,
industrieen/ofvoordrinkwaterbereiding.
Daarnaastfunktioneerthetwateralsnatuurlijkmilieuvoor
organismenwelkehiervandirekt,ofindirektafhankelijkzijn.
Hetspreektvanzelf,datbijhethuidige,intensievegebruik
vanhetoppervlaktewaterinNederland,funktiekonfliktenkunnen
ontstaan,diezichzelfsbinnendemenselijkegebruiksfunkties
vanhetwatermanifesteren.Ookkunnendemenselijkegebruiksfunktiesconflicterenmetdenatuurlijke,algemeneecologische
funktievanhetoppervlaktewater.
Dezeproblematiek zaluitvoerigaandeordemoetenkomeninde
optestellenW.K.P.'senW.K.B.P.'s.Hierligtmedeeengrote
verantwoordelijkheidbijdewaterkwaliteitsbeheerders.
2.5.Biologischebenaderingswijzen.
Hetaquatischecosysteem istedefiniërenals:"Hetsamenhangende
geheelvanlevendeorganismeneneenniet-levendeomgeving,
inclusiefderelatiestussendesamenstellendedelen".Volgens
dezedefinitiebestaateeneco-systeemdusuiteenbiotischeen
abiotischecomponent,waartussenrelatiesbestaan.
Heteco-systeemkanopdriemanierenwordenbeschrevennamelijk
aandehandvandechemisch-fysische,defunktioneel-biologische
endestruktureel-biologischebenaderingswijze.
2.5._1.Dechemisch-fysische_benaderingswi.2ze.
Hetaquatischeco-systeemomvatalseersteabiotischecomponent
hetmediumwater,waarinzichallechemische,fysischeenbiologischeprocesseninonderlingewisselwerking afspelen.Detweede
abiotischecomponentvanhetaquatischeeco-systeemomvatfaktoren,
inherentaangeografieenaanwatertype,welkeinditverband
buitenbeschouwingblijven.
Inhetwater zijnvelean-organische stoffenopgelostwelketot
voedselkunnendienenvoordegroeneproducenten,zoalsdehogere
(water)plantenendemicroscopischealgen.Deze"primaire"producentenzijninstaatommetbehulpvanzonlicht,ineenproces
-dat-
- 19-
dat"fotosynthese"wordtgenoemd,inhuneigenbehoefteaan
organischebouw-enbrandstoffentevoorzien (zogenaamde
"autotrofeorganismen").Bijditproceswordtkoolzuurgas
geassimileerd enkomtzuurstofvrij.
Ophunbeurtdienendeproducentenweer totvoedselvande
consumenten (zogenaamde "heterotrofe"organismen)zoalsde
lagereenhogerewaterdieren.Dezezijnnietinstaat,inde
aanmaakvaneigenorganische stoffentevoorzienenhebben
daartoeandereorganismennodig.
Deze"sekundaire"producentenhebbenvoordeverbranding
zuurstofnodigenmakendaarbijkoolzuurgasenwatervrij.
Doodorganischmateriaal inhetwaterwordtineenaantal
schakels-alofniet-metbehulpvanzuurstofenafhankelijk
vanfaktorenalstemperatuurenzuurgraadvanhetwaterdoorde
zogenaamdeafbrekers,alsschimmelsenbakteriën,weertot
voedingsstoffenafgebroken,welkezodoendeweer terbeschikking
komenvandegroeneproducenten (figuur 1:Voedselrelatiepatroon
ineenaquatischeco-systeem).
Uithetvoorgaandeisduidelijk,datchemisch-fysischefaktoren
medebepalend zijnvoor-enbepaaldwordendoor-deinhet
wateroptredendebiologischeprocessen.
2.5.2.Defunktioneel-biologischebenaderingswijze.
Relatiestussendeabiotischeendebiotischecomponentenvanhet
eco-systeem,maarooktussendebiotischecomponentenonderling,
wordenbepaalddoorprocessenenmetnamedoordewijzewaarop
-endeintensiteitwaarmee-energieinheteco-systeemwordt
doorgegeven.Eeneersteschakelindevoedselketenishetproces
waarin zonne-energieenan-organische stofwordtbenuttenbehoeve
vandeopbouwvanenergie-rijkeorganischeverbindingen,door
toedoenvandeautotrofeorganismen.Indevolgendeschakelsvan
devoedselketenwordtdealdusdoormiddelvanfotosynthesevastgelegdeenergiebenutdoordeheterotrofeorganismenen
wordendeorganischebouwstenenher-gerangschikt ineensteeds
-ingewikkelder-
-20-
ingewikkelder struktuurvanzowelorganismenalslevensgemeenschappen.Daarnaast treedtopalleproduktieniveau'senergieverliesop,indevormvanwarmte,bewegingentenbatevan
devoortplanting.
Inhetalgemeenkanmenstellen,datheteco-systeemaltijd
zalstrevennaareenoptimum-situatie,ineenprocesdat
"rijping"wordtgenoemd.Naarmatedezeontwikkelingverderis
gevorderd,zullendeniveau'svanenergiedoorgifteverfijnder
zijn;zalenergieverlies tussendeproduktieniveau'stoteen
minimumbeperkt zijnenzaldesamenstellingvandelevensgemeenschappeneenstabielerkaraktervertonen(lit.7)
Ineenongestoordeco-systeemzijnbovendienprocessenvan
opbouw (primaireensekundaireproduktie)enafbraak
(decompositieenmineralisatie)metelkaarinevenwicht.
Verstoordeeco-systemendaarentegen,wordenvaakgekenmerkt
doortoevoervanenergie-rijkeverbindingenzoals (nutriënten
enorganischeafvalstoffen)vanbuitenaf.Hierdoorzalvaakde
intensiteitvandeprimaireproduktiekunstmatigwordenopgevoerd,metalsmogelijkegevolgen:algenbloeimetzuurstoftekort
'snachtsen-inhetergstegeval-afstervenvandelevensgemeenschappen.Ookkandoordirektelozingvanorganischeafvalstoffeneentegrootberoepwordengedaanophet"zelfreinigende
vermogen"vanhetwater,metzuurstofloosheidalsuiterstegevolg
(lit.8).
Vorenstaande isinfiguur3schematischaangegeven.
Verstoringvanprocessenvanopbouwenafbraakinhetaquatisch
eco-systeemheefttotgevolgdatdenagestreefdeoptimum-situatie
nietkanwordengehaald;datniveau'svanenergiedoorgiftegrover
zijn;datmeerenergieverlies zaloptredenendatdesamenstelling
vanlevensgemeenschappen eenminderstabielkarakter zaldragen.
Procesparameters zijnderhalvevanbijzonderbelangvoorinzicht
indedirektegevolgenvanmenselijkingrijpen,metnamevan
vervuiling.
-2.5.3.-
21
2^5.3.__Destruktureel-biologische_benaderingswijze.
Eeneigenschapvanhetlevenisomzoveelmogelijkenergiete
benuttenen/ofvastteleggen.Veelvandezeenergieisinde
vormvanorganischestoffenopgeslageninindividueleorganismen
engehelelevensgemeenschappen.Indeloopvandeevolutieheeft
hetlevenzichinvelevormen aandemeestuiteenlopendemilieu's
aangepastenzodoendekentvrijweliedernatuurlijkmilieueen
specifiekdaarbijbehorendelevensgemeenschap.
Ineenongestoord eco-systeembestaandeze levensgemeenschappen
uiteenevenwichtigestruktuurvanhogereplanten,microscopische
algen (producenten);zoöplankton,ongewerveldeengewervelde
dieren (comsumenten)enbakteriënenschimmels (afbrekers).De
struktuurvaneenlevensgemeenschap istedefiniërenals:"de
kwalitatieveenkwantitatievesoortensamenstelling enderangschikkingvandeorganischecomponenten".Dezestruktuurvan
levensgemeenschappenkomtindeontwikkelingnaareenoptimale
bezettingvanallevoedselniveau'stotstandineentijdgebonden
procesvan"ecologischesuccessie".
Destruktuurvaneenlevensgemeenschapkanwordengebruiktomeen
milieutekarakteriseren;daarnaast zijnindividuelesoortenvaak
indikatiefvoorafzonderlijkemilieufaktoren.
Vannaturevoedselarmeeco-systemenwordeninhetalgemeengekenmerktdooreengeringeprimaireproduktieeneendaarmeesamenhangend
geringaantalindividuen.Rijkereecosystemen daarentegenworden
gekenmerktdooreenhogereproduktieeneendaarmeesamenhangende
grotereindividuenrijkdom.
Ingestoorde situatiestreedt-naastandereverstoringenverstoringvanprocessenvanopbouwenafbraakop (zieterzake
hoofdstuk 2.5.2.).Degevolgenvoordeaquatischelevensgemeenschappenuitenzichaanvankelijkinkleineveranderingeninde
kwalitatieve enkwantitatieve soortensamenstelling.Bijvoortschrijdendebelastingvanhetmilieuverschuiftdesamenstelling
vandelevensgemeenschap inderichtingvaneenkleinaantal
tolerantesoorten,dieechteringroteaantallenkunnenvoorkomen.
-In-
22-
Inhetuiterstegevalleidtvoortdurendevervuiling totperiodiekeoftotalelevenloosheid.
Alszodanigverschaftdesamenstellingvaneenaquatische
levensgemeenschap(endaarmeetevens struktuur-parameters)
informatietenaanzienvaneffektenvanmenselijkingrijpenop
hetaquatischemilieu.
2.6.Onderzoekniveau's.
Onderzoekkanopeenaantalverschillendeniveau'swordenuitgevoerd.Tenaanzienvandehydrobiologiewordthiereenonderscheidgemaakttussen:
a.wetenschappelijkonderzoek,gerichtopinzichtindeaquatische
ecologie;
b.toegepastonderzoek,gerichtopdebeleidsonderbouwing;
c.routinematigonderzoek,gerichtopwaterkwaliteitskontrole.
2.6.1.Wetenschap_£elijk_h^drobiologisch_onderzoek.
Wetenschap isdoordemensvanoudsbedrevenomzichzelf,zijn
stoffelijkeomgevingenzijnplaatsdaarintedoorgronden.
Motievenomietsteonderzoekenwerdendaarbijnietinde
eersteplaatsdoorpraktischeproblemeningegeven,maareerder
doordewensomkennistevergaren.
Deklassieke,beschrijvende (hydro)biologiemetzijnvele
disciplines,heeftvanafde 17eeeuwgeleid totdehuidige
kennisvandesystematiekvansoorten,neergelegd indevele
determinatiewerkendiemomenteelbeschikbaar zijnentotkennis
vananatomieenfysiologie,welkevormenfunktionerenvanorganismenverklaren.Pasindezeeeuwenopbasisvandehiervoor
genoemdefloristische-enfaunistischekennis,ismenzichaktief
gaanbezighoudenmetdestudievande (aquatische)ecologie:
destudienaarderelatiesvanorganismenmetelkaarenmethun
nietlevendeomgeving (lit.9). Wetenschappelijkhydrobiologisch
onderzoek-
onderzoek zoalsdattegenwoordiggebeurt,bedient zichin
toenemendematevangeavanceerde techniekenwelkebeogende
natuurtebeschrijven,inmodellenweer tegeven,ofzelfs
biologischeprocessentesimuleren.
WetenschappelijkhydrobiologischonderzoekwordtinNederland
bedrevendooreenaantaluniversiteiteneneenaantalparticuliere-enoverheidsinstituten.
2.6.2.Toegepasthydrobiologischonderzoek.
Opveelwetenschapsgebiedenwordttegenwoordig toegepastonderzoekbedreven.Dittypeonderzoekontleentzijnvraagstelling
aaneenmaatschappelijk probleemoftoegepastesituatie,met
hetoogmerkhiervooreenoplossing aantedragen.
InhetkadervandeW.V.O.endeinrelatiedaarmeeuitte
werkenplanvorming zijneenaantaloverkoepelendeoverleg-en
onderzoeksinstanties aktiefonderandereCUWVOenSTORA,welke
hetoplandelijkeenregionaalniveauuitgevoerdehydrobiologischeonderzoekcoördineren;gehanteerdeonderzoeks-,uitwerkingsenpresentatiemethoden zoveelmogelijkstandaardiserenen/ofzo
mogelijkprojektenineigenbeheeruitvoerenofaanwetenschappelijkeinstitutenuitbesteden.
Daarnaastfunktionereneenaantalonafhankelijkedeskundigenoverleggroepen,zoalsdeWerkgroepBiologischeWaterbeoordeling;
deBION-werkgemeenschapAquatischeEcologieenbijvoorbeeldook
T.N.O..
TotslotkunnenwordengenoemddeoverleggroepenHydrobiologen
laagNederland enHydrobiologen stromendwater,waarinvertegenwoordigersvanwaterschappenenzuiveringsschappendeelnemen.
Veelvanhetuitgevoerdehydrobiologischewerkomvathierbij
hetontwikkelenenaanpassenvanmethodenvanbiologischewaterbeoordeling,onderzoeknaar"natuurlijkemilieu's"endenormstellingopecologischegrondslag.
2 ^ ^ 3 ^ _ R o u t i n e m a t i g _ w a t e r k w a l i t e i tsonder zoek.
Routinematigwaterkwaliteitsonderzoek ontleentzijnessentie
-aan-
-24-
aanhetperiodiekekarakterwaarmeehetwordtuitgevoerden
heefttotdoelveranderingenindewaterkwaliteit indetijd
tevolgen.Hiertoewordenvanhetwater toestandbeschrijvingen
gemaaktaandehandvanobjektiefmeetbaregrootheden.Deze
gegevenswordenvervolgens-gedeeltelijk-verwerktineen
systeemvoorwaterkwaliteitsbeoordeling enzomogelijk ineen
cijferwaardeweergegeven.
Dezeopditmomentveelaltoegepastemethodenvoorwaterkwaliteitsbeoordeling opchemisch-fysische grondslag,sluiten
aanbijdeinhetI.M.P.1980-1984gegevendefinitievanhet
begrip"waterkwaliteit"namelijk"detoestandvanhetwaterin
chemisch,fysischenmicrobiologischopzicht".Dezebenadering
houdtnietexplicieteenwaarde-oordeelin.
Eentweedebenaderingvanwaterkwaliteitsbeoordeling houdt
rekeningmethetfeitdathetinhetwateraanwezigeleven
(enmetnamedebiologischeprocesseninhetwater ende
struktuurvandeaquatischelevensgemeenschappen)informatie
verschaftomtrenthetwaterendatchemisch-fysische enbiologischetoestandsbeschrijvingen elkaarwederzijdsaanvullen.
Eenvolledigerdefinitievanhetbegripwaterkwaliteit,welke
meerrechtdoetaanalleaspektendiemethetwaterkwaliteitsbeheersamengaanluidtdaarom:"detoestandvanhetwaterin
chemisch,fysischenbiologischopzicht".
Uiteraard isessentieeldebiologische toestandsbeschrijving
vaneenwatertevergelijkenmeteen(naderteformuleren)
referentietoestand.
2.7.Kontrolevandewaterkwaliteit.
Dekontrolevandekwaliteitvanhetoppervlaktewater,zoals
dezeinhetalgemeendoordewaterkwaliteitsbeheerdersin
Nederlandwordtuitgevoerd,omvatdeonderdelen:
-chemisch-fysischwaterkwaliteitsonderzoek;
-energie-biologischwaterkwaliteitsonderzoek;
- informatie-biologischwaterkwaliteitsonderzoek.
-Deze-
- 25 -
Deze typen v a n onderzoek worden hierna met de mogelijkheden
en beperkingen ervan behandeld.
2^7^__^^ÇlîÊ™ÎË£lîz£Y.Ë.iË.E.Îi_Ha^êE^:^Ëiî.£Èi.£Ë.2îî^.ËES°SÎS•
Chemisch-fysisch wateronderzoek bepaalt zich hoofdzakelijk tot
het meten van concentraties van chemische stoffen en tot het
bepalen v a n enkele fysische karakteristieken. Resultaten uit
chemisch-fysisch onderzoek geven daarmee een momentopname van
een aantal aspekten van het abiotische- en biotische milieu
w e e r . De belangrijkste toepassing van chemisch-fysisch onderzoek
ligt in het direkt vervolgen van effekten van verstoringen
(bijvoorbeeld vervuiling) of saneringen op het aquatisch m i l i e u .
De keuze van parameters wordt bepaald door de w e n s naar informatie
omtrent:
a. Zintuigelijke en fysische karakteristieken, gericht op de v o o r waarde dan het oppervlaktewater geen overlast aan de mens
veroorzaakt (bijvoorbeeld stank, verkleuring) en dat het de
mogelijkheid van aquatisch leven in zich b e r g t .
b. De rijkdom v a n het water aan an-organische voedingsstoffen
("trofie-graad"), in verband met de potentiële en g e r e a l i seerde intensiteit van de primaire produktie.
c. De m a t e v a n belasting van het water met dood organisch
materiaal ("saprobiegraad"), en de daarmee in verband
staande potentiële of gerealiseerde afbraakintensiteit.
d. De belasting v a n het w a t e r met milieu-vreemde en toxische
stoffen, zoals gechloreerde koolwaterstoffen en zware
m e t a l e n , in verband met potentiële of gerealiseerde effekten
op de volksgezondheid en/of eco-systemen.
In het I.M.P. 1980-1984 wordt als minimum-kwaliteit voor alle
Nederlandse w a t e r e n de "basiskwaliteit" omschreven in 39 p a r a meters verdeeld over zes groepen.
De meeste Nederlandse oppervlaktewateren voldoen niet aan de
basiskwaliteit'. In een komend I.M.P. 1985-1989 moeten grenswaarden voor afzonderlijke parameters wellicht worden toegesplist
op regio en/of watertype.
- 2.7.2.-
26
2.7.2.Energie-biologisch_waterkwaliteitsonderzoek.
Energie-biologischwaterkwaliteitsonderzoek sluitdirektaan
bijdefunktioneel-biologischebenaderingswijzevanhetaquatisch
eco-systeem (ziehoofdstuk 2.5.2.).
Ditonderzoekbeoogtdeaardendeintensiteitvandeinhet
wateroptredendeprocessenvanopbouw (primaire-ensekundaire
produktie)enafbraak (decompositie,mineralisatie)vastte
stellen.Omvervolgens,opbasisvandeinhetwateroptredende
processeneenuitspraak tekunnendoenomtrentde"biologische
toestand",iseenwaterkwaliteitsbeoordelingssysteem nodig,waarin
processenvanopbouwenafbraakafzonderlijkeninhunactuele
relatie,wordenvergelekenmeteenrefentie-toestand enineen
(saprobie)klasseingedeeld.
InhetI.M.P.iseenwaterkwaliteitsbeoordelingssysteem uitgewerkt
opbasisvandeparameters zuurstof,ammonium-stikstofenBZV.
Hoeweldeinvullingvandeze"I.M.P.-index"striktgenomenmet
chemischeparametersgeschiedt,gaathethierinwezeomeenop
biologischeprocessengebaseerd waterkwaliteitsbeoordelingssysteem.
DemeesteNederlandsewaterschappenmakengebruikvandeI.M.P.index,waarbijvanmaand totmaandverzameldegegevensperjaarof
perhalfjaartotgemiddeldebeoordelingwordensamengevat.
Overfosfaatengroeipotentiekanhetvolgendewordenopgemerkt:
Vooreengoedinzichtinde"groeipotentie"vanhetwater,als
mediumvoorfytoplankton,wordtmomenteel inSTORA-verbandgewerkt
aandeontwikkelingenstandaardisatievaneen"algengroeipotentietoets"voorNederland (lit.10).
