Emile Gemmeke - Recht voor iedereen

Download Report

Transcript Emile Gemmeke - Recht voor iedereen

Emile Gemmeke
De Geerkamp 1014
6545 HB Nijmegen
024-3739514 / [email protected]
Aan
OPEN BRIEF
prof. dr. A.H.G. (Alexander) Rinnooy Kan
Lid Eerste Kamer
15e op de lijst van Nederlands invloedrijkste personen (de Volkskrant)
(digitaal [email protected] & kopie diverse)
Nijmegen, 20 december 2016
Onderwerp:
D66 Nu vooruit … (naar meer populisme?)
Geachte heer Kinnooy Kan, beste Alexander,
Nogmaals dank voor uw vriendelijke email gisteravond om 23:38 waarop ik
spontaan reageerde en iets later aanvullende informatie gaf.
Op uw website lees ik dat u een modellen-mens bent, een conceptueel
denker. Dat wist ik al en dat was mijn reden u te benaderen.
De link naar uw website zit achter uw foto … dit geldt verder in dit PDF-document, er
zitten links in, alles serieus bekijken en opnemen kost wel enkele uurtjes.
Tot een visie komen kost tijd, dat is informatie opnemen en laten bezinken.
Alle informatie in een keer leidt tot niets,
Op weg naar meer populisme ?
De email waar u op reageerde had als onderwerp “Het opkomend populisme neerslaan, is dat
mogelijk?” en bevatte een brief aan debat-leden.
In die brief zat aan het einde de kern, waarnemingen over politici en vooral juristen, die
beschamend is. Ik heb het over waarnemingen, ervaringen en vooral over communicatie.
Het gebrek eraan, dus geen antwoord, of een antwoord dat boosheid opwekt.
Opgewekte boosheid is een van de vele oorzaken van het populisme.
Ik ben niet zo snel als Lucky Luke, de man die sneller schiet
dan zijn schaduw, maar wanneer men tegen mij zegt:
“Emile, hier is een kluitje, ga er mee het riet in …”
dan sta ik alweer voor diens neus, na dat retourtje riet,
voordat het laatste woord is uitgesproken.
Dus nare lastpost of een luis in de pels, net wat u wilt.
(voor wie deze stripfiguur niet kent, er even op klikken)
D66 Nu vooruit … en dan meer populisme?
Deze in 1955 in Wassenaar geboren jongetje is altijd van de rede
geweest en dat heeft er toe geleid dat ik altijd D66 heb gestemd.
Daarnaast ben ik een mensen-mens en ben zeer praktisch aangelegd.
Ik zal nooit iemand vertellen dat er verkeerd wordt gedaan, zonder een reel alternatief aan
te bieden. Hoewel het reële alternatief niet in de brief stond, de indicatie, dat ik die meende
te hebben, was er wel goed uit af te leiden.
Alexander Pechtold is optimistisch, zo blijkt uit de nieuwe lijn van het zieltjes winnen.
Emile Gemmeke
Zeker, optimisme uitdragen zal een aantal mensen ook zo stemmen, dat is een eenvoudig
psychologisch effect.
Maar is dit effect groot genoeg om het dalend vertrouwen te niet te doen?
Ik maak het concreet, u en ik zijn modellen denkers en wiskundig aangelegd.
Stel op Emile’s Maatschappelijk Vertrouwensschaal, die lineair is, is de daling van het
vertrouwen jaarlijks zo’n 10 eenheden. Alexander zijn optimisme werkt.
Zijn aandeel verhoogd jaarlijks het vertrouwen met zo’n 5 eenheden, een mooie prestatie
om trots op te zijn. Maar niet genoeg, dat de snelheid van de daling afneemt klopt, maar
het resultaat is zeker niet “vooruit”.
Jan Terlouw gaf hints “het touwtje uit de brievenbus”
Jan sprak ons op 30 november 2016 bij De Wereld Draait Door toe.
