hoofdstuk 2 - BK

Download Report

Transcript hoofdstuk 2 - BK

Twee
Schoonheid en lelijkheid hebben dezelfde oorsprong.
Noem schoonheid, en er is lelijkheid.
Erken je de deugd, dan erken je daarmee het kwaad.
Is en is niet brengen elkaar voort.
Het moeilijke wordt geboren in het gemakkelijke,
lang wordt bepaald door kort, hoog door laag.
Instrument en stem vormen samen één harmonie.
Voor en na hebben een plaats.
Daarom kan de wijze handelen zonder moeite
en onderwijzen zonder woorden,
zorgen voor dingen zonder ze te bezitten,
en iets tot stand brengen
zonder verdienste te verwachten.
Alleen hij die niet probeert iets te bezitten
kan het niet verliezen.
Twee
Wanneer de mensen het mooie mooi gaan vinden, ontstaat het lelijke.
Wanneer de mensen het goede goed gaan vinden, ontstaat het kwade.
Want, zijn en niet-zijn brengen elkaar voort,
makkelijk en moeilijk vinden elkaar,
lang en kort meten zich aan elkaar,
geluid en toon klinken in één,
voor en na volgen elkaar.
Daarom doet de wijze niet
en onderwijst hij zonder woorden.
Zo allen in de wereld de schoonheid als schoon erkennen,
dan bestaat ook het lelijke.
Zien allen het goede als goed, dan bestaat ook het kwade.
Bestaan vooronderstelt niet-bestaan;
gemakkelijk geeft het aanzijn aan moeilijk;
kort wordt bij vergelijking ontleend aan lang;
laag wordt van hoog onderscheiden;
weerklank begeleidt klank,
het na volgt op het voor.
Daarom volbrengt de wijze zijn taak
zonder te handelen,
en brengt hij zijn leer zonder woorden.
Alles voltrekt zich zonder zijn tussenkomst.
Hij neemt niets aan en wijst niets af.
Hij doet zijn werk, zonder vast te houden
en zonder om erkenning te vragen.
Hij eigent zich het werk niet toe,
en zo verblijft hij er in.