Doorwaterschappenwordthiermeeopbescheidenschaalreedsgeëxperimenteerd.
2^7^3._Informatie-biologisch_waterkwaliteitsonderzoek.
Informatiebiologischwaterkwaliteitsonderzoek sluitaanbijde
struktureel-biologischebenaderingswijzevanhetaquatischecosysteem (ziehoofdstuk 2.5.3.).Dit onderzoekberustopde
grondslag,datveranderingen indeprocesseninhetwaterzich
-uiten-
27
uiteninveranderingenindesamenstellingvandeaquatische
levensgemeenschappen.Hetgroteverschilvanbiologischeparametersmetchemisch-fysischeis,datdesamenstellingvande
aquatischelevensgemeenschappendebiologische toestandweerspiegeltoverdeduurvandelevenscyclivandeaanwezige
soortenendaaromveelmindereenmomentopnameis.Daarnaast
geeftdesamenstellingvandeaquatische levensgemeenschappen
eenbeeldvandeslechtstewaterkwaliteitoverdegemeten
periode,omdathetaquatischelevennietreageertopgemiddelden
maaropmetnameminimainchemisch-fysische zin.Debeide
benaderingenvullenelkaardaaromquainformatieaan,maarwerken
elkineenanderetijdsdimensie (bijlage2).
Duidelijkvoordeelvanhydrobiologischonderzoek tenopzichtevan
chemisch-fysischonderzoekishetfeit,datbiologische (procesen
struktuur)gegevensdeenigbruikbarereferentievormenin
relatietotdeinhetI.M.P.1980-1984genoemdeecologische
waterkwaliteitsdoelstellingen.Ditmaaktdechemisch-fysische
waterkwaliteitsbeoordeling toteenmiddelomrandvoorwaarden
waaraanhetabiotischedeelvanhetecosysteemmoetvoldoen,te
kontroleren,terwijlde-gewenste-biologische toestandvan
hetwaterdaarbijalsdoelgeldt.
Dezwakkekantvanhydrobiologischonderzoekisdatderesultaten
vaakslechtineencijferzijnuittedrukken.
Daaromwordtdoorveelwaterkwaliteitsbeheerders gewerktmet
biologischewater(kwaliteits)beoordelingssystemen.Dezesystemen
zijnveelaldirektewiskundigebewerkingenvandesoortenlijsten,
weergegeveninbijvoorbeeld een"diversiteitsindex",ofsystemen
gebaseerdopdeindikatievewaarde (c.q.tolerantie-grenzen)van
organismenvoorbepaaldetrofie-en/ofsaprobie-kondities (zie
verderhoofdstuk 3.5).Hetgebruikvandezebiologischebeoordelingssystemenmaaktveelaleeninzichtelijkepresentatievandebiologischewaterkwaliteitmogelijk.
-28
3.Uitwerking enonderzoek.
3.1.Inleiding
Indithoofdstukwordteenoverzichtgegevenvandegeomorfologie
vandeprovincieDrenthe;deindelingvanDrentheingeologischedistrikten;deafwateringsgebieden;deglobaalte
onderscheidenwatertypenenvaneenaantalbeïnvloedingen
vanDrentseoppervlaktewateren.
Hiernakomthetprovincialewaterkwaliteitsbeheer aandeordemet
onderanderedestandvanzakentenaazienvanhetoptestellen
waterkwaliteits(beheers)planenvervolgenshet"aktieve"waterkwaliteitsbeheervanhetZuiveringsschapDrenthe.
Naeenschetsvandetraditioneelopmenselijkgebruikgerichte
benaderingvanhetoppervlaktewater inDrentheendefunkties
waarvoorwaterenwerden (enworden)gebruikt,wordtingegaanop
toekomstigewaterkwaliteitsdoelstellingen opecologischegrondslag,
waaronderhetbiologischgezondzijnvanwateren.Metnamehet
toekennenvaneen"algemeneecologischefunktie"aanalleDrentse
oppervlaktewateren zalwellicht totkonsekwentiehebben,dathet
hydrobiologischeonderzoekvanhetZuiveringsschapDrenthehieraan
moetwordenaangepast.
NadezeschetsvandezevoorDrenthegeldendebeleids-enbeheersmatigerandvoorwaarden,zullenopbasisvandeeerdergeschetste
biologischebenaderingswijzen,diversegangbaresystemenvanbiologischewater(kwaliteits)beoordelingssystemeninNederland,met
inbegripvaneendiskussieomtrenthunmogelijkhedenenbeperkingen,
kortaandeordekomen.Hieropvolgendwordteeninventarisatie
gemaaktvanhethydrobiologischeonderzoek zoalsditindeprovincie
Drentheisuitgevoerd endatmogelijkvangrootbelangisvoorhet
verkrijgenvaninformatieomtrent"natuurlijkemilieu's"enhet
formulerenvandaaroptebaserenecologischewaterkwaliteitsdoelstellingen.
Totslotwordt ingegaanophetdoorhetZuiveringsschapDrenthe
uitgevoerderoutinematigechemisch-fysischeenhydrobiologische
waterkwaliteitsonderzoek.
-3.2.-
29-
3.2,HetoppervlaktewatervanDrenthe.
InhetnavolgendewordthetoppervlaktewatervanDrenthe
besprokenaandehandvandevolgendeindeling:
-geomorfologieenbodeminrelatietotde"natuurlijkesituatie"
vooroppervlaktewater;
-afwateringenwatertypenindeling;
~beïnvloedingenvanhetoppervlaktewater.
3^2I_j_;__Geomorfologie_en_bodem.
DeprovincieDrentheisgelegeninhethogergelegengedeeltevan
Nederland.
SamengevatkunneninDrentheglobaaldevolgendegeologische
distriktenwordenonderscheiden:
a.hetDrentsPlateaumetdedaarinaanwezigebeekdalenengeïsoleerde
laagten,metdaarinvaakveentjes (vennen);
b.dehoogveengebieden (Veenkoloniën,Hoogeveen,Smilderveenen
Odoornerveen);
c.hetnoordelijkkleigebiedoplaagveen;
d.hetlaagveengebied inhetHunzedal (noord-oosten);
e.hetlaagveengebied inhetzuid-westen.
Geologischeprocessen,maarinlatereinstantieookingrepenvan
demens,zoalseeuwenlang toegepaste landbouwmethodenenveenafgravingenzijninhogemateverantwoordelijkvoordehuidige
afwisselingingrondsoortenenreliëfendedaarmee samenhangende
variatiesinwaterhuishouding ende (natuurlijke)begroeiingvan
deprovincieDrenthe.Ditgegevenvormtéénvandeproblemenbij
detenaanzienvanwaterkwaliteitsdoelstellingen eventueelte
definiëren"natuurlijkesituatie"voordrentseoppervlaktewateren
inhoofdstuk3.3.
^^^^Afwatering ÉB_^2£êE£ZPëB•
Drentheiseenrelatiefwaterarmeprovincieenwatertdoorzijn
natuurlijkegesteldheid enliggingdieweleenswordtvergeleken
-met-
30
meteen"omgekeerdbord",overtolligwater-normaalgesprokenmakkelijkafnaaromliggendegebieden.Omindrogetijdentoch
overvoldoendewatertekunnenbeschikken,iseenaantalwaterstaatkundigewerkengerealiseerd,waaronder sluizen,gemalenen
kanalen,welkehetmogelijkmakenwatervasttehoudenofvan
eldersoptepompen.
Watertypen,dieopgrondvandeinhoofdstuk2.2.gegevenlandelijkehoofdindeling,gebaseerdopkriteriavanmorfologieen
hydrologieinDrenthe,onderscheidenkunnenworden,zijnin
hoofdlijnen:bronnen;beken;kanalen,vaartenensloten;vennen
enhoogveenplassen;petgatenenlaagveenplassenenmerenen
plassen.Inbeperktematekunnenhierinookvijversengrachten
zoalsbinnendestedelijkeagglomeratiewordenaangetroffen,
worden meegenomen.Opgrondvanregionalegeografischeomstandigheden,zoalsbodemsamenstelling,kwelendergelijkekaneen
verdereindelinginwatertypenwordengemaakt.
è.i.2Lè.L-È^iRY.l.2.-^në^n
vannet
oppervlaktewater.
DeprovincieDrentheheeftvanuitzijnnatuurlijke ligging,een
relatieflagebevolkingsdichtheid enrelatiefhogeagrarische
aktiviteit.Daarbijkentheteenvoorhetpleistocenegebied
representatiefpatroonvanbeïnvloedingenvanhetnatuurlijke(aquatische)
milieu.Dezebeïnvloedingenzijnvoornamelijk cultuurtechnischewerkzaamhedenenlozingenvanafvalstoffen.
a._Cultuurtechnischewerkzaamheden.
Inruimezinzijndezeoptevattenals:
-Ontginningen,alsontbossingenenontveningen,waardoorenerzijds
waardevollelandschapselementenalsheidegebiedenenhoogvenen;
petgaten,wijkenenvennenkondenontstaan,maarwaardooranderszijds-nuschaarse-natuurlijkemilieu'sinDrentheworden
bedreigd.
-Ruilverkavelingen,waarbijenerzijdsdoorhetrechttrekkenen/of
kanaliserenvanwatergangen inkombinatiemetrigoreusonderhoud;
-anderszijds-
31-
anderszijds diepeontwateringen,debouwvanstuwenendergelijkedenatuurlijkevorm,loop,afwateringenbijbehorende
floraenfaunasterkkunnenwordenbeïnvloed.
-Grondwateronttrekkingen,zoalsdezegeschieden (ofzijnvoorgenomen),tenbehoevevandedrinkwatervoorziening enwatervoorzieningvoorindustrieenlandbouw,welkemetnamehet
waterregiem (onderanderevanbronnenenbovenlopenvanbeken)
kunnenbeïnvloeden.
-Infiltratieofinlaatvansysteemvreemdwater,zoalsditin
drogetijden,metnametenbatevandelandbouw,geschiedt
vanuithetIJsselmeer,viahetMeppelerdiepeninhetNoordenook
viadeFries-Groningsekanalen.Dezeinlaatvanvoedselrijkwaterisvannivellerendeinvloedopdewaterkwaliteitvan
eengedeeltevanhetDrentseoppervlaktewater.
b^__Lozingenvanafvalstoffen.
Dezezijnglobaalsamentevattenineffektenvan:
-Plantenvoedende stoffen,welkeeenverhoogdeprimaireproduktie
(algenbloei)enzuurstofgebrek (vissterfte)kunnenveroorzaken.
-Zuurstofbindende stoffen,welkeafbraakprocessen inhetwater
metalsmeestextreemgevolgoverlastindevormvanstank,
zuurstofgebrekeneventueelvissterfteveroorzaken.
-"Milieu-vreemde"stoffen,waarondergerekendkunnenworden
bijvoorbeeld organischekoolwaterstoffenen zware metalen.
Detoxischestoffenzijnveelalonafbreekbaarenhebbende
eigenschap zichinhetabiotischeenbiotischemilieuopte
hopen.
3.3.Hetprovincialewaterkwaliteitsbeleid inDrenthe.
Voortbouwend opdeorganisatievanhetlandelijkewaterkwaliteitsbeleidendeW.V.O.wordthieronderkortingegaanopdeglobale
inhoudendestandvanzakentenaanzienvanhetoptestellen
provincialewaterkwaliteitsplan (W.K.P.)enophetdoorhet
ZuiveringsschapDrentheoptestellenWaterkwaliteitsbeheersplan
(W.K.B.P.).
-Voor-
-32
VoorhetopstellenvaneenprovinciaalW.K.P.voordeprovincie
Drenthewerdmedio 1982de"CommissieProvinciaalWaterkwaliteitsplan"ingesteld.Hierinhebbenvertegenwoordigers zittingvande
provincialediensten,Griffie,P.P.D.enP.W.S.,Zuiveringsschap
Drentheeneendrietalrijksinstanties.Tenaanzienvandeinhoud
vanhetW.K.P.wordtinhoofdlijnendeopzet gevolgd zoalsdie
isaangegeveninhetI.M.P.1980-1984
DepraktischekonsekwentiesvanhetprovincialeW.K.P.zullen
doorwerkenineendoorhetZuiveringsschapDrentheoptestellen
Waterkwaliteitsbeheersplan. Ingrotelijnenzalhierbijdeopzet
vanhetwaterkwaliteitsplanwordenaangehoudenenuitgewerktnaarde
beheersaspekten.Metnamezalhierinzonodignaderwordeningegaan
opdenagestreefdewaterkwaliteitseisen dieinhetW.K.P.worden
gekoppeldaangewenstegebruiksfunkties engewenstalgemene
ofhogere ecologische funkties.Ookkomtdaarbijaandeordeop
welkewijzehetaldannietvoldoenaanwaterkwaliteitsdoelstellingen
kanwordengetoetstaandehandvannoguittewerkennormenstelsels.
Metdegewenstewaterkwaliteit alsvertrekpunt,zaldaarbijdenadruk
wordengelegdopdeverbredevisietenaanzienvanhetwaterkwaliteitsbeheer.Inhetjaarverslag 1981vanhetZuiveringsschap
Drentheishieroverhetvolgendegezegd:
"Eenverbredingvandezuiveringvanafvalwater tothetbeheervan
dekwaliteitvanhetoppervlaktewater zelf"(lit.13).
3.4.HetaktievewaterkwaliteitsbeheervanhetZuiveringsschap
Drenthe.
InhetbesluitvandeProvinciale StatenvanDrenthevan
28mei 1970,werd teruitvoeringvandeWetverontreiniging
oppervlaktewaterenhetwaterschap "ZuiveringsschapDrenthe"
opgericht."HetZuiveringsschap isbelastmetdezorgvooreen
goedekwaliteitvanhetoppervlaktewater indegeheleprovincie
Drenthe",alduseencitaatuit"detaakvanhetZuiveringsschap
Drenthe".
-Een-
-33
Eenbelangrijkonderdeelvanhetaktievewaterkwaliteitsbeheer
bestonduithetbouwen,exploiterenenonderhoudenvanrioolwaterzuiveringsinrichtingen endedaarbijbehorendetransportleidingenengemalen.Zowareneind 1981bijhetZuiveringsschap
33rioolwaterzuiveringsinrichtingen inbedrijf,meteengezamenlijkecapaciteitvancirca700.000vervuilingseenhedenofinwonerekwivalentenenwarencirca96%vanallehuishoudelijke,envrijwel 100%vanalleindustriëleafvalwaterlozingenoprioleringsstelselsaangesloten.
Opeenrioolwaterzuiveringsinrichting vanhetZuiveringsschap,
tewetendieinGieten,wordtnaastdenormale"twee-traps"zuivering,alsderdetrap,défosfateringtoegepast.
NaastdeaktievewaterkwaliteitstaakvanhetZuiveringsschapkan
een"passieve"waterkwaliteitstaakwordenonderscheiden,wrelke
naarmatedesaneringvanongezuiverdelozingenvordertsteeds
belangrijkerwordtenwelkezichrichtophethandhavenvande
eenmaalverbeterdewaterkwaliteit.Inhoofdstuk 3.7.wordthierbij
naderstilgestaan.
3.4.2.oppervlaktewaterkwaliteit.
Waterkwaliteitsproblemen alsgevolgvanstrijdigegebruiksfunkties
indeprovincieDrenthe,vindenhunbasisindeveenafgravingen
vanhetmiddenvandevorigeeeuw;devergrotingvanhetlandbouwareaaldiedaarvanhetgevolgwasendetoenamevandebevolking
enagrarische-enindustriëleaktiviteitendiedaaropvolgden.
Opgemerktkanwordendattenopzichtevandeperiode1971-1972,
inheteersteverslagjaarvanhetZuiveringsschap, 1974-1975,op
grondvanvergelijkenderesultatenalopvallendeverbeteringen
vandewaterkwaliteit zichtbaar zijn (lit.14).
Ditnietindelaatsteplaatsdooraansluitingvangroterelozingen
oprioolstelselsenbeterereguleringvanongezuiverdelozingenvan
aardappelmeel-afvalwater.
Dezeverbeterde tendens,zetzichoverdeverslagjaren 1975-1981
voort, (ziefiguur 2). Opgemerktkanworden,datdezuid-oosthoek
vanDrenthe (omgevingEmmen)enAssen,nogprobleemgebiedenzijn.
-Men-
34-
Menmagaannemen,datalsgevolgvandenogtenemenmaatregelen
degemiddeldewaterkwaliteit inDrentheindetoekomstverder
zalverbeteren.Ditneemtnietwegdattenaanzienvanafzonderlijke
parametersvandebasiskwaliteithetmoeilijkzalzijnhieraan
inallegevallenvoordetoekomst tevoldoen.
^^ß^Waterkwaliteitsdoelstellingen.
InhetI.M.P.1980-1984ishetstrevenneergelegdomvooralle
oppervlaktewater aandewaterkwaliteitsdoelstelling vanhet
laagsteniveau,debasiskwaliteit tegaanvoldoen.Hoewelhet
voldoenaaneenaantalminimum-eisenvoorhet (voort)bestaanvan
eenaquatischelevensgemeenschapvanbelangis,vormthetbehalen
vandebasiskwaliteitnoggeengarantiedatdaarmeeeenvoordat
water"normaal"ecosysteem,aanwezigisrespektievelijkzich
ontwikkelenkan (lit.6).Daariedereecologischewaterkwaliteitsdoelstelling,ookdievanhetlaagsteniveau,ecologischenormen
eneenbiologisch toetsingskaderbehoeft,welkepasintweede
instantiekunnenwordenvertaald inchemisch-fysischeminimumvoorwaarden (basiskwaliteit),lijkthetbeteromnaastdeminimumkwaliteitseisenvooralleoppervlaktewateren,hetuitgangspunt
"biologischgezond"tehanteren.Ditis"Oppervlaktewatervaneen
zodanigekwaliteit,datzichdaarinzonderdirektmenselijk
ingrijpentenminsteeenbijdegeografische situatiebehorende
aqautischefloraenfaunakanhandhaven"(lit.52).
Ineentweedeinstantiekunnenuitdezebiologischekriteriaen
aandehandvanbiologischeprocessenendestruktuurvande
levensgemeenschappen,perdistrikt (ziehoofdstuk 3.2.)
chemisch-fysischerandvoorwaardenwordengeformuleerddiezodoende
en/ofwatertyperesulterenin (een)regionalebasiskwaliteit(en).
3.5.Biologischewaterkwaliteitsbeoordelingssystemen.
Aansluitendopdedrieverschillendebenaderingswijzenvanhet
aquatischeecosysteem,zoalsdezeinhoofdstuk2.5.zijnbehandeld,
-worden-
35-
wordenhieronder systemenvoorbiologischewaterkwaliteitsbeoordelingopdrieniveau'suitgewerkt:
-biologischetestsystemen;
-energie-biologischebeoordelingssystemen (waaronderCaspers
enKarbe-systeem);
- informatie-biologischebeoordelingssystemen (waaronderhet
systeemvandekwaliteitsindex);
Binnendezeindelingwordtingegaanoponderzoek aan(micro)flora
en (macro)faunaenopbiologischewaterkwaliteitsbeoordelingssystemen,gebaseerdoptrofie,danweiopsaprobie.
3^5^J_^_Biologische_testsystemen.