Hij sprak over het publieke belang en het vertrouwen in elkaar.
Was mijn “slotkoor” in mijn brief niet dat het vertrouwen naar de knoppen
gaat? Heel concreet dat mensen het riet in sturen contraproductief is?
Over “slotkoor”, een verbeterde versie van de brief bevat een mooie
uitvoering van dat slotkoor, zo’n filmpje ontroert mij, dan hoor en zie ik
“Alle Menschen werden Brüder”
Terug naar Jan Terlouw, het mag duidelijk zijn dat een klik op Jan “uitzending gemist”
opent. Luister naar wat Jan op tijdstip 4:55 sprak:
“We vertrouwen elkaar niet meer … een ondernemer zei pas tegen me … als ik … wat ik
vroeger met een handdruk bekrachtigde, dat gaat nu met vijf contracten … en een ander zei
als ik een brug nu moet bouwen heb ik meer juristen nodig dan ingenieurs.”
Iets later haalt Jan hard uit over het gedrag van personen die tot de overheid behoren,
feitelijk: “u stuurt de burger niet het riet in, dat hoort niet.”
Wat was uw reactie op mij?
Ik heb geen zorgen geuit. wel schreef ik dat ik ze had.
Direct ging ik naar argumentatie, een reactie op die argumentatie was welkom geweest.
Elkaar zorgen aanpraten mag van optimistisch Alexander Pechtold niet.
Ook schrijf ik helder dat onze wetten goed zijn, maar dat er slecht mee overweg gegaan
wordt. Ik betoog dat het populisme haar bron heeft in een afgezonderd hoekje van onze
rechtsstaat, daarnaast geeft mijn brief indirect een oplossingsrichting.
Die is zeker niet politiek (nieuwe verkiezingen).
2
Emile Gemmeke
Wel dat iedereen gewoon zijn werk gaat doen … klaar!
In de brief verwees ik naar Herman Tjeenk Willink zijn bijdrage op 4 februari
2014, een debat van drie uur waarvan ik veel gehoord heb.
Enkele sprekers spraken in mijn optiek toen wartaal, zoals Joost Taverne dat
recent ook sprak, maar Herman zeker niet, hij kwam met haarscherpe waarnemingen.
Ik stel voor dat u even naar boze Herman luistert die sprak:
“Verder noem ik het besef dat gematigdheid alleen gegarandeerd kan worden door een stelsel
van checks and balances.
Anders gezegd: geen evenwicht zonder tegenwicht en geen samenspraak zonder
tegenspraak. Als er geen tegenwicht is, kan er ook geen evenwicht zijn, en als er geen
tegenspraak is, kan er ook geen samenspraak zijn.
Dat klinkt logisch, maar er wordt permanent tegen gezondigd.
Elk tegenwicht wordt onmiddellijk gezien als tegenstand, en dat is een misverstand.
Vandaar dat we zo slordig met onze instituties omgaan, wat ook geldt voor de
politiek.”
De weg “vooruit” gaat van waarnemingen via analyse en creativiteit naar de oplossing.
Ik heb in gedachten die weg afgelegd, ik heb de routekaart en wil die aanbieden.
Dan is Alexander Pechtold zijn optimistische uiting niet nodig.
Dan zal het volk waarnemingen doen en niet acteren op basis van opgewekt gevoel.
Dus op basis van feitelijke waarneming.
Populisme is “op het gevoel” spelen en geloof mij, dat doet Geert Wilders beter dan
Alexander Pechtold, dus blijf weg van dat terrein, keert terug waar de kracht van D66 zit:
de rationale.
Vertrouwen en “het gevecht” (1)
Even van de verhaallijn af, even iets anders.
Tijd om begrippenkaders te synchroniseren, dus dat u weet welke informatie ik gebruik.
Jan Terlouw sprak “meer juristen nodig dan ingenieurs”.