Effektenvanéénofmeerdereinhetwateraanwezigemilieu-eigen
ofmilieuvreemdestoffenuitenzichmetbetrekkingtothet
aquatischelevenophetniveauvanprocessenincellennamelijk
hetfunktionerenvanorganenenhetal/nietoverlevenorganismen.
Zijwerkendaarmeeslechtsindirektdoorophetniveauvanpopulatiesenlevensgemeenschappen.
Onderzoekaanmeetbareeffektenvanchemisch-fysische faktorenop
hetaquatischelevenwordthierbesprokenindeonderdelenbioproduktietestsentoxiciteitstests.
a.Bioproduktietests.
Debioproduktieisdirektafhankelijkvanhetalofnietaanwezig
zijnvaneenaantalplantenvoedende stoffenenspore-elementen.
Dezestoffenwordeninbepaaldeonderlingeverhoudingengebruikt
voordeopbouwvanorganischestofenkomenterechtindediverse
schakelsvandevoedselketen.Afhankelijkvanfaktorenalsde
beschikbarehoeveelheid zonlicht,verblijftijdvanhetwater
(stroming),zaléénvandebenodigdenutriëntenuiteindelijkde
beperkendefaktorenzijnvoordeprimaireproduktie.
Doorhetgerichtonderzoekoplaboratoriumschaal (inaanvullingop
chlorofylbepalingen)engebruikmakendvaneenalgencultuurvanéén
soortofwelvandevannaturevoorkomendealgenpopulatie,ishet
mogelijkomondergekonditioneerdeomstandighedenvanlicht,temperatuurenduurvandeproef:
-36
a.Degroeipotentievaneenwatervooralgennategaan.
b.Inzichtteverkrijgenindeaardenomvangvandebeperkende
faktor(en).
c.Heteffektvanvoorgenomenofuitgevoerdemaatregelenzoals
dêfosfaterenofdënitrificerenteevalueren.
Voordeuitvoeringvan zogenaamde"algengroeipotentietoetsen"
staandiversemogelijkhedenopen.Inhoofdstuk4wordtophet
mogelijkegebruikvandezetoetseninDrentheingegaan.
b.Toxiciteitstests.
Effektenvantoxischestoffenoporganismenzijninhetalgemeen
teonderscheidenindievan"acute"en"chronische"aard,dit
zijnrespektievelijkkorte-enlangeretermijneffekten.
Vandevelebeschikbare toxiciteitstesten zijnereenaantalin
NEN-normengestandariseerd (lit.22).
Genoemdkanhieronderanderewordendezogenaamde"guppen-test",
dieophetlaboratoriumvanhetZuiveringsschapwordttoegepast.
Energie-biologischewaterkwaliteitsbeoordelingssystemen betreffen
funktioneleaspektenvanhetaquatischeeco-systeemenhebben
daarmeeopdebeperking inzichslechtsinformatie teverschaffen
omtrentprocessendiezichinhetwaterafspelen.Eeneerste
kategorievanenergiegerichte waterkwaliteitsbeoordelingssystemen
maaktgebruikvanafzonderlijkeofgekombineerdebiochemische
bepalingenaanhetwater,diealofnietineenindexworden
verwerktenweergegeven.Voorbeeldenvandergelijkewaterkwaliteitsbeoordelingssystemen zijndie,gebaseerdopkontinu-zuurstofmetingen;
deI.M.P.-index(lit.6)ende"Belastingsindex" (BotsenvanGijsen),
lit.23),waarinmeerdereparameterseenplaatshebben.
Systemen,gebaseerdopbiochemischebepalingenhebbenalledenadelen
diemetchemisch-fysischwaterkwaliteitsonderzoek samengaan,maar
ookdeenkelevoordelendiedaaraantenopzichtevanbiologisch
waterkwaliteitsonderzoek verbondenzijn (bijlage2).
Eenopmerkelijk systeemvoorbiologischewaterbeoordeling zoalsdit
in metnamedeWestelijkeprovinciesopgangbeginttevinden en
-dat-
-37
datinprincipeuitsluitselbeoogt tegevenomtrentde"gezondheidstoestand"vanhetwater,gemetenaandehandvandeaarden
deintensiteitvanbiologischeprocessenzoalsdezezichinhet
waterafspelen,ishet"systeem"vanCaspersenKarbe (lit.8).
Infeitebetrefthethiereenfilosofie,diemomenteeltoteen
praktischbruikbaar systeemwordtuitgewerkt.Basisgedachte
hierbijis,datalleprocesseninhetaquatischeeco-systeem
wordengedachtzichaftespelenineenzekerevenwichttussen
opbouwenafbraakvanorganischmateriaal.Deintensiteitvandeze
processenwordtmedebepaalddooreenaan-enafvoervanorganische
(saprobie-aspekten)enan-organische stoffen(trofie-aspekten).
Inongestoordeomstandighedenisersprakevaneengezondeverhoudingtussenopbouwenafbraak,welkezichonderanderekenmerkt
dooreenstabielezuurstofhuishouding. Ingevalvaneenverstoorde
situatieeneenextrabelastingmetplantenvoedendeen/oforganische
afvalstoffen,ishetgevolguiteindelijkeeninstabielezuurstofhuishouding;periodiekezuurstofloosheideneeninstabielkarakter
vandeaquatischelevensgemeenschappenmetalsuiterstekonsekwentiehetafstervenvanhetvanzuurstofafhankelijkedeelvande
levensgemeenschappen.
Eenenanderisschematischinfiguur2aangegeven.
DeinvullingvanhetCaspersenKarbe-systeemkangeschiedenaan
a.zuurstofhuishouding;b."bio-aktiviteit"enc.struktuurvande
aquatischelevensgemeenschappen.Hetpraktisch toepassenvanhet
systeemvanCaspersenKarbelijktvoorlopigbeperkt tothetgebied
waarvoor degrenswaardenvandebovengenoemdeparametersatoten
metczijnvastgesteld.
Informatie-biologischewaterkwaliteitsbeoordelingssystemen vereisen
ineersteinstantieeenkwantitatieveenkwalitatievebeschrijving
vanhetaquatischeeco-systeem.Daarbijwordtgebruikgemaaktvan
destruktuurvandeaquatischelevensgemeenschap,weergegevenin
éénofmeerderesoortenlijsten.Vervolgenskunnen,afhankelijkvan
hetuiteindelijkdoel,degegevensoptweemanierenwordenverwerkt:
-a.-
38
a.eenkwantitatievebeoordelingsmethode;
b.eenkwalitatievebeoordelingsmethode.
Dezebeidemethodenzullenhiernamethunvoor-ennadelen
wordenbehandeld.
a.Kwantitatievebeoordelingsmethoden.
Dezemethodenmakengebruikvancijfermatigegegevens,afkomstig
vandehydrobiologischebemonsteringen.Gebruikelijkeindices
zijndievandiversiteitvandelevensgemeenschap,welkeworden
berekenddoorhettotaalaantalgevangenindividuenineen
voorbewerking tedelenophettotaleaantalsoortenperbijvoorbeeldmonsterdatumofmonsterplaats.Eenvolgenderekentechniek
isdievan"ordinatie",welkedesoort/plaats-datummatrixzodanig
rangschikt,datverspreidingspatronenvanorganismeninrelatie
totinderuimteofindetijdaanwezigemilieufaktoren zichtbaar
wordengemaakt.Delaatstehier tenoemdengroepkwantitatievebewerkingen isdievan"numeriekeklassifikatie".Dezeomvatonder
anderedezogenaamde"clusteranalyse",welketechniekhetmogelijk
maaktuiteenveelheidvanverbanden tussensoortenofmonsterplaatsen/-datadebelangrijksteweertegevenineenzogenaamde
"dendrogram".Demethodewerktineenaantalstappenwelke
inhouden:voorbewerkenvandesoortenlijst (datamatrix)ingehele
getallen,logarithmischgetransformeerdeofgestandariseerde
getallenofopeenaan/afwezigheidvansoorten;berekenenvaneen
"associatie-index"waarinalleverbandentussensoortenen/of
plaatsen/-datavastliggenentotslotdeweergavevandebelangrijksteresultatenineentwee-dimensionale figuur,hetdendrogram.
Inhoofdstuk 3.7.3.wordtingegaanophetgebruikvandezemethode
aandehandvanbernonsteringsgegevensvandeDrentseAa.
Nadeelvankwantitatievemethodenis,datkwalitatieveecologische
informatiedaarinnietmeegenomenwordtendatomdieredenop
grondhiervangeendirektewaterkwaliteitsuitspraakmogelijkis.
Anderszijdsmakenzijvergelijkingvanverschillen (gradiënten)
inzowelruimteentijd,tussenmonsterpuntenenmonsterdata
mogelijk.Dezevergelijkingkaneenhulpmiddelvormenomsnelen
-efficiënt-
39-
efficientverschilleninenveranderingvandewaterkwaliteit
aandehandvandesoortensamenstelling teinterpreteren.
b.Kwalitatievebeoordelingsmethoden.
Dezemethodenmakengebruikvandeecologischegegevens,afkomstigvanhydrobiologischebemonsteringen.Inbepaaldebewerkingen
kunnenookkwantitatievegegevensindebeoordelingwordenmeegenomen.
Develebestaandeofinontwikkeling zijndekwalitatievebeoordelingssystemengaanuitvandeindikatievewaardenvanorganismen
vooréénofmeerderemilieufaktoren.Tweehoofdbenaderingenzijn
systemen,gebaseerd opde"trofie"(demaatvoorderijkdomvan
hetwateraanplantenvoedende stoffenenvoorde-potentiëleintensiteitvandeprimaireproduktie)ende"saprobie"(demaat
vanvoordebelastingvanhetwatermetorganischeafvalstoffen
envoorde-potentiële-intensiteitvandeafbraakvanorganisch
materiaal (lit.1).Optrofiegebaseerdwaterkwaliteitsbeoordelingssystemenzijneenaantalplanktonquotiëntenwaarinmeerderealgengroepenofafzonderlijkealgensoorteninbepaaldebewerkingenop
elkaarwordengedeeld.
Dezequotiëntmethodengaanervanuit,datbepaaldealgengroepen
hunoptimumhebbenbinnenzekeregrenzenvanvoedselrijkdom,hetgeenweertotuitdrukkingkomtinde soortenenindividuenaantallen.
Opsaprobiegebaseerdewaterkwaliteitsbeoordelingssystemen zijn
ineersteinstantieontwikkeldvoor stromendewatereninmidden
europa.Basishiervoorvormensoortenlijstenvanorganismenwaarvandeindikatievewaardenvoordivermatevanorganischevervuiling
bekendis.EenbekendeindicatorsoortenlijstisdievanSladecek
(lit.24),waarinhonderdenplantaardigeendierlijkeorganismen
eenplaatshebben.Eenbekend enveelgebruiktnederlandssaprobiesysteemvoorbiologischewaterkwaliteitsbeoordeling isdatvan
Moller-Pillot (lit.25)ontwikkeldopbasisvandemacrofauna,
aangetroffeninBrabantselaaglandbeken.Opdeze (enveleandere)
systemenzijnmodifikatiesvanindikatorsoortenlijstennaarregio
mogelijk.Ommetvoorbeschreven systemenookpraktisch tekunnen
werken,zijneenaantalrekenkundigebewerkingenontwikkeld,waarvangenoemdkunnenwordendeformulevanPantelenBuckende
KwaliteitsindexvanGardeniersenTolkamp (lit.26en27).
-Via
-40
Viasoortgroepindelingenendedaaraantoetekennenvermenigvuldigingsfaktorenleidendezeuiteindelijk toteenkwaliteitsuitspraak indevormvaneenindex-waarde.Eeneenvoudige
saprobie-indexopgrondvansoortgroepenplanktonistotslot
dievanDresscherenvanderMark (lit.28).
Nadeelvanallebovengenoemdewaterkwaliteitsbeoordelingssystemenis,datvaaklangnietallesoortenen/ofsoortgroepen
diemenineenhydrobiologischmonsteraantreftdaarineenplaats
hebbenendattevensmethettoekennenvaneenindikatieve
waardeaaneensoortofsoortgroepeensubjektiefelementinde
beoordelinginsluipt.
3.6.Hetuitgevoerderegionalehydrobiologischeonderzoek.
Hethydrobiologischeonderzoek,zoalsdatisenwordtuitgevoerd,wordtvoorzovervanbelangvoorderegioDrenthe
hierondergeïnventariseerdindeonderdelen:
-wetenschappelijk inventariserend onderzoek;
- toegepast,eco-systeemgericht onderzoek;
-routinematighydrobiologisch onderzoek tenbatevande
waterkwaliteitsbewaking/-beoordeling.
onderzoek.
Bijeenbeschouwingoverhetgewensteverderebiologische
waterkwaliteitsonderzoek,ishetvanbelangvoorttebouwenop
reedsuitgevoerdonderzoek.
HetinhetverledeninDrentheuitgevoerdeinventariserende
hydrobiologischonderzoekkanbijvoorbeeldvoordetoekomstvan
hetwaterkwaliteitsbeheervanbelangzijn,inverbandmethet
vaststellenvandenormenvoorde"gewenstetoestand"vanwateren.
Ineersteinstantiekunnendaarbijwordengenoemddeonderzoeksprojektenuitde20-eren30-erjarenaandebiologievanzoetwaterwiereninDrentseheidepiassenenaankiezelwiereninde
Drentsebeken (lit.29en30)eneenonderzoekuit 1955betreffende
-de-
-41
deDrentsebekenenbeekdalenenhunbetekenisvoorNatuurwetenschapenlandschapsschoon.
Voordeperiodevanna 1960kanwordenverwezennaareen
onderzoekwatbetreftdehydrobiologievandebekeninhet
stroomgebiedvandeDrentseAaennaardeReest,uitgevoerd
doorhetvoormaligeRijksInstituutVoorOnderzoekderNatuur
(lit.32en 33).Ookkunnenvanafdezeperiodeonderzoeksprojektennaardehydrobiologieendewaterkwaliteitvanafzonderlijke
Drentsebekenwordengenoemd,uitgevoerd engerapporteerddoor
deLandbouwhogeschoolteWageningen (lit.34,35,36en37).Tot
slotkanhiergenoemdwordenhetonderzoeknaardenatuurlijke
vegetatievanmicrofytenenmacrofyteninmetnamehetstroomgebiedvandeDrentseAa (lit.38),uitgevoerddoorhetLaboratoriumvoorplantenecologievandeRijksuniversiteitte
Groningen,welke typeonderzoekeentoegepastkarakterkrijgt
indeevaluatievaneffektenvanwaterwinning,grondwateronttrekkingenlandbouwopdenatuurlijkewaterhuishoudingen
samenstellingvanhetwaterennatuurlijkevegetatieinde
provincieDrenthe (lit.39).
3^6^2^_Toegepast^_ecosysteemgericht_^
Descheidingvanwetenschappelijk entoegepasteco-systeem
gerichthydrobiologischonderzoekisinfeitearbitrair,omdat
eruiteraardoverlappingenaanwezig zijn.Hierondervolgteen
overzichtvanprojekten,opgezettenbehoevevandebeleidsonderbouwing,waarvan teverwachtenvalt,datderesultaten
konsekwentieshebbenvoordeplanvormingopgebiedvanhet
Drentsewaterkwaliteitsbeleid envoordepraktijkvanhet
waterkwaliteitsbeheer.
GenoemdkunnenwordendedeelonderzoekenvanhetI.S.P.:
IntegraalStruktuurPlanNoordendesLands,uitgevoerddoor
verschillendeinstanties.Metnameisvanbelanghetdeelrapport
"Biologischwateronderzoek"uit 1973 (lit.3) ,waarineenaanzet
wordtgegeventothettoepasbaarmakenvanhydrobiologische
gegevens tenbehoevevanroutinematigewaterkwaliteitsbeoordeling
- ten-
-42
tenaanzienvaneenaantal inhetNoordenonderscheidenlandschapstypen.Ookkunneninrelatiehiermeegenoemdwordende
deelrapporten"fysisch-chemischesamenstellingoppervlaktewaternoordendeslands"en"relatietussenhetfysischchemischenhetbiologischwateronderzoek inhetnoordendes
lands (1978)" (lit.40en 28),waarinwordtgetracht toteen
vergelijkingvanonderzoeksresultaten tekomen.Voortskunnen
wordengenoemdeenonderzoeknaardekarakteristiekeeigenschappenvanenkelebekeninhetgebiedvandeDrentseAa
(lit.41)eneenhydrobiologischonderzoekvandeReesten
omringendewaterlopenuit 1976 (lit.42),waarvanderesultaten
zijnsamengevatineenrapportvandeP.P.D.-Drenthe (lit.43).
Belangrijkstekonklusiehierbijis,datveranderingen inde
waterhuishouding enwater-samenstellingvandeDrentsebeken
eensterknegatieve invloedhebbengehadopdesamenstelling
vandeaquatischelevensgemeenschappen.
Totslotkanhiergenoemdwordenhethydrobiologischonderzoek
vanvennenenbekenindeprovincieDrenthe,uitgevoerd inde
jaren 1979-1982,waarvanderapportagein 1983wordtafgerond.
Deresultatenvanditonderzoekdienenterondersteuningvande
ruimtelijkeplanvormingvandeprovincieDrenthe.Alszodanig
zalditdoordeP.P.D.uitgevoerdeonderzoekeenaanzetgeventot
aanbevelingenvoornaderonderzoek.
Toegepasthydrobiologischonderzoekvanlandelijkestrekking,
maarmetdeelprojektenindeprovincieDrenthe (inSTORA-verband)
omvatonderzoeknaar"natuurlijkemilieu's"(zogenaamde"niet
doorafvalwaterbeïnvloeddebinnenwateren",alsonderdeelvan
eenlandelijketypologievanbinnenwaterenentevenseenonderzoeknaardebiologischewaterkwaliteitsbeoordelingvan
"genormaliseerdebeken";datin 1983vanstartgaat.Voorde
uitvoeringvaneerstgenoemdprojektisreedseenberoepgedaan
opdemedewerkingvanhetZuiveringsschapDrentheenverwacht
magworden,datbeideprojektenbruikbaregegevensvoorhet
waterkwaliteitsbeheer indeprovincieDrenthe zullenaandragen.
- 3.6.3.-
-43
3.6.3.RoutinematighYdrobiologisch_onderzoek.
Routinematighydrobiologischonderzoekwordtsinds1979
uitgevoerd doorhetZuiveringsschapDrenthe.Deessentievan
dittypeonderzoekis,datdegegevenswordenverzameldin
tijdreeksen,ditintegenstelling totdehiervoorgenoemde
Projekten,welkeinderuimtegeoriënteerdhydrobiologisch
onderzoekbetreffen.Dekrachtvanroutinematig hydrobiologisch
onderzoek isdatmenveranderingenvandewaterkwaliteit (inde
tijd)aandehandvandeveranderingenindesamenstellingvan
delevensgemeenschappenkanvervolgen (lit.19,20en21).
3.7.HethuidigewaterkwaliteitsonderzoekbijhetZuiveringsschapDrenthe.
De"passieve"waterkwaliteitstaakvanhetZuiveringsschapDrenthe,
omvatonderanderehetverlenenvanlozingsvergunningenende
kontroleopdevergunningsvoorwaarden,hetdeelnemeninde
ruimtelijkeplanvorming tenaanzienvanhetwaterbeheer enhet
behandelenvanklachtenbetreffendewaterverontreiniging,vissterfteendergelijke.
Hethuidigeperiodiekuitgevoerdeoppervlaktewateronderzoekvan
hetZuiveringsschapDrenthewordthieronderuitgewerktinde
onderdelen:
- chemisch-fysischonderzoek;
-biologisch laboratorium-onderzoek inrelatietotalgen;
-hydrobiologischveldonderzoek inrelatietotmakrofauna.
Inhoofdstuk4wordenaanbevelingengedaanvooraanpassingen
vanhethuidigeonderzoek.
3^7^]_^_Chemisch-fysischwaterkwaliteitsonderzoek.
Hetchemisch-fysischonderzoekvanhetZuiveringsschapDrenthe
beoogtglobaalhetbewakenvanenhettoezichtopdewaterkwaliteitindeprovincieDrenthe.Hiertoeisvanaf 1974door
heteigenlaboratoriumvanhetZuiveringsschapopruim80vaste
bernonsteringspuntenmaandelijkseenchemisch-fysischroutineonderzoekuitgevoerd opcirca20chemisch-fysischeparameters.
-Op
44
Opeenbeperktaantalbemonsteringspuntenvindt"speciaal"
oppervlaktewateronderzoekplaatsnaarpesticidenzwaremetalen
ennaarradio-aktiviteit (lit.21).
DegegevenswordenondermeerverwerktindezogenaamdeI.M.P.index (lit.6).
TenaanzienvandeI.M.P.-indexkanwordenopgemerkt,dathet
systeemvanpuntentoekenningnogalwatspreiding toelaatvoor
afzonderlijkeparameters,enmetnameindeB.Z.V.endatdaarmeedeklasse"gemiddeldgoed"noggeengoedebiologische
beoordelingbehoeftteimpliceren.Debruikbaarheidvande
I.M.P.-index isdaarmeebeperkt totdevoortgangskontrolevan
saneringvanlozingenvanorganischestoffenengeeftbijvoorbeeldgeeninformatieoverdefosfaattoestandvanhetoppervlaktewater.
i?i.Zi2^_Hy_drobiologisch_laborat^
Welbeschouwd zijnchemisch-fysischeresultatenvanC>2,B.Z.V.
enchlorofylgehalteneenweerspiegelingvaninhetwateroptredendebiologischeprocessen.Achtereenvolgenskomenaande
ordedeuitvoeringvanhetchlorofylonderzoek,algenonderzoek
enEutrofiëringsonderzoek.
2JLChlorofylonderzoek.
Groeneproducentenzoalsalgenenhogere (water)plantenbevatten
hetfoto-synthethischpigmentchlorofyl.Debepalingvanhet
chlorofyl-a-gehaltedieinDrenthevanaf 1975wordtuitgevoerd,
geefteenindirekte,ruwemaatvoordehoeveelheidalgen
("biomassa")dieaanwezigisengeeftdaarmeeeenindrukomtrent
deintensiteitvandeprimaireproduktieinhetoppervlaktewater
(lit.44).Naasthetchlorofyl-awordtdoorhetZuiveringsschap
ookhetphaeophitinebepaald,dateenafbraakprodukt isvanhet
chlorofyl.Dephaeophitine-gehalten,uitgedruktinpercentages
tenopzichtevandehoeveelhedengemetenchlorofyl,gevendaarmee
aaninwelkemateernaastgroeiende,zuurstofproducerendealgen,
ooksprakeisvanafstervende,zuurstofverbruikende algen.De
bepalingvanchlorofyl-aenphaeophitinegeeftalszodanigeen
beeldomtrentde"gezondheidstoestand"vandealgenpopulaties
-van-
45-
vanhetoppervlaktewater.
Uitderesultatenvanhetwaterkwaliteitsonderzoek totenmet
1981vanhetZuiveringsschapDrentheblijktdatvrijwelalle
Drentseoppervlaktewaterengemiddeld aandebasiskwaliteitsnormvoorchlorofylvoldoen.
Welkomtgemeten aandesamenstellingvandealgenpopulaties
periodiekalgenbloeivoorinvoornamelijkdemeren.
b^_algenonderzoek.
Eendirektemethodeominformatieomtrentdeprimaireproduktie
endealgenpopulaties teverkrijgeniskwantitatief enkwalitatief
algenonderzoek.BijhetZuiveringsschapDrentheisvanaf 1981op
een 11-talhydrobiologischebemonsteringsplaatsennaasthetin
hoofdstuk 3.7.3.tenoemenroutinematigeonderzoekaan"macrofauna"gedurendedemaandenapril-oktoberoriënterendalgenonderzoekuitgevoerd.Ditonderzoekhad totdoelinzichtteverschaffen
indesoortgroepsamenstellingvan planktonpopulatieswaarondersiliaten
indeDrentseoppervlaktewaterenenomervaringoptedoenmetde
verwerkingvankwantitatieveenkwalitatievealgengegevensin
systemenvoorbiologischewaterkwaliteitsbeoordeling.
Deverwerkingvandedetermininatiegegevenswasgedurende 1981en
1982gerichtophetsysteemvanDresscherenVanderMark,waarin
dealgeninvijfsoortgroepeneenplaatshebben.Nadeelvandeze
indexisdateengroepalsblauwwierenhieringeenplaatsheeft,
terwijljuistdittypebloeialgemeenwordtwaargenomen inde
Drentsemerenenkanalen.Voorhetverslagjaar 1982zaldaarnaast
omdezeredenwordengeëxperimenteerdmetverwerkingvandeterminatiegegevens ineentweedesaprobie-index (zieookhoofdstuk
4.7.2.).
-L Eutrofiëringsonderzoek.
Gedurende 1981isbijhetZuiveringsschapmiddelseenbureaustudie
eenglobaleregionalefosfaatbalansopgesteldenisnagegaanwelke
effekteneventueledéfosfateringvanheteffluentvanenkele
rioolwaterzuiveringsinrichtingen zalhebbenopzoweldenutriëntenhuishouding,alswelopdeprimaireproduktieendaarmeedealgenbiomassa
-Voor-
46-
Voordetheoretischerelatietussennutriënten-gehalten ende
algenbiomassavanoppervlaktewateren isdaarbijgebruikgemaakt
vanhet"algenbioraassamodel"vandeCUWVO (lit.45).
Ditmodel,gebaseerdopwaarnemingeningrotere,stagnante
watereninZuid-Holland,gebruikthetchlorofyl-a-gehalteals
maatvoordealgenbiomassaengaatervanuit, ofstikstofof
fosfaatoflichtde"beperkendefaktor"isvoordeprimaire
produktie.
Deglobalekonklusiesvanditonderzoekopbasisvanmetingen
vantotaal-N,totaal-Pendefaktordoorzichtkunnenalsvolgt
wordensamengevat:dechlorofylconcentratiesvanhetDrents
oppervlaktewaterkomeninrelatie totdefaktorenPenNlager
uitdanopgrondvanhetmodelvandeCUWVOzoumogenwordenverwacht,
datwilzeggen:
1.HetmodelvandeCUWVOgaatnietopvoordeDrentsesituatieen/of
2.DefaktorlichtisvoorDrenthedebeperkendefaktor.
Tenaanzienvaneventueledefosfateringwordtgekonkludeerddat
fosfaatverwijderingmiddelseenderdetrapopeenrioolwaterzuiveringsinrichting plaatselijk zalleidentotverlagingvande
totaal-P-gehaltenmaardatgezien 'tfeitdatnietP(ofN)van
beperkendeinvloed zijnopdealgenproduktie,geeneffektenvan
dëfosfaterenophetchlorofylgehaltemogenwordenverwacht.
BovendienzaldenaleveringvanPdoorhetbodemsedimenthetbeoogde
effektvandëfosfaterengedurende tenminsteeenaantaljaren
tenietdoen.Opgrondvandezebevindingen zoudekonklusiekunnen
wordengetrokken,dathetZuiveringsschapDrenthegeenaanleiding
zalvindenomopgrotere,danweikleinereschaaltotdefosfatering
vanrioolwaterzuiveringsinrichting-effluentovertegaan.
Bijdekonklusiesvanditrapportkunnendevolgendekanttekeningen
wordengeplaatst:
-Hetalgenbiomassa-modelvandeCUWVOgaatvoordeDrentse
situatienietop,datwilzeggenopbasisvanberekeningenaan
dehandvanditmodel,mogengeendefinitievekonklusiesworden
getrokkenmetbetrekking toteutrofiëringsverschijnselen;de
aardvandebeperkendefaktor(en)inDrenthealswelmetbetrekking
totdeeventueleeffektenvandëfosfateren.
-De-
-47
-Defaktor"verblijftijd"alsbeperkendefaktorvoordeprimaire
produktieendaarmeedealgenbiomassablijftinhetmodelvande
CUWVO buitenbeschouwing,evenalsnaleveringvanfosfaatdoor
hetbodemsediment.
Aanbevelingopgrondvanderesultatenvanbovenomschrevenonderzoekzoukunnenzijn:
1.Uitvoerenvangerichteutrofiëringsonderzoeknaardegroeipotentievanhetwater,deaardvandebeperkendefaktorenen
heteffektvaneeneventueledêfosfatering opdeprimaire
produktie (zieookhoofdstuk 4.7.2.).
2.Uitvoerenvangerichtonderzoeknaarderolvanhetbodemsedimentmetbetrekkingtotnaleveringvannutriënten,inrelatie
totdedoelstelling tekomentotvolledige,regionalefosfaatbalansen.
HethuidigehydrobiologischveldonderzoekvanhetZuiveringsschap
Drenthebetreftonderzoekaandezogenaamde"macrofauna"enis
onderteverdeleninmeereffektgerichtroutine-onderzoek tenbate
vandewaterkwaliteitsbeoordeling eninmeer eco-systeemgericht
projektonderzoek,gerichtopspecifiekeverontreinigingenofop
onderzoek,gerichtopdeecologische"normstelling".
a.Effektgerichtroutine-onderzoek.
Hetroutinematigehydrobiologischeonderzoekaanmacrofaunais
gerichtopdeeffektenvanorganischevervuilingopdesamenstellingvandemacrofauna-levensgemeenschappen.Ditmethet
doeleenbiologischwaarde-oordeel tegevenomtrentdekwaliteit
vanhetoppervlaktewater,opgrondvandedaarinaangetroffen
organismen.Metdittypeonderzoek ishetZuiveringsschap in1979
gestartopeen20-tal"strategisch"gelegenbemonsteringspunten,
welkevierkeerperjaarwerdenonderzocht.
Hetgehanteerdedeterminatieniveauwasaanvankelijk (1979)zoveel
mogelijk totopdesoort;inlaterejaren,inverbandmetverwerking ineenglobalewaterkwaliteitsindex,totopeen10-12-tal
- soortgroepen-
-48
soortgroepen.
Verwerkingvandemonsterswasgerichtophet saprobiesysteem
vanMoller-Pillot (lit.25),uitgewerkt indeKwaliteitsindex
vanGardeniersenTolkamp (lit.27),enmetgeringeaanpassing
vandeindikator-soortenlijstvoorDrenthe.Nadeelvandeze
kwaliteitsindexis,datnietallegevangenmacrofaunaereen
plaatsinheeftendathetsysteembovendienisopgezetvoor
gebruikinBrabantse laaglandbeken.Verdergaatecologische
informatieverloren,omdatsoorteninglobalekwaliteitsgroepen
wordeningedeeld endatinverbandmetgehanteerdevermenigvuldigingsfaktorenvanaantallenpergroep,eenindexwaardeop
verschillendewijzentotstandkankomen.Bijdehuidigewerkwijze
meteenverlaagd determinatieniveau,ontstaateenverderevergroffingvan (potentiële)informatievanhetoorspronkelijkemonster
doordat:
1.geenecologischesoortgegevensmeerbeschikbaarkomen;
2.deindexwaarden,welkehunbasisdienentevindeninde
ecologischeinformatie-indikatievewaarden-opsoortsniveau
nuopmindergedifferentieerdewijzetotstandkomen,hetgeen
doorkanwerkenindeuiteindelijkeafronding.
Alskonklusiekanwordenopgemerktdatdehuidigewijzevan
bemonsterenenmonsterverwerking,gehanteerdenauwkeurigheidbij
hetuitzoeken,gegevensopslag endeterminatieniveaunietkan
dienenalsbasisvoormeerecosysteemgerichtonderzoek.Inhoofdstuk
4.7.3.wordenaanbevelingengedaanomdepraktischebruikbaarheid
voorDrenthevandeKwaliteitsindexnader teonderzoeken.
b._Eco-sy_steemgericht_£rojektonderzoek.
Gedurendedemaandenjanuari-maart 1982isinhetkadervande
werkopdrachtonderzoekverrichtnaardemogelijkewenselijkheid
vaneventueelindetoekomstoptezettenprojektmatigeco-systeemgerichtonderzoek,aandehandvanmetnamedestruktuurvande
macrofauna-levensgemeenschap.
Tevenswerdendemogelijkhedenonderzochtvooreenindetoekomst
optezettengeautomatiseerd gegevensbestand tenbatevanhet
-hydrobiologische-
49
hydrobiologischeonderzoekbijhetZuiveringsschapDrenthein
relatie totberekeningenvankwaliteitsindex.
Voorditonderzoekwerdgebruikgemaaktvanmacrofaunagegevens
afkomstiguiteenonderzoekvanMaenhout (lit.36).
Desoortgegevensvandemacrofauna,afkomstigvanLoonerdiepen
DrentseAawerdentenbatevanhethuidigeonderzoekgerangschiktenopeenbepaaldemaniergekodeerd.Voordeverwerking
vandezekwantitatieve struktuurgegevensvanmacrofaunawerd
gekozenvooreenmethodevannumeriekeklassfikatienamelijk
cluster-analyse (lit.46).
Cluster-analyse issamentevattenalseenrekenkundigemethode
welkehetmogelijkmaaktomdeeventueelineensetgegevens
aanwezigeverbanden,welkeophetoognietduidelijk zijn,in
een"dendogram"visueeltemaken (zieEvers,lit.47).Hierbij
moetwordenvermeld,datcluster-analyse slechtseenhulpmiddel
isomgrotegegevensbestanden teanalyseren.Indetweedimensionalepresentatievanderesultaten (dendogram)staande
hoofdzakelijkeverbanden.Nadezeabstraktieineenfiguuris
hetdanookvaaknoodzakelijkdestapterugtemakennaarhet
niveauvantussenberekeningenendeoorspronkelijkesoortenlijst.
Inhethiervoorgenoemde eco-systeemgerichtonderzoekaandehand
vangegevensvandeDrentseAa,werd geëxperimenteerdmetverschillendecluster-technieken.
Resultatenvandeverschillende clustertechnieken inkombinatie
metdeverschillendevoorbewerkingenentussenberekeningenmaakteneenvergelijkingvanmethodenmogelijk.Alsvoorlopigmeest
geschiktemethodekwamnaarvoren:
- In (x+ 1)-voörbewerkingvandedata-matrix;
- associatie-matrixvolgensde"euclidischeafstand"(eendissimilariteits-maat);
-declustertechniekvanWard (lit.48).
Eenuitspraakomtrentdewenselijkheidvanprojektmatigonderzoek
tenbehoevevandeecologischenormstelling isopgrondvandit
(deel)onderzoekaanbestaandegegevensvanhetstroomgebiedvan
-de-
50
deDrentseAa (nog)nietmogelijk (zieookhoofdstuk4.6.1.)
Hetwerkenmetgekodeerdeengeautomatiseerdegegevensbestanden,inkombinatiemetautomatischebewerkingvande
gegevens,waaronderberekeningvankwaliteitsindices enbijvoorbeeld cluster-analyse lijktechtereenveelbelovende
methodevoordetoekomstvanhethydrobiologischeonderzoek
vanhetZuiveringsschapDrentheenmaakthetmogelijkveranderingenindesoortensamenstellingvanaquatischelevensgemeenschappenendaarmeesamenhangendeveranderingenindebiologische
waterkwaliteit,snelenefficiënttevervolgen.Ditgeldtvoor
zowelruimte-alstijdgebondenreeksengegevens,afkomstigvan
zowelhetoptezettenprojektmatigealswelroutinematige
hydrobiologischeonderzoek.
cz_Kunstmatig_substraatonderzoek.
Rondomdeprobleemstelling "Kunstmatig Substraatalsbemonsteringsmethodevoormacrofauna,tenbehoevevanhetroutinematigehydrobiologischeonderzoekbijhetZuiveringsschapDrenthe",isvanmaart
totenmetaugustus 1982eenzesmaandsstage-onderzoekuitgevoerd
bijhetZuiveringsschapDrenthe.
Daarbijzijndevolgendedeelprojektenuitgevoerd:
1.Hetopnieuwenverdergaand determinerenvanmacrofaunamonsters
vandriehydrobiologischebemonsteringspunten,gelegeninhet
stroomgebiedvandeDrentseAa,gedurendedriejaarroutinematig
hydrobiologisch onderzoekverzameld.
Hetdeelonderzoekaandezedriemacrofauna-rijkebemonsteringspuntenhadalsdoelhetnagaanvandebruikbaarheidvande
bestaandemacrofaunamonsters,tenbehoevevandeecologische
"normstelling"naasthetoorspronkelijke onderzoeksdoelnamelijk
hetberekenenvandekwaliteitsindex.
2.Een"monstermethodenonderzoek":Daarbijwerdnagegaande
"betrouwbaarheid"vannetbemonsteringenvanmacrofauna.
3.Eenkunstmatig substraatonderzoek,gebruikmakendvandezogenaamde"mandjesmethode" (lit.49).Daarbijwerdendegebruiksmogelijkhedenvankunstmatig substraat tenbehoevevanhetroutinematigehydrobiologische onderzoekaanmacrofaunavoorhet
-Zuiveringsschap-
51-
ZuiveringsschapDrenthenagegaan.Ditspeeldevooralvoor
bemonsteringspuntenwaarnormaalgesproken,alsgevolgvan
hetontbrekenvan"natuurlijk substraat"(kanalen)ofde
moeilijkebereikbaarheidvangeschiktebemonsteringspunten
moeilijkeninvoldoendeaantallenenmetvoldoendevariatie,
macrofaunakanworden gevangenalsmethetschepnet wordt
bemonsterd.
Tevenswerdendeovereenkomsten enverschillen tussenberekende
biologischekwaliteitsindices (K-index)vanschepnetenvande
mandjes-methodeonderzocht.
Vooreenoverzichtvandeuitvoeringvanbovengenoemdonderzoek,
resultatenenkonklusiesvanbovengenoemd onderzoekwordtverwezen
naarhetstageverslagvanK.Ottens (lit.50).
Resultatenenglobalekonklusiesvoorzovervanbelangvoorde
verdereaanbevelingenvoorhetvoortgezettehydrobiologische
onderzoekvanhetZuiveringsschapDrenthewordenhierondersamengevat:
-Debruikbaarheidvandebestaandemacrofaunamonstersende
daaropgebaseerdedeterminatiesvoormeereeosysteemgericht
onderzoekbleekgering,omdateenaantal (grotere)soorten
ontbrakennadatzijwarenteruggegooid inhetveld.
Hetdoelvanhettotnuuitgevoerdonderzoekwasookslechts
hetbepalenvandewaterkwaliteitmetbehulpvaneenK-index.
-Vergelijkbaarheid vandenetmonsters,genomendoordrie
bemonsteraars ineenserievantotaalzesmonsters liette
wensenover.
Hetmonstermethodenonderzoekwerdechterslechtsopëénbemonsteringsplaats,tewetenindeDrentseAa,uitgevoerd.