Wist u dat het aantal advocaten nu ruim 17.000 is op een bevolking van 17.000.000? 1
In 1952, toen de Orde van Advocaten werd opgericht, was dat 1200 advocaten bij een
bevolking van 10.114.000 inwoners.
In ruim zestig jaar tijd van een ratio van 1 op 8.500 naar 1 op 1.000, dus 8,5 maal zo veel!
Dat is niet alleen voor die contracten, dat is ook voor het opwekken van wantrouwen.
Toen ik na mijn scheiding bij de notaris was voor de overdracht van mijn aandeel in de
woning, ik werd uitgekocht, sprak de notaris mij toe (niet letterlijk):
“Meneer Gemmeke, u wilt toch niet dat dit geld ooit teruggaat naar uw ex-partner?
Mocht na uw overlijden een van uw dochters overlijden zonder partner of kinderen, dan
vloeit het geld terug. Ik adviseer u een testament op te maken.”
Ik ga even grof, maar tevens heel eerlijk:
De hufter, hoe idioot! Moet ik na mijn dood nog haatdragend zijn naar mijn
ex-partner die mij twee prachtige dochters geschonken heeft, waarmee ik
vijfentwintig jaar heb samengeleefd?
1
Bron : Jaarverslag Hof van Discipline 2015
3
Emile Gemmeke
Moeten na mijn dood mijn dochters van mij die opdracht krijgen:
“hou dit geld gescheiden van andere geldstromen,
immers na jouw dood mag de rest wel naar je moeder, maar dit niet”?
Is dit niet aanzetten tot haat?
Daarbij wat voor een waardeloze opdracht aan mijn dochters:
moeten ze boekhouder worden!
Wist u dat vrij recent ook D66 voorstander was dergelijke zaken bij wet te regelen, dus dat
elke erfgenaam een boekhouder wordt?
Wil u van mij de email wisseling hierover met de Tweede Kamer D66-fractie?
Een tijdelijke medewerker van de VVD heeft mij gebeld, een leuk gesprek, ik heb hem aan
het denken gezet, denken … dat zou daar vaker moeten gebeuren.
“Vriend” VVD wilde echt gaan boekhouden in zijn leven.
Ik vroeg naar de praktische uitwerking.
Ik ben immers erg praktisch, dus: “hoe ga je dat dan doen?”
Antwoord laat zich raden: een Word of Excel bestand.
Wat dertig jaar later de juridische waarde van deze boekhouding is, waar niet jaarlijks een
handtekening van beide partijen onderstaat is, dat laat ik voor wat het is.
Maar als de veranderingen in de ICT de komende dertig jaar zijn, wat ze de afgelopen
dertig jaar zijn geweest, dan is over dertig jaar zijn bestandje niet meer te lezen:
 Zijn USB-stick een museum artikel zoals nu de 8 inch, 5.25 en 2.5 inch floppy
allemaal zijn (hebt u ze alle drie gekend?).
 Dan is Microsoft al twintig jaar van de aardbodem zoals Kodak dat ook is, gewoon
ergens de aansluiting in de verandering gemist.
 Staan er op onze Aardbol nog maar dertig computers die door zo’n zestig
deskundigen bediend kunnen worden, die museumstukken zoals die USB-stick
nog kunnen lezen.
 Etc …
Samengevat: zowel juridisch als technisch een slecht idee.
Maar … het wantrouwen is er wel mee opgewekt.
Vertrouwen en “het gevecht” (2)
Een bekende uitspraak is “de aanval is de beste verdediging”.
Maar het besef ontbreekt bij velen dat aanvallen, voordat er echt een oorlog is, feitelijk het
veroorzaken van de oorlog is.
In onze buitenlandse betrekkingen is men daarvan zeer bewust.
Ministers van buitenlandse zaken vliegen de wereld rond om brandhaardjes in de kiem te
smoren. Daarbij zijn er ook vredesmissies.
Dus internationaal gaat het goed!