-Devergelijkendebruikbaarheid vankunstmatig substraatten
opzichtevanhetschepnetenmetnameopdesubstraat-arme
bemonsteringsplaatsendientnaderteworden,.onderzocht.Vangstaantallenmacrofaunalijktveelbelovend,wanneerkunstmatig
substraatopsubstraat-armebemonsteringspuntenwordttoegepast.
Ooklijkteenverschuivingoptetredeninderelatievevangstsamenstellingtengunstevandezogenaamdebentho-faunavan
kunstmatig substraat tenopzichtevanhetschepnet,welkemogelijk
-ook-
52
ookwerdveroorzaaktdoordatmandjesopdebodemvande
bemonsterdewaterenwerdengeplaatstinplaatsvanopgehangen
indewaterkolom.
Vergelijkingvandeberekendekwaliteitsindicesvanhetschepnet-onderzoekenvanhetmandjesonderzoekwasgeheelnietin
overeenstemmingmetvermeldingen indeliteratuur (lit.49):
Ingevalvandeslechtstewaterkwaliteitgavendaardemandjes
eenietsbeterebeoordelingopgrondvandeKwaliteitsindexte
zien.Ingevalvaneenbeterewaterkwaliteitbleek,evenalsbij
bovengenoemd onderzoekinDrenthe,beoordelingopgrondvande
Kwaliteitsindexredelijkmethetschepnetovereentekomen.
-53
4.Discussieenaanbevelingen.
4.1.Inleiding.
Indithoofdstukworden tenaanzienvanhethydrobiologische
onderzoekaanbevelingengedaanvoordeverdereuitwerkingvan
hetbeheersgebiedvanhetZuiveringsschapDrenthe inzogenaamde
"waterkwaliteitsgebieden"endedaarinaanwezigeglobalewatertypen.Vervolgenswordtingegaanopkriteriawaarmeedeverdere
indelingvanwatereninregionalewatertypenkanwordenbewerkstelligd.Inrelatiedaarmeewordtdenoodzaakvoorhetmakenvan
een"typologie"vanwateren,alsgrondslagvooreentoekomstig
integraaleco-systeemgerichtwaterkwaliteitsbeheeraangegeven.
Ingegaanwordtopderelatietussenhetwerkterreinvandeprovincie
enhetwerkterreinendetakenvanhetZuiveringsschapDrenthe.Ookwordtkortstilgestaanbijdewaterkwaliteitsdoelstellingen,
waterkwaliteitseisen enecologischenormenstelsels inverbandmet
dehuidigeplanvorming.
Vervolgenswordtingegaanopdetoetsingvanwaterkwaliteitseisen
perwatertype,inhoeverre zedehentoegekendefunktievervullen
en/ofdedaaropgebaseerdeecologische waterkwaliteitsdoelstellingen
daadwerkelijkwordengehaald.
Voortbouwend opdeinhetvorigehoofdstukgeïnventariseerde
mogelijkehydrobiologische waterkwaliteitsbeoordelingssystemen,
wordteenkeuzegemaaktvanonderzoeksmethoden,geschiktvoor
gebruikindeprovincieDrentheenwordtaangegevenhoehiermee
samenhangendeproblemenkunnenwordenoverkomen (c.q.opgelost).
UitgaandevanhethydrobiologischeonderzoekdatinDrenthemoet
geschiedeninrelatietotecologischewaterkwaliteitsdoelstellingen,
wordteenvoorlopigeniveaukeuzegemaaktinsamenhangmetdebeheerstaakenonderzoeksmogelijkhedenvanhetZuiveringsschapDrenthe.
Totslotvolgteenonderzoekswerkplan,waarinhetaangepaste
routinematigewaterkwaliteitsonderzoek evenalshetmeereco-systeemgerichteprojektonderzoekvoordetoekomstvanhetZuiveringsschap
naderwordenuitgewerkt.
-4.2.-
54-
4.2.Waterkwaliteitsgebieden enwatertypen.
HetbeheersgebiedvanhetZuiveringsschapDrentheomvatalle
oppervlaktewatervandegeheleprovincieDrenthe.
Voordetoekomstvanhetwaterkwaliteitsbeheer indeprovincie
Drentheishetvanbelanghetplangebied,dedaaringelegen
waterenendedaaraantoegekendefunkties zogoedmogelijkte
beschrijven.Hieronderwordtopbasisvandeinhoofdstuk3.2.
gegeveninventarisatie,eenaanbevelinggedaanvoorhetnader
uitwerkenvandeinDrentheaanwezigewaterkwaliteitsgebieden,
watertypeneneen"typologie"vanwateren,omzodoendede
grondslag tekunnenleverenvooreentoekomstig,integraalen
opnognader toetekennenoppervlaktewaterfunkties tebaseren
waterkwaliteitsbeheer.
4.2.2_1_Nader_uitwerken_vanwaterkwaliteitsgebieden.
Eendefinitievanwaterkwaliteitsgebiedenkanwordengegevendoor
deomschrijving:"gebieden,waarbinnenhetopgrondvandenatuurlijkegesteldheidgerechtvaardigd isvoorwateren,behorendtot
hetzelfdewatertype,eensluidendekwaliteitseisen testellen".
VoorDrenthebetekentditeeneersteindelinginpleistoceneen
holocenegebieden;eenindelingdieglobaalmodel staatvoorde
globalegeografischeverschillen tussenhoog-enlaagnederland
(ziehoofdstuk 2.2.1.).
Opgrondhiervanlijkteenvoorlopigeindelinginwaterkwaliteitsgebiedenvolgensdeeerderonderscheidendistrikteninhoofdstuk
3.2.1.mogelijk,waarbijookdelaagveengebiëdeninhetdalvan
deHunzeenNoord-Drenthe endieinhetZuid-westenalsaparte
waterkwaliteitsgebiedenwordenaangemerkt.
MetinbegripvandezandgrondenvanhetDrentsePlateau,dehoogveengebiedenenhetklei-op-veengebied,komtmenhiermeeopeen
voorlopige indelingvanDrentheinvijfwaterkwaliteitsgebieden.
Hoeweleenglobaleindelingalsbovenomschrevenvoorhetvaststellenvanoppervlaktewaterfunkties endedaarbijbehorende
waterkwaliteitseisenpraktischis,zaldoornaderonderzoekmoeten
-worden-
55-
wordenvastgesteld inhoeverreafzonderlijkeafwateringsgebiedenstroomgebiedenindeindelingmoetenwordenbetrokken.
^j.^2^_Nader_uitwcrken_van_een_water
Vanessentieelbelanginhetwater(kwaliteits)beheer,isinzicht
indeabiotischeendebiotischefaktorendieinherent zijnaan
hetwatertypewaartoeeennaderbeschouwdoppervlaktewaterbehoort.
Pasdanisnamelijkmogelijkomnategaanofverschillentussen
waterenhunoorsprongvindenininterne,danweiexternefaktoren
enkanbijvoorbeeld defaktor"vervuiling"wordenvastgesteld?
indienwaterenbinnenëénwatertypemetelkaarinderuimteofmet
zichzelfindetijdwordenvergeleken.
Eenindelingvanwatertypen inevenveeltypenalserwaterenzijn
isvoordewaterkwaliteitsbeheerder niethanteerbaar.Voormeer
wetenschappelijke doeleindeniseengedetailleerdewatertypenindelingessentieel.Ideaalzoudaaromzijn,eenglobaletypenindeling,diedesgewenstaandehandvanaanvullendekriteriakan
wordenuitgebreid.Echternietallekriteriazijnvooralle
waterenrelevant.
4^2^3^_Nader_uitwerken_van_een_waterty_p
Eenbenaderingwelkeeenverdergaande typen-indelingvoorwateren
mogelijkmaaktisdie,welkeuitgaandevande 16basistypenaan
watertypeneenaantalaanvullendeindelingskriteriatoebedeelt.
Hierbijkangedachtwordenaanregionale indelingskriteria,bijvoorbeeldafgeleidvanhydrologieenbodemtypeenvegetatiestruktuur
omeninhetwater.
Dooreenindelingvanwatereninwatertypenensubtypenaante
vullenmetbiologischebeschrijvingenvandeaquatischelevensgemeenschappen,verkrijgtmenvervolgenseenzogenaamde"watertypologie" (ziehoofdstuk 2.2.).
Doelvaneentypologievanhetoppervlaktewater zoukunnenzijn
(naasthetkennenenbeschrijvenvanhetoppervlaktewater)het
relaterenvanhetvoorkomenvansoorten,populatiesenlevensgemeenschappenaanvoorhenalofnietspecifiekemilieu-voorwaarden.
-Deze-
56
Dezekenniszouvervolgensdebasiskunnenvormenvaneen
ecologischwaterkwaliteitsbeheerwaarbijhetbegrip"waterkwaliteit",meerdanalleenhetmediumwateromvat.
Tenslottekanhieroverwordenopgemerktdatdewatertypenindeling
enwatertypologie indenlandeopditmomentvolop indiskussie
zijn.
4.3.Organisatievanhetwaterkwaliteitsbeheer.
Vangrootbelangbijdeuitvoeringvandeverbredewaterkwaliteitsbeheerstaak vanhetZuiveringsschapDrentheishaar
bevoegdheid tenaanzienvanuittevoerenonderzoekszakenin
deonderhaarbeheervallendewateren.Inonderstaandeparagraaf
wordtkortingegaanophieruitvoortvloeiendepraktischekonsekwenties tenaanzienvanteverrichtenhydrobiologischewerkzaamheden.
-'3--L RelatieProvincie-_ZuiveringsschapDrenthe.
DerelatievanhetZuiveringsschapDrenthetotdeProvincie
Drentheisvastgelegd inde"Verordeningverontreinigingoppervlaktewater inDrenthe".Volgensdezeverordening ishet
Zuiveringsschapbelastmetdezorgvoordekwaliteitvanhet
oppervlaktewater indegeheleprovincieDrenthe.Zowelbijhet
Zuiveringsschap alsbijdeprovinciewordenalenigejarenwerkzaamhedenmeteenhydrobiologischkarakteruitgevoerd,teweten:
respektievelijk tenbatevandebiologischewaterkwaliteitsbeoordelingeninventariserend onderzoek tenbehoevevande
ruimtelijkeordening.Deafsprakendiezijngemaakt,zijnin
hetvoorwoord reedsaangegeven.
Ondermeerwerdbesprokendatdeecologischeonderbouwing
vandewaterkwaliteitsdoelstellingen,neergelegd inhetI.M.P.
1980-1984tevensonderhettakenpakketvanhetZuiveringsschap
Drenthezoublijvenvallen.
DewerkzaamhedenvanhetZuiveringsschap inditkaderzijnveelomvattend.
-Ze-
57
Zehebbenookbetrekkingopmeerwaterendanalleendiemeteen
"algemenefunktieofbestemming"enbetreffen inrelatie totde
ecologischewaterkwaliteitsdoelstellingen meeraspektendanalleen
hetmediumwater,maartevensonderzoeknaaralleandere
faktorendievoorheteco-systeemvanbelang zijn.Hetisuiteraardvanbelangomvoordetoekomstvanhetwaterkwaliteitsbeheer
inDrentheoverlegmetdeprovincieomtrentwerkgebied entakenpakketvoorttezetten,onderandereomduplicerenvanwerkzaamhedentevoorkomen.
Hettoekennenvanfunktiesaanoppervlaktewaterenenhetbepalen
vandetermijnwaaropdezedoelstellingenkunnenwordengerealiseerd,behoorttotdebelangrijksteelementenvanhetopte
stellenW.K.P.
Voordetoetsingvanhetal/nietvoldoenvanwaterenaaneen
daaraangekoppeldefunktie-eis,zijntenaanzienvande"algemene
gebruiksfunktie"normenneergelegd inhetbegrip"basiskwaliteit"
entenaanzienvan"specifiekegebruiksfunkties"inE.G.-richtlijnenenontx^erpAMvB's.
Daarnaast zullennaastdezezogenaamdegebruiksfunkties,ecologische
waterkwaliteitsdoelstellingenwordengeformuleerd.
HetI.M.P.1980-1984zegthierover:"Omvooroppervlaktewatereen
ecologischekwaliteitsdoelstelling tekunnenformulerenishet
essentieelhettebeschermenobjekt,tewetenhetaquatischecosysteem (ofinengerezindeaquatischelevensgemeenschap),in
zijn"natuurlijke"situatiezogoedmogelijktekunnenbeschrijven
intermenvansoortensamenstellingvandelevensgemeenschap enin
termenvanstruktureleenfunktioneleaspektenvanheteco-systeem".
Hierbijmoetwordenaangetekend,datecologischedoelstellingen,
ongeachthetniveau,vergezelddienentegaanvanwetenschappelijke
kriteria,welkevervolgensvertaaldmoetenwordeninecologische
normen.Dezebenaderingvereistnaasthetbestaanderoutinematige
waterkwaliteitsonderzoek, intoenemendemateprojektmatigecosysteemgerichtonderzoek.Eenenanderwordtinhoofdstuk4.7.
konkreetuitgewerkt.
-4.3.3.-
- 51
4.3.3.HetwerkterreinvanhetZuiveringsschapDrenthe.
DoorhetZuiveringsschap zalondermeeropbasisvanhet
provincialeW.K.P.eenW.K.B.P.moetenwordenopgesteld.
Eenbelangrijkebeheerskonsekwentie dieinhetW.K.B.P.zal
doorwerken,isofdemensgerichte-enecologischedoelstellingenookinderdaadbinnendegesteldeplanperiodekunnen
wordengehaald.Omdezeredenwordtbinnende"Projektgroep
W.K.P.-Drenthe"gesprokenvan"bestaande"-"gewenste"-en
"streef"-funktiestenaanzienvanhetDrentseoppervlaktewater.
Tenaanzienvandeecologischenormstellingennormtoetsingligt
nogeenheelwerkterreinvoorhetZuiveringsschapDrentheopen.
Menzalzichdaarbijindetoekomstmoetenrichtenophet
werkenmetapartenormenstelsels,teweten:eenchemisch-fysisch
(micro)biologischeeneenecologische.Tenaanzienvande
ecologischedoelstellingvanhetlaagsteniveaukanworden
opgemerktdatonderzoek zalmoetenplaatsvindeninrelatietot
meernaarwatertype tedifferentiërenbasiskwaliteiten.
Erblijftdus,zoalsinhetI.M.P.1980-1984wordtgesteld
"eengrootwerkterreinovervoordewaterkwaliteitsbeheerders
die (bijvoorbeeld indewaterkwaliteitsplannen)gestaltedienen
tegevenaandeecologischedoelstellingenvoorverschillende
typenoppervlaktewater.Menzouzelfskunnenstellen,datde
initiatievendaartoehetbestdoordewaterbeheerderszelf
kunnenwordengenomen,deze zijnimmersmetdeplaatselijke
ecologischesituatiegoedopdehoogte" (lit.6).
4.4.HetwaterkwaliteitsbeheervanhetZuiveringsschapDrenthe.
Inonderstaandeparagraafvolgeneenaantalopmerkingenten
aanzienvanhetaktieveenpassievewaterkwaliteitsbeheervanhet
ZuiveringsschapDrenthe.Vervolgenswordtaangegevenhoemiddels
eentoetsingvandewaterkwaliteitkanwordennagegaanof,enin
welkemate,waterenvoldoenaandehentoegekendefunkties.
4.4.1,
59-
A^^^^^Het_aktieve_en_pa.ssieve_waterkwa.liteitsbeheer.
Erkanzondermeergesteldworden,datdegedurendetienjaar
doorgezette saneringenzuiveringindeprovincieDrenthedoor
hetZuiveringsschapDrenthe,debelastingvanhetoppervlaktewatermetverontreinigende stoffenendaarvanmetnamezuurstofbindendestoffensterkheeftteruggedrongen.
Ditneemtnietweg,dattenopzichtevandehistorischesituatie
evenalsvrijweloveralinNederland,veelvandeoorspronkelijke
aquatischelevensgemeenschappen zijnvernietigddoor
vergaande"fysisch-mechanische"ingrepen,ofdoordeaanhoudende
vervuilings-enverstoringsdruk (ookgrensoverschrijdendevervuiling)belangrijk zijngenivelleerd.
Eénenandertekentdenoodzaak toteenzekerebescheidenheid,
omdatdehuidigetechnieknogsteedsmeerproblemenvoorhet
(aquatische)levenschept,danhetdaarvoorkanoplossen.
Alsonderdeelvande"waterkwaliteitsaanpak"kanhierbijworden
opgemerktdatdeaktievewaterkwaliteitstaakvanrelatiefminder
belangwordtdandepassievewaterkwaliteitstaak.Hetvoorkomen
enterugdringenvanbedreigingenvoordeaquatischelevensgemeenschappen (bijvoorbeeld rioolwateroverstortingenen"uitstraling"
vanverontreinigdwater)iseenbelangrijketaakvandewaterkwaliteitsbeheerder
________o____ng_aa_.__e_w_____w____e___e__en.
Toetsingvandeactueleaandegewenstewaterkwaliteit isvoorde
tevervullengebruiksfunktieswaarvoormensgerichte,chemischfysischeen (micro)biologischekriteriagelden,betrekkelijk
eenvoudiguittevoeren.
Tenaanzienvanecologischedoelstellingenmoetenhiertoeecologischekriteriagelden,gerichtop:
-Deverhoudingvanprocessenvanopbouwenafbraakinhetwater,
c.q.dematevan"biologischgezond"zijnendeeffektenvan
verontreinigingen/verstoringen opdesamenstellingvande
aquatischelevensgemeenschappen.
-De-
-60
-Deopbouwvanheteco-systeemnaarwatertypeendematevan
stabiliteitvandeaquatische levensgemeenschappen.
-Desamenstellingvandeaquatische levensgemeenschappen.
Devolgendeparagraaf gaatnaderinopdeecologischewaterkwaliteitsdoelstellingen.
4.4.3.Eco-systeemgerichtewaterkwaliteitsdoelstellingen.
Overhetformulerenvanwaterkwaliteitsdoelstellingenwordtin
ditrapportkortheidshalveverwezennaardedoelstellingvanhet
W.K.P.,waarinditeenbelangrijkonderdeelis.Daarbijspelen
zowelmensgerichtewaterkwaliteitsdoelstellingen alseco-systeem
gerichtewaterkwaliteitsdoelstellingen eenrol.Eco-systeem
gerichtewaterkwaliteitsdoelstellingen, zoalsdeecologische
waterkwaliteitsdoelstellingenvanhetlaagste,hetmiddelsteen
hethoogsteniveaubehoevenecologischewaterkwaliteitsnormen,
ontleend aanrespektievelijkhet"watertype"enaandestruktuur
vanlevensgemeenschappen,zoalsdezeuitonderzoeknaardenatuurlijkesituatieofuithistorischegegevenskunnenwordenontleend.
Hiervoorgeldtdusheteco-systeemalsreferentiekader,vanwaaruit
ecologischewaterkwaliteitseiseneneentoetsingskaderwordenontwikkeld.Hetinstrumentariumwaarmeedezeecologischewaterkwaliteitsdoelstellingenkunnenwordengehaald,moetverdergaandan
chemisch-fysischewaterkwaliteitsbewaking alleen.Zemoetook
andereaspektenvanhetaquatischeeco-systeembetreffenzoalsde
morfometrie,hydrologiemaarookgrondwaterstand,onderhoudvan
watergangenendesoortensamenstellingvandeaquatischelevensgemeenschappen.Opgemerktkanwordendataanalleoppervlaktewateren,ongeachtdemenselijkebeïnvloedingenweleen"ecologisch
aspekt"indevormvaneenlevensgemeenschapkanwordenonderscheiden.
Ecologischewaterkwaliteitsdoelstellingenvanhethoogsteniveau
latenechterweinigofgeheelgeenmenselijkeinvloedtoe.
4.5.Onderzoekskeuzentenaanzienvandebiologischewaterbeoordeling.
Dekeuzevanbiologischewaterkwaliteitsbeoordelingssystemen ten
-behoeve-
behoevevanhethydrobiologischeonderzoekvanhetZuiveringsschapDrenthewordtnaderuitgewerktaandehandvandein
hoofdstuk 3.5.behandeldebiologischeonderzoekssystemen.Uitgangspuntenvooreenverantwoordekeuzemoetenzijn:(lit.51)
-deonderzoekssystemenmoetenwetenschappelijkverantwoordzijn;
-desystemenmoeteninformatieverschaffenomtrentdatgenedat
menonderzoekt;
-desystemenmoeteneenvoudig tehanterenzijn.
Indepraktijk,zekerindienmenzichwilaansluitenbijlanderlijkeofregionaletendenzentotstandaardisatievanonderzoeksenbeoordelingsmethoden,isdekeuzevanonderzoekssystemenniet
grootenkannieteenvoudig aanallebovenstaandekriteriaworden
voldaan.
HieronderwordenvoorDrentheonderzoekskeuzenuitgewerktmet
betrekking toteutrofiëringsonderzoek;procesgerichtewaterkwaliteitsbeoordelingssystemen eneffektgerichtewaterkwaliteitsbeoordelingssystemen.
4^5^_KEutrofiëringsonderzoek.
EutrofiëringsonderzoekuittevoerendoorhetZuiveringsschap
Drenthezouingrotelijnendevolgendedoelstellingenkunnen
dienen:
a.Inzichtteverkrijgeninrelaties tusseneutrofiëring enalgengroeiindiverseDrentseoppervlaktewateren,metnameten
aanzienvandegroeipotentievanhetwaterendeaardvande
beperkendefaktoren.
b.Inzichtteverkrijgenindebiologischeeffektenvanproefdëfosfateringenenop voorhandevaluerenvandenoodzaaktot
3etrapszuiveringovertegaanbijbestaandeen/ofnieuwte
bouwenrioolwaterzuiveringsinrichtingen, (mede)inrelatietot
detemakenkeuzentenaanzienvaneffluentontvangendeoppervlaktewateren.
c.Verkrijgenvangegevensomtrentderolvanbodemsedimentbijde
absorptieenbijdenaleveringvannutriënten (metnamefosfaat),
medemetbetrekking totregionaaloptestellenfosfaatbalansen.
-Een-
62
Eenmogelijkheid omeutrofiëringsonderzoektedoen,isdie
metbehulpvaneenzogenaamdealgengroeipotentietest.
Dezetestwordtnaderbehandeld inhoofdstuk4.7.
4.5.2.P£0C££g6richtwaterkwaliteitsonderzoek.
Aanbevelingenvooreventueelvoorttezetten,c.q.optezetten
procesgerichthydrobiologischonderzoekvolgenhieronder.Ze
sluitenaanbijdefunktioneel-biologischebenaderingswijze
(hoofdstuk2.5.)endedaaropgebaseerde energie-biologische
waterkwaliteitsbeoordelingssystemen (hoofdstuk 3.5.).
Deaanbevelingenwordenhiernagegevenindeonderdelen:
- chemisch-fysischonderzoek;
-onderzoekinhetkadervanhetraamwerkvanCaspersenKarbe.
a.Chemisch-fysischonderzoek.
Aanbevelingenvoorhetvoortgezettechemisch-fysischonderzoek
vanhetZuiveringsschapDrenthekunnenzichmetnamerichtenop
devoortgezetteverwerkingvandeparameterszuurstofgehalte,
biochemischzuurstofverbruik enammoniumgehaltevanhetwaterin
dezogenaamdeI.M.P.-index.
Indetoekomstkanwellichtbeterwordengewerktmeteenmethodevan
waterbeoordelingwelkeafzonderlijkeparameters toetstaannormen
diehieraan perwatertype-waterkwaliteitsgebied wordengekoppeld,
ëénenanderovereenkomstighetCUWVO-rapportoverdebeoordeling
vandewaterkwaliteit (conceptrapport,januari 1983).
Deinvullingvandeparameters0 enB.Z.V.inde I.M.P.-index
verdientvoordetoekomstvanhetonderzoekvanhetZuiveringsschap
Drenthewellichtenigeextraaandacht,welkegerichtmoetzijnop
deonderkenningeneventueleoplossingvandeproblemendiemetde
metingvandezeparameters samengaan.Hierbijkanmetnameworden
gewezenopdetijd-enruimtegebondenvariatiewaaraandezeparametersonderhevig zijnenzoumetnamekunnenwordengedachtaan
hetuitvoerenvan (geautomatiseerde)kontinu-zuurstofbepalingen.
b.RaamwerkvanCaspersenKarbe.
VoormerenenplasseninhetwestenvanNederlandheefteeneerste
-uitwerking-
-63-
uitwerkingvanhetraamwerkvanCaspersenKarbeplaatsgehad
toteenwaterkwaliteitsbeoordelingssysteem. Ditiseenwaterkwaliteitsbeoordelingssysteemwaarinprocesseninhetaquatische
eco-systeemhetmeestinhuntotaalwordenbenaderd engekwantificeerd (lit.52).
Deaanbevelingenvoortoepassingvanditsysteembijhet
ZuiveringsschapDrenthezijnvoorlopigvanvoorzichtige,c.q.
afwachtendeaard.Inhoofdstuk3.5.isderedenhiervanreeds
aangegeven.
Hetverdientwellichtaanbeveling,voordeDrentsesituatie
teexperimenterenmetdetoepassingvanhettoteensysteem
uitgewerkteraamwerkvanCaspersenKarbeopwatertypenwaarop
hetsysteemvantoepassingmagwordengeacht,metnamede
bernonsteringspunteninhetLeeksterenZuidlaardermeer (zie
hoofdstuk 3.5.).
Medeinrelatietothetmeereco-systeemgerichte algenonderzoek,
alsonderdeelvoordeaanbevelingenonderhoofdstuk4.7.kanin
detoekomstvanhethydrobiologischeonderzoekvanhetZuiveringsschapDrentheeninafwachtingvanlandelijkeontwikkelingen,
wellichtwordengeëxperimenteerdmethetinvullenvanstruktuurgegevensvanmetnamealgenlevensgemeenschappenvoorhettrofiegedeelteinhetraamwerkvanCaspersenKarbeookvoorandere
waterendandegenoemdemeren.
Viadeze"struktuuringang"ishetwellichtindetoekomstmogelijk
eennormenstelselvoorafzonderlijkewatertypenteformuleren,
welkeeensluitendeindelinginwaterkwaliteitsklassenmogelijk
maakt.Gezienhetgroteraantalwaterkwaliteitsklassen datwellicht
kanwordengeformuleerddantotnutoeopgrondvanhetsysteem
vanCaspersenKarbemogelijkis,zoueendergelijknormenstelsel
meerrechtdoenaandevannaturegroterevariatieinwaterenen
watertypenindeprovincieDrenthetenopzichtevandewaterenin
hetwestenvanNederland.
^ 5 ^ 3 ^Effektgerichtwaterkwaliteitsonderzoek.
Aanbevelingenvoorhetvoorttezetteneffektgerichteonderzoek
bijhetZuiveringsschapDrenthe,inaansluitingopdestruktureel-
-biologische-
64-
biologischewater(kwaliteits)beoordelingssystemen(hoofdstuk
3.5.)»wordenhieronderweergegevenindeonderdelen:
-onderzoekinverbandmetkwantitatievebeoordelingssystemen;
-onderzoekinverbandmetkwalitatievebeoordelingssystemen.
a.Onderzoekinverbandmetkwantitatievebeoordelingssystemen.
Aanbevelingenvooronderzoekvanhetgebruikvankwantitatieve
waterbeoordelingssystemenbijhetwaterkwaliteitsonderzoekvan
hetZuiveringsschapDrenthekunnenwordengedaanvanuitde
mogelijkhedendiedezesystemenbiedeninrelatietotde
beperkingendiemethetgebruikervansamengaan.Inhoofdstuk3.5.
isditreedsuitvoerigbesproken.
BijhetZuiveringsschapDrentheismetgoedresultaatgebruik
gemaaktvandediversiteits-indexvanMargaleff
,in
kombinatiemeteenmethodevannumeriekeklassifikatie,dezogenaamde"clusteranalyse"(stageverslagK.Ottens,lit.50).
Onderzoekgedurende 1982inhetkadervandetoepassingvanzogenaamdekunstmatig substraatbijhetZuiveringsschapDrentheheeft
devolgendepraktischeaanbevelingenopgeleverd:
-Clusteranalysekanhetbestewordenuitgevoerdopdecomputer
vaneenuniversitairrekencentrumwaarallefaciliteitenen
bovendienalleexpertisevoorrelatiefweiniggeldbeschikbaar
zijn.Konkreetkandaartoehetbestgebruikwordengemaaktvan
deLandbouwhogeschoolDEC-10computer,viaeenterminal-aansluitingophetBiologischStationteWijster (Drenthe).
-Binnenhetstandaardpakket CLUSTÀN 1-Czijnzowelinpraktisch
alsintheoretischopzichtgoedeervaringenopgedaanmetde
gekozenkombinatievanvoorbewerkingen tussenberekeningenen
clustertechnieken.
b.Onderzoekinverbandmetkwalitatievebeoordelingssystemen.
Kwalitatievebeoordelingssystemendienendebiologischewaterkwaliteitsbeoordeling.Eenpraktischeaanbevelingvoorhet
hydrobiologischewaterkwaliteitsonderzoekvanhetZuiveringsschap
Drentheisdateco-systeemgerichtveldonderzoekmoetwordenuitgevoerdombestaandebiologischebeoordelingssystemen zoveelmogelijk
aandeDrentsesituatieaantepassenc.q.omvoordiverseDrentse
wateren (watertypen)nieuwe,bijdegeografischesituatiebehorende,
-systemen-
-65-
systemenvoorbiologischewaterkwaliteitsbeoordeling teontwikkelen (zieookhoofdstuk 4.7.).
Konkreetkanhierbijwordengedachtaannaderevergelijking
vandeindexvanDresscherenv.d.Markmetanderemogelijke
waterkwaliteitsindices.Ditomdatvoornoemdeindex inDrenthe
nietallegewensteinformatieomtrentdewaterkwaliteit
verschaft. Daarnaastdientnadereaandacht tewordengeschonken
aandewijzewaaropdeKwaliteitsindexvanGardeniersenTolkamp
totstandmoetkomenindeDrentsesituatie.Metnamegaathet
hieromdeeventueleaanpassingendiedeKwaliteitsklassenlijst
opsoorten/soort-groepniveaubehoeftenwelk determinatieniveau
daartenaanzienvanmacro-fauna-organismenaangekoppeldmoet
worden.
4.6.Niveau-keuzentenaanzienvanhydrobiologischonderzoek.
Inonderstaandeparagraafwordenvoortbouwendopdediverse
mogelijkeonderzoeksniveau's(hoofdstuk2.6.)endevoorde
regioDrentherelevantehydrobiologischeprojekten (hoofdstuk 3.6.),
aanbevelingengedaanvoordoorhetZuiveringsschapDrentheuitte
voerenhydrobiologischonderzoek,onderverdeeldnaarinventariserendonderzoek,eco-systeemgericht onderzoekenroutinematig
onderzoek tenbehoevevandewaterkwaliteitsbeoordeling.Hierbij
wordtrekeninggehoudenmetprojektenwelkeopkortereoflangere
termijnindeprovincieDrenthemoetenwordenuitgevoerdenmetde
wijzewaarophierinreedsis,ofkanworden,voorzien.
ftz?>•!•_ï2YËn£5EiiËr!i2dj2Y.drob_iologJ;sch
0
BEEE Z °E^*
Wetenschappelijkinventariserend onderzoekligtgeziendetaak
niet (direkt)indelijnvanhetZuiveringsschapDrenthe.Inventariserendonderzoekzoalsvan 1979-1982doordeP.P.D.-Drentheis
uitgevoerd,dientafgezienvanwetenschappelijkebetekenisde
ruimtelijkeordening.
Inventariserend onderzoek zoalsvoorgenomendoordeSTORA
(hoofdstuk3.6.2.)-
-66-
(hoofdstuk3.6.2.)tenbatevaneenlandelijketypologische
indelingvanoppervlaktewaterenbehoeftweliswaar steunvan
deregionalebeheerder,maarvaltmedegezienderelatief
kortetijdwaarineendergelijke typologiemoetworden
gerealiseerdendeomvangvandemeteendergelijkprojekt
samenhangendewerkzaamheden,werkruimteenmateriele,
financiëleenpersonelemiddelen,buitendecapaciteitenvan
hetZuiveringsschapDrenthe.Welishetvanbelang,datin
verbandmetdeveranderendeaccentenbinnenhetwaterkwaliteitsbeheer,hetZuiveringsschap zichopdehoogteblijftstellen
vanlandelijkeontwikkelingeninwetenschappelijk aquatische
ecologieenhydrobiologie.Hetisdaartoegewenstdebenodigde
kennisinhuistehebben,omzodoendetijdigopnieuweecologischebeheerstendensenintekunnenspelen.
4^6.2^_Eco-sYsteemgerichthy_drobiologisch_onderzoek.
Eco-systeemgerichthydrobiologischonderzoekdientonderandere
terinvullingenkontrolevanecologischewaterkwaliteitsdoelstellingen,zoalsdezeinhetkomendeW.K.P.zullenworden
geformuleerd (3.2.3.).Normenkunnendaarbijwordenontleend
aanbiologischeofecologischekriteria,welkekunnenworden
onderzochtperwaterkwaliteitsgebied en/ofwatertype (4.2.).
Waarecologischenormen,alstoetsingskadervoorde"biologische
toestand"vaneenwaterontbreken,ishetvanbelangdathet
ZuiveringsschapDrenthevoorzietinhetbenodigdonderzoekten
behoevevandeinvullingvaneendergelijkecologischnormenstelsel.Hierbijmoetwordenbedacht,datecologischewaterkwaliteitsdoelstellingen inbeginselbiologischenormenbehoeven,
dienaastchemisch-fysischenormentenaanzienvanëënof
meerderemensgerichtegebruiksfunktiesdienentewordengehanteerd.
Afhankelijkvanhetniveau vandeecologischewaterkwaliteitsdoelstellingen,geldenbiologischeprocessenen/of
destruktuurvandeaquatischelevensgemeenschappenalsbruikbaar
referentiekader,waaruit (wellicht)sekundair chemisch-fysische
randvoorwaardenkunnenwordengeformuleerd.
-Over-
-67-
Overdeomvangvanditeco-systeemgericht onderzoekkanhet
volgendewordenopgemerkt.
Hetlijkteenzinnigezaak,dathetZuiveringsschapDrenthe
zichtenaanzienvanbovengenoemdonderzoekvoorlopig
beperkt totdiewateren,waarinzijookchemisch-fysisch
routine-onderzoekuitvoert.Daarbijkandanjaarlijksprojektmatighydrobiologischonderzoeknaardesamenstellingvande
inhetwateraanwezigelevensgemeenschappenwordenuitgevoerd.
Projektmatig,eco-systeemgerichtonderzoekzalzichinhoofdzaakmoetenrichtenopeenaantal,binnenéénwaterofwatertype
gelegenbemonsteringspunten,dieineenzokortmogelijke,
aaneengeslotenperiodedienentewordenonderzochtopdesamenstellingvaneendeelvandeaquatischelevensgemeenschappen.
Projektmatigonderzoekisdaarmeeinderuimtegeoriënteerd,in
tegenstelling totroutinematighydrobiologischonderzoek,dat
meerindetijdisopgezet.
^ 6 ^ 3 ^Routinematig onderzoek tenbehoeveYiïS-ÏËtÊEkwaliteitsb-ÊSBE^eling.
Routinematighydrobiologischonderzoek,gebruikmakendvanmethoden
vanbiologischewaterbeoordelingkaninformatiegevenomtrent
afgeleideeffektenvanfaktorenalsvervuilingopdebiologische
produktieketensenkaninhetalgemeengoedwordenuitgevoerd
aandehandvanmacrofauna-levensgemeenschappen envoorsommige
waterenmogelijkaangevuldmetkwalitatieve enkwantitatieve
gegevensomtrentalgenen(hogere)waterplanten.
Hoewelderoutinematigemonsternameenmonsterverwerkingzich
inhetalgemeenzalrichtenoptoepassingeninsaprobie-indices
(hoofdstuk3.5.3)endaarbijslechtsgebruikmaaktvaneendeel
vandeecologischeinformatiediehetaquatischeco-systeembiedt,
ishetzeerwelmogelijkderesultatenvanroutinematighydrobiologischonderzoek,dooroptimalisatievantehanterenmonster-en
verwerkingsmethoden,toegankelijk temakenvaneco-systeemgericht
onderzoekin"tijdgebonden"reeksen.Hetroutinematighydrobiologischonderzoeknaardeeffektenvanfaktorenalsorganische
-belasting-
-68-
belastingvanhetoppervlaktewaterverdient zekereenblijvende
plaatsinhetwaterkwaliteitsonderzoek vanhetZuiveringsschap
Drenthe.Daarbijzalmeerdanthanshetgevalis,eenafstemming
moetenplaatshebbenopeentevensmeereco-systeemgerichtkarakter
vanhetonderzoek.
4.7.Werkplan tenaanzienvanhettoekomstighydrobiologische
onderzoekvanhetZuiveringsschapDrenthe.
Aanbevelingenvooraanpassingvanhethydrobiologischewaterkwaliteitsonderzoek envooronderzoek,gerichtopeenecologisch
waterkwaliteitsbeheerbijhetZuiveringsschapDrenthe,worden
hierondergegevenindevolgendeonderdelen:
-afstemmingchemisch-fysischbiologischonderzoek;
-uitwerkinghydrobiologisch laboratoriumonderzoek;
-uitwerkinghydrobiologischveldonderzoek.
4^_7.1^__Afstemming_chemisch-f
y_sisch_en_biologisch_onderzoek.
Hetchemisch-fysische enhydrobiologischewaterkwaliteitsonderzoek
zoalsditvanafrespektievelijk 1974en 1979doorhetlaboratorium
vandeTechnischeDienstvanhetZuiveringsschapDrenthewerduitgevoerd (hoofdstuk 3.7.),vormdeeenbruikbaarhulpmiddelbijhet
volgenvandeontwikkelingvandewaterkwaliteitonderinvloedvan
saneringenvanlozingenophetoppervlaktewater.
Bijdevoortgangvansaneringenendezichverbeterdewaterkwaliteit,
moetwordengezochtnaarnieuwe,c.q.aanpassingvanbestaande
methodenvanwaterkwaliteitsbeoordeling.Voorwatbetreftde,
gebruiksfunkties zaldegewenstewaterkwaliteitmoetenworden
getoetstaanéénofmeerderechemisch-fysischenormenstelsels;voor
watbetreftecologischewaterkwaliteitsdoelstellingen zullenmiddels
"eco-systeemgericht"onderzoekbiologischereferentiekadersmoeten
wordengeformuleerdwelkeverdergaandanalleenhetmediumwater
enbijvoorbeeld ookzijnafgestemdophetwatertype.