Intranationaal is het anders, daar zijn die contracten en dat testament vol wantrouwen.
Bij de eerste de beste daad van de ander die maar als verkeerd kan worden gezien, gaat de
vlam in de pan.
Och, ik overdrijf misschien iets, maar zeker 25 procent van de advocaten (juristen) zijn
aanhangers van het “de aanval is de beste verdediging” doctrine.
De kans op “vrede” is dan even groot als dat kans dat beide partijen een fatsoenlijke jurist
hebben: 0,75 * 0,75 = 0,56 (dus 56 procent).
4
Emile Gemmeke
Hmmm, bij de optimistische kijk dat 75% van onze juristen niet overdreven strijdlustig
zijn, zal in 44% van de gevallen, waarbij er inzicht verschillen zijn, al strijd komen.
Logisch dat het aantal vechtscheidingen toeneemt?
De analyse
Terug naar de hoofdlijn.
Stelling: het recht heeft zich de afgelopen eeuw vervreemd.
U bent een modellen denker, ik ga erg abstract, ik introduceer de HCQ.
Dit is de Human Capacity Quotiënt, een variatie op de IQ, maar niet alleen intelligentie
wordt meegenomen. Een multidimensionaal begrip waarin bijvoorbeeld ook Sociale
Intelligentie en Praktisch Denken zit.
Ideaal is het wanneer mensen vroeg op de juiste opleiding worden gezet, dus:
 Laag HCQ:
VMBO;
 Normaal HCQ:
HAVO;
 Hoog HCQ:
VWO.
Maar aan het einde van de basisschool spelen veel zaken een rol bij de toewijzing.
De CITO-toets was ooit ontworpen om die toewijzing scherp te maken, maar alle
onderzoeken tonen aan dat er veel meer factoren zijn.
Modelmatig krijgen we dan een normaalverdeling met een gemiddelde en een spreiding.
Ik schat die spreiding vrij hoog, ik schat dat minstens 5% van de VMBO-ers beter op het
VWO hadden kunnen komen en omgekeerd.
Hoe is het zo’n 5-6 jaar later met deze leringen?
Mijn gedachten daarover stel ik uit, eerst weer een synchronisatie van gedachten.
Pythagoras en Cesare Beccaria
Tussen deze heren zit zo’n 2250 jaar verschil en beiden hebben
ons geholpen.
Beiden hebben nagedacht, geanalyseerd en conclusies getrokken.
Pythagoras zijn conclusie was zijn stelling, die vandaag de dag
elke HAVO en VWO leering in de derde klas krijgt.
Kennisoverdracht waarbij gewoon de tijd wordt genomen om van de stelling de volgende
kenmerken over te dragen:
 Het bewijs
(ondertussen zijn er ruim 100 verschillende methodes);
 Het toepassingsgebied (de rechthoekige driehoek in de vlakke ruimte);
 De stelling.
Perfect, laat ik nu eens bekijken wat Cesare Beccaria bedacht heeft.
Hij was een Italiaanse filosoof en politicus met grote invloed op het denken over het
strafrecht. Fijn dat denken … daar hou ik wel van.
Dus er is gedacht en er is een resultaat.
Dat was bij Pythagoras ook en daar heet de gedachte “afleiding”.
Gaat u even zitten?
Geen hartaanval krijgen, geen huilbuien.
Want ik ga verklappen hoe de gedachtegang van Cesare Beccaria anno 2016
gedoceerd wordt.
5
Emile Gemmeke
NIET !
Weg afleiding, weg gedachtegang!
om te voorkomen dat ooit een jurist nog eens op zoek gaat, is het resultaat:
het Legaliteitsbeginsel.
Beginsel! Dus iets waarnaar het zoeken van de achterliggende gedachte geen zin heeft.