Chemisch-fysischeenhydrobiologische toestandsparametersvullen
elkaarinhogemateaanmaarkunnenelkaarnietvervangenomdatzij
-elk-
-69-
elkinanderedimensiesvanruimteentijdwerken (bijlage2).
Deaangegevenaanvullingeistookeengoedewederzijdseafstemming
vanbeidetypenonderzoek.
Konkreteaanbevelingen;
1.Evaluatieeneventueelherzienvanhethuidigechemisch-fysisch
meetnetvanhetkwaliteitsonderzoekvanhetZuiveringsschap
Drentheinrelatietotgewijzigdeomstandighedentenaanzienvan
"strategischeligging"inhetkadervangevorderdesaneringenen
inrelatiemethethydrobiologischeonderzoek.
2.Aanpassen vanhethydrobiologischmeetnetterverdereaanvulling
vanchemisch-fysischeresultatenennogbetereafstemmingophet
chemisch-fysischonderzoek.
3.Chemisch-fysicheondersteuningvanprojektmatigeco-systeemgerichthydrobiologischonderzoekbijvoorbeeld:
-eutrofiëringsonderzoekmetbehulpvanalgengroeipotentietests
(ziehoofdstuk 4.7.2.);
-macrofauna-veldonderzoek (ziehoofdstuk 4.7.3.).
Kostenenpersoneelskonsekwenties vanhoofdstuk4.7.1.
Gesteldkanwordendatdeafstemmingvanchemisch-fysischen
hydrobiologischonderzoekgeenpersoneleenweinigfinanciële
konsekwentiesheeftvoorhetchemisch-fysischonderzoek.Voorhet
uitvoerenvaneenalgengroeipotentietest zijnwatmaterialennoodzakelijkwaarvoordebegroting 1983voldoenderuimtebiedt.
Dekonsekwentiesmetbetrekking tothethydrobiologischonderzoek
komennaderaandeordeinparagraaf 7.2.en7.3.vandithoofdstuk.
417.2._Uitwerking_biologischlaboratoriumonderzoek.
Aanbevelingenvoorhetvoortgezettebiologische laboratoriumonderzoekvanhetZuiveringsschapDrentherichtenzichingrote
lijnenophetverkrijgenvaninzichtindeaardendeintensiteit
vandeprocessenmetbetrekking totdeopbouwenafbraakinhet
-oppervlaktewater-
- 70-
oppervlaktewater.Inzichtindeaardendeintensiteitvanin
hetwateroptredende processengeeftdemogelijkheid tothet
"sturen"vandezeprocesparametersineengewensterichtingen
kanvanvoorspellendewaardezijntenaanzienvantetreffen
maatregelenophetgebiedvanhetwaterkwaliteitsbeheer,bijvoorbeeld tenaanzienvandefosfatering.Ditintegenstelling
tothetmetenvaneffektenaanafgeleideproduktieketens (bijvoorbeeldmacrofauna),welkeinfeiteneerkomtophetachteraf
"meten"vandewaterkwaliteit,zoalsinhoofdstuk3.7.3.is
aangegeven.
Dehierondergehanteerdeindelingvanaanbevelingenisdiein
bio-aktiviteitenalgenonderzoek.
a. B i o - a k t i v i t e i t .
Aanbevelingenvoormetingenvandebio-aktiviteithangensamen
meteennadertenemenbeslissingomvoorenkeleDrentsesituaties
aldannietovertegaanophettoepassenvaneensysteemopbasis
vanhetraamwerkvanCaspersenKarbe,zoalsdatinhoofdstuk3.5.
isomschreven.Bio-aktiviteit isnaastdezuurstofhuishoudingvan
hetoppervlaktewater endestruktuurvandealgenlevensgemeenschappen
éénvandeparameterswelkeinhetsysteemvanCaspersenKarbe
moetwordeningevuld.Metnamedeeventuele toepassingsmogelijkheid
metbetrekking totstruktuurparameters lijktinteressantvoor
DrentheendeoverigeOost-enZuid-oostNederlandseprovincies.
Konkreteaanbevelingen:
-Nagaanvandemogelijkheid tottoepassenvanhetsysteemvan
CaspersenKarbevoor (enkele)Drentseoppervlaktewatertypen.
-"Invullen"vanCaspersenKarbe-systeemmetbehulpvanzuurstofhuishoudingenbio-aktiviteitennaderonderzoekenvandemogelijkheidtothetwerkenmetstruktuurparametersaandehandvan
algenpopulaties.
b.Algenonderzoek.
Gedurende 1981en 1982zijndoorhetZuiveringsschapDrenthe
ervaringenopgedaantenaanzienvandemonstername,determinatie,
-verwerking-
-71
verwerking enpresentatievanresultatenvanalgenonderzoekin
oppervlaktewater.Opbasisvandieervaringenkunnenvoorde
toekomsteenaantalaanbevelingenwordengedaan.
Zoalsinhoofdstuk4.6.isaangegeven,verdienthetaanbeveling
omnaasteffektgerichtonderzoekaandehandvanmacrofaunaook
procesgerichtonderzoekaandehandvanalgenuittegaanvoeren.
Indezeopzetpastookdealgengroeipotentietoetswaarmeebijvoorbeeldonderzoekkanwordengedaannaardebeperkendefaktoren
vooralgengroeiinrelatie tothetverkrijgenvaninzichtinde
effektenvanvoorgenomendefosfateringen.
Konkreteaanbevelingen;
-Demonsternamemetbehulpvan"bezinkingsplankton"zoalsdiein
1982isuitgevoerd,kontinueren.
-Algendeterminatieuitbreidenvansoortgroepennaarde
soort,inverbandmethetgebruikvandezegegevensvoormeer
eco-systeemgerichtonderzoek.
-Onderzoeknaardegebruiksmogelijkhedenvanindicesomaande
handvanderesultatenvanhetalgenonderzoekeenwaterkwaliteitsbeoordeling tebewerkstelligen,bijvoorbeeldnaastdeindexvan
DresscherenVanderMark,ookdievanPantleenBuck (lit.26,28).
-Naderonderzoeknaardeopzetenuitvoeringeutrofiëringsonderzoekmiddelseenalgengroeipotentietest (lit.10).
Kostenenpersoneelskonsekwenties vanhoofdstuk4.7.2.
Eenaantalvanindezeparagraafgenoemdeaanbevelingenmetname
heteutrofiëringsonderzoekenonderzoeknaardeeventueletoepassingvanhetsysteemvanCapsersenKarbezalextramankracht
enextradeskundigheidvragen.
Aandeoverigepuntenzalmiddelshetheroriënterenvande
werkzaamhedenvandeaanwezigeH.B.0.-kracht aandachtkunnen
wordengegeven.Geenverderekostenkonsekwenties.
fL^rL—ïit^Ekin^Ji^drobiologischYe-'-É22ËÊr52£^*
a.Routinematigmacrofauna-onderzoek.
Inditverslagisreedsaangegeven,datchemisch-fysischen
-hydrobiologisch-
-72
hydrobiologischonderzoekelkeigeninformatiebetreffendehet
aquatischeeco-systeemaandragen (ziehiervoorooktabel2).
Deresultatenvanbeideonderzoeksmethodenhebbenverbandmet
elkaarenvullenelkaaraan.
Konkreteaanbevelingenvooreenmeereco-systeemgerichtroutinematigmacrofauna-onderzoekbijhetZuiveringsschapDrenthezijn
teformulerenvanuitdeoverwegingdat:
-hetkennenenbeschrijvenvanhetaquatischeeco-systeem,de
ecologische informatieopzich,eenvoorwaardevormtvoorhet
formulerenvanecologischedoelstellingen (zieonderdeelvan
hoofdstuk4.7.3.);
-hetaanpassenvooreensysteemvanbiologischewaterkwaliteitsbeoordelingvoordeprovincieDrentheendedaarinaanwezige
wateren (-typen)ecologischeinformatievereist;
-hetkontrolerenvanecologischedoelstellingeneendaarop
afgestemdonderzoekvereist.
Konkreteaanbevelingen;
1.Uitonderzoekgedurende 1982 (lit.50),isgeblekendatmedein
verbandmetdesterkvereenvoudigdepresentatievandeecologische
informatieindezogenaamde"Kwaliteits-index"(ziehoofdstuk3.7.3.)
seizoeninvloedennietuitmacrofaunamonsterszijnafteleiden.
Daarnaastwordtdebiologischewaterkwaliteit indewaterkwaliteitsrapportenvanhetZuiveringsschap tochaloverzomer-enwinter
halfjaargemiddeld.
Derhalvekanvoordetoekomstwordenvolstaanmethalfjaarlijkse
routinematigemacrofaunabemonsteringen.Daardoorkanzonder
uitbreidingvandemankrachttenaanzienvanhetroutinematige
macrofauna-onderzoek een10-tot20-talbernonsteringspuntenméér
meegenomenwordeninclusiefverdergaandedeterminatie,zodatop
meerchemisch-fysischebemonsteringsplaatsenaanvullendeecologischeinformatiekanwordenverkregen.
Hetroutinematigehydrobiologischebemonsteringsprogrammakanin
principedoordeaanwezigeH.B.0.-kracht wordenuitgevoerd,ook
- in -
- 73-
ineenhierbovenomschreven,herzieneversie.Detijdwinstdie
uithetlatenvallenvantweemonsterroutesperpuntperjaar
voortkomt,kanwordengebruiktvoorhetuitvoerenvaneen
aantalanderegegevenaanbevelingenonderandereinrelatie
totalgenbemonsteringenbemonsteringmiddelskunstmatig
substraat.
Automatiseringvangegevensverwerking zoueenextratijdwinst
opleverenwelkezowelbreedtealsdieptevanhetonderzoekten
goedezoukunnenkomen.
2.Opbestaandeennieuwtekiezenhydrobiologischebernonsteringsplaatsenwaartotnutoemoeilijkinvoldoendeaantallenofmet
voldoendevariatie,macrofaunakonwordenvervangen,alsgevolg
vanhetontbrekenvannatuurlijksubstraat,ishetgewenstom
naastdestandaardschepnetmethodehetgedurende 1982uitgevoerde
kunstmatig substraatonderzoekmetbehulpvandezogenaamde
"mandjesmethode"tekontinuerenmetnameinkanalen.
3.Determinatiesdienen"standaard"tegeschiedenopeenmeest
geëigendniveau.Bijvoorkeurdientgebruiktewordengemaakt
vaneenvoorgekozendeterminatieniveauopeenreedsopgestelde
gekodeerdesoortenlijst,dieinovereenstemmingmetdedoelstellingvanhetonderzoekendebeoogdeverwerkingisopgesteld.
Dezehandelswijzemaaktinvoeropeengeautomatiseerdesoortenadministratiemetonderanderegeautomatiseerdewater(kwaliteits)
idicesennumeriekeverwerkingvandeinformatiemetbijvoorbeeld
clusteranalysemogelijk (bijlage3).
b.Projektmatigmacrofauna-onderzoek.
Hetroutinematigehydrobiologischeonderzoekheefttotdoelde
biologischewaterkwaliteit tebepalenopdaartoevastgekozen,
strategischgelegenbemonsteringsplaatsen.
Bijvoldoendestandaardisatievanzowelbemonsteringsprogrammaals
gegevensverwerking,kanhetroutinematigehydrobiologischeonderzoek
eveneenswordengebruiktvoorhetopbouwenvaneenbestandvan
biologische-enveldgegevens indetijd.Dezehandelswijzeopent
naasthetaccuraatautomatischberekenenvanbiologischewaterkwaliteitsindices demogelijkheid tekomentotresultatendiekunnen
-worden-
-74-
wordengebruiktvoordeinhoofdstuk4.6.aangegeven"ecologische
normstelling".Ditisonderzoek,datuitgaatvaneenecologisch
referentiekader,beoogtdedaarvanafteleidenbiologische
waterkwaliteitseisen,tevertaleninbruikbareecologischenormen
(deachtergrondhiervanisinhoofdstuk 3.6.aangegeven).
Eendirekterebenaderingvanonderzoek,gerichtopdeecologische
normstelling,isprojektmatigeco-systeemgerichthydrobiologisch
onderzoek.Dezetegenhangervanroutinematighydrobiologisch
onderzoekisindeeersteplaatsinderuimtegeoriënteerd.Bij
dittypeonderzoekzalmentrachten,eenaantalbinnenéénwater
(ofwatertype)gelegenbemonsteringsplaatsen ineenzokortmogelijkeperiodeopdesamenstellingvandeaquatischelevensgemeenschappenenopeenaantalrelevanteveldkenmerkenteonderzoeken.
Projektmatigeco-systeemgerichtonderzoekisbijzondergeschikt
voorhetverkrijgenvaninzichtindefaktorendievaninvloed
zijnopdesamenstellingvanaquatischelevensgemeenschappen,zoals
bijvoorbeeld defaktororganischevervuiling.
Vooreengoedeinvullingvanecologischewaterkwaliteitsdoelstellingenendedaaraanteontlenenecologischenormeninde
waterkwaliteitsplanvormingvoordeprovincieDrenthe,isvoortzettingenaanpassingvanhethydrobiologischonderzoeknoodzakelijk.
Konkreteaanbevelingen:
1.Inventarisatieenevaluatievandebruikbaarheidvaninhet
verledeninDrentheuitgevoerdeonderzoektenbehoevevan
ecologischenormstelling.
2.Hetuitvoerenvanmeerecosysteemgerichthydrobiologischonderzoek
opeenaantalbernonsteringspunteninafzonderlijkeDrentse
waterstelselsen/ofafwateringsgebieden.Eénenanderzoalsop
diverseplaatsenindezerapportageisaangegeven.Daarbij
zullendebernonsteringspuntenbijvoorkeurzoveelmogelijk
moetenliggenintrajektenvanminimalenaarmaximalebekende
beïnvloeding ("gradient").
Deinvloedvandebeïnvloedingenopdesamenstellingvande
aquatischelevensgemeenschappen isdaarmeenategaan.
-Wel-
- 75-
Welzaleerst eenprioriteitenschemavandeteonderzoeken
waterenmoetenwordenopgesteld,enzalmoetenwordenafgesprokenwelkemilieukomponentenenlevensgemeenschappen
wordenonderzocht.Ditinrelatietotdeaanwezigemogelijkheden bijhetZuiveringsschapDrentheenreedsuitgevoerd
onderzoek.
Kostenenpersoneelskonsekwentiesvanhoofdstuk4.7.3.
Hetbovenomschrevenmeereco-systeemgerichthydrobiologisch
onderzoek (onderandereinventarisatie,evaluatieennormstelling)vraagtextramankrachtvanacademischniveau.Voor
deuitvoeringvanbepaalde (deel)projektenkanwordengewerkt
metstagiaires.
Januari1983.
- 76-
5.Literatuur.
1.Lange.L.de&deRuiter,M.A.(1977).BiologischeWaterbeoordeling.
MethodenvoorhetbeoordelenvanNederlandsoppervlaktewaterop
biologischegrondslag;WerkgroepBiologischeWaterbeoordeling.
Delft,T.N.O.-InstituutvoorMilieuhygiëneenGezondheidstechniek.
2.Redeke,H.C. (1948).HydrobiologievanNederland,dezoete
wateren.
3.Gijsen,M.E.A.van&CiaassenT.H.L. (1973).IntegraalStruktuurplanNoordendesLands-Landsdeligmilieu-onderzoek.Deelrapport
2:Biologischwateronderzoek,macrofytenenmacrofauna.Leersum,
RijksinstituutvoorNatuurbeheer (RIN).
4.CUWVO-V-1 (1981).Notitieskanalen/beken/meren endiskussie
watertypering.
5.Ministerievanverkeerenwaterstaat (1975).Debestrijdingvan
deverontreinigingvanhetoppervlaktewater.Indikatiefmeerjarenprogramma 1975-1979.'s-Gravenhage,Staatsuitgeverij.
6.Ministerievanverkeerenwaterstaat (1981).Indikatiefmeerjarenprogrammawater 1980-1984.'s-Gravenhage,Staatsuitgeverij.
7.Odern,E.P. (1969).ThestrategyofEcosystemDevelopment.An
understandingofecological successionprovidesabasisfor
resolvingman'sconflictwithnature;Science164.
8.Caspers,H&Karbe,L. (1966).TrophieundSaprobitätalsStoffwechsel-dynamischerKomplex.Gesichtspunkte fürdieDefinition
derSaprobitätsstufen;Arch.Hydrobiol.61:4.
9.Vaas,K.F. (1979).Deontwikkelingvandeaquatischeecologie
inNederland;vakbladvoorbiologen22:59.
10.Bolier,G.&vanBreemen,L.W.C.A. (1982).Standaardisatievan
deAlgengroeipotentietoetsvoorNederland.Delft,Technische
Hogeschool,VakgroepGezondheidstechniek,rapportnr.82.03.
11.StichtingvoorBodemkartering (1965).DebodemvanDrenthe.
Toelichtingbijblad 1vandebodemkaartvanNederland,
schaal 1:200.000,STIBOKA,Wageningen.
- 12.-
- 77-
12.WerkgroepWatervoorzieningDrenthe (1979).WaternaarDrenthe,
Assen.
13.ZuiveringsschapDrenthe (1982).Jaarverslag 1981,Assen,
ZuiveringsschapDrenthe.
14.ZuiveringsschapDrenthe (1974).Supplementrapportkwaliteit
oppervlaktewaterDrenthe 1974.Vergelijkingkwaliteitoppervlaktewateroverdejaren 1971-1972en1974-1975.
15.-21.ZuiveringsschapDrenthe (1975t/m 1981).Rapportenkwaliteit
oppervlaktewater.Assen,ZuiveringsschapDrenthe.
22.NederlandseNorm (1980).Water.Bepalingvandeacutetoxiciteit
metbehulpvanPoeciliareticulata (guppentest);NEN6504.
23.Bots,W.C.P.M.&vanGijsen,M.E.A. (1978).IntegraalStruktuurplanNoordendesLands-Landsdeligmilieu-onderzoek,Deelrapport
3:Relatietussenhetfysisch-chemischenhetbiologischwateronderzoek inhetNoordendeslands.Wageningen,Leersum.
24.Sladecek,V (1973).Systemofwaterqualityformthebiological
pointofview;Arch.f.Hydrobiol.BeiheftErgebnissederLimnologie,7,1-218.
25.MollerPillot,H.K.M. (1971).Faunistischebeoordelingvande
verontreiniging inlaaglandbeken;proefschrift.Tilburg,
Pillot-Standaardboekhandel.
26.Pantle,R&Buck,H (1955).DiebiologischUeberwachungder
GewässerunddieDarstellungderErgebnisse;Gas-undWasserfach,
96. •
27.Gardeniers,J.J.P.&Tolkamp,H.H. (1976).Hydrobiologische
karteringAchterhoeksebeken.In:Modelonderzoek 1971-1974ten
behoevevandewaterhuishouding inGelderlanddeelII.
Comm.Best.Waterhuish.Geld.,diverseonderdelen.
28.Dresscher,G.N.&H.vanderMark (1979).Eeneenvoudigemethode
voordebiologischebeoordelingvandekwaliteitvanoppervlaktewateren;H O , 12:14.
2
29.Beyerinck,W (1927).Oververspreidingenperiodiciteitvande
zoetwaterwiereninDrentseheidepiassen.Verh.Kon.Ak.v.Wet.XXV.
30.Beyerinck,W (1939).DediatomeëenfloravandeDrentsebeken.
Verh.Kon.Ak.v.Wet.XLII.
-31.-
78-
31.Schimmel,H.J.W. (1955).DeDrentsebekenenbeekdalenenhun
betekenisvoorNatuurwetenschap enlandschapsschoon.Staatsbosbeheer,RapportafdelingNatuurbesch.enLandsch.
32.Mur-Atzema,E (1965).Onderzoeknaardefaunavandebekenvan
hetstroomgebiedvandeDrentseAa.R.I.V.O.N.-rapport.
33.Leentvaar,P (1966).Hethydrobiologischonderzoekvanderivier
deReestin1966.R.I.V.O.N.-rapport.
34.Gast,M.K.H. (1965).Onderzoeknaardekwaliteitvanhetwater
inhetstroomgebiedvandeDrentseAa.Wageningen;Landbouwhogeschool,VakgroepNatuurbeheer.Verslagnr.7.
35.Blase,K_(1976).HydrobiologischonderzoekvanhetPeizerdiep,
EelderdiepenSchoonebeekerdiepnaardewaterkwaliteitende
gevolgenvannormalisering indezebeken.
Wageningen:Landbouwhogeschool,VakgroepNatuurbeheer.
36.Maenhout,A. (1977).HydrobiologischonderzoekvandeDrentseAa
endeHunze.Wageningen;L.H.,LH/NBnr.339.
37.Engelsman,S (1978).HydrobiologischonderzoekaandeSteenwijkerAaenhetMeppelerdiep-systeem.Wageningen,Landbouwhogeschool,VakgroepNatuurbeheer.
38.Hendrikse,K.,Langenkamp,B&Oosterveld,E (1979).Resultaten
vaneenbiologischonderzoeknaardegevolgenvanruilverkaveling
ineenDrentsebeekdal.Haren:Proj.gr.Ruilverk.
39.Grootjans,A.P.&vandeMade,J.G. (1982).Waterwinning,natuurbehoudenlandbouwinDrenthe;H20,15:13,331-337.
40.Bots,W.C.P.M.,Jansen,P.C.&Noordewier,G.J. (1978).Fysischchemischesamenstellingoppervlakte-engrondwaternoordendes
lands.EenstudieinhetkadervanhetIntegraalStruktuurplan
Noordendeslands.Wageningen:I.C.W.ReginonaleStudies13.
41.Bekenwerkgroep (1977).Dekarakteristiekeeigenschappenvan
enkelebekeninhetgebiedvandeDrentseAa.Studieweekeinde
WerkgroepBeken,19-21mei1977.
42.Ciaassen,T&vanGijsen,M (1976).Hydrobiologischonderzoek
vandeReestenomringendewaterlopen.Assen:ProvinciaalPlanologischeDienst (P.P.D.).Voorl.Rapport.
-43.-
.J-W-H..JS.W *i,-*t»-**X~mt
- 79-
43.Mol,A (1979).DrentseBeken.Overzichteninterpretatievan
hydrobiologischegegevens,verzameld in 1976eneerder;
RapportP.P.D.vanDrenthe.
44.Kool,H.J.&Nijholt,H (1974).Hetbepalenvanhetgehalte
aanchlorofylinphytoplanktonendewaardevanchlorofyl
alsmaatvoorhetvoorkomenvanphytoplankton;RijksinstituutvoordeDrinkwatervoorziening (R.I.D.)Mededeling74-4.
45.CUWVO,werkgroepVI (1980).Ontwikkelingvangrenswaarden
voordoorzicht,chlorofyl,„fosfaatenstikstof.Resultaten
vandetweedeeutrofiëringsenquête,Lelystad;Rijksinstituut
voorZuiveringvanAfvalwater (R.I.Z.A.).
46.Clifford,H.T.&Stephenson,W (1975).AnIntroductionto
NumericalClassification.NewYork;AcademicPress.
47.Evers,R.H.J. (1980).DenumeriekeverwerkingvanmacrofaunagegevensuitdeMariapeel (L.)overdejaren 1976,1977en
1978;deelI.Wageningen:Landbouwhogeschool,VakgroepWaterzuivering-SektieHydrobiologie.Doctoraalverslagenserie80-6.
48.Ward,J.H. (1963).Hierarchicalgroupingtooptimizeanobjektivefundation;J.Amer.Stat.Ass.58.
49.Verdonschot,P.F.M. (1977).Hetgebruikvankunstmatigsubstraat
voordebestuderingvandemacrofauna-levensgemeenschappen in
vervuildebekenindeAchterhoekWageningen:VakgroepNatuurbeheer-L.H.LH/NB76/77nummer367.
50.Ottens,K. (1982).Kunstmatig substraatalsbemonsteringsmethode
voormacrofaunatenbehoevevanroutinematighydrobiologisch
onderzoekbijhetZuiveringsschapDrenthe;Assen,ZuiveringsschapDrenthe.
51.Kruize,R.R.&Smaal,A.C. (1980).Waterkwaliteitsbeoordeling.
Onderzoeknaarsystementerbepalingenbeoordelingvande
kwaliteitvanhetoppervlaktewater inNederland;LASOMthema
A 1980-13.Delft,T.N.0.
52.Klapwijk,S.P. (1980).Hydrobiologischonderzoeknaarde
uitwerkingvanhetwaterkwaliteitsklassensysteemvanCaspers
&KarbevoorgroterewatereninZuid-Holland. Ieconcept.
Leiden:HoogheemraadschapvanRijnland-TechnischeDienst.
fig.1
voedselrelatiepatroon in een aquatischecosysteem
- 80
warmte
i
consumenten
waterdieren
eencelligen
kreeftachtigen
larven
vissen
vogels
zoogdieren
dood organisch
materiaal
C-bron
G2 groene
producenten
fP
hogere planten
algen/ wieren
zuurstof
afbrekers
bacteriën
anorganisch materiaal
(opgeloste) zouten als N, P, S
Na,K, Ca, etc.
zware metalen
C02
warmte
- 81
00
+
x
c
o
O)
•o
<D
CU
II
(0
o
ü
(0
.0)
GO
O
00
1
V
1
O)
oo
"O
(0
C
Cü
ö)
lO
0)
J5
CM
O
o
—I-
o
O)
H
o
co
—I-
o
1^.
o
o
—I-
o
«O
ö)
ue)unds6uu3)suouieq ap UBA %
I
i
i
- 82 -
Figuur 3: Schema van h e t k r i n g l o o p p r o c e s van opbouw en afbraak in h e t w a t e r .
organische belasting
saprobiëring
anorganische belasting
eutrofiëring
i
i
i
afvoer van nutriënten en organische stof
a.Eenschemavanhetkringloopprocesvanopbouwenafbraakinhetwater,
metdaarbijdetrofie-aspekten(nutriëntenenprimaireproduktie)ende
saprobie-aspekten (sekundaireproduktieenafbraakvanorganische stof).
Depijlenbovenaanduidendeaanvoervanbuitenafvanan-organische
enorganischestofaan;depijlenonderaanrepresenterenhetoverschot
daarvan.
f
anorganische belasting
hypertrofiëring
organische belasting
saprobiëring
I
I
1
i
i
II
i
afvoer van nutriënten en organische stof
b.Overmatige toevoervanplantenvoedende stoffenverhoogtineerste
instantiedeprimaireproduktie,maarbeïnvloedtuiteindelijkde
gehelecyclus.
(GewijzigdnaarCaspersenKarbe,Claassen 1979).
-83-
BIJLAGE 1:Begrippenlijst.
Abiotischmilieu
Deniet-levendekomponentvanheteco-systeem,
tewetenhetchemisch-fysischemilieuzoalsbijvoorbeeldan-organischevoedingsstoffenende
fysischeomgeving.
Afbrekers
Organismendiezichvoedenmetdood,organisch
materiaal.Hiertoebehorenbakteriënenschimmels,
maarookwelplanten-endiersoorten.
Aquatisch
Vanhetwater.
Autotrofie
Hetverschijnseldatorganismen"zelfvoedend"zijn,
datwilzeggendatzijinstaatzijnuitan-organischestoffenhuneigenbouwstenen,tewetenorganische
koolstofverbindingen alseiwittenenkoolhydraten
teproduceren.
Biomassa
Dehoeveelheidorganismenperruimte-eenheid,
bepaalddoormiddelvanhet"nat-gewicht"of"drooggewicht".Debiomassavormteenmaatvoordeproduktie.
Biotischmilieu
Delevendekomponentvanheteco-systeem,teweten
hettotaalvanhetplanten-endierenleven.
Chlorofyl
Hetfotosynthetischepigmentvangroeneplanten.
Consumenten
Organismendiezichvoedenmetandere,levende,
dierlijkeofplantaardigeorganismen.
Cultuurlijk
Planten-endierenwereld zijngrotendeelsdoorde
mensbepaald.
Decompositie
Deafbraakvanorganischmateriaal.
Diversiteit
Deverscheidenheidvansoortenineeneco-systeem.
Ecologie
Deleervanderelatiesvanorganismenonderling
enmethunniet-levendeomgeving.
Eco-systeem
Hetsamenhangendegeheelvanlevendeorganismen
endeniet-levendeomgeving,inklusiefderelaties
tussendesamenstellendedelen.
Fauna
Dierenwereld.
Flora
Plantenwereld.
-Fotosynthese-
-84-
Hetproceswaarbijgroeneplantenonderinvloed
Fotosynthese
vanlichtkoolzuurgasenwateromzetteninkoolhydraten.Bijditproceskomtzuurstofvrij.
Werkingvaneenobjekt,inrelatietotéénofmeer
Funktie
gebruiksdoeleinden.
Hetgeheelderprocessendatinheteco-systeem
Funktioneren
werkzaamis,alsgevolgvandeenergiediedaarin
wordtdoorgegeven.
Hetverschijnseldatorganismen"andersvoedend"
Heterotroof
zijn,datwilzeggennietinstaatzijnhuneigen
organischebouwstenenteproduceren,maardaarvoor
afhankelijk zijnvandoodoflevendorganisch
materiaal.
Hydrobiologie
Deleervanhetleveninhetwater.
Kwaliteit
Demaatwelkeaangeeftinwelkekonditieeenobjekt
zichbevindt.Kwaliteitvaltnietlostezienvan
eentoetekennenwaarde-oordeelenisalszodanig
eensubjektiefbegrip.
Levensgemeenschap:
Verzamelingvanverschillendesoortenorganismen
dieineenbepaaldeomgevingvoorkomenendiemet
elkaarenhunomgevinginwisselwerkingverkeren.
Methetbloteoogzichtbare,ongewerveldezoet-
Macrofauna
waterdieren.
Milieu
Desomvanbiotische-enabiotischelevensvoorwaarden.
Microflora(-fyten)
Microscopischealgen,ofweleencelligewaterplanten.
Mineralisatie
Hetafbraakproceswaarbijalsgevolgvanbakterielewerking,organischestofwordtomgezetin
anorganische (voedings-)stoffen.
Natuurlijk
:
Onafhankelijkvanmenselijkhandelen.
Nutriënt
:
Voedingsstof (ookplantenvoedende stof).
Micro-nutriënten:
Chemischeelementendieessentieelzijnvoorde
groei,maardieslechtsinkleinehoeveelheden
benodigd zijn(spore-elementen).
Macro-elementen-
-85-
Macro-nutriënten
Denegenelementendiedebasisvormenvande
levendematerie:zuurstof,waterstof,koolstof,
stikstof,fosfor,kalium,calcium,magnesiumen
zwavel.
Oligotroof
Voedselarm.
Optimum
Destabieleeindfasevaneensuccessie,bestaande
uitplantenendierendieinevenwichtmetelkaar
enmethunmilieuleven.
Oppervlaktewater
Elkepermanentofgedurendeeengrootdeelvanhet
jaaraanwezige,aaneengeslotenwatermassadieeen
grensvlakheeftmeteennatuurlijkebodemeneen
opengrensvlakmetdeatmosfeerheeftenwaarin,
bijeenvoordatwaternormaalbeheer,eenaquatischeco-systeemmeteenzekerematevannatuurlijkheidaanwezigis,respektievelijk zichontwikkelenkan (naarI.M.P.1980-1984).
Norm
Algemeneregel,meteenbepaaldematevanbindendheid.Eennormkomtveelaltotstandineen
kompromistussentheoretischeenpraktischeoverwegingen.
Parameter
Kwalitatief enkwantitatief temetenfaktordie
voorzichofineensamenhanggebruiktwordtvoor
eentoestandsbepalingvaneenobjekt.
Plankton(fyto-en
Organismendievrij-zwevend inhetwaterleven.
zoö
Primaireproduktie; Deopbouwvanorganischmateriaaldoorautotrofe
organismen.Bijditproceskomtzuurstofvrij.
Saprobie
: Detoestandvanhetwatermetbetrekkingtotde
hoeveelheidorganische (afval-)stoffen;met
anderewoordendematevanorganischebelasting.
Sekundaireproduktie:Deopbouwvanorganischmateriaaldoorheterotrofeorganismen.Bijditproceswordtzuurstof
verbruikt.
Struktuur
: Dekwalitatieveenkwantitatievesoortensamenstellingenderangschikkingvandeorganische
componenten.
-Toxisch-
-86-
Toxisch
: Giftig.
Toestand
: Demaatdieaangeeftinwelkekonditieeenobjekt
zichbevindtaandehandvandebestmogelijke
kwalitatieveenkwantitatievebeschrijvingmet
behulpvanrelevante,objektiefmeetbareparameters.
Trofie
: Detoestandvanhetwatermetbetrekkingtotde
hoeveelheid anorganischevoedingsstoffen;met
anderewoordendematevanvoedselrijkdom.
Typologie
: Watertype-indeling,aangevuldmeteenecologische
beschrijvingpertype.
Waterkwaliteit
: Detoestandvanhetwaterinchemisch,fysisch
en(micro)biologischopzicht.
Zelfreinigend
vermogen
: Biologisch-afbrekend vermogenvanhetwater.
-87-
Bijlage2Vergelijkingvanchemisch-fysischenhydrobiologischonderzoek.
Chemisch-fysischonderzoek
Hydrobiologischonderzoek
Iedermonsteriseenmomentopname
-Iedermonstergeefteenbeeldvan
("statisch")enismetnamein
debiologische toestandover
stromendewaterenwaterkolom-
langeretijd ("dynamisch")enis
gebonden.
meerplaats-bodemgebonden.
Chemisch-fysischonderzoekmoet
-Hydrobiologischonderzoekkanvoor]
vooreen"kompleet"beeldvanhet
een"kompleet"beeldvandebio-
waterfrekwentwordenuitgevoerd.
logischetoestandvolstaanmet
eenlagerebernonsteringsf
rekwentie.
Iederebepalinggeeftslechtséén
-Iedermonstergeefteenbeeldvan
deelaspektvanhetabiotischedeel
hetaquatischeeco-systeemals
(enéénrandvoorwaardevoorhet
totaliteitenkansterkbepaald
biotischedeel)vanhetaquatische
zijndooreenéénmaligeminimum-
eco-systeemweer.
situatievanéén(abiotische)
randvoorwaarde.
Bemonstering,verwerkingenanalyse -Bemonstering,verwerkingenanavanderesultatenkosten (relatief)
lysevanderesultatenzijn
weinigtijd.
(relatief)tijdrovend.
Analysemethoden (bestbeschikbare
-Bernonsterings-enverwerkings-
technieken)zijnexactenresultaten
methodenzijnonderhevigaan
zijnreproduceerbaarenkwantifi-
"vertekening";resultatenzijnvaak
ceerbaar.
nietaltijdreproduceerbaaren
moeilijkkwantificeerbaar.
Chemisch-fysischeparametersbepalen
(Informatie)biologischeparameters
(enwordenbepaald door)debiolo-
zoalsdestruktuurvanlevens-
gischeprocesseninhetwateren
gemeenschappen,deindikatieve
gevendirekteaanwijzingenomtrent
waardevanafzonderlijkeorganis-
dekwalitatieveenkwantitatieve
men,gevengeendirekteaanwijzing
aspektenvanvervuiling.
omtrentkwalitatieve-enkwantitatieveaspektenvanvervuiling,
maarvormeneenvanprocessen
afgeleideffekt.
Bijlage 3.: Gekodeerde s o o r t e n l i j s t met voorgekozen determinatieniveau .(macrofauna)
O
K>
O
U"
co
o
TO
o
O
ro
o
ro
o
o
O
CA
ro
Ln
—
o
—à
o — —
O
O
O
_»
_
w
O
O
O
H
-*
o
co
o
O
— — o
n
n
o
o
o
o
-*
T»
P
•o
3
—
.£»
C5
O
— -» -*
(-•
c
3*
O
O
o
O
crv
O
o
-* — —
o o o
er« ui
o
o o o
_»_._»
t-. h-,
H-
•-•
o>
>-»
ft
M-
& 3
— — o
—
rr
»-• M-
O
—
O
H-
&
NJ
O
Ui
O
o
o
£>
rO
O
O
o
o
o
o
•"(p
p
3
•tl
u
3
cr
w
•o
n
re
CA
•P-
ro
o
•o
c
3
00
*TJ
IO
O
o
o
ro
O
O
p
3
00
3
D-
c
P
3
3
oo
*
rr
C
TO
oo
rr
w
i-1
o
o
\o
o
o
3
O
o
o
er
3
cr*
rt
p
•i
cT
P
rr
ft
3
ra
•O
* • •
O
U>
O
rr
P
P
*
O
X-
09
O
er
00
o
co
o
o
ra
co
o
X
o
o
o
o
•e-
o
NJ
O
O
o
o
13
CA
CA
O
I-t
•o
co
o
o*
c
n
o
c
en
**
O
O
O
o
o
o
o
o
o
rt
P
ü*
3
CA
vO
O
3*
P
00
co
o
*-
o
o
o
o
*
T3
O
O
O
o
O
o
o
.>
Ui
•t-
-CU>
O
•cro
o*o
o
•O
N3
U)
jf>
ro
o
o
o
£-
o
o
O
CA
rt
H«
O
•o
T3
P
•1
rr
•ö
3
1—
O
u>
ro
o
o
CA
3
3
O
rr
ro
3
rr
O
n
p
3
o.
3
ra
o
H*
O
^
rr
CU
3
rt
en
co
3
•o
3
3
O.
ra •ora
ra
O.
cio
ra
o
n
ro
ra
rr
H
*
h
"
r
t
ra ra
0
rr
ra
ro ra
**
H**
CA
co
10
rr
*
ra
co
3
O.
•a
O
K>
O
O
3
Cu
3
cara
ro r r
*
rt
** *
3
CL
•o
ra
n
ra
ro
rr
*
CA
N
P
<
n
3
p
•-ï
3
O
't
rt
o
o
CA
TJ
o
h-»
T3
CA
•o
o
o
CA
u
I-t
p
CA
T3
H-
O
*o
o
o
o
•i
3
co
co
T3
CA
•o
o
o
<
•o
co
O
o
J>
O
\D
O
O
U)
ro
o
3
0
O
o
o
T3
CA
TJ
•o
ra
ra
ra
ro
ro ro
ra
ro
o
n
n
n
o
o
r>
n
ro
»-•
n
Hro
D
ro
ro
ro
ro ra
ro
co
co
co
ro
CA
w
CO
co
T3
CA
CO
CA