Een afleiding die u en ik, als wiskundig ingestelde personen koesteren, een logische afleiding,
zoals bij Pythagoras al 2500 jaar bewaard, zoiets flikkeren onze juristen binnen 250 jaar
gewoon weg. In het “academisch” rechtenonderwijs is over:
 Het bewijs (weg);
 Het toepassingsgebied (het strafrecht);
 De stelling (artikel 7 Europees Verdrag van Rechten van de Mens en artikel 1
van het wetboek van strafrecht).
Hoe weet ik dit?
Eerst waarneming, dan analyse, dan conclusie, dan weerleging vragen.
De waarneming was toen ik een college van professor dr. Roel Schutgens
zag. Roel was bijna lyrisch over het legaliteitsbeginsel. Vooral de non-verbale
communicatie gaf mij dat gevoel: hij leek geen dieper verband te zien.
Bijzonder, mijn rechtsbegrip gaf aan dat dit er wel moest zijn.
Met speuren kwam ik op Cesare Beccaria die met een werkelijk beginsel kwam:
Het gelijkheidsbeginsel: de strafrechtelijke sancties moeten dezelfde zijn voor de eerste
burger en voor de nederigste.
Uit het gelijkheidsbeginsel vloeien diverse praktische zaken en daaruit vloeit weer wat
onze juristen noemen “het legaliteitsbeginsel”. Wat een betere term is weet ik niet,
misschien legaliteitsgevolg of legaliteitsprincipe.
Zoals ik in mijn brief aan de debat-leden schreef, met Luxemburgs boerenverstand komt
men een heel eind in de wereld van het recht.
Helder is dat alleen daden voor strafvordering geschikt zijn, die ten tijde van de daad in de
wet als strafbaar waren aangemerkt en zoals Roel sprak
“de Hoge Raad heeft zich gegeven het legaliteitsbeginsel niet gemachtigd gevoel om de
betekenis van die wet op te rekken.”
Iets dat anno 2016 de rechters in de zaak Geert Wilders wel doen: oprekken.
Opeens is nationaliteit een “bijzonder ras”.
Hoeveel Luxemburgs boerenverstand is bij onze Hoge Raad nog aanwezig?
Zijn daar personen terecht gekomen met een hoge HCQ?
Of was de selectie ongunstig … och, ik loop vooruit.
Ik zoom in op strafvordering, dat is alles rondom een dader berechten, dus ook het
onderzoek, getuigenverklaringen, in zeker bewaring stellen etc..
U, ik en Peter R. de Vries mogen dat niet: straf vorderen (doen wij dat wel dan heet dat
eigenrichting).
Het recht van strafvordering is uitsluitend bij de overheid, bij het Openbaar Ministerie.
De eerste zin van artikel 70 van het wetboek van strafrecht is:
Het recht tot strafvordering vervalt door verjaring
6
Emile Gemmeke
Hoe geniaal is wat hier staat.
Staat zeker al heel lang in de wet, immers klasse en dus van voor het tijdperk van verval.
Hier staat geen recht van de dader, bijvoorbeeld dat hij vrij uitgaat.
Maar zo rond 2005 begon men kriebels te krijgen.
Er waren niet opgeloste moorden die bleven knagen, maar ook het seksueel misbruik van
kinderen door medewerkers van de Rooms Katholieke Kerk knaagde.
Het populisme was duidelijk, regel of geen regel: oppakken en straffen.
In tien jaar tijd zijn de verjaringstermijnen behoorlijk opgehoogd en dat levert natuurlijk de
vraag op: “welke verjaringstermijn geldt?”
Volgens mij is het antwoord heel eenvoudig wanneer men de afleiding van het
legaliteitsbeginsel nog had, dus het gelijkheidsbeginsel.
Dat gelijkheidsbeginsel in combinatie met een beetje Trias Politica filosofie geeft volgens
mij een helder antwoord.
De opties voor verjaringstermijn zijn:
(a) Wat ten tijde van het misdrijf in de wet stond, net zoals de maximale straf
(artikel 7 Europese Verdrag van de Mens en artikel 1 wetboek van strafrecht);
(b) Wat ten tijde van de strafvordering in de wet staat (dus nu).
Is de wet dus aangepast, dan is de nieuwe wet van toepassing;
(c) Optie (b), maar niet voor zaken waarbij voor de wetsaanpassing de verjaring
voldaan is.
De Nederlandse Hoge Raad verdedigd standpunt (c) en gebruikt in haar argumentatie “het
materiele recht” van de dader, maar dader is niet genoemd in artikel 70.
Advocaat-Generaal bij de Hoge Raad, oud-professor Geert Knigge, heeft enkele jaren
geleden onderzoek gedaan, onderzoek is een groot woord. Geert heeft niet zoals Cesare
Beccaria diep filosofisch nagedacht over wat goed recht is, dus rechtsbegrip opgebouwd.
Wel heeft Geert heeft de “mind-set” bij het Europese Hof gepeild aan de hand van een
aantal uitspraken, zowel van het Europese Hof als wel nationale uitspraken binnen de
Europese Unie. Op 8 maart 2011 heeft hij zijn conclusies bekend gemaakt.
Zijn betoog in Microsoft Word gekopieerd leverde mij maar liefs 53 pagina’s op.
Geert is dus niet over een nacht ijs gegaan en hij schrijft in die 53 pagina’s drie belangrijke
volzinnen:
 Mijn conclusie is dat niet uitgesloten geacht kan worden dat het standpunt van de Hoge
Raad met betrekking tot een verandering in de regeling van de verjaring door het EHRM in
strijd wordt geoordeeld met art. 7 EVRM.
 Dat het Scoppola-arrest tot een bijstelling van dat standpunt dwingt, is echter te veel
gezegd.
 Afgewacht zal moeten worden hoe de jurisprudentie van het EHRM zich zal ontwikkelen.
Feitelijk schrijft Geert hier dat denkers op het niveau van Cesare Beccaria ook bij het
Europese Hof niet meer aanwezig zijn, daar wordt gedobbeld.
Over dat dobbelen was Albert Einstein helder: “God dobbelt niet!”
Ik ga hier niet een rechtsfilosofisch betoog houden, maar een kind met Luxemburgs
boerenverstand begrijpt dat er de afgelopen 200 jaar een behoorlijke niveaudaling is en dan
komt Archimedes om de hoek met zijn communicerende vatten.
(en ik terug op mijn verhaallijn)
7
Emile Gemmeke
Archimedes, statistiek en de HCQ
Op het VWO is aan het einde een populatie met een HCQ die zich gaat verspreiden over
diverse richtingen. Anders dan in de tijd van Christiaan Huygens kiest men een specifieke
richting. Ik lees :
Huygens studeerde rechten en wiskunde aan de universiteit Leiden van
1645 tot 1647, onder meer bij de stimulerende wiskundige Frans van
Schooten, een aanhanger van Descartes.
Even op een rijtje / tijdlijntje:
 René Descartes
 Christiaan Huygens
 Charles de Montesquieu
 Cesare Beccaria
 Johan Rudolph Thorbecke
31 maart 1596 – 11 februari 1650
14 april 1629 – 8 juli 1695
18 januari 1689 – 10 februari 1755
15 maart 1738 - 28 november 1794
14 januari 1798 - Den Haag, 4 juni 1872
Mag ik even een grapje maken?
Was René niet van die uitdrukking “ik denk, dus besta ik”?
Volgens de strikte logica geldt het omgekeerde niet “ik denk niet, dus ik besta niet”,
maar anno 2016 zou dat wel tot oplossingen leiden.
Och, ik hoef het niet meer op te schrijven, een goed verstaander als u heeft allang in de
gaten. De communiceren de vaten, til je er een op, dan loopt de vloeistof de andere kant op.
Die 5% die op het VWO terecht is gekomen, maar eigenlijk beter op het VMBO geplaatst
had kunnen worden, zijn vooral jurist geworden.
Een geleidelijk proces, waarbij wat Herman Tjeenk Willink helder uitsprak “ondernemende
universiteiten” behoorlijk geholpen heeft.
Is de theorie te zwaar voor je studenten, dan verlaag je het niveau, want er moet omzet zijn.
Klikt als een ramp groter dan IS, Al-Qaida en Geert Wilders.
(maar dat valt mee)
Voor D66 in de aanbieding: analyse en oplossingen (korte termijn en lange termijn)
Een groot misverstand is dat recht moeilijk is, dat geloof ik helemaal niet.
Ik ben niet super intelligent, zeker niet, heel mijn leven tussen mensen gewerkt die
minstens zo slim waren.
Voor personen als u, Jan Terlouw, Diederik Samsom, Ronald Plasterk, Jeroen Dijsselbloem
etc. heb ik groot respect. Allemaal een opleiding die ik nooit had kunnen halen, ondanks
dat ik zeker wel de interesse heb.
Voor mensen als Alex Brennikmeijer, Maarten Feters, Rosa Jansen en diverse rechters en
advocaten die ik ken, heb ik ook respect, maar dat is vanwege de mens die ze zijn.
Ze willen echt een goede bijdrage aan de maatschappij leveren.
Kent u Rosa Jansen?
Bestuursvoorzitter van het studiecentrum voor recht, een overheidsinstelling.
Drie weken terug een gesprek mee gehad en dan valt op dat ik geen weerwoord krijg, ik
wordt vriendelijk (zelfs zeer warm) aangehoord.
Daar diverse zaken op tafel gelegd, maar niet hard gespeeld, ik ga niet vechten om gelijk.
Maar ik kijk wel of mij het aangeboden wordt.
Toen ik de uitzending van “Kijken in de ziel - rechters” ter discussie bracht, was er een zwak
verweer: “Och dat kan montage zijn”.
Later bedacht ik dat er ook geen afstand van is genomen … en dat zegt iets.
8
Emile Gemmeke
In een spel c.q. gerechtelijke procedure bij het Hof van Discipline heb ik dat clubje zodanig
in de hoek gejaagd dat deze valsheid in geschriften heeft gepleegd.
Absurd in een rechtsstaat!
Bewijs heb ik, zelfs de bevestiging van een officier van justitie die seponeerde met een
reden die juist bewijs is: “er was mandaat dus geen vervolging”.
Ik ken geen strafbaar feit dat gepleegd mag worden vanwege een “mandaat”.
Zelfs de Tweede Kamer mag niet stemmen over het neerschieten (executeren) van wie dan
ook, dus “mandaat geven”. De discussie over de treinkapping bij Beilen komt weer op.
Juist door dit te stellen na “strafrechtelijk onderzoek” geeft ze aan dat:
 Of … ze corrupt is;
 Of … haar denkniveau intenst laag is.
De eerste optie sluit ik uit.
Met mij als “tegenspeler” was te voorzien dat ik dit uitspeel, dus is het pure domheid.
De valsheid in geschrifte heeft Rosa meegekregen en dit bracht ik ter sprake. Rosa zei niets
en keek een beetje sip, wachtend tot ik door ging met iets anders … en dat deed ik.
De oplossing voor de lange termijn is eenvoudig.
Breng met het vak recht op het VWO bij die leerlingen rechtsbegrip aan.
Een theoretisch vak, dus met een afleiding van het legaliteitsbeginsel, maar ook met de
historisch ontwikkeling etc.. Dan komt er vanzelf een positieve spiraal op gang.
De oplossing voor de korte termijn is ook eenvoudig.
Maar die heeft niet het “single point of effect”, hiervoor.
Ik zie meerdere projecten waarbij de volgende zaken centraal staan:
 Veel beter zaken uitleggen (let wel: uitleggen is anders dan verdedigen);
 Veel meer openlijk fouten toe geven;
 Juristen helpen;
Alles dus vooral positief.
Hoewel zuiver juridisch behoorlijk gestraft moet worden bij die valsheid in geschrifte, heeft
het maatschappelijk geen zin om daar “a-la bonnetje Fred Teeven” een hoop heisa te maken.
Daarmee ben ik “corrupt”, want ik stel het zuivere juridische belang ondergeschikt aan het
maatschappelijke (politieke) en dat had Charles de Montesquieu verboden.
Maar we moeten daar wel naar toe (of naar terug).
Kan dat?
Zeker, Nederland heeft vele werklozen met hoog niveau abstract en logisch denken, we
hebben er maar een paar nodig. Dan herstellen en borgen wij verloren gegane afleidingen.
Die personen komen op belangrijke plekken en helpen dus.
Het mooie is dat hier geen wetten voor nodig zijn. Ook is mooi dat wanneer de vorm goed
gekozen is, dit een mooie uitstraling heeft (positief, optimisme).
Afsluting
Ik mijn “debat-brief” schreef ik dat Alexander Pechtold drie boekjes en een DVD gekregen
had. De boekje zijn in beperkte oplage gedrukt, ik kan ze niet meer aanbieden.
Ze zijn verschillend in benadering en thema en ik zou ze vandaag de dag anders schrijven.
(persoonlijke ontwikkeling)
9
Emile Gemmeke
De DVD moet u misschien eens van Alexander lenen, de verhaallijn gaat hierover.
De boekjes zijn wel digitaal beschikbaar.
februari 2013
27 oktober 2014
Wegwijzer tot betere
advocatuur
Het Tuchtrecht in de
Advocatuur
27 oktober 2015
Vrouwe Justitia zoekt
discipline in Nederlands
recht
Ik wil mij 100% inspannen voor verbetering.
Dat schreef ik al in mijn inleiding in het middelste boekje, nu is het twee jaar later.
Maarten kent mijn aanbod, maar ik verwacht dat angst heeft voor mijn aanpak.
Waarschijnlijk omdat hij alleen maar een botte-bijl-oplossing kan bedenken.
Ook angst dat ik dan vrijelijk laatdunkend over juristen doe.
Echter ik zie de sleutel tot de oplossing bij de Hoge Raad en Maarten Feteris juist helpen en
samen leuke dingen doen.
Iedereen mag mij uitleggen dat ik zaken verkeerd zie, niemand doet dat.
Terwijl ik een behoorlijke luis-in-de-pels terriër ben. Daar is Pieter Omtzigt een goed
afgerichte herdershond bij en Alexander Pechtold een schoothondje.
Daarnaast lopen er nu diverse procedures. Ik heb een systeem waarmee ik procedure op
procedure start.
Rechters wraak omdat ze stomme dingen zeggen, waartoe ik ze natuurlijk uitnodigt etc.
Ook probeer de aandacht van de media te kregen, maar dat valt tegen “dat is een gelovig
volkje”. Samengevat:
 Zie ik zaken verkeerd, leg het uit;
 Anders maakt ik op meerdere vlakken het mensen behoorlijk moeilijk.
(ik neem verantwoordelijkheid waar anderen falen);
 Samenwerken is mijn voorstel, dan is voor de verkiezingen al winst te halen en
kunnen de verkiezingen gunstig beïnvloed worden.
Immers minstens 50% van de Geert Wilders aanhang kan op een termijn van twee
maanden vertrouwen krijgen in de “normale” partijen.
Daarvoor heb ik een hele goede insteek, wel out-of-the-box (uit de tunnel).
Daarvoor is snel schakelen wel een noodzaak en moet Maarten de wet kennen, respecteren
en uitdragen en een heel klein beetje een politiek hintje geven.
Het riet heb ik genoeg gezien, mag ik vertrouwen op een inhoudelijke reactie?
Met vriendelijke groet,
Emile Gemmeke
(uitsluitend digitaal verstuurd, niet ondertekend)
10